Actualia personenbelasting

Vergelijkbare documenten
Fiscale aspecten van de zesde staatshervorming. Luc De Greef

Fiscale aspecten van woningkredieten na de zesde staatshervorming. Luc De Greef

info BBB ajr 2016 woonfiscaliteit 1 wat is een eigen woning? wat is een eigen woning? wat is een eigen woning? wat is een eigen woning?

Personenbelasting - Optimale aangifte woonleningen. Forum for the Future - November Maurice De Mey

1 de uitgaven gedaan voor prestaties betaald met dienstencheques als bedoeld in de artikelen tot ;

De nieuwe aangifte aanslagjaar 2015

Algemene Administratie van de Fiscaliteit Operationele Expertise en Ondersteuning Dienst PB Personenbelasting

WEBINAR Aangifte 2016

invloed 6e staatshervorming

Tarieven personenbelasting

TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015)

Artikel WIB. (16 - aj. 2005) 518

Fiscaliteit na de 6 e staatshervorming

De woningfiscaliteit grondig door elkaar geschud. 1. Alleen de gewesten zijn nog bevoegd voor de eigen woning... 2

1. Belastingschalen in de personenbelasting. Aanslagjaar 2018 in euro

SOFISK Voor deze domeinen geldt vanaf 2015 ook de elektronische aangifte.

Indexering aj aj. 2017

SOFISK Aangifte personenbelasting 2014 : stilte voor de storm van volgend jaar.

Vak III: onroerende inkomsten

Lieven Van Belleghem

Met huidig bericht wordt enkel ingegaan op een aantal praktische vragen die voor dergelijke, in 2014 gesloten leningen, worden gesteld.

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie

Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012

Instelling. Onderwerp. Datum

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan Meise

Impact begrotingsmaatregelen van Di Rupo op uw Personenbelasting

8.7.3 Combinatie oude en nieuwe fiscale korf

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus.

Lieven Van Belleghem

Deel 1 - Bijzondere fiscale aftrek eigen woning (de zgn. woonbonus) als u leent voor uw verbouwing. 2. Voorwaarden waaraan de lening moet voldoen

FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand

9.7.3 Combinatie oude en nieuwe fiscale korf

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016

Fiscaliteit van het hypothecair krediet

Afz.: Infocenter Gent Gaston Crommenlaan 6 B Gent. DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat AALST

Basisbedrag Geïndexeerd bedrag Artikel WIB 92 Omschrijving Aj. 2014

Deel 1 - Belastingvermindering voor de enige en eigen woning (de zgn. woonbonus) als u gaat lenen voor uw verbouwing

Het bedrag in uw voordeel :

De aangifte in de personenbelasting inkomsten 2008

Toelichting bij de aangifte in de personenbelasting aanslagjaar 2010, inkomstenjaar 2009

Vak III. inkomsten van onroerende goederen. uitgangspunt bij de belastbare grondslag. België. Kadastraal Inkomen. Brutohuur. Buitenland.

Verhoogde belasting vrije som voor personen met beperkt inkomen: 7.380,00 euro (7.350,00)

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Ambtshalve ontheffing

WEGWIJS. in de Vlaamse personenbelasting voor uw vastgoed. DEPARTEMENTp FINANCIËN & BEGROTING

Auteur. Onderwerp. Datum

3.163,01 BE GKCC BEBB

1.2. Aankoop door de vennootschap

FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand

Aftrek voor risicokapitaal

De zesde staatshervorming personenbelasting

Update woonfiscaliteit Debbaut Pieter

Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn?

Regionalisering woonfiscaliteit

Update woonfiscaliteit

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Aangifte. Aangifte. Aangifte Aangifte Personenbelasting AJ 2009 Zwevegem 24 / 25 / 29 april 2009

Het model van het aangifteformulier voor aanslagjaar 2014 is verschenen in het Belgisch Staatsblad dd

WEGWIJS IN DE VLAAMSE PERSONENBELASTING VOOR UW VASTGOED DEPARTEMENT FINANCIËN & BEGROTING

Circulaire 2019/C/47 over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2019

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering

Personenbelasting als potentieel beleidsinstrument

WEGWIJS. in de Vlaamse personenbelasting voor uw vastgoed DEPARTEMENT FINANCIËN & BEGROTING

Fiscale simulator - inkomsten 2016

De aangifte in de personenbelasting voor aanslagjaar 2014 inkomsten 2013

Circulaire 2018/C/121 over het wijk-werken

Aanslagjaar Inkomsten 2015

BIJLAGE 1 FEDERALE BEPALINGEN Ci

SOFISK 2016 Versie (14/07/2016)

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

DEEL 1: CASES WOONBONUSVOORWAARDEN... 17

Checklist aangifte personenbelasting inkomsten aanslagjaar 2014

Personenbelasting en aanvullende belastingen - Belasting

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan Meise

FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Administratie van Fiscale Zaken

INHOUD. Huwelijk en fiscus

Aangifte personenbelasting inkomsten 2017

Voor welke belastingplichtigen geldt die vrijstelling? Iedere aan de Belgische personenbelasting onderworpen belastingplichtige komt in aanmerking.

LIJST VAN GEGEVENS NODIG OM DE AANGIFTE IN DE PERSONENBELASTING IN TE VULLEN VOOR INKOMSTENJAAR 2017

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken

Voorstel van vereenvoudigde aangifte Inkomstenjaar 2018 (aanslagjaar 2019)

BIJLAGE 1 FEDERALE BEPALINGEN Ci.D.28/

p. 1/12 Globaal overzicht

Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig

Samenvattende tabel inzake PB. Bedragen die gelden voor de aj. 2009, 2010 en 2011.

Afz.: Infocenter Antwerpen Italiëlei 4 B Antwerpen. Artikelnummer: Datum van uitvoerbaar- Gemeente: verklaring kohier: 06/11/2017

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

DEEL 1: 40 VOLLEDIG UITGEWERKTE PRAKTIJKCASES... 19

Transcriptie:

Actualia personenbelasting Luc De Greef BEREKENING PERSONENBELASTING NA DE ZESDE STAATSHERVORMING 1

1. Gewestelijke bevoegdheden De gewesten kunnen: opcentiemen (%) heffen op een deel van de PB m.b.t. deze opcentiemen: belastingvermeerderingen opleggen kortingen toestaan belastingverminderingen toestaan terugbetaalbare belastingkredieten toestaan zonder dat aan de belastbare grondslag wordt geraakt! Gewesten zijn vanaf 1 juli 2014 (aanslagjaar 2015) exclusief bevoegd om belastingverminderingen en kredieten toe te staan voor volgende uitgaven (art. 5/5, 4, eerste lid BFW): 1. uitgaven voor het verwerven of het behouden van de eigen woning (kapitaalaflossingen, intresten en premies beleende ILV) (art. 145 37 tot 145 46 WIB 92) 2. uitgaven ter beveiliging van woningen tegen inbraak of brand (art. 145 31 WIB 92) 3. uitgaven voor onderhoud en restauratie van beschermde monumenten (art. 145 36 WIB 92) 4. uitgaven voor PWA- en dienstencheques (art. 145 21 tot 145 23 WIB 92) 2

5. energiebesparende uitgaven met uitzondering van de intresten van groene leningen (art. 145 47 WIB 92) 6. uitgaven voor vernieuwing van woningen gelegen in een zone voor positief grootstedelijk beleid (de facto niet meer van toepassing) (bevriezing KI gedurende 6 jaar opgeheven voor renovatiewerken die na 31.12.2013 worden voltooid) (art. 145 25 WIB 92) 7. uitgaven gedaan voor vernieuwing van tegen een redelijke huurprijs in huur gegeven woningen (bevriezing KI gedurende 9 jaar opgeheven voor renovatiewerken die na 31.12.2013 worden voltooid) (art. 145 30 WIB 92) Datum inwerkingtreding: vanaf 1 juli 2014 mogen gewesten eigen regels vastleggen (art. 82, 1 en 2 BFS) zolang gewest geen eigen regels heeft vastgelegd zal de gewestelijke belastingvermindering berekend worden tegen het voordeel zoals ze op 30 juni 2014 is opgenomen in de fiscale wetgeving (art. 81quater, eerste lid, 2 BFS) 3

Opmerking: Vlaamse belastingvermindering voor renovatieovereenkomsten Waalse belastingvermindering voor het verwerven van obligaties van de Caisse d Investissement de Wallonie blijven gewestelijke belastingverminderingen (vak X) Vlaamse belastingkrediet voor winwinleningen blijft een Vlaams belastingkrediet (nieuw vak XI) 2. Berekening personenbelasting Vier berekeningsschalen 1 federale inkomensschaal: progressief tarief 25% - 50% federale PB wordt gereduceerd met autonomiefactor = gereduceerde belasting Staat 3 gewestelijke belastingschalen: opcentiemen op gereduceerde belasting Staat 4

Berekeningsschema aanslagjaar 2015 + netto onroerend inkomen + netto beroepsinkomen + netto divers inkomen + netto inkomen uit roerende goederen en kapitalen totaal netto-inkomen - onderhoudsgelden GEZAMENLIJK BELASTBAAR INKOMEN (GBI) BASISBELASTING AFZONDERLIJK BELASTBARE INKOMSTEN BELASTING OP AFZONDERLIJK BELASTE INKOMSTEN basisbelasting GBI - belasting op de belastingvrije sommen om te slane belasting - belastingvermindering pensioenen en vervangingsinkomsten - belastingvermindering buitenlandse inkomsten HOOFDSOM + BELASTING OP AFZONDERLIJK BELASTE INKOMSTEN belasting op intresten, dividenden, royalty s, loten van effecten van leningen en als DI belaste meerwaarden op roerende waarden en titels TOTALE BELASTING belasting andere ink. (= belasting Staat) - belasting Staat x autonomiefactor gereduceerde belasting Staat - andere federale belastingverminderingen FEDERALE PERSONENBELASTING 5

gewestelijke opcentiemen op gereduceerde belasting Staat + gewestelijke belastingvermeerderingen - gewestelijke forfaitaire kortingen - gewestelijke belastingverminderingen GEWESTELIJKE PERSONENBELASTING FEDERALE PERSONENBELASTING = TOTALE BELASTING + federale belastingvermeerderingen - federale verrekenbare niet terugbetaalbare bestanddelen - federale en gewestelijke terugbetaalbare belastingkredieten - federale verrekenbare en terugbetaalbare bestanddelen + opcentiemen gemeente- en agglomeratie op totale belasting VERSCHULDIGDE OF TERUG TE STORTEN PB Opmerkingen berekeningswijze 1. autonomiefactor (art. 5/2, 1 BFW): aanslagjaren 2015 2017: 25,990% vanaf aanslagjaar 2018 wordt de autonomiefactor definitief vastgelegd bij K.B. 2. gewestelijke opcentiemen: schalen vrij te bepalen door ieder gewest zolang geen eigen opcentiemenschaal is vastgelegd: 35,117% voor de aanslagjaren 2015 2017 6

Aanrekeningsregels van de belastingverminderingen federale belastingverminderingen worden aangerekend op de gereduceerde belasting Staat verhoogd met de belasting op de dividenden, intresten, uitsluitend op de belasting m.b.t. de gezamenlijk belaste inkomsten gewestelijke belastingverminderingen en kortingen worden aangerekend op de gewestelijke opcentiemen en belastingvermeerderingen zowel op de opcentiemen m.b.t. de gezamenlijk als de afzonderlijk belaste inkomsten quid bij overschot van federale of gewestelijke belastingverminderingen? overschot van federale belastingverminderingen wordt verrekend met het saldo van de gewestelijke personenbelasting overschot van gewestelijke belastingverminderingen en kortingen wordt verrekend met het saldo van de federale personenbelasting 7

INDEXATIESTOP 1. Federale indexatiestop Tijdelijke indexatiestop voor de aanslagjaren 2015 2018 de meeste federale uitgaven die niet gerelateerd zijn aan een beroepsactiviteit de bedragen worden bevroren op het niveau van aanslagjaar 2014 8

Zo geldt de tijdelijke indexatiestop voor: de eerste vrijgestelde schijf van spaardeposito s de eerste vrijgestelde schijf van dividenden betaald of toegekend door erkende coöperatieve vennootschappen de federale korf lange termijnsparen de uitgaven die in aanmerking komen voor een federale belastingvermindering, zoals: pensioensparen, giften, de aanschaf van werkgeversaandelen, de woonbonus, lange termijnsparen, de aanschaf van een elektrisch voertuig, enz. de belastingvermindering voor pensioenen en vervangingsinkomsten Wetgeving Programmawet van 19 december 2014 (B.S. 29 december 2014) Art. 178, 3, tweede lid WIB 92 9

2. Vlaamse indexatiestop Permanente indexatiestop vanaf aanslagjaar 2016 van alle bedragen die in aanmerking komen voor een Vlaams belastingvoordeel voor de eigen woning (woonbonus, lange termijnsparen, bouwsparen, enz.) de bedragen worden bevroren op het niveau van aanslagjaar 2015 in de artikelen die betrekking hebben op de eigen woning (art. 145 37 art. 145 46 WIB 92) zijn de maximumbedragen opgenomen zoals die van toepassing waren voor het aj. 2015 Wallonië en Brussel: geen indexatiestop! Gevolgen: verschillende bedragen voor de drie gewesten en het federale niveau vanaf aanslagjaar 2016 voorbeeld korf LT: niet-geïndexeerd bedrag = 1.500 federale korf = 2.260 Vlaamse korf = 2.280 Waalse + Brusselse korf = 2.290 10

Wetgeving Vlaams decreet van 19 december 2014 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2015 (B.S. 30 december 2014) Art. 178, 5, 4 WIB 92 VAK III: INKOMSTEN VAN ONROERENDE GOEDEREN 11

1. Definitie eigen woning Uitgaven eigen woning zijn ingevolge de zesde staatshervorming overgeheveld naar de drie gewesten Uniforme definitie opgenomen: in de Bijzondere Financieringswet van 6 januari 2014 definitie is ook opgenomen in het WIB 92 (nieuw art. 2, 1, 15 WIB 92) vanaf aanslagjaar 2015 De woning die de belastingplichtige als eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker: 1. OFWEL zelf betrekt 2. OFWEL zelf niet betrekt om één van volgende redenen: a) beroepsredenen b) redenen van sociale aard c) wettelijke of contractuele belemmeringen die het de belastingplichtige onmogelijk maken om de woning zelf te betrekken d) de stand van de bouw- of verbouwingswerkzaamheden die het de belastingplichtige niet toelaten de woning daadwerkelijk te betrekken 12

De eigen woning omvat NIET het deel van de woning dat: door de belastingplichtige of één van zijn gezinsleden beroepsmatig gebruikt wordt betrokken wordt door personen die geen deel uitmaken van het gezin van de belastingplichtige woning die de belastingplichtige zelf niet kan bewonen omwille van sociale- of beroepsredenen en om die reden verhuurt aan derden niet langer eigen woning Minister van Financiën: er verandert niets voor mensen die hun woning niet langer betrekken om beroeps- of sociale redenen en daarom een huurwoning betrekken men blijft genieten van de vrijstelling en van de woonbonus (Mem. Van Toelichting DOC 53 3427/003, p.13-14) zienswijze Minister ondertussen ook opgenomen in circulaire (Ci. AA.Fisc Nr. 6/2015, nr. Ci.RH.331/633.998 van 3 februari 2015) fiscale loyauteit t.a.v. gewesten??? 13

Bijzonderheden: belastingplichtige bezit woning die hij zelf betrekt + woning die hij om een wettelijke reden niet zelf kan betrekken eigen woning = woning die hij zelf betrekt belastingplichtige bezit uitsluitend woningen die hij om een wettelijke reden niet zelf kan betrekken eigen woning = vrije keuze keuze is onherroepelijk tot op het moment dat ofwel een woning zelf betrokken wordt ofwel niet meer in het bezit is voor gezamenlijk belaste echtgenoten: slechts één woning kan als eigen woning worden beschouwd 14

Wetgeving Art. 5/5, 4, tweede tot zevende lid Bijzondere Financieringswet van 6 januari 2014 (B.S. 31.1.2014) Art. 2, 1, 15 WIB 92 Ci. AA.Fisc Nr. 6/2015, nr. Ci.RH.331/633.998 van 3 februari 2015 2. Eigen woning: beoordelingstijdstip Beoordeling eigen woning: van dag tot dag (art. 5/5, 4, achtste lid BFW) op het ogenblik dat kredietnemer uitgave doet: is het nog zijn eigen woning? JA: gewestelijke voordelen NEEN: federale voordelen 15

Schema: DATUM UITGAVEN: EIGEN WONING? JA NEEN gewestelijke voordelen federale voordelen welk gewest? het gewest waar kredietnemer op 1.1.aanslagjaar zijn fiscale woonplaats heeft gevestigd Voorbeeld op 12.5.2014 sluit Karel een hypothecaire lening voor de bouw van zijn gezinswoning te Herent de woning wordt op 28.9.2017 in gebruik genomen fiscale voordelen bouwlening? 16

Hypothese 1: tot 27.9.2017 huurt Karel een appartement te Ukkel 2014: Brusselse woonbonus 2015: Brusselse woonbonus 2016: Brusselse belastingvermindering gewone intresten en lange termijnsparen 2017: Vlaamse woonbonus Hypothese 2: Karel is eigenaar van het appartement te Ukkel staat te koop op 31.12.2014 en is verkocht op 5.6.2015 op 1.6.2015 tijdelijke verhuis naar ouders te Gent 2014: federale gewone intrestaftrek en federale belastingvermindering lange termijnsparen 2015: - uitgaven 1.1 31.5: federale gewone intrestaftrek en federale belastingvermindering lange termijnsparen - uitgaven 1.6 31.12: Vlaamse woonbonus 17

2016: Vlaamse belastingvermindering gewone intresten en lange termijnsparen 2017: Vlaamse woonbonus Wetgeving Art. 5/5, 4, achtste lid Bijzondere Financieringswet van 6 januari 2014 (B.S. 31.1.2014) 18

3. Vrijstelling eigen woning T/m aanslagjaar 2014 K.I. eigen woning vrijgesteld (oud art. 12, 3, eerste lid WIB 92) TENZIJ belastingplichtige nog fiscale voordelen aanvraagt van een oude lening afgesloten voor die woning (art. 526, 1 WIB 92) code 1100/1101/1121/1133 woningaftrek code 1104/1122/1134 verrekening OV Vanaf aanslagjaar 2015 K.I. eigen woning ALTIJD vrijgesteld (gewijzigd art. 12, 3 WIB 92) ZELFS wanneer belastingplichtige nog fiscale voordelen aanvraagt van een oude lening afgesloten voor die woning (schrapping art. 526, 1 WIB 92) codes 1100/1101/1121/1133 woningaftrek code 1104/1122/1134 verrekening OV 19

Wetgeving Wet van 8 mei 2014 tot wijziging van het WIB 92 (B.S. 28.5.2014) Art. 12, 3 WIB 92 Schrapping art. 526, 1 WIB 92 4. Aangifte onroerende inkomsten T/m aanslagjaar 2014 (oud art. 9 WIB 92) KI onroerend goed aangeven in verhouding tot het aantal maanden dat men eigenaar is of er een bepaalde bestemming heeft aan gegeven voor de maand waarin eigendom of bestemming OG is gewijzigd: kijken naar de toestand op de 16 dag van de maand waarin de eigendom is overgedragen of de bestemming is gewijzigd (Comm.I.B. 9/2 en 3) 20

Vanaf aanslagjaar 2015 aangifte KI: niet langer opdelen in maanden maar wel in dagen bij eigendomsoverdracht of wijziging bestemming idem bij nieuw- en vernieuwbouw: KI nieuwbouw: vanaf de eerste dag van ingebruikname verhoogd KI vernieuwbouw: vanaf de eerste dag van voltooiing van de werken voor de OV: artikel 494, 5 WIB 92 blijft van toepassing Voorbeeld Verkoop Aan te geven door verkoper Aan te geven door koper 5 januari 2014 5/365 360/365 21 maart 2014 80/365 285/365 16 mei 2014 136/365 229/365 17 december 2014 351/365 14/365 21

Wetgeving Wet van 8 mei 2014 tot wijziging van het WIB 92 (B.S. 28.5.2014) Art. 9 WIB 92 VAK IV: BEZOLDIGINGEN VAN WERKNEMERS EN VERVANGINGSINKOMSTEN 22

1. Terugname belastingvermindering werkgeversaandelen Belastingvermindering werkgeversaandelen belastingvermindering L.T. bij aanschaf van nieuwe werkgeversaandelen (art. 145 1, 4 en 145 7 WIB 92) belastingvermindering blijft behouden op voorwaarde dat belastingplichtige aandelen minstens 5 jaar in zijn bezit houdt bij vroegtijdige vervreemding (tenzij overlijden) wordt gedeelte van de belastingvermindering teruggenomen (= verkregen belastingvermindering x 1/60 x aantal volle maanden vanaf datum vervreemding tot einde houdperiode) Fiscaal karakter terugname belastingvermindering t/m aanslagjaar 2014: terugname belastingvermindering werd belast als een werknemersbezoldiging vanaf aanslagjaar 2015: belastingvermindering werkgeversaandelen = federale belastingvermindering terugname belastingvermindering = federale belastingvermeerdering (analoge regeling voor uitgaven voor ontwikkelingsfondsen) 23

Aangifteformulier terugname belastingvermindering werkgeversaandelen t/m aanslagjaar 2014 vanaf aanslagjaar 2015 Vak IV subrubriek A,2 Vak X subrubriek F,2 Wetgeving Wet van 8 mei 2014 tot wijziging van het WIB 92 (B.S. 28.5.2014) Schrapping art. 31, derde lid WIB 92 Art. 145 1, 4 WIB 92 Art. 145 7 WIB 92 24

2. Berekening gemiddelde aanslagvoet Berekening gemiddelde aanslagvoet belasting / GBI T/m aanslagjaar 2014: teller = basisbelasting GBI NA aftrek belasting belastingvrije som NA aftrek belastingverminderingen art. 145 WIB92 NA aftrek belastingvermindering pensioenen en vervangingsinkomsten VOOR aftrek belastingvermindering buitenlandse inkomsten Vanaf aanslagjaar 2015: teller = basisbelasting GBI NA aftrek belasting belastingvrije som NA aftrek belastingvermindering pensioenen en vervangingsinkomsten VOOR aftrek belastingvermindering buitenlandse inkomsten NA aftrek federale belastingverminderingen gewestelijke belastingverminderingen worden NIET in aftrek gebracht gemiddelde aanslagvoet voor opzegvergoedingen, achterstallen, vervroegd vakantiegeld, enz. stijgt! 25

Werknemers die in 2014 opzeggingsvergoeding krijgen dreigden hierdoor zwaarder belast te worden Om dit nadelig effect te vermijden mogen: de gewestelijke belastingverminderingen alsnog in rekening worden gebracht wanneer inkomsten zoals bedoeld in art. 171, 5 en 6 WIB 92 in 2014 of in 2015 worden betaald of toegekend voor inkomsten betaald of toegekend vanaf 1.1.2016 mogen de gewestelijke belastingverminderingen niet meer in mindering worden gebracht Nieuwe berekeningswijze geldt voor alle vergoedingen zoals bedoeld in de artikelen 171, 5 en 6 WIB 92, d.w.z.: opzeggings- en inschakelingsvergoedingen achterstallige bezoldigingen, pensioenen, baten en onderhoudsgelden winsten en baten uit een vorige beroepswerkzaamheid sluitingsvergoedingen vervroegd vakantiegeld overheidsbezoldigingen van de maand december 26

Wetgeving Wet van 8 mei 2014 tot wijziging van het WIB 92 (B.S. 28.5.2014) Art. 171, 5 en 6 WIB 92 3. Kostenforfait Verhoging kostenforfait enkel voor werknemersbezoldigingen wordt om budgettaire redenen gespreid over twee jaar: deels op de bezoldigingen van 2015 en in zijn geheel op de bezoldigingen vanaf 2016 27

Kostenforfait t/m het inkomstenjaar 2014 Niet-geïndexeerd basisbedrag Kosten% 0,00 3.750,00 28,70% 3.750,00 7.450,00 10,00% 7.450,00 12.400,00 5,00% 12.400,00 3,00% met als maximum 2.592,50 EUR Geïndexeerde bedragen Kosten% 0,00 5.710,00 28,70% 5.710,00 11.340,00 10,00% 11.340,00 18.880,00 5,00% 18.880,00 3,00% met als maximum 3.950,00 EUR Kostenforfait inkomstenjaar 2015 Niet-geïndexeerd basisbedrag Kosten% 0,00 3.775,00 29,35% 3.775,00 7.450,00 10,50% 7.450,00 12.700,00 8,00% 12.700,00 3,00% met als maximum 2.676,25 EUR Geïndexeerde bedragen Kosten% 0,00 5.760,00 29,35% 5.760,00 11.380,00 10,50% 11.380,00 19.390,00 8,00% 19.390,00 3,00% met als maximum 4.090,00 EUR 28

Kostenforfait vanaf het inkomstenjaar 2016 Niet-geïndexeerd basisbedrag Kosten% 0,00 3.800,00 30,00% 3.800,00 13.000,00 11,00% 13.000,00 3,00% met als maximum 2.760,00 EUR Vanaf inkomstenjaar 2015 vier verschillende kostenforfaits voor de vier verschillende beroepscategorieën bedrijfsleiders: kostenforfait: 3% maximum (niet-geïndexeerd): 1.555,50 EUR meewerkende echtgenoten onderworpen aan maxistatuut: kostenforfait: 5% maximum (niet-geïndexeerd): 2.592,50 EUR baten: kostenforfait: degressief (zie werknemers t/m 2014) maximum (niet-geïndexeerd): 2.592,50 EUR 29

Wetgeving Programmawet van 19 december 2014 (B.S. 29 december 2014) Art. 51, tweede lid, 1 WIB 92 VAK VII: INKOMSTEN VAN KAPITALEN EN ROERENDE GOEDEREN 30

1. Verlaagd tarief R.V. VVPR-bis aandelen De Administratie voorziet in de subrieken A, 1 en A,2 van het aangifteformulier in een aantal nieuwe codes waar de belastingplichtige de dividenden van zijn VVPRS-bis aandelen moet aangeven die belastbaar zijn tegen 20% Verlaagd tarief van 20% enkel mogelijk voor dividenden die zijn toegekend of verleend uit de winstverdeling van het tweede boekjaar na dat van de inbreng (ten vroegste vanaf 1.7.2013) Zeer uitzonderlijk voor aanslagjaar 2015 eventueel mogelijk bij aanslagjaar 2015Spec 31

Wetgeving : Art. 171, 3 sexies WIB 92 Art. 269, 2 WIB 92 VAK IX: INTRESTEN, KAPITAALAFLOSSINGEN EN PREMIES LEVENSVERZ. DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVOORDEEL 32

1. Wettelijke bepalingen Fiscaal voordeel WIB 92 gewestelijke belastingvermindering enige woning: art. 145 37-145 38 gewestelijke belastingvermindering B.S. + L.T.: art. 145 39-145 42 gewestelijke belastingvermindering gewone intresten: art. 145 43 gewestelijke belastingvermindering OV: art. 145 44 gewestelijke belastingvermindering bijkomende intresten: art. 145 45 federale belastingvermindering enige woning: art. 539 federale belastingvermindering L.T.: art. 145 1, 2 en 3 federale belastingvermindering B.S. lening voor 1993: art. 516 federale belastingvermindering B.S. lening vanaf 1993: art. 526, 2 federale gewone intrestaftrek: art. 14 federale belastingvermindering bijkomende intresten: art. 526, 1 33

2. Kapitaalaflossingen hypothecaire lening eigen woning kapitaalaflossingen hypothecaire lening (looptijd > 10 jaar) om een in de EER gelegen woning te verwerven/behouden + premies SSV EN op datum uitgaven = eigen woning GEWESTELIJKE VOORDELEN voor 1.1.2005 vanaf 1.1.2005 voor 1.1.1993 vanaf 1.1.1993 enige eigen woning? enige woning? neen ja B.S. neen ja L.T. woonbonus L.T. B.S. 34

Toepassingsvoorwaarden gewestelijke belastingverminderingen voor de enige woning, lange termijnsparen en bouwsparen: zelfde wettelijke voorwaarden en beperkingen als voorheen ZOLANG de gewesten geen eigen regels hebben vastgelegd momenteel heeft geen enkel gewest hieraan wijzingen aangebracht Gewestelijke korf woonbonus Leningen t/m 31.12.2014 Leningen vanaf 1.1.2015 Voor de 3 gewesten Vlaanderen Wallonië Brussel basisbedrag 2.280,00 1.520,00 2.290,00 2.290,00 toeslag enige woning 760,00 760,00 760,00 760,00 toeslag kinderlast + 80,00 + 80,00 + 80,00 + 80,00 TOTAAL 3.120,00 2.360,00 3.130,00 3.130,00 tarief M.T. (min. 30%) 40% 40% 45% 35

Gewestelijk lange termijnsparen (L.T.) en bouwsparen (B.S.) Leningen t/m 31.12.2014 Leningen vanaf 1.1.2015 Voor de 3 gewesten Vlaanderen Wallonië Brussel korf L.T. 2.280,00 2.280,00 2.290,00 2.290,00 tarief L.T. 30% 30% 30% 30% tarief B.S. M.T. (min. 30%) 40% 45% Vlaamse belastingvermindering bouwsparen voor leningen afgesloten voor 1.1.2015 1995 ENIGE EIGEN WONING 2014 bouwlening renovatielening OUD OUD OF NIEUW BS + gewone intresten BS + gewone OF bijkomende intresten woonbonus geen fiscaal voordeel meer oude lening 36

Vlaamse belastingvermindering bouwsparen voor leningen afgesloten vanaf 1.1.2015 1995 ENIGE EIGEN WONING 2015 bouwlening renovatielening OUD OUD OF NIEUW BS + gewone intresten geen fiscaal voordeel meer oude lening geen fiscaal voordeel nieuwe lening woonbonus Waalse en Brusselse gewest hebben combinatiemogelijkheid tussen oude en nieuwe lening m.b.t. de enige en eigen woning behouden voor leningen afgesloten vanaf 1.1.2015 37

3. Kapitaalaflossingen hypothecaire lening niet eigen woning kapitaalaflossingen hypothecaire lening (looptijd > 10 jaar) om een in de EER gelegen woning te verwerven/behouden + premies SSV EN op datum uitgaven = NIET eigen woning FEDERALE VOORDELEN voor 1.1.2005 voor 1.1.1993 vanaf 1.1.1993 vanaf 1.1.2005 t/m 31.12.2013 enige eigen woning? vanaf 1.1.2014 L.T. enige woning? neen ja neen L.T. ja woonbonus L.T. L.T. B.S. 38

Toepassingsvoorwaarden federale belastingverminderingen voor de enige woning, lange termijnsparen en bouwsparen: zelfde wettelijke voorwaarden en beperkingen als voorheen Federale woonbonus Leningen t/m 31.12.2013 Leningen vanaf 1.1.2014 basisbedrag 2.260,00 toeslag enige woning 750,00 toeslag kinderlast + 80,00 TOTAAL 3.090,00 tarief M.T. (min. 30%) 39

Federale lange termijnsparen (L.T.) en bouwsparen (B.S.) Leningen t/m 31.12.2013 Leningen vanaf 1.1.2014 korf L.T. 2.260,00 2.260,00 tarief L.T. 30% 30% tarief B.S. M.T. (min. 30%) Federale belastingvermindering enige woning en bouwsparen vanaf aanslagjaar 2017 enkel nog maar mogelijk op voorwaarde dat: de woning (waarvoor de lening is afgesloten) is de eigen woning van de belastingplichtige geweest EN voor 1.1.2016 een andere woning dan de eigen woning is geworden EN hij voor het vorige belastbare tijdperk de federale belastingvermindering enige woning heeft aangevraagd 40

Voorbeeld Katrien heeft op 6.11.2010 een hypothecaire lening afgesloten voor de aankoop van haar enige en eigen woning te Lummen op 2 februari 2015 sluit ze een nieuwe hypothecaire lening af voor de aankoop van een nieuwe gezinswoning te Aarschot op 1 juni 2015 verhuist ze naar haar nieuwe woning op 11 augustus 2015 is de woning te Lummen verkocht en wordt de lening van 2010 via pandwissel overgezet naar de nieuwe woning te Aarschot fiscale voordelen lening 2010: uitgaven tot 31.5.2015: Vlaamse woonbonus uitgaven vanaf 1.6.2015: federale woonbonus fiscale voordelen lening 2015: uitgaven van 2.2.2015 31.5.2015: federale belastingvermindering L.T. en gewone intrestaftrek uitgaven vanaf 1.6.2015: Vlaamse woonbonus 41

4. Intresten lening eigen woning intresten lening voor het verwerven/ behouden van een woning EN op datum uitgaven = eigen woning VLAAMSE VOORDELEN hypothecaire lening > 10 jaar? neen gewone intrest ja voor 1.1.2005 enige woning? (ver)nieuwbouw? vanaf 1.1.2005 enige eigen woning? ja neen ja neen bijkomende intrest gewone intrest woonbonus gewone intrest 42

intresten lening voor het verwerven/ behouden van een woning EN op datum uitgaven = eigen woning WAALSE + BRUSSELSE VOORDELEN hypothecaire lening > 10 jaar? ja neen gewone intrest indien lening voor 1.1.2015 voor 1.1.2005 enige woning? (ver)nieuwbouw? vanaf 1.1.2005 vanaf 1.1.2005 t/m 31.12.2014 enige eigen woning? neen ja ja neen gewone intrest bijkomende intrest woonbonus gewone intrest Toepassingsvoorwaarden gewestelijke belastingverminderingen gewone en bijkomende: zelfde wettelijke voorwaarden en beperkingen als voorheen momenteel heeft geen enkel gewest hieraan wijzingen aangebracht 43

Gewestelijke belastingvermindering gewone en bijkomende intresten Leningen t/m 31.12.2014 Leningen vanaf 1.1.2015 Voor de 3 gewesten Vlaanderen Wallonië Brussel Gewone intresten M.T. (min. 30%) 40% Bijkomende intresten M.T. (min. 30%) 40% 45% Gewestelijke belastingvermindering gewone intresten (art. 145 43, tweede en derde lid WIB 92): 1. bedrag intresten beperken tot het netto belastbaar OI; 2. verminderen met het bedrag van de intresten die pro rata betrekking hebben op het netto-inkomen van OG gelegen in een land met verdrag; 3. verminderen met de helft van het bedrag van de intresten die pro rata betrekking hebben op het netto-inkomen van OG gelegen in een land zonder verdrag 44

In hoofde van gezamenlijk belaste echtgenoten (art. 145 43, laatste lid WIB 92) : belastingvermindering voor beide echtgenoten samen berekenen berekeningsbasis omdelen i.f.v. ieders GBI Voorbeeld KI eigen woning: 1.000,00 belastbaar OI andere Belgische OG: 3.000,00 belastbaar OI Frans OG: 2.000,00 intresten bulletkrediet voor verbouwing eigen woning: 6.000,00 45

aanslagjaar 2014 Eigen woning Andere onroerende inkomst. België Frankrijk OI / 3.000,00 2.000,00 - intresten: - 3.000,00-2.000,00 netto OI 0,00 0,00 aanslagjaar 2015 Eigen woning Andere onroerende inkomst. België Frankrijk OI / 3.000,00 2.000,00 - intresten: - 3.000,00-2.000,00 netto OI 3.000,00 2.000,00 intresten die in aanmerking komen voor belastingvermindering: totale intresten: 6.000,00 beperken tot netto OI: 5.000,00 - intresten Frans OI (5.000 x 2/5): - 2.000,00 overblijvende intresten: 3.000,00 46

5. Intresten lening niet eigen woning intresten lening voor het verwerven/ behouden van een onroerend goed EN op datum uitgaven = NIET eigen woning FEDERALE VOORDELEN hypothecaire lening > 10 jaar? ja neen gewone intrest voor 1.1.2005 enige woning? (ver)nieuwbouw? vanaf 1.1.2005 t/m 31.12.2013 enige eigen woning? vanaf 1.1.2014 ja neen neen ja bijkomende intrest gewone intrest woonbonus gewone intrest 47

Toepassingsvoorwaarden federale gewone intrestaftrek en belastingvermindering bijkomende intresten: zelfde wettelijke voorwaarden en beperkingen als voorheen Federale belastingvermindering bijkomende intresten Leningen t/m 31.12.2013 Leningen vanaf 1.1.2014 Bijkomende intresten M.T. (min. 30%) 48

6. Gewestelijke belastingvermindering onroerende voorheffing Bijkomende gewestelijke belastingvermindering onroerende voorheffing (OV) t/m aanslagjaar 2014 kon de belastingplichtige volgend gedeelte van de OV m.b.t. zijn eigen woning verrekenen: vanaf aanslagjaar 2015 zal een gelijkaardig voordeel verleend worden onder de vorm van een gewestelijke belastingvermindering 49

Volgend bedrag komt in aanmerking intresten van oude lening specifiek afgesloten om eigen woning te verwerven of te behouden in de mate dat ze niet in aanmerking zijn genomen voor de gewestelijke belastingvermindering voor gewone intresten en ze niet meer bedragen dan het belastbaar OI van de eigen woning (voor vrijstelling) belastingvermindering = 12,5% van de in aanmerking genomen intresten in hoofde van gezamenlijk belaste echtgenoten wordt de belastingvermindering voor beide echtgenoten samen berekend en vervolgens omgedeeld i.f.v. ieders GBI 50

Voorbeeld: Sandra (alleenstaande) is eigenaar van volgende onroerende goederen: eigen woning te Bree (KI = 1.200 ) waarvoor ze in 2003 een aankooplening heeft afgesloten. Betaalde intresten in 2014: 5.150 vruchtgebruik van een appartement te Knokke (KI = 1.250 ) dat ze in 2012 heeft aangekocht met geschonken gelden van haar ouders belastbaar OI: eigen woning voor vrijstelling: 1.200 x 1,7 = 2.040,00 appartement Knokke: 1.250 x 1,7 x 1,4 = 2.975,00 netto belastbaar OI: eigen woning andere OI / 2.975,00 - intresten: - 0,00 netto belastbaar OI: 2.975,00 51

intresten die in aanmerking komen voor gewestelijke belastingvermindering gewone intresten: totaal bedrag intresten: 5.150,00 beperkt tot netto OI: 2.975,00 intresten gewestelijke belastingvermindering: 2.975,00 intresten die in aanmerking komen voor gewestelijke belastingvermindering onroerende voorheffing: resterend bedrag intresten: 2.175,00 beperkt tot netto OI eigen woning: 2.040,00 gewestelijke belastingvermindering onroerende voorheffing: 12,5% x 2.040 = 255,00 EUR 7. Fiscale korven 52

1. Federale en gewestelijke korven Vanaf aanslagjaar 2015 vier korven: 1. gewestelijke korf woonbonus vullen met kapitaal + intresten hypothecaire lening + premies beleende LV m.b.t. enige en eigen woning 2. gewestelijke korf lange termijnsparen vullen met kapitaal hypothecaire lening + premies beleende LV m.b.t. eigen maar niet enige woning 3. federale korf woonbonus vullen met kapitaal + intresten hypothecaire lening afgesloten voor 1.1.2014 + premies beleende LV m.b.t. enige maar niet langer eigen woning 4. federale korf lange termijnsparen vullen met kapitaal hypothecaire lening + premies beleende LV m.b.t. niet eigen woning + premies nietbeleende LV intresten die in aanmerking komen voor belastingvermindering komen in geen enkele korf! 53

2. Ruimte korven Vier korven staan met elkaar in verbinding (steeds afzonderlijk per echtgenoot te berekenen) ruimte federale korf woonbonus: federale korf woonbonus - gewestelijke korf woonbonus overblijvende ruimte federale korf woonbonus ruimte federale korf lange termijnsparen: federale korf LT = {15% x 1.900 NBI + (6% x NBI -1.900 )} max. 2.280 - gewestelijke korf LT - gewestelijke + federale korf woonbonus zonder toeslagen overblijvende ruimte federale korf LT ruimte gewestelijke korf lange termijnsparen: gewestelijke korf LT = {15% x 1.900 NBI + (6% x NBI -1.900 )} max. 2.280 - gewestelijke korf woonbonus zonder toeslagen overblijvende ruimte gewestelijke korf LT 54

8. Voorbeelden lokalisatie woningkredieten Voorbeeld 1 Thomas en Valerie zijn wettelijk samenwonend sinds 2010 Zij wonen momenteel in de woning te Gent die eigendom is van Valerie. Voor de aankoop van deze woning had Valerie op 6.6.2006 een hypothecaire lening afgesloten. Sinds de aankoop bewoont Valerie deze woning Thomas is eigenaar van twee andere woningen die hij verhuurt studio Leuven: hypothecaire lening 10.8.2004 woning Aarschot: hypothecaire lening 11.12.2008 55

Op 12.12.2014 sluiten Thomas en Valerie een hypothecaire lening voor de verbouwing van de woning te Aarschot Op 8.3.2015 verhuizen ze van Gent naar Aarschot De woning te Aarschot wordt voor 10% beroepsmatig gebruikt Fiscale voordelen Valerie lening woning Gent 2014: Vlaamse woonbonus 2015: uitgaven van 1.1 tot 7.3.2015: Vlaamse woonbonus uitgaven van 8.3 tot 31.12.2015: federale woonbonus 2016 e.v.: federale woonbonus (code 2370) 56

Fiscale voordelen Thomas studio Leuven 2014: federale belastingvermindering bouwsparen + gewone intrestaftrek 2015: federale belastingvermindering bouwsparen + gewone intrestaftrek 2016 e.v.: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek Fiscale voordelen Thomas lening 1 + 2 woning Aarschot 2014: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek 2015: uitgaven van 1.1 tot 7.3.2015: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek uitgaven van 8.3 tot 31.12.2015: 90% Vlaamse belastingvermindering lange termijnsparen + 10% federale belastingvermindering lange termijnsparen + 90% Vlaamse belastingvermindering gewone intresten + 10% beroepskost 57

2016 e.v.: 90% Vlaamse belastingvermindering lange termijnsparen + 10% federale belastingvermindering lange termijnsparen + 90% Vlaamse belastingvermindering gewone intresten + 10% beroepskost Fiscale voordelen Valerie lening 2 woning Aarschot: / Voorbeeld 2 Jan woont in Mechelen en sluit op 20.2.2014 een hypothecaire bouwlening af voor woning te Lafôret (ingebruikname 6.12.2016) Jan is eveneens eigenaar van een appartement te Oostende dat hij gebruikt als buitenverblijf. Voor de aankoop heeft hij op 31.8.2005 een hypothecaire lening afgesloten 58

Hypothese 1: Jan is eigenaar van woning te Mechelen (sinds 2005) fiscale voordelen bouwlening: t/m 5.12.2016: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek vanaf 6.12.2016: Waalse belastingvermindering lange termijnsparen + belastingvermindering gewone intresten fiscale voordelen aankooplening: 2014 e.v. jaren: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek Hypothese 2: Jan huurt woning te Mechelen fiscale voordelen bouwlening: 2014 + 2015: Vlaamse belastingvermindering lange termijnsparen + belastingvermindering gewone intresten vanaf 2016: Waalse belastingvermindering lange termijnsparen + belastingvermindering gewone intresten fiscale voordelen aankooplening: 2014 e.v. jaren: federale belastingvermindering lange termijnsparen + gewone intrestaftrek 59

9. Aangifteformulier Vak IX is onderverdeeld in 3 hoofdrubrieken A. intresten van groene leningen gesloten van 2009 tot 2011 B. uitgaven met betrekking tot de eigen woning subrubriek B,1,2: gewestelijke woonbonus subrubriek B,3,a): gegevens eigen woning: belangrijk voor berekening belastingvermindering bijkomende intresten en onroerende voorheffing subrubriek B,3,b): gewestelijke belastingvermindering bijkomende intresten subrubriek B,3,c): gewestelijke belastingvermindering gewone intresten 60

subrubriek B,4,a): kapitaalaflossingen die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering bouwsparen subrubriek B,4,b): kapitaalaflossingen die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering lange termijnsparen subrubriek B,5,a): premies die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering bouwsparen subrubriek B,5,b): premies die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering lange termijnsparen subrubriek B,6: betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen die in aanmerking komen voor de gewestelijke belastingvermindering C. uitgaven met betrekking tot de niet-eigen woning subrubriek C,1,2: federale woonbonus subrubriek C,3,a): federale belastingvermindering bijkomende intresten subrubriek C,3,b): federale gewone intrestaftrek subrubriek C,4,a): kapitaalaflossingen die in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering bouwsparen subrubriek C,4,b): kapitaalaflossingen die in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering lange termijnsparen 61

subrubriek C,5,a): premies die in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering bouwsparen subrubriek B,5,b): premies die in aanmerking komen voor de federale belastingvermindering lange termijnsparen subrubriek C,6: federale betaalde erfpacht- en opstalvergoedingen VAK X: UITGAVEN DIE RECHT GEVEN OP EEN BELASTINGVERMINDERING 62

1. Belastingvermindering ter beveiliging van woningen tegen brand en inbraak Belastingvermindering is ingevolge de zesde staatshervorming overgeheveld naar de gewesten Vlaanderen + Wallonië schrapt de belastingvermindering vanaf aanslagjaar 2016 Brussels gewest behoudt (voorlopig?) de belastingvermindering Wetgeving Vlaams decreet van 19 december 2014 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2015 (B.S. 30 december 2014) Schrapping art. 145 31 WIB 92 63

2. Belastingvermindering energiebesparende uitgaven T/m aanslagjaar 2014 aangifteformulier maakte een onderscheid al naargelang uitgaven betrekking hadden op 1 enkele woning (subrubriek K,1): belastingplichtige vermeldt enkel de werkelijk gedane uitgaven uitgaven betrekking hadden op meerdere woningen (subrubriek K,2): belastingplichtige berekent zelf het totaal bedrag van de belastingvermindering Vanaf aanslagjaar 2015 uitgaven gedaan in 2014 subrubriek J,1: onderscheid wordt niet langer gemaakt code 3317: belastingplichtige berekent steeds zelf het totaal bedrag van de belastingvermindering en dit ongeacht of de uitgaven betrekking hebben op 1 enkele woning of op meerdere woningen overdracht subrubriek J,2: onderscheid wordt nog wel gemaakt 64

Aan de toepassingsvoorwaarden en modaliteiten heeft geen enkel gewest momenteel wijzigingen aangebracht, bijgevolg voor aanslagjaar 2015: enkel dakisolatie belastingvermindering = 30% van de werkelijk gedane uitgaven met als maximum 3.040 per jaar en per woning VAK XIV: REKENINGEN EN INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERINGEN IN HET BUITENLAND EN JURIDISCHE CONSTRUCTIES 65

1. Melding rekeningnummers bij de NBB Melding gegevens buitenlandse rekeningen aan CAP indien belastingplichtige voor het aanslagjaar 2012, 2013 of 2014 het bestaan van één of meerdere buitenlandse rekeningen heeft gemeld via zijn aangifte personenbelasting (vak XIV code 1075) uiterlijk op het ogenblik dat hij zijn aangifte personenbelasting voor het aanslagjaar 2015 indient via aangifteformulier (rubriek A) bevestigen dat de nummers van de buitenlandse rekeningen zijn gemeld Meldingsmodaliteiten OFWEL elektronisch via de website van de NBB OFWEL op papier via standaardformulier (zal door de FOD Financiën in overleg met de NBB worden vastgelegd en zal te raadplegen zijn op website NBB) 66

Belastingplichtige (of gevolmachtigde) zal volgende gegevens moeten melden aan het CAP NBB (K.B. van 3 april 2015) 1. identificatie belastingplichtige: naam + eerste voornaam + rijksregisternummer 2. identificatie van de buitenlandse rekening(en) rekeningnummers (IBAN-nr. of bij gebrek het rekeningnr. toegekend door de buitenlandse bank) waarvan het bestaan is gemeld voor de aj. 2012-2014; benaming buitenlandse financiële instelling(en); BIC-code van de instelling(en) of bij gebrek het volle adres land(en) waar rekening(en) zijn geopend 3. begin-en einddatum enkel de rekeningen waarvan het bestaan is gemeld voor de aj. 2012-2014 moeten worden gemeld het volstaat dat de belastingplichtige aangeeft vanaf welk jaar (2011, 2012 of 2013) hij (mede-)titularis is van de buitenlandse rekening 67

Opmerking: Administratie mag CAP enkel raadplegen bij toepassing van artikel 322, 2 WIB 92, namelijk wanneer de taxatieambtenaar bij een onderzoek bij de belastingplichtige OFWEL beschikt over aanwijzingen van belastingontduiking OFWEL zich voorneemt een indiciaire aanslag te vestigen taxatieambtenaar moet getrapte procedure volgen Wetgeving : K.B. van 3 april 2015 tot wijziging van het K.B. van 17 juli 2013 betreffende de werking van het centraal aanspreekpunt bedoeld in art. 322, 3 WIB 92 (B.S. 13 april 2015) Art. 307, 1, tweede lid WIB 92 Art. 322, 2 en 3 WIB 92 68

VAK XVI: DIVERSE INKOMSTEN 1. Meerwaarden op roerende waarden en titels Opsplitsing van de occasionele winsten en baten in het aangifteformulier subrubriek B,1,a): meerwaarden op roerende waarden en titels = geen gewestelijke opcentiemen subrubriek B,1,b): andere = wel gewestelijke opcentiemen 69

Wetgeving : Art. 5/2, 2, 7 Bijzondere Financieringswet van 6 januari 2014 (B.S. 31 januari 2014) VAK XX: VOORHEFFINGEN IN VERBAND MET EEN ZELFSTANDIGE BEROEPSWERKZAAMHEID 70

1. Belastingkrediet voor zelfstandigen Belastingkrediet belastingkrediet = 10% aangroei eigen middelen met als max. 3.750 waarbij: eigen middelen = fiscale waarde vaste activa totale waarde van de beroepsschulden met een oorspronkelijke looptijd van meer dan 1 jaar aangroei = bedrag eigen middelen op de laatste dag van het BT en het hoogste bedrag van de eigen middelen op het einde van één van de 3 vorige BT Tot en met het aanslagjaar 2014 belastingkrediet verrekenbaar met de PB die evenredig betrekking heeft op de beroepsinkomsten niet-verrekend gedeelte kan worden overgedragen naar de 3 volgende aanslagjaren (vak XIX) Vanaf het aanslagjaar 2015 belastingkrediet verrekenbaar als federaal belastingkrediet met de totale belasting (= federale + gewestelijke PB) niet-verrekend gedeelte zal integraal terugbetaald worden 71

Nieuwe regeling geldt niet enkel voor belastingkredieten verkregen vanaf aanslagjaar 2015 maar ook voor de reeds toegekende belastingkredieten van de 3 voorgaande jaren die de zelfstandige heeft overgedragen Aangifteformulier subrubriek 4,a): belastingkrediet aanslagjaar 2015 subrubriek 4,b): overgedragen belastingkredieten van de 3 voorgaande aanslagjaren Wetgeving Wet van 8 mei 2014 tot wijziging van het WIB 92 (B.S. 28 mei 2014) Art. 289bis WIB 92 Opheffing art. 291 WIB 92 Art. 290, eerste lid, 2 WIB 92 Art. 304, 2, eerste lid, 2 WIB 92 72

VRAGEN? 73