Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 1/27 Handhavingsjaarverslag Gemeente Aalburg 2015
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 2/27 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1. Aanleiding... 3 1.2. Doelstellingen... 3 1.3. Leeswijzer... 4 2. Beleids- en Uitvoeringscyclus... 5 2.1. Inleiding... 5 2.2. Uitwerking beleids- en uitvoeringcyclus... 6 3. Toezicht en handhaving... 8 3.1. Inleiding... 8 3.2. Gekozen model... 8 3.3. Structuur van handhaving... 8 3.4. Bouw- en ruimtelijke regelgeving... 8 3.4.1. Inleiding... 8 3.4.2. Bouwen... 9 3.4.3. Ruimtelijke ordening... 10 3.4.4. Milieu... 11 3.5. Handhavingsprocedures... 11 3.5.1. Handhavingsverzoeken... 11 3.5.2. Bemiddeling... 12 3.5.3. Afgewezen verzoeken... 13 3.5.4. Vooraankondingen... 13 3.5.5. Handhavingsbesluit... 14 3.5.6. Verbeurde dwangsommen en invorderingsbesluit... 14 3.5.7. Gedoogbeschikkingen... 15 3.5.8. Bezwaar- en beroepsprocedures... 15 3.5.9. Projecten... 15 3.6. Lopende zaken... 16 3.7. Proces... 16 4. Evaluatie handhavingsbeleidsplan... 18 4.1. Inleiding... 18 4.2. Relevante ontwikkelingen... 18 4.3. Doelstellingen... 18 4.3.1. Kwaliteitseisen... 18 4.3.2. Transparantie over uitvoering handhavingsbeleidsplan... 22 4.3.3. Inzet van mensen en middelen... 22 4.4. Conclusie verbeterpunten... 25 4.4.1. Kwaliteitseisen... 25 4.4.2. Transparantie over uitvoering handhavingsbeleidsplan... 26 4.4.3. Inzet van mensen en middelen... 26
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 3/27 1. Inleiding 1.1. Aanleiding Op 22 februari 2011 heeft de gemeenteraad van Aalburg het Integraal handhavingsbeleidsplan vastgesteld. In dit beleidsplan wordt beschreven welke visie, prioriteiten en strategieën de gemeente Aalburg hanteert als het gaat om toezicht en handhaving. Het Integraal handhavingsbeleidsplan is daarmee ook de basis voor de beleids- en uitvoeringscyclus als het gaat om toezicht en handhaving binnen de gemeente Aalburg in de komende jaren. Onderdeel van de beleids- en uitvoeringscyclus is dat het college van burgermeester en wethouders jaarlijks een handhavingsuitvoeringsprogramma opstelt en dat het college van burgemeester en wethouders jaarlijks een handhavingsjaarverslag vaststelt. In het handhavingsuitvoeringsprogramma concretiseert de gemeente Aalburg het integraal handhavingsbeleidsplan en de hierin vastgelegde visie, prioriteiten en strategieën. Het programma geeft concreet aan hoe en in welke mate de gemeente Aalburg de beschikbare capaciteit inzet op de verschillen handhavingsthema s en handhavingstaken. In het handhavingsjaarverslag evalueert de gemeente Aalburg of de in het uitvoeringsprogramma gestelde doelen zijn bereikt. In het integraal handhavingsbeleidsplan is aangegeven dat het kader voor de toezicht- en handhavingstaken worden bepaald door de beleidsvelden bouwen, slopen, monumenten, ruimtelijke ordening en milieu. 1.2. Doelstellingen In het handhavingsbeleidsplan zijn door de gemeenteraad de doelstellingen van het handhavend optreden vastgelegd. Zo is een eerste doel om conform de kwaliteitseisen die de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo) te komen tot een zo integraal mogelijke afgestemd uitvoeringsprogramma op het gebied van toezicht en handhaving. Verder is het doel om te komen tot een uitvoeringsprogramma dat blijk geeft van transparantie voor burgers en bedrijven, de gemeentelijke organisatie en de handhavingspartners over hoe wordt omgegaan met de uitvoering van het integrale handhavingsbeleidsplan van de gemeente Aalburg. Tenslotte heeft het uitvoeringsprogramma als doel om te komen tot een zo integraal, effectief en efficiënt mogelijke inzet van mensen en middelen, waarbij het voor een ieder duidelijk is, dan wel dat het voor een ieder duidelijk behoort te zijn, hoe de gemeente Aalburg haar mensen en middelen inzet om naleving van de regels te bereiken en/of te bevorderen. In dit jaarverslag wordt aangegeven in hoeverre deze doelen zijn bereikt.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 4/27 1.3. Leeswijzer Na dit inleidende hoofdstuk zal in hoofdstuk 2 van dit handhavingsjaarverslag 2015 nader worden ingegaan op de beleids- en uitvoeringscyclus. Hoofdstuk 3 gaat allereerst in op de structuur van handhaving en toezicht. Vervolgens zijn in het tweede deel van hoofdstuk de gevolgde procedures opgenomen. In hoofdstuk 4 een evaluatie van het handhavingsuitvoeringsprogramma gegeven worden en zijn verbeterpunten opgenomen.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 5/27 2. Beleids- en Uitvoeringscyclus 2.1. Inleiding In het integraal handhavingsbeleidsplan is aangegeven dat het beleid en de hierop gebaseerde uitvoeringsprogramma s onderdeel zijn van een beleidscyclus. Dit betekent concreet dat het de bedoeling om het beleid en het uitvoeringsprogramma jaarlijks te evalueren. Deze evaluatie kan ertoe leiden dat het beleid en/of het uitvoeringsprogramma op bepaalde aspecten (visie, prioriteiten, strategieën) moet worden bijgestuurd. Hiermee wordt beoogd te komen en te blijven komen tot een zo efficiënt en effectief mogelijke inzet van mensen en middelen in overeenstemming met het integraal handhavingsbeleidsplan (visie, prioriteiten en strategieën). Ook is dit wenselijk om er zo voor te zorgen dat het beleid en de uitvoeringsprogramma s blijven aansluiten bij de bestuurlijke en ambtelijke wensen, ambities en organisatie, zodat het beleid en de uitvoeringsprogramma s altijd aansluiten bij de actuele situatie in de gemeente Aalburg. Het is dan ook niet voor niets dat dit voortvloeit uit de kwaliteitseisen die hierover in de Wabo en de Bor (Besluit omgevingsrecht) zijn opgenomen. Hierbij wordt verwezen naar de dubbele regelkring ( Big Eight, zie figuur hieronder), waarin de verschillende stappen uit de beleids- en uitvoeringscyclus zijn vastgelegd Figuur 1: Big Eight, oftewel de dubbele regelkring met verwijzing naar de betreffende artikelen uit de Bor
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 6/27 2.2. Uitwerking beleids- en uitvoeringcyclus Binnen de beleids- en uitvoeringscyclus waarin het integraal handhavingsbeleid en het uitvoeringsprogramma is opgenomen worden de volgende fasen onderscheiden: Fase 1: Fase 2: Fase 3: Fase 4: Beleidsvorming (Visie, Prioriteiten Strategieën) Uitvoering (Uitvoeringsprogramma s en organisatie) Evaluatie/Monitoring Bijsturing (Beleid en/of Uitvoering) Fase 1 Beleidsvorming Aan het begin van de beleidscyclus wordt een integraal handhavingsbeleidsplan opgesteld waarin in ieder geval de volgende onderwerpen worden vastgelegd en uitgewerkt op hoofdlijnen: - uitgangspunten, achtergronden en visie; - taken en prioriteiten; - invulling van het begrip Integrale handhaving; - handhavingstrategie (inspectie-, toezicht-, sanctie- en gedoogstrategie). Met het vaststellen van het integraal handhavingsbeleidsplan is aan deze fase door de gemeente Aalburg invulling gegeven. Fase 2 Uitvoering In deze fase wordt het handhavingsbeleidsplan uitgewerkt in een jaarlijks op te stellen handhavingsuitvoeringsprogramma. In dit programma wordt concreet vastgelegd en uitgewerkt hoe de beschikbare capaciteit aan de hand van de in het beleid vastgestelde prioriteiten en strategieën wordt ingezet op de verschillende toezicht en handhavingstaken. Aan deze fase heeft de gemeente Aalburg invulling gegeven door het opstellen van het handhavingsuitvoeringsprogramma. Fase 3 Evaluatie/Monitoring In fase drie worden de resultaten uit de eerste twee fasen geëvalueerd en op uitvoeringsniveau gemonitord. In deze fase wordt ook een evaluatierapport opgesteld, waarin ondermeer wordt vastgelegd of en in hoeverre de mensen en middelen op efficiënte en effectieve wijze zijn ingezet volgens de prioriteiten en strategieën zoals deze in het beleid en het uitvoeringsprogramma zijn bepaald. Ook wordt in de evaluatie ingegaan op eventuele ontwikkelingen die zich gedurende het jaar hebben voorgedaan en die van invloed zijn geweest op het al dan niet waarmaken van het Uitvoeringsprogramma. Uiteindelijk kunnen op basis van voorgaande conclusies worden getrokken en aanbevelingen worden gedaan over de mogelijke bijsturing (Fase 4) die plaats dient te vinden. Indien bijsturing noodzakelijk is, wordt dit zo concreet mogelijk uitgewerkt in het evaluatierapport.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 7/27 Het is van belang dat evaluatie/monitoring structureel plaatsvindt in de uitvoeringsorganisatie. Constant dient te worden beoordeeld of de in het beleid vastgelegde visie, uitgangspunten, prioriteiten en strategieën nog gelden. Ook dient te worden beoordeeld of de in de Uitvoeringsprogramma s vastgelegde inzet van capaciteit op de verschillende taken wordt gerealiseerd. Aan deze fase wordt invulling gegeven door het opstellen van dit handhavingsjaarverslag. Fase 4 Bijsturing In de laatste fase worden aan de hand van de uitkomsten van het evaluatierapport uit Fase 3 de in het beleid en uitvoeringsprogramma genoemde aspecten uit fase 1 en 2 waar nodig bijgestuurd. Ieder jaar kan de evaluatie leiden tot aanpassing van het Integraal handhavingsbeleid en/of het Uitvoeringsprogramma. Dit betekent concreet dat er bijsturing plaats kan vinden op beleidsaspecten als visie, uitgangspunten, handhavingsthema s en taken, prioriteiten en strategieën, maar ook op uitvoeringsaspecten als capaciteit, middelen en organisatie. In dit handhavingsjaarverslag zal aangegeven worden in hoeverre bijsturing gewenst is.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 8/27 3. Toezicht en handhaving 3.1. Inleiding In dit hoofdstuk zal eerst ingegaan worden op de in het handhavingsuitvoeringsprogramma gemaakte keuze voor wat betreft het gewenste niveau van toezicht en handhaving. Daarna zal aangegeven worden wat met de beschikbare uren is gedaan. 3.2. Gekozen model In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 is per taakveld aangegeven wat de benodigde capaciteit is om het minimale dan wel het maximale niveau van toezicht en handhaving te behalen. Deze minimaal en maximaal gewenste toezichtsfrequentie zijn bepaald in het handhavingsbeleidsplan. Het gaat hierbij uitdrukkelijk om streefwaarden. Zoals aangegeven moet het college van burgemeester en wethouders in het handhavingsuitvoeringsprogramma in de praktijk een keuze maken hoe zij de beschikbare capaciteit inzet. Naast een minimale en een maximale niveau is in het handhavingsuitvoeringsprogramma ook een geprogrammeerd overzicht opgenomen. Dit overzicht geeft aan voor de verschillende taakonderdelen hoeveel uren beschikbaar zijn. Dit model is een compromis tussen de gewenste uren en de daadwerkelijk beschikbare capaciteit. Dit model geeft een reëel beeld van de daadwerkelijk beschikbare uren, die beschikbaar zijn voor toezicht en handhaving. Gekoppeld aan de uren is een inschatting gemaakt hoeveel controles, aanschrijvingen en dergelijke uitgevoerd kunnen worden. Het gaat hierbij om een inschatting. 3.3. Structuur van handhaving Vanwege de beperkte capaciteit die de gemeente Aalburg heeft voor handhavend optreden, ligt het accent op efficiënte handhaving. Dit houdt in dat in elke zaak bekeken wordt vanuit welk taakveld de handhaving het meest efficiënt kan worden aangestuurd. Zo is het bij bedrijven, die milieuregels overtreden, niet ongebruikelijk dat die bedrijven ook overtredingen begaan op het gebied van ruimtelijke ordening. Doordat op meerdere taakvelden overtredingen worden begaan, kan de gemeente sturen op welk taakveld zij in eerste instantie inzet. Hierdoor kan de beschikbare capaciteit efficiënt en effectief worden ingezet. Handhaving wordt op deze wijze vanuit een integrale visie aangepakt. Ook wordt recht gedaan aan de kwaliteitseisen van onder andere de Wabo. 3.4. Bouw- en ruimtelijke regelgeving 3.4.1. Inleiding In de praktijk komt het voor dat op een perceel overtredingen plaatsvinden op meerdere taakvelden. Bij controles neemt de toezichthouder alle overtredingen op in het waarnemingsrapport. Bij de handhaving pakt de toezichthouder de bouwregels en ruimtelijke ordening integraal op. Indien
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 9/27 noodzakelijk wordt voor milieuovertreding een toezichthouder van de Omgevingsdienst Midden en West-Brabant ingeschakeld. 3.4.2. Bouwen In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 is opgenomen dat alle bouwprojecten minimaal één keer bezocht moeten worden. Voor grotere bouwprojecten zijn meerdere toezichtmomenten gewenst. Omdat de ambtelijke beschikbare capaciteit onvoldoende is, is extern personeel ingehuurd. Hierdoor is geborgd dat de bouwprojecten regelmatig bezocht kunnen worden. In 2015 zijn alle bouw- en sloopprojecten, waarvoor een omgevingsvergunning voor bouwen is verleend minimaal één keer bezocht. Een groot aantal zijn twee of meer keren bezocht. Dit in lijn met het handhavingsuitvoeringsprogramma. Naast het toezicht houden op bouwprojecten controleert de toezichthouder ook of omgevingsvergunningplichtige bouwwerken zonder een omgevingsvergunning worden opgericht. In de praktijk gebeurt dit op verschillende wijzen. Allereerst maakt de toezichthouder inspectierondes. Deze rondes zijn gericht op het bekijken in hoeverre bouwactiviteiten worden verricht zonder dat daarvoor de benodigde omgevingsvergunning is verleend. Ook kan een inspectie plaatsvinden naar aanleiding van klachten uit de omgeving. Daarnaast houdt de toezichthouder bij het rijden naar een specifieke locatie in de gaten of elders geen illegale bouwactiviteiten worden verricht. Ten derde kunnen ook collega s overtredingen signaleren. Indien dat het geval is, geven zij dit door aan de toezichthouder. De toezichthouder controleert vervolgens of daadwerkelijk sprake is van een overtreding. In 2015 zijn op locatie 263 controles op het taakveld bouwen uitgevoerd. Door bovenstaande werkwijze wordt op een effectieve en efficiënte wijze vormgegeven aan toezicht en handhaving. Dit is in lijn met de doelstelling van het integraal handhavingsbeleidsplan. Om het bouwtoezicht meer te formaliseren wordt gewerkt met standaard toezichtformulieren. Een en ander is geborgd in het bouwbeleidsplan. Zowel de formulieren als het bouwbeleidsplan zijn opgesteld als onderdeel van het in 2015 opgestelde omgevingsbeleidsplan. Het omgevingsbeleidsplan is in samenwerking met de gemeenten Werkendam en Woudrichem opgesteld. Wanneer sprake is van een overtreding wordt geprobeerd om in het veld de overtreder de gelegenheid te geven om de overtreding te beëindigen. Uiteraard moet het daarbij wel gaan om geringe overtredingen. Bij een hercontrole bekijkt de toezichthouder of de afspraken zijn nagekomen. Als blijkt dat de overtreding niet wordt beëindigd of dat geen sprake is van een geringe overtreding, dan wordt een rapportage gemaakt. Op deze wijze wordt op een efficiënte en pragmatische wijze uitvoering gegeven aan de toezichtstaken. Het aantal controles is lager uitgevallen dan gepland. Dit komt doordat in 2015 meer uren zijn besteed aan andere zaken, zoals asbestcontroles en integrale controles. Asbestcontroles zijn relatief gezien arbeidsintensieve controles, onder andere door bijkomende administratieve werkzaamheden
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 10/27 (opvragen vrijgaves en stortbonnen). Verder heeft de voorbereiding en uitvoering van integrale controles meer tijd gekost dan verwacht. Dit is ten koste gegaan van de beschikbare uren voor controles op het gebied van bouwtoezicht.. Aantal controles In 2015 zijn op het taakveld bouwen 405 controles gepland. Er zijn 263 controles uitgevoerd. Verbeterpunt Het bouwtoezicht dient meer geformaliseerd te worden. Dit wordt meegenomen in het omgevingsbeleidsplan. 3.4.3. Ruimtelijke ordening Bij ruimtelijke ordening spitst het toezicht en de handhaving zich met name toe op het gebruik. Gecontroleerd wordt in hoeverre gebruik op een perceel past binnen de regels van het ter plaatse geldende bestemmingsplan. Toezicht valt in twee delen uiteen: (1) het ter plaatse uitvoeren van een controle en (2) de constateringen toetsen aan de geldende planologische regels. In de praktijk gebeurt het uitvoeren van controles in het veld op verschillende wijzen. Allereerst maakt de toezichthouder inspectierondes. Deze rondes zijn puur gericht op het bekijken in hoeverre percelen gebruikt worden in overeenstemming met de planologische regels. Ook kan een inspectie plaatsvinden naar aanleiding van klachten uit de omgeving. Daarnaast houdt de toezichthouder bij het rijden naar een specifieke locatie in de gaten of op andere percelen waar de toezichthouder langsrijdt geen overtredingen plaatsvinden. Ten derde kunnen ook collega s overtredingen signaleren. Indien dat het geval is, geven zij dit door aan de toezichthouder. De toezichthouder controleert vervolgens of daadwerkelijk sprake is van een overtreding. In 2015 zijn 55 controles ter plaatse uitgevoerd. Wanneer sprake is van een overtreding, wordt een rapportage gemaakt. In 2015 zijn minder controles uitgevoerd dan geprognosticeerd. Dit komt mede door het opzetten van integrale controles. Het goed voorbereiden en uitvoeren van dergelijke controles is ten koste gegaan van de beschikbare uren voor controles op het gebied van ruimtelijke ordening. Aantal controles In 2015 zijn op het taakveld ruimtelijke ordening 125 controles gepland. Er zijn 55 controles uitgevoerd. Conclusie Door bovenstaande werkwijze wordt op een effectieve en efficiënte wijze vormgegeven aan toezicht en handhaving. Dit is in lijn met de doelstelling van het integraal handhavingsbeleidsplan.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 11/27 3.4.4. Milieu Het milieutoezicht is extern weggezet bij de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB). De gemeente behoudt een coördinerende rol en is het belangrijkste aanspreekpunt. Bij vragen over het uitgevoerde toezicht kunnen de bedrijven tevens direct contact opnemen met de OMWB. In het kader van programmatisch handhaven vindt toezicht bij bedrijven plaats. De beschikbare capaciteit voor milieucontroles is verdeeld over de milieucategorieën. Naast de frequentie en de bestuurlijke prioriteiten is naar het naleefgedrag gekeken van de bedrijven. Hierdoor kunnen bedrijven die milieu hoog in het vaandel hebben en al regelmatig een milieucontrole hebben gehad minder frequent worden gecontroleerd en worden dus beloond. Het aantal uitgevoerde hercontroles lager is dan gepland. Er worden minder overtredingen geconstateerd dan verwacht. Hierdoor zijn minder hercontroles nodig dan geraamd. In 2015 zijn 160 (her)controles ter plaatse uitgevoerd. Aantal controles In 2015 zijn op het taakveld milieu 156 controles gepland. Er zijn 91 controles uitgevoerd. Conclusie Geconstateerd is dat het naleefgedrag bij de bedrijven is verbeterd. Een vermindering van het toezicht op deze bedrijven is dan ook gerechtvaardigd. Hiermee wordt invulling gegeven aan een speerpunt van de raad lastenvermindering. Bedrijven die hun zaakjes op orde hebben worden op deze wijze beloond. Door de gehanteerde werkwijze wordt op een effectieve en efficiënte wijze vormgegeven aan toezicht en handhaving. 3.5. Handhavingsprocedures 3.5.1. Handhavingsverzoeken In 2015 zijn 5 handhavingsverzoeken en 12 klachten binnengekomen, die geleid hebben tot het opstarten van een handhavingsprocedure. Daarbij moet wel opgemerkt worden meerdere handhavingsverzoeken en klachten gericht zijn tegen één overtreding. Ook hebben verscheidene mensen meerdere handhavingsverzoeken en/of klachten ingediend. Ook is geconstateerd dat in een aantal zaken geen sprake was van een overtreding. In dat geval is het verzoek afgewezen of is dat teruggekoppeld aan de klager. Op handhavingsverzoeken moet binnen een termijn van 8 weken de gemeente besluiten al dan niet tot handhaving over te gaan. Voordat een besluit kan worden genomen moeten diverse stappen worden doorlopen. Zo moet ter plaatse een waarneming plaatsvinden en geconstateerd worden of er een overtreding plaatsvindt. Indien een overtreding wordt geconstateerd, moet onderzocht worden of de overtreding voor legalisatie in aanmerking komt. Ook stellen wij de overtreder in de gelegenheid om de overtreding te beëindigen en zijn kant van het verhaal te doen. Indien binnen de termijn van
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 12/27 acht weken geen besluit wordt genomen, kunnen verzoekers de gemeente in gebreke stellen en dwingen tot een besluit op basis van de wet dwangsom. Aantal handhavingsverzoeken In 2015 zijn 10 handhavingsverzoeken en 8 klachten ingepland. Er zijn 5 handhavingsverzoeken en 12 klachten binnengekomen. Conclusie Handhavingsverzoeken en klachten kosten relatief veel capaciteit. Daarnaast moet binnen een korte periode een besluit worden genomen. Aandachtspunt De termijnen voor het nemen van een besluit dienen in acht te worden genomen. Hiervoor moet voldoende (juridische) capaciteit beschikbaar zijn. 3.5.2. Bemiddeling Wanneer een klacht of een handhavingsverzoek binnenkomt, wordt eerst bekeken of de situatie zich leent voor bemiddeling. Dit doet zich bijvoorbeeld voor als sprake is van een conflict tussen buren, waarbij de klacht gebruikt wordt als pressiemiddel. In gesprekken wordt dan geprobeerd om de buren weer in overleg te krijgen. Voor de gemeente is daarbij uitgangspunt dat eventuele overtredingen wel worden beëindigd. In 3 zaken heeft bemiddeling tot een oplossing van het conflict geleid. In 1 zaak is het nog kansrijk dat bemiddeling effectief kan zijn. In de andere zaken lagen de belangen van partijen te ver van elkaar verdaan, hadden partijen geen interesse in bemiddeling of waren de verhoudingen tussen partijen al te veel verslechterd. Bemiddeling kan effectief zijn. Belangrijk is wel dat partijen zich actief opstellen en dat duidelijke afspraken worden gemaakt. Een valkuil is wel dat te lang doorgepraat kan worden. Wanneer partijen er niet uit willen of kunnen komen, is er geen andere optie dan de bemiddeling te stoppen. In de praktijk bestaat de neiging om desondanks een extra poging te wagen. In het handhavingsprogramma is geen capaciteit geraamd voor bemiddeling. Bemiddeling kan effectief zijn. Voor de gemeente kan de winst zijn dat de bemiddeling zich qua uren terugverdient door het voorkomen van bezwaar- en beroepsprocedures. Belangrijk is wel dat partijen zich actief opstellen en dat duidelijke afspraken worden gemaakt. Een valkuil is wel dat te lang doorgepraat kan worden. Wanneer partijen er niet uit willen of kunnen komen, is er geen andere optie dan de bemiddeling te stoppen. In de praktijk bestaat de neiging om desondanks een extra poging te wagen.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 13/27 Verbeterpunt Bemiddeling in geschillen verdient meer aandacht. Waar mogelijk zal bij handhavingsverzoeken of klachten hierop ingezet worden. Van belang is wel dat het in een vroegtijdig stadium gebeurt. Verbeterpunt Om bemiddeling effectiever en efficiënter te laten verlopen zal een verzoek om handhaving meteen worden doorgezet naar de verantwoordelijke wethouder. Verbeterpunt Om bemiddeling effectiever te laten zijn, is het van belang dat tussen partijen duidelijke afspraken worden gemaakt. Daarbij is het ook van belang dat partijen weten wat van elkaar wordt verwacht. Verbeterpunt Wanneer partijen zich niet aan de afspraken houden, vasthouden aan hun gelijk of niet bereid zijn om concrete afspraken te maken, is het veelal beter om de bemiddeling te beëindigen. 3.5.3. Afgewezen verzoeken In twee zaken is het verzoek om handhaving (deels) afgewezen. Op basis van waarneming ter plekke en aansluitend bureauonderzoek is gebleken dat weliswaar sprake is geweest van een overtreding, maar dat de verzoeker om handhaving geen belanghebbende is. Formeel gezien moet daardoor het verzoek om handhaving buiten behandeling worden gelaten. Dit betekent niet dat in deze twee zaken niet wordt opgetreden. De gemeente heeft namelijk ook een zelfstandige bevoegdheid op handhavend op te treden. In deze twee zaken heeft het college zijn verantwoordelijk genomen en heeft deze twee zaken opgepakt. 3.5.4. Vooraankondingen In 2015 zijn 3 vooraankondigingen verstuurd. De vooraankondigingen zijn gericht op de volgende overtredingen: - 1 maal strijdig gebruik; - 2 maal in werking zijn zonder of in afwijking van melding Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer. In spoedeisende zaken kan niet altijd een vooraankondiging verstuurd worden, maar is het van belang dat de overtreder de overtreding direct beëindigt. Dit kan het geval zijn als de overtreding onomkeerbare gevolgen met zich meebrengt. In 2015 is in 3 gevallen besloten om geen vooraankondiging te versturen, maar is direct overgegaan tot het nemen van een handhavingsbeschikking. Bij een aantal overtredingen is ingezet op bemiddeling. Deze stap wordt ingezet voordat een vooraankondiging wordt verstuurd. In paragraaf 3.5.2. is ingegaan op het de rol van bemiddeling in handhavingsprocedures.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 14/27 Aantal vooraankondigingen In het handhavingsuitvoeringsprogramma waren 2 vooraankondigingen geraamd. Dit zijn er uiteindelijk 3 geworden. 3.5.5. Handhavingsbesluit In veel zaken leidt de vooraankondiging niet tot het gewenste effect, namelijk dat de overtreder de overtreding beëindigt en beëindigd houdt. Indien de overtreding niet wordt beëindigd, behoort het college van burgemeester en wethouders een handhavingsbesluit te nemen. Daarbij kan gekozen worden voor een aantal verschillende instrumenten. In 2015 is gekozen voor de volgende instrumenten: - 3 maal opleggen van een last onder bestuursdwang;; - 5 maal opleggen van een last onder dwangsom; Aantal last onder bestuursdwang en last onder bestuursdwang In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 was één last onder bestuursdwang en waren tien lasten onder dwangsom geraamd. Het aantal komt uit op 5 lasten onder dwangsommen en 3 lasten onder bestuursdwang. In 2 zaken is in 2015 geen last opgelegd, maar loopt er nog een bemiddelingspoging. Het aantal lasten ligt daarmee iets onder met het aantal geraamde lasten. 3.5.6. Verbeurde dwangsommen en invorderingsbesluit In gevallen dat het college van burgemeester en wethouders een last onder dwangsom oplegt, krijgt de overtreder een begunstigingstermijn. Binnen deze termijn heeft de overtreder de gelegenheid om maatregelen te treffen om de overtreding te beëindigen. Wanneer de overtreder de gegeven termijn niet benut en de overtreding voortduurt, worden van rechtswege dwangsommen verbeurd. Daardoor ontstaat een betalingsverplichting. Voordat tot aanmaning van betaling van de verschuldigde bedragen kan worden overgegaan, moet een invorderingsbesluit worden genomen. In 2015 zijn geen invorderingsbeschikkingen genomen. Er is namelijk ofwel gehoor gegeven aan de last, waardoor geen dwangsommen zijn verbeurd ofwel is om andere redenen, zoals het nog niet bereikt zijn van het maximumbedrag, nog geen invorderingsbeschikking genomen. Aantal invorderingen In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 waren 4 invorderingsbeschikkingen geraamd. Uiteindelijk zijn er geen invorderingsbesluiten genomen. Conclusie Een invorderingsbeschikking kan echter pas plaatsvinden als de overtredingen niet tijdig zijn beëindigd. Het aantal is daardoor afhankelijk van het gegeven of de overtredingen al dan niet beëindigd zijn. Ook kan het zijn dat nog niet het maximumbedrag is bereikt. In beginsel wordt namelijk pas een invorderingsbeschikking genomen wanneer het maximum is bereikt of wanneer er dwangsommen zijn verbeurd en het de verwachting is dat er geen verdere dwangsommen zullen verbeuren.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 15/27 3.5.7. Gedoogbeschikkingen In 2015 zijn er geen gedoogbeschikkingen genomen. In het handhavingsuitvoeringsprogramma was er één geraamd. Aantal gedoogbeschikkingen Er was 1 gedoogbeschikking opgenomen in het programma. Er zijn geen gedoogbeschikkingen genomen. 3.5.8. Bezwaar- en beroepsprocedures Onderdeel van de rechtsbescherming is dat een burger de mogelijkheid heeft om bezwaar en beroep aan te tekenen tegen een besluit van de gemeente. Tegen 11 besluiten is door of de aangeschrevene of de verzoeker om handhaving bezwaar ingediend. Daarnaast is tegen 2 besluiten een voorlopige voorziening ingediend. Ook is in 5 zaken de gang naar de rechter gemaakt. In 1 zaak is hoger beroep bij de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State ingesteld. Ook is er een verzetsprocedure bij het Gerechtshof s Hertogenbosch geweest. Aantal bezwaar- en beroepsprocedures In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 waren 8 bezwaarprocedures en 4 beroepsprocedures/voorlopige voorzieningen geraamd. Uiteindelijk zijn er 11 bezwaarprocedures gevoerd, 2 voorlopige voorzieningen en 7 (hoger) beroepszaken. Conclusie In 2015 heeft het daadwerkelijke aantal bezwaarprocedures het aantal geraamde procedures overtroffen. Het aantal beroepszaken is wel minder dan geraamd.. 3.5.9. Projecten In het handhavingsuitvoeringsprogramma waren voor 2015 tweer grootschalige projecten gepland. Het ging om de volgende projecten: integrale controles in het kader van arbeidsmigranten en integrale controles voor Drank/ en Horeca. Project Arbeidsmigranten Het project arbeidsmigranten vindt plaats in samenwerking met de buurgemeenten Werkendam en Woudrichem en externe partijen. Hiervoor is dan ook een projectteam opgesteld. Naast de gemeenten namen de politie, de vreemdelingenpolitie, de arbeidsinspectie, de belastingdienst mee aan deze actie. In 2015 is er binnen de gemeente Aalburg 1 integrale actie arbeidsmigranten geweest en zijn diverse adressen bezocht voor het project Arbeidsmigranten. Bij deze actie zijn geen noemenswaardige overtredingen geconstateerd.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 16/27 Verbeterpunt Vooraf een betere screening maken van de te bezoeken adressen. Drank en Horeca-wet Daarnaast is in 2015 ook een projectgroep opgesteld voor het project Drank- en Horecawet. Naast de gemeente doen aan dit project ook de buurgemeenten Werkendam en Woudrichem mee. Ook nemen de politie en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit mee aan deze actie. In 2015 is er tweemaal een actie voor Drank- en Horeca gehouden. Bij deze acties zijn meerdere horecagelegenheden bezocht. Ook zijn locaties bezocht waar alcohol wordt geschonken, zoals evenementen en sportkantines. Er zijn 2 acties geweest De acties zijn goed verlopen. Er zijn geen noemenswaardige overtredingen geconstateerd. 3.6. Lopende zaken In een vijftal zaken is de gebruiker een notoire overtreder, waarbij de bestuurlijke procedures zijn afgerond. De gemeente heeft echter nog verschuldigde bedragen te goed. Onderdeel van de handhavingsplicht is dat verschuldigde bedragen ook daadwerkelijk worden geïnd. In andere zaken lopen nog bezwaarprocedures en gerechtelijke procedures, waarbij door de bestuursrechter nog beoordeeld moet worden of de door de gemeente genomen juridische stappen correct zijn doorlopen. De ervaring is daarbij dat overtreders doorprocederen om zodoende de verbeurde bedragen nog niet te hoeven betalen. Dit kan worden ondervangen door na het nemen van een invorderingsbeschikking over te gaan tot daadwerkelijk inning van de verschuldigde bedragen. 1 Waar nodig zal een dossier dan overgedragen moeten worden aan een deurwaarder. Aantal langlopende zaken Er zijn 5 langlopende zaken. Verbeterpunt Nadat een invorderingsbesluit is genomen, is het van belang dat wordt doorgepakt. Dit betekent dat niet wordt afgewacht totdat alle rechtsbeschermingsmiddelen zijn uitgeput. 3.7. Proces In 2015 heeft het college de lijn voortgezet om vroegtijdig te bekijken welke bemiddelingsmogelijkheden aanwezig zijn. Hierbij wordt de lijn gevolgd dat wanneer een verzoek om handhaving of een klacht bij de gemeente binnenkomt, de verantwoordelijke wethouder wordt 1 Eventueel zou afgewacht kunnen worden of bezwaar wordt aangetekend. Dan zou de beslissing op bezwaar kunnen worden afgewacht.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 17/27 ingelicht. In overleg met de betrokken ambtenaren wordt bekeken in hoeverre bemiddeling kans van slagen heeft. Indien de verwachting is dat bemiddeling een positieve bijdrage kan hebben aan het proces, dan zullen betrokken worden uitgenodigd voor een gesprek. In een drietal zaken heeft bemiddeling een positieve bijdrage geleverd aan het beëindigen van de overtreding. In een aantal zaken wordt er nog met partijen gesproken. Of bemiddeling in deze zaak als einddoel beëindiging van de overtreding oplevert, zal pas in 2016 bekend zijn.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 18/27 4. Evaluatie handhavingsbeleidsplan 4.1. Inleiding In het handhavingsbeleidsplan zijn doelstellingen geformuleerd ten aanzien van toezicht en handhaving. Onderdeel van het handhavingsjaarverslag is aan te geven in hoeverre deze doelstellingen gehaald zijn. Daarvoor is het van belang om de ontwikkelingen aan te geven die van invloed zijn op handhaving. Conform de beleidscyclus uit het handhavingsbeleidsplan behoren de verbeterpunten benoemd te worden. Op deze wijze kan toezicht en handhaving continu verbeterd worden en blijft het aansluiten bij de actuele situatie in de gemeente. 4.2. Relevante ontwikkelingen In 2015 is de lijn doorgezet om meer in te zetten op bemiddeling. Dit betekent dat bij klachten of handhavingsverzoeken de betrokken personen worden uitgenodigd voor een gesprek met een wethouder. Omgevingsbeleidsplan In samenwerking met de gemeenten Werkendam en Woudichem is besloten een nieuwe omgevingsbeleidsplan op te stellen. Dit beleidsplan omvat het gehele Wabo-traject, dus niet alleen toezicht en handhaving maar ook vergunningverlening. In 2015 is het omgevingsbeleidsplan ter vaststelling aan de raden aangeboden. De gemeenteraad heeft het plan op 23 juni 2015 vastgesteld. 4.3. Doelstellingen In het handhavingsbeleidsplan zijn verschillende doelstellingen van het handhavend optreden vastgelegd. In de volgende subparagrafen zal per doelstelling aangegeven worden in hoeverre de doelstellingen zijn gehaald. 4.3.1. Kwaliteitseisen De eerste doelstelling uit het handhavingsbeleidsplan is dat het handhavend optreden gebeurt conform de kwaliteitseisen die de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: de Wabo) stelt. Dit volgt uit artikel 5.3, eerste lid, van de Wabo juncto hoofdstuk 7 van het Besluit omgevingsrecht. De kwaliteitseisen zijn als volgt samen te vatten: 1 handhavingsbeleid: 2 uitvoeringsprogramma: 3 uitvoeringsorganisatie: 4 borging van de middelen: 5 monitoring: 6 rapportage. Handhavingsbeleidsplan
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 19/27 Uit artikel 7.2 van de Bor volgt dat een gemeente handhavingsbeleid moet hebben. Het handhavingsbeleid omvat alle beleidsvelden die in de Wabo geïntegreerd zijn of erbij aanhaken. Verder geeft het een beschrijving van de prioriteiten, de doelen, de strategieën en de activiteiten, gebaseerd op een probleemanalyse. Het beleid is afgestemd met andere betrokken bestuursorganen en strafrechtelijke partners. In 2011 heeft de gemeenteraad het handhavingsbeleidsplan vastgesteld. In 2015 is het omgevingsbeleidsplan vastgesteld. Beide plannen voldoen aan de eisen die artikel 7.2 van de Bor aan een dergelijk beleid stelt. Het beleid bevat naast de visie en de prioriteiten ook verschillende strategieën op het gebied van toezicht en handhaving. Ook is het beleid afgestemd met extern betrokken partijen. Zo is het beleid besproken met de provincie Noord-Brabant. Op dit punt wordt voldaan aan de kwaliteitseisen van de Wabo. In het handhavingsbeleidsplan is een prioriteitenstelling opgenomen. Tevens is in het beleid een systematiek opgenomen om te evalueren in hoeverre de gestelde doelen worden bereikt. Hiervoor wordt de Big Eight systematiek gehanteerd. Conclusie De gemeente heeft het handhavingsbeleid in 2011 vastgesteld. In 2015 is dit beleid geactualiseerd en is het omgevingsbeleidsplan vastgesteld. Uitvoeringsprogramma Volgens artikel 7.3 van het Bor moet jaarlijks een uitvoeringsprogramma worden opgesteld. Het college van burgemeester en wethouders stelt jaarlijks een uitvoeringsprogramma vast en maakt dit bekend aan de gemeenteraad. Het uitvoeringsprogramma wordt ook aan andere betrokken bestuursorganen gestuurd. In 2015 is door het college een handhavingsuitvoeringsprogramma opgesteld. Het programma is bekend gemaakt aan de gemeenteraad en toegezonden aan de provincie Noord-Brabant. In het programma is aangegeven op welke wijze en op welke taakvelden de toezichts- en handhavingscapaciteit wordt ingezet. Op dit punt wordt voldaan aan de kwaliteitseisen van de Wabo. Conclusie De gemeente heeft een handhavingsuitvoeringsprogramma opgesteld. Het programma voldoet aan de regelgeving. Uitvoeringsorganisatie Op basis van artikel 7.4 van het Bor moet de gemeentelijke organisatie dusdanig zijn ingericht dat een adequate en behoorlijke uitvoering wordt gewaarborgd. Zo moet in ieder geval de personeelsformatie vastliggen. Voor zover er sprake is van toezicht op inrichtingen zijn vergunningverlening en
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 20/27 handhaving gescheiden. Verder moet de organisatie ook buiten kantooruren bereikbaar en beschikbaar zijn. Werkprocessen zijn vastgesteld en er wordt gewerkt conform deze werkprocessen. De gemeentelijke organisatie is dusdanig ingericht dat op een efficiënte wijze de beschikbare capaciteit wordt ingezet. Vanwege de beperkte ambtelijke juridische capaciteit is het echter niet altijd mogelijk om vergunningverlening en handhaving door verschillende personen te laten verrichten. Wel is de werkwijze dat de juridisch medewerker die belast is met een handhavingskwestie, zich in principe niet bemoeit met de juridische componenten van een eventuele vergunningaanvraag op hetzelfde perceel. Op deze wijze wordt vermenging van vergunning en handhaving op juridisch gebied voorkomen. Het college van burgemeester en wethouders wordt geïnformeerd over de stand van zaken van de lopende dossiers. Dit gebeurt op een aantal manieren. Allereerst vindt wekelijks overleg plaats tussen de portefeuillehouder en het afdelingshoofd. In dit overleg worden actuele ontwikkelingen op het gebied van toezicht en handhaving besproken en kunnen de afzonderlijke dossiers worden doorgenomen. Daarnaast wordt de collegeleden die toezicht en handhaving onder zich hebben regelmatig geïnformeerd over de stand van zaken van de diverse projecten. Dit gebeurt door het toesturen van verslagen. Indien daar aanleiding voor is, bestaat de mogelijkheid om in een extra overleg afzonderlijke dossiers te bespreken. Vanwege de beperkte ambtelijke omvang op het gebied van handhaving, is op het punt adequate uitvoering een verbeterslag mogelijk. De werkprocessen zijn globaal vastgelegd. Doordat sprake is van een kleine organisatie wordt echter wel altijd volgens hetzelfde vaste stramien gewerkt. Formeel wordt niet aan artikel 7.4 van de Bor voldaan. Wel voldoet de uitvoering aan het doel van deze bepaling, namelijk dat verschillende zaken op een identieke en transparante wijze worden opgepakt. Het aspect adequate inzetbaarheid voldoet nog niet aan de eisen, die de Wabo hieraan stelt. De werkprocessen moeten duidelijker kenbaar gemaakt worden. Verbeterpunt De uitvoeringsorganisatie van de gemeente behoort verbeterd te worden. Het aspect adequate inzetbaarheid voldoet nog niet aan de eisen, die de Wabo hieraan stelt. De werkprocessen moeten duidelijker kenbaar gemaakt worden. De bereikbaarheid van de organisatie buiten kantooruren is niet optimaal. Dit zal opgepakt moeten worden.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 21/27 Borging van de middelen Artikel 7.5 van de Bor gaat over borging van de middelen In de begroting moeten de financiële en personele middelen zijn gewaarborgd. In de gemeentelijke beheersbegroting zijn separate posten opgenomen voor handhavingstaken. Op deze wijze wordt voldaan aan de kwaliteitseisen van de Wabo. Conclusie De gemeente heeft de financiële en personele middelen voldoende geborgd. Aandachtspunt De financiële middelen voor 2015 zijn beperkt. Wel is er budget vrijgemaakt zodat per 1 juni 2015 is uitgebreid met een juridisch medewerker voor een periode van drie jaar. Monitoring Uit artikel 7.6 van de Bor volgt dat de gemeente de resultaten en de voortgang van de uitvoering van het programma moet bewaken en moet registreren. In 2015 is gedurende het jaar een halfjaarlijkse evaluatie opgesteld over de voortgang en de uitvoering van het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015. Ook is gedurende het jaar het handhavingsuitvoeringsprogramma aangevuld. Zo is extra budget vrijgemaakt. De verankering van dit punt is meegenomen in het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015. In dat programma is opgenomen dat gedurende de zomermaanden een evaluatie plaats zal vinden. Waar nodig zal op basis van die evaluatie aanpassing van het uitvoeringsprogramma op zijn plaats zijn. Op dit punt wordt voldaan aan de kwaliteitseisen van de Wabo. Conclusie De voortgang van het handhavingsuitvoeringsprogramma is gedurende het jaar gemonitoord. In het programma is daarvoor een planning opgenomen. Tijdens de evaluatiemomenten worden de processen tegen het licht gehouden. Eventuele knelpunten worden aangegeven. Rapportage Artikel 7.7 van de Bor bepaalt dat de gemeente moet rapporteren over de uitvoering van het programma en over het bereiken van de gestelde doelen. Rapportage over de uitvoering van het programma en het bereiken van de gestelde doelen, vindt plaats in dit handhavingsjaarverslag. Op dit punt wordt voldaan aan de kwaliteitseisen van de Wabo. Conclusie Door het opstellen van de halfjaarlijkse evaluatie en dit handhavingsjaarverslag wordt voldaan aan de wettelijke regels.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 22/27 4.3.2. Transparantie over uitvoering handhavingsbeleidsplan Het tweede doel dat is opgenomen in het handhavingsbeleidsplan en ook is opgenomen in het omgevingsbeleidsplan is het opstellen van een uitvoeringsprogramma dat blijk geeft van transparantie voor burgers en bedrijven, de gemeentelijke organisatie en de handhavingspartners. Voor alle partijen moet duidelijk zijn hoe wordt omgegaan met de uitvoering van het integrale handhavingsbeleidsplan/omgevingsbeleidsplan van de gemeente Aalburg. In het handhavingsuitvoeringsprogramma is opgenomen op welke taakvelden van toezicht en handhaving het accent zal liggen. Ook is voor de verschillende taakvelden een urenraming opgenomen. Door deze wijze is op een heldere wijze voor alle partijen kenbaar hoe het toezicht en handhaving is vormgegeven. De doelstelling uit het handhavingsbeleidsplan en het omgevingsbeleidsplan wordt op dit punt gehaald. 4.3.3. Inzet van mensen en middelen De derde doelstelling is om te komen tot een zo integraal, effectief en efficiënt mogelijke inzet van mensen en middelen. Daarbij moet het voor een ieder duidelijk zijn, dan wel dat het voor een ieder duidelijk behoort te zijn, hoe de gemeente Aalburg haar mensen en middelen inzet om naleving van de regels te bereiken en/of die te bevorderen. In het handhavingsuitvoeringsprogramma is vastgelegd op welke wijze mensen en middelen zullen worden ingezet gedurende het jaar. In 2015 zijn echter diverse handhavingsverzoeken binnengekomen op overtredingen die volgens het prioriteitenschema uit het integrale handhavingsbeleidsplan dan wel het omgevingsbeleidsplan een gemiddelde of lage prioriteit hebben gekregen. Hierdoor blijven zaken liggen die volgens het schema een hogere prioriteit hebben. Enerzijds wordt op deze wijze voldaan aan het handhavingsbeleidsplan. In paragraaf 7.2.2 van het beleidsplan is opgenomen dat handhavingsverzoeken binnen de wettelijke termijn moeten worden afgehandeld, dit ongeacht de prioriteit die aan het betreffende taakonderdeel is gegeven. Een verzoek over een overtreding met een lage prioriteit moet dus opgepakt worden. Anderzijds doet deze werkwijze geen recht aan het doel van handhavingsbeleidsplan en het omgevingsbeleidsplan. Eén van de uitgangspunten is dat overtredingen worden opgepakt op basis van hun prioriteit. Uitzondering hierop zijn handhavingsverzoeken. Volgens het beleid moeten deze voortvarend worden opgepakt. Dit betekent wel dat door een handhavingsverzoek zaken worden opgepakt die een lagere prioriteit hebben. In 2015 zijn voornamelijk zaken opgepakt naar aanleiding van een handhavingsverzoek of een klacht. Hierdoor zijn zaken met een hogere prioriteit blijven liggen.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 23/27 Het bovenstaande leidt ertoe dat de inzet van mensen en middelen op een effectieve en efficiënte wijze wordt uitgevoerd. Ook geeft dit onduidelijkheid naar de burgers. Waarom wordt de overtreding, die zij begaan, wel opgepakt door de gemeente en blijven overtredingen, die een hogere prioriteit hebben, liggen. In 2013 is geconstateerd dat de beschikbare capaciteit voor toezicht en handhaving onvoldoende was om een adequaat niveau te bereiken. Mede op basis hiervan zijn door de gemeenteraad extra middelen beschikbaar gesteld. Tot mei 2015 is een juridisch medewerker handhaving ingehuurd. Besloten is om het incidentele budget om te zetten in een vaste formatie voor een periode van drie jaar. Vanaf 1 juni 2015 is voor een periode van drie jaar een juridisch medewerker in dienst getreden. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat de tijdelijk medewerker een senior juridisch medewerker betrof, terwijl de nieuwe medewerker een junior medewerker is. Dit betekent dat de vaste senior juridisch medewerker uren moet reserveren voor begeleiding. Dit gaat ten koste van de beschikbare capaciteit. De werkzaamheden van de juridische medewerkers die betrokken zijn bij handhaving bestaan voor een deel uit andere juridisch werkzaamheden niet zijnde handhaving. Het gaat daarbij om de afhandeling van juridische aspecten rondom Wob-verzoeken, vergunningverlening en ruimtelijke ordeningsvraagstukken. Overigens komen deze deels voort uit handhavingsopgaven. Opgemerkt moet worden dat het aantal Wob-verzoeken een forse aanslag doet op de beschikbare juridische capaciteit. Daarnaast wordt een deel van beschikbare capaciteit besteed aan het beantwoorden van juridische (basis)vragen vanuit de organisatie. Een deel van deze vragen komt terecht bij de juridisch medewerkers handhaving. Dit gaat ten koste van de beschikbare capaciteit voor handhaving. Om het aantal toezichtmomenten betreffende preventieve vergunning-/meldinggebonden toezichtactiviteiten Bouwen en Ruimtelijke Ordening te verhogen naar het gewenste niveau, is besloten om voor 2014 een medewerker toezichthouder in te huren. Dit heeft geresulteerd in het inhuren van een toezichthouder voor twee dagen per week. Deze extra formatie komt bovenop de huidige formatie. Daarnaast is hij in voorkomende gevallen op afroep beschikbaar. In 2015 is besloten om de medewerker langer in te huren. Verbeterpunt Een verbeterpunt is de verschillende juridische componenten strikter te scheiden. Dit kan door de verschillende subdisciplines bij de verschillende taakvelden onder te brengen. Zo zullen ROvraagstukken opgepakt moeten worden door medewerkers uit het taakveld RO en niet door medewerkers uit het taakveld handhaving. Na constatering is er vroegtijdige afstemming met het bestuur/ portefeuillehouder over de te volgen handhavingstrategie. Hierbij zijn veiligheid en gezondheid de speerpunten.
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 24/27 Projecten In het handhavingsuitvoeringsprogramma 2015 is opgenomen dat in 2015 een actie arbeidsmigranten gehouden zou worden. In de eerste helft van 2015 is meegedaan aan de regionale actie arbeidsmigranten. Er zijn daarbij geen overtredingen geconstateerd waarvoor de gemeente het bevoegd gezag is. Voor de projecten Veense Plassen bouw- en bestemmingsplan handhaving, handhaving permanente bewoning en handhaving stabiliteit Veense Put is besloten om eerst voorrang te geven aan de stabiliteit en het opstellen van een nieuw bestemmingsplan. Het college heeft besloten om de verantwoordelijkheid voor de stabiliteit gezamenlijk met de Vereniging van Eigenaren op te pakken. Dit heeft er in geresulteerd dat de Bestuur van de Veense Put besloten heeft het project zelf ter hand te nemen. De gemeente houdt toezicht op een juiste uitvoering en verleent de benodigde vergunningen. Wat betreft de permanente bewoning en de bouwovertredingen wordt nu gewacht op het bestemmingsplan. Aan de hand van het bestemmingsplan wordt nogmaals bekeken welke percelen/ gebouwen niet voldoen aan het bestemmingsplan. Na vaststelling zal de handhaving weer worden opgepakt. Cijfers en kentallen reguliere handhaving In het handhavingsuitvoeringsplan is opgenomen dat we in 2015: activiteit geprogrammeerd uitgevoerd Toezichtcontroles bouwen 405 263 Toezichtcontroles RO 125 55 Toezichtcontroles milieu 156 91 Vooraankondigingen 2 3 Verzoeken om handhaving 10 5 Klachten 8 12 Last onder dwangsom 8 3 Last onder bestuursdwang 1 5 Gedoogbeschikkingen 1 0 Invorderingsprocedures 4 0 Bezwaarprocedures 6 11 Beroepsprocedures/Voorlopige 3 9 voorzieningen Handhaving n.a.v. niet vergunning-/meldinggebonden toezicht 1 0
Handhavingsjaarverslag gemeente Aalburg 2015 25/27 4.4. Conclusie verbeterpunten 4.4.1. Kwaliteitseisen Op het aspect uitvoeringsorganisatie voldoet het beleid niet aan de kwaliteitseisen van de Wabo. Namelijk op de punten uitvoeringsorganisatie en monitoring. Op dit punt is dus een verbetering gewenst. Op het aspect handhavingsbeleidsplan voldoet de gemeente aan het Bor. Dit beleid is echter in 2011 vastgesteld. In 2016 is het beleid aangepast en is het Omgevingsbeleidsplan vastgesteld. Uitvoeringsorganisatie De uitvoeringsorganisatie voldoet op een tweetal punten niet aan de eisen die artikel 7.4 van de Bor stelt. Het betreft de adequate inzetbaarheid en de beschrijving van de werkprocessen. De afgelopen jaren is op handhavingsgebied een achterstand opgelopen. Hierdoor is de werkvoorraad van geconstateerde overtredingen aanzienlijk toegenomen. Dit is het gevolg van een aantal factoren. Allereerst leggen een aantal omvangrijke projecten een groot beslag op de beschikbare capaciteit. Ook legt het oppakken van handhavingsverzoeken en klachten een grote claim op de beschikbare capaciteit. Hierdoor resteert een te beperkte beschikbare capaciteit voor het oppakken van nieuwe gevallen. Dit vraagt telkens weer om het maken van prioriteitskeuzes. De beschikbare capaciteit voor handhaving is onvoldoende. Om de capaciteit op het noodzakelijk niveau te krijgen, is voor de eerste vier maanden een juridisch medewerker handhaving ingehuurd. Vanaf 1 juni 2015 is voor een periode van drie jaar een juridisch medewerker aangesteld. De werkprocessen zijn nog niet voldoende beschreven. Een verbeterpunt voor 2016 is daarom om een beschrijving van de werkprocessen en de procedures op te stellen. Dit als onderdeel van de omgevingsbeleidsplan. Onderdeel van de werkprocessen is dat consequent de voorgenomen toezichtsactiviteiten worden uitgevoerd en dat de resultaten daarvan worden vastgelegd in de dossiers. Omgevingsbeleidsplan Het handhavingsbeleidsplan is in februari 2011 vastgesteld. Bij het opstellen van het handhavingsuitvoeringsprogramma was dit beleid nog van kracht. Omdat het beleid vier jaar geleden is opgesteld, is het beleid aan actualisatie toe. Vanwege veranderende wetgeving is ervoor gekozen om een omgevingsbeleidsplan op te stellen waarin niet alleen toezicht en handhaving is opgenomen, maar ook vergunningverlening. Op 23 juni 2015 is het Omgevingsbeleidsplan vastgesteld door de gemeenteraad. En aandachtspunt is om in het beleid de doelen SMART te formuleren. Onderdeel is dat gewerkt wordt met meetbare outcome-criteria.