Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 23 november 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) over salmonellabesmetting in zalm (2013Z04819).

*PDOC01/268847* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's-gravenhage

Sociaal- Economische Raad

Publicatieblad van de Europese Unie COMMISSIE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Publicatieblad van de Europese Unie L 68/19

Tweede Kamer der Staten-Generaal

AT-10. Beheersing Salmonella. Ver BT-12 v0.12

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA 's-gravenhage

Codex vanuit het perspectief van het bedrijfsleven

De agrarische handel van Nederland in 2014

code IB02-SPEC35 versie 02 Inwerkingtreding: 1 oktober 2017 pag. 1 van 5

Publicatieblad van de Europese Unie L 281/7

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit FOUT: BRON VAN VERWIJZING NIET GEVONDEN

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 13b Voedselveiligheid

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Risico s in de vleesketen. S. van Renssen

Campylobacter vanuit een beleidsmatig VWS perspectief

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 2 juli 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 oktober 2009 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Ministerie van Economische Zaken. Rinus Gerlofsma Senior veterinair inspecteur import

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Controleprogramma diervoeder in Nederland, 2001

(Voor de EER relevante tekst) (2014/798/EU)

Het dilemma van de toezichthouder. Drs. H.N. de Groot Hoofdinspecteur NVWA

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 29 november 2012 (30.11) (OR. en) 17032/12 AGRILEG 181 DE LEG 116 VETER 80

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

(Ziek van) Besmette levensmiddelen, wat nu?

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van (datum), nr., Directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

UITVOERINGSVERORDENING (EU) /... VAN DE COMMISSIE. van

Omzendbrief met betrekking tot de microbiologische analyses van gehakt vlees en vleesbereidingen in de detailhandel

IB.ZA juli Productomschrijving GN-code Land Vers vlees van gevogelte Zuid-Afrika Separatorvlees van gevogelte.

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De onderdelen d tot en met h worden geletterd e tot en met i.

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 15 juli 2011 (18.07) (OR. nl) 12948/11 ADD 1 AGRILEG 90 DE LEG 105 VETER 40

RASFF Peter Gysegom RASFF contactpunt BE. Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Dikkers (PvdA) over de verkoop van bedorven slavinken (2015Z03397).

Gearchiveerd op 01/07/2012

Resultaten verantwoordingsonderzoek. Diergezondheidsfonds (F)

Hierbij gaat voor de delegaties document D048570/03.

De Inspecteur-Generaal van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit,

Jaaroverzicht Meldingen van voedselinfecties en -vergiftigingen in 2016

Donderdag 04/12/08. Zaterdag 06/12/08. Zondag 07/12/08 ochtend. Zondag 07/12 avond

1 MARKTSITUATIE PLUIMVEE. 1.1 Prijzen. voorzitter: Luis Carazo verslaggever: Lieve De Smit

FAQ Microbiologisch Onderzoek en Food Compass

Draaiboek incident / crisismanagement in MVO keten

VERORDENING (EU) Nr. /.. VAN DE COMMISSIE. van XXX

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 3 augustus 2017 Betreft fipronil in eieren

Wat doen die pathogenen in mijn fabriek?

Augustus Deze instructiebundel beschrijft de modaliteiten inzake pre-attestatie en precertificatie.

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum januari 2017

De agrarische handel van Nederland in 2010

Titel Feedban Nummer DV-01 Datum juli 2016

BT-13. Controle Salmonella. Ver BT-07 v0.2

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

De agrarische handel van Nederland in 2012

Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag VGP/VV augustus 2008

EHEC-tiek. Samenvatting van de Duitse uitbraak. Eelco Franz RIVM

De agrarische handel van Nederland in 2013

Inhoudsopgave. Voorwoord / 5

Gezondheidscertificaat voor de export van pluimvee- en kalkoenvlees en separatorvlees naar de Republiek Cuba

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 338/83

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 oktober 2009 (15.10) (OR. en) 14299/09 ADD 1 AGRILEG 182 DENLEG 93

Eerste Kamer der Staten-Generaal

In het belang van sector en samenleving

VERORDENING (EG) VAN DE COMMISSIE van 30 november 2009 tot vaststelling van overgangsmaatregelen voor de uitvoering van de Verordening

Hierbij gaat voor de delegaties document D043211/04 ANNEX 1.

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van de Kamerleden Van Dekken (PvdA) en Leenders (Pvda) over de Q-koortsepidemie (2016Z18051).

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 april 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

1. kwaliteitssystemen en voedselveiligheid 2. organiseren 3. projecten. 1 Kwaliteitssystemen & voedselveiligheid

General Food Law. T&T, meldplicht en aansprakelijkheid definitieve interpretatie EU. d.d. 25 en 27 januari Anneke van de Kamp

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

Microbiologisch onderzoek in levensmiddelen 2005

Bijkomende informatie:

Ministerie van Economische Zaken. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

Symposium Campylobacter bij pluimvee 14 Juni 2013

De agrarische handel van Nederland in 2013

INTERVENTIEBELEID IMPORT LEVENSMIDDELEN, PLANTAARDIGE DIERVOEDERS EN NON-FOOD PRODUCTEN. MT VWA d.d. 13 januari 2009

2. In afwijking van het eerste lid, onder a, bedraagt de retributie indien het de invoercontrole betreft van:

Bijkomende informatie:

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Publicatieblad van de Europese Unie

Publicatieblad van de Europese Unie

(Besluiten waarvan de publicatie voorwaarde is voor de toepassing)

Statistisch Jaarverslag

Ik heb de Inspecteur Generaal van de NVWA opdracht gegeven om de hierbij horende maatregelen tussen nu en uiterlijk een halfjaar te implementeren.

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2013/0433(COD) van de Commissie internationale handel

Diagnostiek voor bronopsporing bij voedselinfecties of - vergiftigingen

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 26 991 Voedselveiligheid Nr. 344 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 21 maart 2013 Zoals op 21 november 2012 door de vaste commissie voor Economische Zaken gevraagd informeer ik u hierbij, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, over de stand van zaken Salmonellabesmettingen in Nederland. In deze brief zal ik ook ingaan op de specifieke vragen van de vaste commissie. 1. het aantal steekproeven per jaar op Salmonella (totaal en positief), 2. de handhavingscapaciteit van de NVWA (en voorgangers) op Salmonella anno nu in vergelijking met de voorgaande 10 jaar, 3. afspraken met de sector om Salmonellavrij te produceren (maatregelen, resultaten) en controle, 4. afspraken en maatregelen betreffende import. Inleiding Sinds de jaren tachtig is in Nederland veel aandacht voor de bestrijding van Salmonella op voedsel. Salmonella werd toen beschouwd als de belangrijkste veroorzaker van voedselinfecties bij de mens. Het ging hierbij vooral om Salmonella Enteritidis (SE) en Salmonella Typhimurium (ST) die hoofdzakelijk afkomstig waren van pluimvee en varkens. De inzet van overheid en sector heeft tussen 1984 en 2004 geleid tot een duidelijke daling van het aantal geregistreerde humane ziektegevallen van ongeveer 10.000 naar ongeveer 2000 per jaar. Sinds 2004 is er sprake van stabilisatie van het aantal ziektegevallen ten gevolge van Salmonella. Incidenteel zijn er uitbraken zoals door Salmonella Thompson in 2012. Salmonella Blootstelling van de mens aan Salmonella kan plaatsvinden via verschillende routes waaronder voedsel (zowel dierlijk als plantaardig), het milieu en direct contact met dieren. Het is moeilijk precieze schattingen te geven van de bijdrage van verschillende reservoirs en blootstellingsroutes. Op kst-26991-344 ISSN 0921-7371 s-gravenhage 2013 Tweede Kamer, vergaderjaar 2012 2013, 26 991, nr. 344 1

basis van een Nederlands onderzoek uit 2006 1 wordt geschat dat 55% van alle Salmonella-infecties via voedsel werd overgedragen, 13% via het milieu, 9% via besmette mensen (inclusief voedselbereiders), 9% via direct contact met dieren en 14% via reizen. Binnen de voedselinfecties werden voedingsmiddelen van dierlijke oorsprong als belangrijke bronnen van besmetting gezien met name eieren, pluimvee- en varkensvlees. Op het terrein van voedselveiligheid moet een onderscheid worden gemaakt tussen Salmonella s die van het dier, al dan niet via het slachtproces, de mens via vlees, melk of ei kunnen besmetten en Salmonella s die voedingsproducten tijdens het productieproces kunnen «nabesmetten». Het is onmogelijk om een goede inschatting te maken hoe vaak voedsel tijdens de productie wordt «nabesmet». Het betreft hier namelijk incidentele besmettingen. Deze besmettingen dienen door een goede hygiëne in het productieproces te worden voorkomen. De recente Salmonella Thompson besmetting van gerookte zalm is een voorbeeld van een incident waar besmetting tijdens het productie-proces heeft plaatsgevonden. Mocht een product «nabesmet» zijn en tot een uitbraak leiden dan is het van groot belang de bron zo snel mogelijk op te sporen. Dat is alleen mogelijk door een goede inzet en samenwerking tussen GGD, RIVM en NVWA. Door deze goede samenwerking is de bron van Salmonella Thompson vrij snel gevonden. Europese en nationale wetgeving Om de kans op Salmonellabesmetting van dieren en voedsel te verminderen bestaat Europese en soms aanvullende nationale regelgeving. De Europese regelgeving is gericht op een ketenaanpak waarbij zowel aan de diervoederproducent, de veehouder, het slachthuis, de verwerkende industrie als aan de detailhandel eisen worden gesteld. In de Algemene Levensmiddelen Verordening ((EG) Nr. 178/2002) is vastgelegd dat elke exploitant in de levensmiddelenketen zelf verantwoordelijk is voor de veiligheid van zijn producten. Zij zijn, in het kader van Verordening (EG) Nr. 852/2004 respectievelijk (EG) Nr. 183/2005, verplicht om zelf de risico s te beoordelen en op basis daarvan maatregelen te nemen om Salmonellabesmetting te voorkomen. Levensmiddelenproducenten zijn in het kader van Verordening (EG) Nr. 852/2004 ook verplicht om zelf microbiologische controleprogramma s vast te stellen. Naast de verplichting voor bedrijven om zelf controleprogramma s vast te stellen heeft de Europese Unie voor levensmiddelen met een hoog risico een verplichte microbiologische controle vastgesteld in Verordening (EG) Nr. 2073/2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (bijlage 1). 2 Deze Verordening heeft tot belangrijkste doel het aantal ziektegevallen ten gevolge van Salmonella terug te dringen. Europese regelgeving in ontwikkeling Er zijn Europese wetsvoorstellen in voorbereiding, waarbij de traditionele vleeskeuring in het slachthuis vereenvoudigd wordt en meer gericht wordt op belangrijke voedselrisico s zoals Salmonella. Waar mogelijk zullen oude keuringstechnieken meer en meer vervangen moeten worden door moderne laboratoriumtechnieken die ziektekiemen effectiever kunnen opsporen. Momenteel wordt door de Europese Commissie en de 1 Havelaar, A. H.; Galindo, A. V.; Kurowicka, D., and Cooke, R. M. Attribution of foodborne pathogens using structured expert elicitation. Foodborne Pathog Dis 2008;5:649 656. 2 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer Tweede Kamer, vergaderjaar 2012 2013, 26 991, nr. 344 2

lidstaten ook gesproken over een aanscherping van de wettelijke grenswaarden voor Salmonella (en de controle daarop) in varkensvlees. Nederland is actief betrokken bij het verder brengen van deze Europese ontwikkelingen. Controle en handhaving (1. en 2.) Bij haar reguliere toezicht controleert de NVWA of bedrijven de voedselveiligheid in hun productieproces voldoende beheersen. De controles van de NVWA richten zich daarbij op alle relevante gevaren en niet specifiek op Salmonella. Hierdoor is het niet inzichtelijk te maken hoeveel tijd en capaciteit de NVWA tijdens dit reguliere toezicht specifiek aan de Salmonella besteedt. Het toezicht van de NVWA is nu, in tegenstelling tot 10 jaar geleden, risico-gebaseerd. Hierdoor is de inzet van capaciteit nu moeilijk te vergelijken met die van 10 jaar geleden. Sinds het van kracht worden van Verordening (EG) Nr. 2073/2005 is de aandacht en capaciteit van de NVWA meer gericht op gevaarlijke micro-organismen zoals Salmonella. Hierdoor kon, met een afgenomen (laboratorium)capaciteit, het aantal onderzoeken op Salmonella vanaf 2003 tot nu min of meer gelijk blijven. Gemiddeld worden per jaar ruim 12.000 monsters op Salmonella onderzocht. Van deze monsters is jaarlijks ongeveer 2% positief. Het aantal steekproeven op Salmonella (totaal en positief 2003 2012) Waarsoortgroep N Positief % Bakkerswaren 3.906 3 0,1% Bijzondere voeding 861 2 0,2% Genotsartikelen 2.253 14 0,6% Graan en -producten 659 0,0% Groenten en -producten 6.822 27 0,4% Kokswaren/bereide waren 15.894 26 0,2% Melk en -producten 4.423 48 1,1% Noten en zaden en -producten 905 34 3,8% Oliën en vetten en -producten 453 1 0,2% Overige producten 497 11 2,2% Smaakstoffen 13.541 506 3,7% Vis en -producten 2.240 42 1,9% Vlees en -producten 33.720 389 1,2% Vruchten en -producten 1.410 1 0,1% Wild en gevogelte inclusief eieren. 25.864 1.243 4,8% Naast het reguliere toezicht door de NVWA heeft de NVWA ook een rol bij meldingen van voedselinfecties en uitbraken. Bij deze uitbraken, die voor ongeveer een derde deel door Salmonella worden veroorzaakt, wordt gericht bronopsporing uitgevoerd. Hierbij wordt nauw samengewerkt met de GGD en het RIVM. Onderzoek in het kader van uitbraken heeft altijd prioriteit boven het reguliere toezicht. Door incidenten, zoals de Duitse EHEC crisis in 2011, is in heel Europa meer aandacht voor microbiologische gevaren. Dit heeft tot gevolg gehad dat het aantal meldingen via het Europese Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF), dus ook die met Salmonella als oorzaak, is toegenomen. Het beheersen en afhandelen hiervan vraagt meer capaciteit dan voorheen. Importcontrole (4.) Bedrijven die vanuit derde landen levensmiddelen van dierlijk oorsprong exporteren naar de EU dienen aan de Europese wetgeving te voldoen. De bevoegde autoriteiten in deze landen houden hier toezicht op en geven bij export een gezondheidsverklaring (certificaat) af waarin wordt aangegeven dat wordt voldaan aan de relevante wetgeving. De Europese lidstaten hebben via Verordening (EG) Nr. 136/2004 de mogelijkheid om Tweede Kamer, vergaderjaar 2012 2013, 26 991, nr. 344 3

laboratoriumcontroles uit te voeren op partijen die worden ingevoerd. Ook bij deze importcontroles gaat de NVWA risico-gebaseerd te werk. Het bemonsteringplan wordt opgesteld op basis van Verordening (EG) Nr. 2073/2005, bevindingen in het binnenland, RASFF meldingen en product-land combinaties. Indien aan de grens in één van de Europese lidstaten een positieve bevinding op Salmonella wordt gedaan, wordt bij alle grensposten een verhoogd controleniveau doorgevoerd op dezelfde producten uit het betreffende exporterende land. Ook levensmiddelen van niet-dierlijke oorsprong moeten bij import aan de EU wetgeving voldoen. Certificatie is hierbij echter niet verplicht. Dit houdt in dat importeurs van dit soort producten zelf extra waarborgen via HACCP moeten inbouwen en hierop een controle moeten uitvoeren. De NVWA houdt hier tijdens de reguliere inspecties toezicht op. Indien hier aanleiding voor is kan ook voor niet-dierljke producten een verhoogde importcontrole worden vastgesteld via Verordening (EG) Nr. 669/2009). Zo is op dit moment in deze verordening vastgelegd dat kruiden uit Thailand en watermeloenen uit Brazilië op Salmonella gecontroleerd moeten worden. Bij import gelden altijd de Europese normen. Indien een partij niet aan de Europese regelgeving voldoet wordt de partij vernietigd of teruggestuurd naar het land van oorsprong of naar een ander derde land als de overheid van dit land aangeeft geen bezwaar te hebben om de bewuste partij te ontvangen. Afspraken met de sector om Salmonellavrij te produceren (3.) Het Ministerie van Economische Zaken heeft met diverse partijen in de voedselproductieketen afspraken op het terrein van Salmonella gemaakt. Hieronder zijn een aantal belangrijke aangegeven. De Europese regelgeving ten aanzien van Salmonella in diervoeders wordt door het Productschap Diervoeders (PDV), in medebewind, voor EZ uitgevoerd. In het kader van de Verordening PDV Monitoring Zoönosen en Zoönoseverwekkers 2005 verstrekt het PDV jaarlijks aan de overheid gegevens over Salmonellabesmettingen in diervoedergrondstoffen en diervoeders. In 2010 werd in Nederland in 0,16% van de 8022 monsters van complete diervoeders Salmonella aangetroffen. In de 4 797 monsters van pluimveevoeders werd in 0,1% Salmonella aangetroffen. Nederland scoort hiermee beter dan andere Europese landen. Gemiddeld werd in 2010 in 10 848 monsters van pluimveevoer (afkomstig van 16 lidstaten) een besmetting van 0,5% met Salmonella vastgesteld. Momenteel kent de Europese Unie nog geen normen voor Salmonella in diervoeder. De Europese Commissie wil echter komen tot een Europese aanpak bij de beheersing van Salmonella in veevoeders. Sinds 2008 is de bewaking en bestrijding van Salmonella bij leghennen in Europa geharmoniseerd op basis van de Zoönoseverordening (EG) Nr. 2160/2003. Uitvoering vindt plaats door het Productschap Pluimvee en Eieren (PPE). Dit wordt jaarlijks geaudit door de NVWA. Legkoppels moeten om de 15 weken worden gecontroleerd en als Salmonella wordt aangetroffen moet het koppel worden geruimd of de eieren worden afgevoerd naar de eiproductenindustrie. Vanaf 2008 is het voorkomen van Salmonella in legkoppels door verscherping van de hygiëne gedaald: in 2008 was 2,6% van de koppels positief voor SE of ST en in 2010 was dit percentage gedaald tot 1,1% (EU-gemiddelde 1,9%). Nederland voldoet daarmee aan de door de EU vastgestelde doelstelling van 2%. Vanaf 1 december 2011 zijn in Verordening (EG) Nr. 2073/2005 (Verordening Microbiologische Criteria) strengere eisen voor vers pluimveevlees van kracht. Hierin wordt bepaald dat vers kippenvlees vrij moet zijn van Salmonella Enteritidis (SE) en Salmonella Typhimurium (ST).De Nederlandse pluimveesector heeft haar productieproces- Tweede Kamer, vergaderjaar 2012 2013, 26 991, nr. 344 4

sen dusdanig aangepast dat het in Nederland geproduceerde verse pluimveevlees aan deze nieuwe Europese eis kan voldoen. In 2005 is het Productschap voor Vlees en Vee (PVV) op verzoek van de varkenssector gestart met een Salmonella-aanpak bij varkens. Dit in navolging van de aanpak bij pluimvee. In dat kader is een Productschapsverordening opgesteld voor Salmonella op vleesvarkensbedrijven. Daarbij werd geanticipeerd op mogelijke nieuwe Europese regelgeving op dit terrein. Aan de hand van deze monitoring worden de bedrijven ingedeeld in klassen. De monitoringsresultaten spelen een belangrijke rol bij de afzet van slachtvarkens naar Duitsland. Varkensslachterijen moeten voldoen aan Europese eisen voor proceshygiëne (Proces hygiëne criterium) voor salmonella. Afsluiting De laatste 20 jaar is in Nederland het Salmonellarisico door de dierhouderij duidelijk afgenomen. Dit is ondermeer toe te schrijven aan de maatregelen die op basis van Europese en nationale regelgeving in de dierlijke productieketen zijn getroffen. Door deze afname zijn de gevallen van salmonellose als gevolg van nabesmettingen tijdens de verwerking van (niet-)dierlijke producten procentueel toegenomen. In lijn met de Europese ontwikkelingen blijft Nederland zich verder inzetten om Salmonella en andere ziekteverwekkers zoals Campylobacter in de gehele productieketen te bestrijden. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers Tweede Kamer, vergaderjaar 2012 2013, 26 991, nr. 344 5