Verslag van bijeenkomst met sociale coöperaties en anti-armoedegroepen

Vergelijkbare documenten
Waarom is een locatie belangrijk voor sociale coöperaties?

Participatiecoöperaties: re-integreren in teamverband

Mobiel:

Maar bestuursvrijwilligersdaalt. Redenen.

Samenvatting Notitie Vrijwillige Inzet met Toekomst

Wie Wat Hoe. Waarom. De wijk Soesterkwartier. Straatprojecten Het Groene Spoor Zon op School. Het Zonnecollectief

Deel 1: de ORGANISATIE-MONITOR

Wij vinden het erg fijn dat u geïnteresseerd bent in onze visie en ambities.

Een betrouwbare overheid. Gemeentelijke samenwerking en financiën

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december Beleidsplan Re-integratiebeleid

Ruimte voor Initiatief de invulling van de lege paragraaf

Wie Wat Hoe. Waarom. De wijk Soesterkwartier. Straatprojecten Het Groene Spoor Zon op School. Het Zonnecollectief

Zorgcoöperatie Helenaveen

Als we dit van tevoren hadden geweten.

Aanjagers 1 december 2015 Ctylab

Meer aandacht voor onze inwoners

Meerjarenbeleidplan

De toekomst van gezondheid, zorg, wonen, opvoeden, werk en inkomen

Hoofdstuk 9. Rechtsvormen. Voorbeelden: Eenmanszaak Vennootschap Onder Firma Besloten vennootschap Naamloze vennootschap Vereniging Stichting

Welkom. Jaarlijkse bijeenkomst Lokale Fondsen Nederland. 12 juni 2015 symposium Lokale Fondsen Nederland

Aanvraag van onder de grens naar boven de grens

BELEIDSPLAN. SchuldHulp Maatje Zeist. Beleidsplan SchuldHulpMaatje Zeist

U kunt deze brief zelf aanpassen: vragen toevoegen, vragen weglaten, vragen wijzigen.

Sociale coöperatie: anders denken en doen

BAWI/U Lbr. 09/032

Summerschool Ruim op die Regels. Gemeente Schiedam. Lise Broekaar. Donderdag 20 juli 2017, Schiedam

Samenwerken aan welzijn

1. Leren met en van elkaar. 2. Digitale ontsluiting van kennis en informatie

De wooncoöperatie. inzichten uit onderzoek en praktijk. Tineke Lupi, Projectleider wonen

De sociale top 2018 in Utrecht. 25 juni 2018

DIAKONALE NIEUWSBRIEF VOOR DE PCI S IN HET BISDOM HAARLEM

project t BOSS Van idee tot uitvoering

Eerst even: de bedoeling Transformatie-opgave:

Armoede Manifest. Armoede onder kinderen is dubbel triest. Realiseer maatwerk voor kwetsbare groepen. Signaleer vroegtijdig

CONCEPT STEDELIJK PLAN. Amersfoort

Verbeter de positie van ZZP'ers in Nijmegen

Beleidsplan

Verslag presentatie Welzaam

Geachte lezer, Anne-Corine Schaaps directeur

Gespreksresultaten Werksessies De toekomst van LV Maatschappelijke partners

Achtergrondinformatie Groen Verbindt

BUITENGEWOOn. mission statement

2513 AA1Xa. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 a 2513 AA S GRAVENHAGE

Ontwikkelingen. in zorg en welzijn. Wij houden daarbij onverkort vast aan de Koers ,

OPEN. 21 punten voor Nijkerk in

RUIMTE VOOR INITIATIEF

Van Voor Door Met. Elkaar

Duurzaam Soesterkwartier zet zich in voor een duurzame, leefbare en weerbare wijk

Dagbesteding in ontwikkeling: hoe de vernieuwing doorzet

Raadsvoorstel Programma Inwoners - en Overheidsparticipatie

Praktische opdracht Management & Organisatie Rechtsvormen

Samengesteld door: Willemijn Lau. Deel 1:

Scholder an Scholder Verenigen voor de toekomst Werken met de methodiek scholder an scholder 2.0

Handboek huurdersorganisaties. Deel 5: Het bestuur

Ontdek jezelf. En je vak. Ik ben het ID

In dit document leggen wij onze Kiek op Meziek voor jongeren uit en vertellen we over de ambitieuze plannen van Music Home.

Yvonne Zonderop. H. BewonersBedrijven: de Nederlandse Development Trusts en Community Enterprises. Henk Cornelissen. Nico Beukema.

Programma Ontvangst Welkom en introductie De coöperatie Ervaringen uit de praktijk Lunch Fiscale aspecten

Sociaal makelaar De vraag is leidend Organiserend vermogen. Sociaal Team Klanttevredenheid Omslag in denken en doen Expertise Sport en Bewegen

Sociale netwerkstrategie, zelforganisatie burgers en Wmo. GGD Flevoland 21mei 2015

Regionaal samenwerken

Het zou het beste zijn als maatschappelijke steunsystemen georganiseerd werden door de gemeente.

Buurthuizen en activiteiten

Gezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen

startertips Opbouw, Financiering, en Uitvoering

Voorwoord. Grace Tanamal

DE PIRAMIDE WERKT BEWEEGT

Inspiratiebijeenkomst Obdam. 1 april 2015 Dorpsstraat 155, Obdam.

Belangstellingsbijeenkomst leernetwerk

Regel die burgerinitiatieven

Wie Wat Hoe. Straatprojecten Het Groene Spoor Zon op School

Vooruit naar de oorsprong

Het heft in eigen handen met de wooncoöperatie

Inhoudsopgave Inleiding:... 3

Hoofdlijn advies. Wat vind jij? Laat het ons weten op: Persoonlijke ontwikkeling. Basiskennis en -vaardigheden. Vakoverstijgend leren

Subsidieplafonds Subsidieplafonds 2016

Informele zorg in Eindhoven, nu en in de toekomst

Samenvatting Initiatiefnota Buurtrechten voor iedereen

Alleen ter besluitvorming door het College Bestuursagenda

Paviljoen Arts & Food, een kunstzinnig stadsinitiatief

Ambitie- en actieplan Financieel Netwerk Rijswijk

Workshop 5. Bedienen nieuwe huisvesters in het flexwonen alleen de makkelijke doelgroepen? Conferentie Flexwonen in Zuid-Holland, 14 juni 2018

in Boschveld staat een huis Ontmoeten, werken en ontwikkelen in copernikkel

DE BASIS EN SPEERPUNTEN VOOR

B&W voorstel.

Verenigingenavond november 2013

Burgerparticipatie en de rol van de gemeenteraad

PCOB. Actief netwerk van en voor senioren. Gemeenschappelijk actief

Een vitale economie. Economie, werk, inkomen en schulden

Symposium Dag van de Garnaal. 31 oktober De coöperatie

opdrachtformulering subsidiëring MEE 2017

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Op weg naar de Theeschenkerij Vroesenpark

Samen werken aan een veilig en leefbaar Eindhoven!

Ouder worden in je eigen huurwoning

Masterclass Vitaliteit in de buurt 19 oktober 2017

Samen voor een sociale stad

Coöperatief ondernemen kort samengevat

Secretaris. Don van Sambeek. Zorgcoöperatie Voorzitter

IBN ALS SOCIALE ONDERNEMING VOOR EEN BREDERE GROEP

Transcriptie:

[1] Verslag van bijeenkomst met sociale coöperaties en anti-armoedegroepen Bijeenkomst vond plaats op 21 oktober 2016 bij de Lucas Community in Amsterdam Aanwezig: a. Vanuit sociale coöperaties: Lucas Community, Amsterdam De vrije Uitloop, Breda Coöperatief Bewonersbedrijf Werkplaats Soesterkwartier, Amersfoort Bewonersbedrijf Berflo Es, Hengelo b. Vanuit anti-armoedegroepen Stichting ZET/Vereniging BUS (steunt uitkeringsgerechtigdengroepen in Noord- Brabant) Anders Actieven CNV Diaconale hulpverlening vanuit Pinkstergemeente Interkerkelijk diaconaal platform Kerk in Actie Mekaar Sociaal Makelaars Utrecht ReconnAct Jobmaatjes Rotterdamse Sociale Alliantie InformatieSteunPunt basis-ggz Clientenraad UWV Lokaal platform Minimaondersteuning Lokaal Platform Sociale Zekerheid Stichting EDASU (Ervaringsdeskundigheid in armoede en sociale uitsluiting) c. Vanuit andere maatschappelijke initiatieven Stichting De Helderse Uitdaging (zorgt voor samenwerking tussen maatschappelijke organisaties, burgerinitiatieven en het lokale bedrijfsleven) Kinderwijkraad Gemeenteraadslid Achtergrond en doel van de bijeenkomst a. De anti-armoedebeweging maakt een moeilijke tijd door: De armoede neemt de laatste jaren toe in omvang, duur en diepte.

[2] Veel (lokale) armoedebestrijders komen alleen te staan: landelijke en provinciale ondersteuningsinitiatieven vallen weg; inzet voor armoedebestrijding vanuit de kerken en vakbeweging neemt af en wordt naar binnen gericht. Anti-armoedegroepen besteden veel aandacht aan het organiseren van allerlei vormen van hulp en ondersteuning aan lotgenoten; daardoor blijft er weinig energie en tijd over voor het voeren van acties gericht op systeemverandering; en de acties die wel gevoerd worden beperken zich te veel en te uitsluitend tot het stellen van eisen aan de overheid. Initiatieven aan de basis worden het (overheids)systeem ingezogen: je krijgt een formele plek in het bestel, maar je kritische veranderfunctie wordt erdoor geneutraliseerd. Anti-armoedegroepen verliezen hun contact met de basis; de basis organiseert zich langs andere lijnen en niet langer op de noemer van armoede en uitsluiting. b. Anti-armoedegroepen zoeken opnieuw contact met bewegingen aan de basis en de randen van de samenleving Anti-armoedegroepen zijn benieuwd naar denkbeelden en ervaringen van initiatieven rond sociale coöperaties; in het denken en doen van deze groepen wordt veel herkend van de brede basisbewegingen uit de jaren 80/90 van de vorige eeuw waar ook de bakermat ligt van de anti-armoedebeweging. De prioriteit van sociale coöperaties ligt niet in het opstellen van eisenpakketten richting overheid; de energie en aandacht gaan naar het ontwikkelen van eigen kracht om lokaal concrete veranderingen in denken en doen te bewerkstelligen. Dat is een route die veel mensen in de anti-armoedebeweging aanspreekt. De anti-armoedegroepen hebben een aantal vragen aan mensen/groepen die actief zijn in de beweging rond sociale coöperaties: - Hoe is jullie ervaring met het opbouwen en in stand houden van bewegingen en initiatieven aan de basis van de samenleving? - Hoe gaan jullie om met belemmerende regelgeving vanuit de landelijke en lokale overheden en instanties? - Hoe pareren jullie de flexibele slimheid van het bestaande systeem om kritische tegenbewegingen het systeem in te zuigen en daarmee te ontkrachten? - Hoe kan de verhouding met overheden en instanties goed geregeld worden en hoe kunnen afspraken wettelijk worden geborgd? - Hoe bouw je onderling netwerk op van basisinitiatieven? - Hoe hou je het vol?

[3] Informatie en ervaringen vanuit sociale coöperaties a. Er werd een film vertoond waarin enkele sociale coöperaties vertellen over hun initiatief: Coöperatie Buurtmoeder Catering; De vrije Uitloop; Ons Coöperatief; Lucas Community; Weggeefwinkel; Future of Fame. De film en het daarbij horend informatiemateriaal (zie: www.socialecooperatie.nl) maakt duidelijk Wat een sociale coöperatie is: een organisatie van burgers gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid via het opzetten van eigen activiteiten; de leden van een sociale coöperatie kunnen samen doelen bereiken die voor ieder apart onbereikbaar zijn. Welke functies een sociale coöperatie heeft: een paraplufunctie (het vormen van een vitale gemeenschap waar mensen omzien naar elkaar); gemeenschappelijke condities creëren waardoor je sterk staat, ook financieel; leden in staat stellen investeringen te doen waarvan ze het risico niet individueel kunnen dragen, maar collectief wel. b. Mostafa vertelt het verhaal van de Lucas Community: Bij de financiële crisis van 2008 en volgende jaren hebben instituten, corporaties en ontwikkelaars zich teruggetrokken uit de wijken; daarbij bleef een aantal panden leeg achter. Zo ook het gebouw waar nu de Lucas Community in gevestigd is. In 2008 zijn de initiatiefnemers van de Lucas Community het gebouw binnen gekomen via het huren van een enkel lokaal. Ze merkten dat het gebouw wel verwarmd was, maar verder leeg stond. Langzamerhand zijn ook andere delen van het pand in gebruik genomen. De kleine informele groepjes van het eerste begin hebben zich bij elkaar gezet en hebben een rechtspersoon gevormd. Een rechtspersoon die bestaat uit kleine clubjes die uit de buurt komen, voor de buurt gaan, diensten willen leveren aan de buurt. De Lucas Community is een puur lokale sociale coöperatie van bewoners met veel kleine diensten. Het oprichten en in gang houden van de coöperatie is ploeteren, maar we doen het allemaal wel op eigen kracht. We willen geen subsidie. Dat is niet gemakkelijk, maar het houdt je wel onafhankelijk. Geen subsidie, maar wel opdrachten van de gemeente inzake werkzaamheden die in de buurt verricht moeten worden. Dat vraagt wel dat kwaliteit geleverd moet worden. Dat wordt geborgd met een proces van professionalisering en een toezicht dat we zelf opzetten en onderhouden. Het eerste punt dat nader wordt verkend is de uitgesproken opvatting van Lucas Community om niet te werken met subsidies, maar alleen met opdrachten. Bij het ontvangen van subsidies word je aangestuurd door het ambtelijk apparaat en loop je alle gevaar het systeem ingezogen te worden. Daarom wil Lucas Community geen subsidies, maar wel opdrachten voor werkzaamheden die in de buurt moeten worden verricht. Het heeft lang geduurd voordat deze opstelling in gemeentekring geaccepteerd werd. De rollen worden namelijk omgedraaid. Het initiatief ligt niet bij

[4] de gemeente en de ambtenaren. De buurt neemt zelf het initiatief en je stapt naar de overheid met de vraag wat deze voor jou kan doen. Dit vraagt wel een goede interne organisatie van de coöperatie. Het werken met opdrachten betekent dat wij als sociale coöperatie actief meedoen bij de ontwikkeling van de eigen wijk; wij zijn bezig met coöperatieve wijkontwikkeling, hetgeen inhoudt dat we vanaf het begin meedoen met ontwikkelingen in de wijk en dat we dat doen vanuit de community; wij bekijken wijkzaken vanuit de belangen en interesses van bewoners. Bijvoorbeeld het onderhoud van gemeenschappelijk groen. Dat zit voor een deel versleuteld in de huur. Er zijn mensen die moeilijk rond kunnen komen of zelfs in de schulden zitten. Die moeten nog extra betalen voor het onderhoud van het gemeenschappelijke groen. Laat mensen dat groen zelf onderhouden. Dat scheelt hen ook aan huur die ze moeten betalen. Dat vraagt ook om een omslag in denken en doen bij de gemeente. De systemen, de instituten en de mensen die daar werken zijn nog niet rijp genoeg om zaken te doen met buurtcommunities. Men is vertrouwder in het zaken regelen met grote bedrijven die passen in het systeem in plaats van zaken te regelen met buurtinitiatieven die ander denken en doen vragen binnen de vertrouwde systemen. Wij willen diensten aanbieden aan de gemeente en willen daar zaken doen met 1 persoon. Die moet intern dan maar regelen dat hij/zij de zaken op orde brengt en houdt binnen het stadhuis. Het cruciale sleutelwoord om deze verandering succesvol tot stand te brengen is: vertrouwen. Als tweede punt wordt nader ingegaan op de kwestie van professionalisering. Het aannemen van een opdracht betekent dat je kwaliteit moet leveren. We praten met gemeente en met woningbouwcorporaties over het oppakken van taken/werkzaamheden in de buurt. Die organisaties betalen daarvoor een normale prijs en verwachten dan ook goede kwaliteit. In het begin wilde men zich ook bemoeien met de wijze waarop wij dit werk zouden gaan organiseren en uitvoeren. Maar dat hebben we afgehouden. Daar gaan wij zelf over, dat realiseren wij op onze eigen manier, vanuit onze eigenheid. De noodzaak om kwaliteit te leveren zet de coöperatie wel onder een zekere druk. Het gevaar is dat kwetsbare mensen daardoor buitengesloten worden. Daar moet voor gewaakt worden. Een derde thema dat nader uitgewerkt wordt betreft de leden van de sociale coöperatie. De Lucas Community kent drie soorten leden: buurtbewoners/vrijwilligers; bewondernemers; sociale ondernemers. Buurtbewoners werken als vrijwilliger mee aan de sociale coöperatie. We hebben een eigen munt in omloop gebracht, het beeldmannetje. Daarmee werken we als het ware buiten het (geld)systeem, maar we regelen wel de wederkerigheid in de buurt. BeWondernemers zijn bewoners die ondernemer willen worden. Zij mogen ondernemen binnen de coöperatie. De inkomsten worden ingebracht in de

[5] coöperatie. We hebben een simpele regel, die we omschrijven als de saunaregel: naakt in en naakt uit. Dat wil zeggen dat je de verdiensten die je dank zij de coöperatie kunt maken ook in de coöperatie laat als je de mogelijkheid hebt om je te ontwikkelen tot sociaal ondernemer en zelfstandige wordt. Mensen moeten daar van te voren voor tekenen. Sociaal ondernemers zijn zelfstandige ondernemers in de buurt, maar ze hebben wel een speciale band met de sociale coöperatie. Ze verdienen hun eigen inkomen, maar geven wel wat terug aan de community, de gemeenschap, waarbinnen ze opereren. Een vierde thema betreft het toezicht. Je moet niet te veel bureaucratiseren. Je moet met de regels werken en misbruik moet je als community zelf voorkómen. Als community ben je zelf toezichthouder en handhaver; dat moet niet gebeuren door ambtenaren van buiten. Ook dat is een kwestie van vertrouwen vanuit de gemeente. c. Sociaal ondernemer: Inmiddels is het pauze en wordt een lunch geserveerd. Deze is klaar gemaakt door een sociaal ondernemer uit de wijk. De vrouw in kwestie vertelt desgevraagd hoe zij is begonnen en nu als zelfstandige cateraar werkt en hoe belangrijk de opgebouwde samenwerking is met de sociale coöperatie van de Lucas Community. d. Erna en Hans vertellen het verhaal van De Vrije Uitloop: Erna vertelt hoe zij door omstandigheden in de bijstand terecht kwam en Nederland op een heel andere wijze leerde kennen: er wordt voor je gedacht en het eigen initiatief wordt je ontnomen. Aanvankelijk had ze daar heel veel moeite mee en ging ze zich tegen alles en iedereen afzetten. Langzaamaan leerde ze om zaken om te draaien en samen met een lotgenote heeft Erna toen de tientjesacademies opgericht. Dat was een initiatief om mensen uit te dagen om werk te maken van hun eigen passie en mogelijk zouden ze daarmee ook nog wat geld kunnen verdienen. De arme kant werd veranderd in de warme kant. Mensen blijken eigen initiatieven en mogelijkheden te hebben om de eigen situatie te verbeteren, als ze maar vertrouwen en speelruimte krijgen en ondersteuning. De organisatie van de Vrije Uitloop is zo dat deelnemers zichzelf niet hoeven in te schrijven bij de Kamer van Koophandel. De sociale coöperatie staat ingeschreven. Het uitgangspunt is dat mensen minimaal 100 winst per maand moeten kunnen maken met de werkzaamheden die ze uitoefenen in coöperatief verband. De coöperatie zorgt voor de papieren rompslomp en mensen kunnen zich helemaal concentreren op de diensten of producten die ze maken en aan de man/vrouw willen brengen. Mensen behouden hun uitkering. Wat verdiend wordt, komt in een persoonlijke spaarpot. Daarmee kunnen bepaalde investeringen worden betaald die mensen meer mogelijkheden geven bij het ondernemen. Bij de start heeft de coöperatie een startkapitaal ontvangen van de gemeente.

[6] Scharrelondernemers is bedoeld als een geuzennaam: mensen die grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt, maar wel in staat zijn om producten en diensten te leveren waarmee ze enige eigen verdiensten kunnen genereren en waarmee ze zich op den duur wellicht helemaal uit de bijstand kunnen werken. Daar is tijd voor nodig en vertrouwen. Mensen met een bijstandsuitkering zijn ontzettend angstig, bang om zich te bewegen buiten het gangbare, want als ze de zekerheid van de uitkering verliezen vallen ze in een diep gat en de angst is dat ze daar niet meer uitkomen. Dat komt omdat deze mensen erg kwetsbaar zijn; ze hebben vaak het vertrouwen in zichzelf verloren. Dat moet teruggewonnen worden. Dat gaat stap voor stap. Daar is tijd voor nodig. En veiligheid om fouten te mogen maken. Het is tenslotte een experiment. Het maken van producten of het kunnen verlenen van diensten is een ding; maar het aanbieden aan mensen is een vaardigheid die veel mensen zich nog helemaal eigen moeten proberen te maken. De gemeente Breda wil het experiment doorzetten, maar de vraag is of ze daar de ruimte voor krijgen van het ministerie van SZW. De Vrije Uitloop en de gemeente Breda werken inmiddels goed samen. De gemeente wordt sociaal aandeelhouder. Dat wil zeggen dat de gemeente geen financiële belangen neemt in de coöperatie, maar dat ze deze wel steunt door ze ontwikkelruimte te geven en door mensen attent te maken op deze mogelijkheid om via ondernemerschap zich uiteindelijk zelf uit de bijstand te werken. De intenties en doelen van de coöperatie en de verhoudingen met de gemeente zijn vastgelegd in het zogeheten Bijzonder Statuut. Dat is een juridisch document dat als een soort grondwet geldt voor sociale coöperaties die strikt genomen als private partij publieke taken uitvoert. Werkende weg moet daarvoor een passende juridisch kader voor gevormd worden. Die ontwikkelroute wordt uitgelijnd in het Bijzonder Statuut (zie ook punt g). e. Geert Walgemoed vertelt over bewonersbedrijf Berflo Es te Hengelo Met ondersteuning van het LSA (Landelijk Samenwerkingsverband Actieve Bewoners) is in de wijk Berflo Es te Hengelo een bewonersbedrijf opgericht. Dit bedrijf verdient geld met allerlei projecten. Daarmee wordt de leefbaarheid en de ontwikkeling van de Hengelose wijk bevorderd. Het opbouwen van een bewonersbedrijf kost tijd. In Hengelo is een aantal koplopers uit de wijk bij elkaar gekomen/gehaald in een brainstormbijeenkomst over de vraag wat we in onze wijk willen als bewoners. Daaruit is het bewonersbedrijf voortgekomen. Het is klein begonnen en langzaam uitgebouwd. Er wordt samengewerkt met bewonerscommissies, gemeente, woningcorporatie, zorginstellingen en ondernemers.

[7] f. Een pand en opdrachten Het is van belang dat sociale coöperaties en wijkinitiatieven kunnen beschikken over een passend gebouw. Er werken mensen en groepen die ruimte nodig hebben voor het vervaardigen van hun producten en diensten. Zo n gebouw is vaak aanwezig in de wijk/stad, maar de kunst is er de beschikking over te krijgen en te houden. Nu de woningmarkt weer aantrekt dreigt het gevaar dat eigenaren oude plannen die ze hadden met het gebouw weer uit de kast halen. Ook komt het voor dat de afdeling van de gemeente die over vastgoed gaat het gebouw in de verkoop zet, zonder acht te slaan op de betekenis die dit gebouw inmiddels heeft voor de ontwikkeling van de wijk. Het verwerven van opdrachten in plaats van het vragen om subsidie spreekt de deelnemers aan. Bepaalde taken in de wijk die tot nu toe uitgevoerd werden door de gemeente of door bedrijven in opdracht van de gemeente kunnen mogelijk beter uitgevoerd worden door de wijkbewoners zelf. Dat zorgt voor binding in de wijk en er komt geld binnen om de sociale coöperatie of het bewonersbedrijf te runnen. Steeds meer gemeenten zijn bereid hierin mee te gaan. Er zijn echter ook nog steeds gemeenten die dergelijke taken liever blijven uitbesteden aan grote bedrijven. Dat krijgt de wijk geen kansen om zichzelf te ontwikkelen. Het is van belang dat de afdelingen binnen de gemeente die gaan over economische ontwikkeling, inkoop van diensten, openbare ruimte en vastgoed hun beleid afstemmen met afdelingen die gaan over wijkontwikkeling, zorg en het sociaal domein. g. Bijzonder Statuut Er is interesse in de manier waarop sociale coöperaties worden opgebouwd, hoe men interne zaken regelt en hoe men overeind blijft bij alle uitdagingen die men op het bord krijgt. Benadrukt wordt dat er tijd nodig is om een coöperatie op te bouwen. Lang niet altijd wordt als juridische vorm gekozen voor een coöperatie. Vaker nog geeft men de voorkeur aan het vormen van een stichting. Eigenlijk zou een initiatief voldoende tijd moeten krijgen om samen vanuit de praktijk te ontdekken welke rechtsvorm het beste bij het initiatief past. Daarin wordt voorzien door het Bijzonder Statuut. Dat is een door Nicole Estejé ontwikkeld instrument voor maatschappelijke initiatieven die gericht zijn op de uitvoering van publieke taken. Het Bijzonder Statuut schept juridische condities die het voor een initiatief mogelijk maken een passende structuur te ontwerpen tussen het private en het publieke domein in. Het gebruik maken van de ontwikkelmogelijkheden die het Bijzonder Statuut biedt aan sociale coöperaties en buurtinitiatieven wordt erg belangrijk gevonden. Maar nog belangrijker is de regeling van de verhoudingen tussen mensen in de wijk en binnen de coöperaties. Voor een deel kun je dat juridisch regelen en borgen via bijvoorbeeld het Bijzonder Statuut. Maar voor een deel zijn deze sociale

[8] verhoudingen niet juridisch te regelen. Ze moeten door ervaringen, discussies, vallen en opstaan langzaam groeien en gemeengoed worden in de buurt en in de coöperatie. h. Meer informatie is te vinden op: www.socialecooperatie.nl www.initiatief.nu www.socialealliantie.nl Helden, 28 oktober 2016 Raf Janssen