STUK 474 (2011-2012) Nr. 1 VLAAMSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE DE RAAD ZIT TING 2011-2012 5 MAART 2012 VRAGEN Commissie voor Algemene Zaken, Financiën, Begroting en Media Maandag 5 maart 2012 Hebben aan de werkzaamheden van de Commissie deelgenomen: Vaste leden: de heer Jean-Luc Vanraes, voorzitter, mevrouw Annemie Maes Plaatsvervanger: mevrouw Greet Van Linter 1153
2 Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 INHOUD Vraag van mevrouw Greet Van Linter aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, over een nieuw partnerschap met de Brusselse gemeenten en OCMW s... 3 Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende het vrijwilligerswerk... 6
Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 3 Vraag van mevrouw Greet Van Linter aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, over een nieuw partnerschap met de Brusselse gemeenten en OCMW s Het is duidelijk dat het beleid van de VGC op bepaalde vlakken in Brussel enkel vruchten kan afwerpen, wanneer de samenwerking met de lokale besturen - gemeenten en OCMW s - in optimale omstandigheden verloopt, stelt raadslid Greet Van Linter. Het is geen geheim te stellen dat om diverse redenen deze samenwerking stroef en soms slecht verloopt. Ook het rapport van de visitatiecommissie Stedenfonds 2011 verwijst naar het gebrek aan samenwerking en heeft als aanbeveling: De visitatiecommissie wil de VGC aanmoedigen om de OCMW s sterker als partner aan boord te nemen en waardeert de eerste stappen die daarin zijn gezet. Welke stappen heeft het College het afgelopen jaar ondernomen om de samenwerking tussen de VGC enerzijds en de gemeenten en OCMW s anderzijds te verbeteren? Tot welke concrete resultaten leidde dit? Heeft het College een soort van actieplan voor een nieuw partnerschap met de Brusselse gemeenten en OCMW s opgesteld? Welke uitvoering heeft het College gegeven aan voornoemde aanbeveling van de visitatiecommissie? Collegevoorzitter Guy Vanhengel antwoordt dat de gemeenten, zoals de visitatiecommissie in het kader van het Stedenfonds terecht aangeeft, wellicht het meest belangrijke Brusselse bestuursniveau zijn voor de VGC om mee samen te werken. De gemeenten zijn immers op alle levensdomeinen actief en op de terreinen, waarvoor de VGC bevoegd is, spelen zij vaak een belangrijk rol. En ook al verloopt de samenwerking tussen de VGC en de gemeenten niet altijd en overal even vlot, toch kunnen we stellen dat de VGC en de gemeenten op dit ogenblik veel nauwer samenwerken dan dat dit vroeger het geval was. De toegenomen aanwezigheid van Vlaamse schepenen in de gemeentebesturen en de impulsen om samen te werken in het kader van enkele sectorale Vlaamse decreten, hebben dus zeker hun vruchten afgeworpen. De VGC heeft, dankzij haar netwerk van diensten en voorzieningen en haar uitgebouwd administratief apparaat, contacten met tal van gemeentelijke diensten. Overigens, worden gemeenten begeleid door de VGC bij het opstellen van bepaalde beleidsplannen (bijvoorbeeld sport, cultuur, ) of bij initiatieven (bijvoorbeeld kinderopvang, scholen, ). Ook ondersteunt de VGC de belangen van de Nederlandstalige gemeenschap bij bepaalde stadsontwikkelingsprojecten van de gemeenten en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Tenslotte, zijn er de feitelijke banden tussen de VGC en de gemeenten op politiek niveau: leden van de Raad van de VGC vervullen doorgaans ook een politieke rol op het gemeentelijke niveau (bijvoorbeeld als gemeente- of OCMW-raadslid, als schepen of als OCMWvoorzitter). De VGC heeft niet zoiets als een globaal, overkoepelend, actieplan voor een nieuw partnerschap met de Brusselse gemeenten en OCMW s. Een opsomming van de verschillende acties en initiatieven die de VGC samen met de gemeenten onderneemt, toont aan dat er op dit moment reeds heel veel contacten, uitwisseling en samenspraak is in verschillende dossiers.
4 Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 Wat het beleidsdomein Onderwijs en Vorming betreft, werden in het kader van het capaciteitsvraagstuk in het Brusselse onderwijs verschillende stappen gezet naar en samen met Brusselse gemeentebesturen: Op 16 december 2009 vond er een rondetafelconferentie plaats met de Nederlandstalige schepenen en de voorzitter van het College van de VGC; Op 27 januari 2010 stelde de VGC-collegevoorzitter op de Conferentie van Burgemeester en Schepenen de capaciteitsproblematiek centraal; Vervolgens werden de gemeenten schriftelijk bevraagd over de uitbreidingsmogelijkheden voor het Brussels Nederlandstalig gemeentelijk onderwijs. Meer recent (2012) werden, in het kader van Brede School, alle gemeentebesturen met een cultuurbeleidscoördinator aangeschreven met de vraag om bredeschoolprojecten in te dienen. Concreet werden volgende gemeentebesturen aangeschreven: Anderlecht, Elsene, Etterbeek, Evere, Jette, Koekelberg, Schaarbeek, Sint-Agatha-Berchem, Sint-Gillis, Sint- Jans-Molenbeek, Sint-Pieters-Woluwe en de stad Brussel (de subsidieaanvragen worden verwacht tegen 15 mei 2012). Andere concrete projecten binnen het beleidsdomein Onderwijs en Vorming, waarbij ook de gemeenten een rol spelen, zijn het Programma Preventie Schoolverzuim en Samen naar School. In het kader van het Stedelijk Beleid van de VGC, met betrekking tot de Duurzame Wijkcontracten, is er veelvuldig overleg met de gemeenten. Sinds 2010 is het opvolgen van de wijkcommissies een opdracht waarvoor de VGC (cel Stedelijk Beleid en entiteit Gemeenschapscentra) instaat in uitvoering van de opvolging van deze Wijkcontracten. In deze wijkcommissies komt de VGC in contact met tal van gemeentelijke actoren. Daarnaast heeft de cel Stedelijk Beleid, samen met het betrokken gemeenschapscentrum in de gemeente, veelvuldige contacten met de gemeentelijke diensten bevoegd voor stadsvernieuwing, de gemeentelijke projectleiders van de wijkcontracten en de functioneel bevoegde gemeentelijke diensten (kinderopvang, onderwijs, cultuur, etc.). Ook met de Nederlandstalige schepenen en met de coördinerende schepenen voor de wijkcontracten (doorgaans de schepen bevoegd voor stadsvernieuwing) of de burgermeester zelf, is er ter zake overleg en informatie-uitwisseling geweest in de loop van 2011. Binnen het beleidsdomein Cultuur, Jeugd en Sport werd, in de aanloop naar de diverse beleidsplannen (lokaal cultuurbeleid, sportbeleid, jeugdbeleid en erfgoedbeleid), een oproep tot overleg gelanceerd naar alle gemeenten. Dit overleg met de bevoegde gemeentelijke diensten (cultuurbeleidscoördinatoren, bibliotheken, etc.) en de Vlaamse schepenen, vond plaats in de loop van 2010. Meer recent lanceerde de VGC-jeugddienst een oproep naar de gemeenten in het kader van vernieuwde reglementen (projecten en vakantie-initiatieven). In opvolging daarvan werden gesprekken gevoerd met de gemeenten Anderlecht, Evere, Sint-Agatha-Berchem, Sint-Gillis en Sint-Jans-Molenbeek. Een aantal gemeenten (Anderlecht, Jette, Brussel via vzw Jeugd in Brussel) zijn ook regelmatig aanwezig op de VGC-jeugdraad, bij monde van de gemeentelijke jeugddiensten.
Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 5 Voor wat het sportbeleid betreft, was er het voorbije jaar overleg met de gemeente Sint- Gillis omtrent een project in het kader van de Brede School of met de gemeente Anderlecht in functie van concrete initiatieven zoals veldlopen, kinderactiviteiten, en anderen. Met betrekking tot het lokaal cultuurbeleid heeft de VGC, met de 13 gemeenten die een lokaal cultuurbeleidsplan hebben, een convenant afgesloten. Gedurende het voorbije jaar organiseerde de cultuurbeleidscoördinator van de VGC maandelijks een overleg met de gemeentelijke cultuurbeleidscoördinatoren. Dit jaar zal in onderling overleg met de gemeenten werk worden gemaakt van een planning rond de opstart van de lokale cultuurbeleidsplannen 2014-2019, die in 2013 moeten worden opgesteld. In het kader van het streekgericht bibliotheekbeleid organiseert de VGC een overleg met de gemeentelijke bibliothecarissen, dat dit jaar tweemaandelijks zal bijeenkomen. En tussen de 22 gemeenschapscentra, diverse gemeentelijke diensten en Nederlandstalige schepenen bestaan er veelvuldige, verschillende en uitgebreide contacten. Wat de samenwerking tussen de VGC en de Brusselse OCMW s betreft, is deze vooral relevant in het kader van het armoedebeleid en het Lokaal Sociaal Beleid. Collegelid Grouwels, bevoegd voor Welzijn, Gezondheid en Gezin, nam recent verschillende stappen om deze samenwerking te verbeteren. In januari 2011 nam zij contact op met de heer Majeur, voorzitter van de conferentie van de 19 OCMW s van het Brussels hoofdstedelijk gewest. Zij gaf een toelichting bij de doelstellingen en de aanpak van de VGC inzake het Lokaal Sociaal Beleid en stelde voor om dit verder te bespreken met de 19 OCMW-voorzitters. Vervolgens was er in maart 2011 een overlegmoment tussen Collegelid Grouwels, de heer Mayeur en de OCMW-voorzitter van Ukkel. Uit dit positief gesprek bleek dat er naast openheid, ook interesse is van de OCWM s in het Lokaal Sociaal Beleid. De mogelijke vormen van samenwerking zullen nog verder worden geconcretiseerd en geïmplementeerd. Conform het actieplan Lokaal Sociaal Beleid, dat goedgekeurd werd door de VGC Raad op 26 mei 2011, wordt er in 2012 prioriteit gegeven aan de gemeenten Sint-Pieters- Woluwe, Sint-Lambrechts-Woluwe en Anderlecht. Een concreet voorbeeld van samenwerking binnen het beleidsdomein Welzijn, Gezondheid en Gezin is het project Drempels tot sociale grondrechten wegwerken, waarin de Brusselse Welzijns- en gezondheidsraad (BWR) samenwerkt met OCMW-medewerkers en medewerkers uit de thuislozensector. De doelstelling van dit project is om de informatie m.b.t. het aanbod van diensten, de procedures en de toekenning van steun van de OCMW s te centraliseren. De gegevens kunnen dan worden geharmoniseerd en via een gebruiksvriendelijk digitaal en tweetalig instrument ter beschikking worden gesteld van het Brusselse werkveld, de OCMW s en de hulpvragers. Wat woonzorg betreft, kunnen we verwijzen naar de uitvoering van het Zorgstrategisch Plan, en meer bepaald het Pieter en Pauwel-project in Neder-Over-Heembeek. Het betreft een multifunctioneel nieuwbouwproject met welzijnsvoorzieningen (lokaal dienstencentrum, dagverzorgingscentrum en ADL-centrale) en een gemeenschapscentrum met openbare bibliotheek. De stad Brussel is partner in dit project en zal de bouwkost van het bibliotheekfiliaal ten laste nemen. Aan concrete voorbeelden van samenwerking ontbreekt het niet. Uiteraard, zijn er nog heel wat mogelijkheden om de samenwerking te versterken, te verfijnen en te stroomlijnen.
6 Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 Ter informatie: de Task Force Brussel heeft in haar eindrapport ook enkele voorstellen geformuleerd om de verhouding tussen de Vlaamse overheid, de VGC en het gemeentelijke niveau verder te stroomlijnen, want ook daar zijn mogelijkheden om het beleid en de bestuurlijke verhoudingen en relaties te verbeteren. De rol die de VGC door de Vlaamse overheid krijgt toebedeeld ten aanzien van de Brusselse gemeenten verschilt nu naargelang het decreet of uitvoeringsbesluit, wat de eenduidige positionering van de VGC niet vereenvoudigt en wat, vanuit bestuurlijk oogpunt ook niet wenselijk is. Een duidelijke rolafbakening tussen de Brusselse gemeenten, de VGC en de Vlaamse overheid kan de samenwerking tussen de VGC en de Brusselse gemeenten alleen maar ten goede komen. Tot slot, voor een hecht partnerschap moet men met twee zijn. Binnen de gemeentebesturen moet er dus ook wel het nodig draagvlak zijn voor een hechtere samenwerking met de VGC. Raadslid Greet Van Linter dankt de collegevoorzitter voor zijn uitgebreid antwoord. De VGC doet inderdaad heel wat inspanningen om samen te werken met gemeenten en OCMW s. Er schort duidelijk wat langs de kant van de gemeenten. De Vlaamse decreten bieden instapmogelijkheden voor de Brusselse gemeenten en daar wordt weinig of niet op ingegaan. Denken we maar aan het sport voor allen -decreet, waar geen enkele gemeente interesse voor toonde. Op het vlak van onderwijs doet zich hetzelfde voor. Zo verklaarde de voormalige collegevoorzitter dat er veelvuldige contacten waren met de gemeente Ganshoren om Nederlandstalig gemeentelijk onderwijs in te richten. Daar zijn 2 Nederlandstalige schepenen en toch komt dit dossier niet van de grond. Ook voor welzijn zitten we in hetzelfde schuitje. Men moet inderdaad, zoals de collegevoorzitter zegt, met twee zijn om de dossiers te laten vooruitgaan en daar wringt het schoentje. Collegevoorzitter Guy Vanhengel antwoordt dat sommige Brusselse gemeenten niet enkel niet instappen in wat Vlaamse decreten te bieden hebben, maar evenmin in een Brussels gewestelijk aanbod. Toch mag niet geconcludeerd worden dat het om een structureel probleem gaat. Ganshoren heeft bijvoorbeeld geen Nederlandstalig gemeentelijk onderwijs, maar beschikt dan weer over een actief en goeddraaiend gemeenschapscentrum. Alles hangt samen met de specifieke situatie van elke gemeente. Moeilijker is het als er geen Nederlandstalige schepen of OCMW-voorzitter is in de Brusselse gemeenten (Oudergem en Sint-Lambrechts-Woluwe). Dan heeft de VGC geen gemakkelijk aanspreekpunt op beleidsniveau. In oktober 2012 zal daar hopelijk verandering in komen. Commissievoorzitter Jean-Luc Vanraes benadrukt dat er zich in verband met de sportfunctionarissen een andere moeilijkheid stelt. Het Vlaamse decreet is moeilijk toepasbaar in Brussel. ------------------------------------------------------------------------------------------------------------------ Vraag van mevrouw Annemie Maes aan de heer Guy Vanhengel, collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, Vorming en Begroting, betreffende het vrijwilligerswerk Raadslid Annemie Maes benadrukt dat er in 2011, in het kader van het Europees Jaar van de Vrijwilliger, heel wat extra inspanningen werden gedaan door overheid, organisaties en bedrijfsleven op het vlak van vrijwilligerswerk. Daarbij lag de klemtoon niet alleen op extra promotie, maar ook op de zoektocht naar hedendaagse formules. De klassieke, langdurige vrijwilligersinzet bestaat nog steeds, maar heel wat jongere vrijwilligers kiezen voor een duidelijk afgelijnd engagement op korte termijn en verwachten interessant of gezellig
Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 7 werk, wat het werkveld verplicht om na te denken over het al dan niet werken met vrijwilligers, de taken die ze hen wel of niet toevertrouwen, de begeleiding die ze geven. Het Punt Brussel speelt hier ook op in met een vormingsaanbod voor de organisaties. Daar waar engagement oorspronkelijk gefocust was op de welzijnssector, is dat vandaag opengetrokken naar o.a. de culturele sector. De VGC heeft dit begrepen. Toen ik over dit thema interpelleerde in het najaar van 2011, stelde collegelid Grouwels duidelijk dat er gekozen werd voor meer transversaliteit. Op dat ogenblik vonden gesprekken plaats met Het Punt om na te gaan hoe die transversaliteit geconcretiseerd kon worden. Meer algemeen heeft het college vorig jaar beslist in 2012 middelen vrij te maken voor een onderzoek naar het vrijwilligerswerk. De bedoeling is cijfermateriaal te verzamelen, maar ook beter zicht te krijgen op de behoeften, als basis voor het toekomstige beleid. 2012 wordt het Europees Jaar Actief Ouder Worden en Solidariteit tussen Generaties. Het vrijwilligerswerk heeft hierin zeker een rol te spelen. In maart organiseert de Vlaamse Ouderenraad hierover trouwens een studiedag. Het Punt heeft seniorenambassadeurs opgeleid om infosessies over de meerwaarde van vrijwilligerswerk te geven aan senioren. Er bestaat een aanbod, via de bedrijven, voor personen die eindeloopbaan zijn, in het kader van pensioenvoorbereiding. Is het Europees Jaar van de Vrijwilliger geëvalueerd, in overleg met het werkveld? Is, in overleg met Het Punt, een methodologie en een tijdspad afgesproken om te komen tot een meer transversale aanpak? Welke stappen zijn ondernomen in het kader van het wetenschappelijk onderzoek over vrijwilligerswerk? Welke link wordt gelegd met het Europees Jaar Actief Ouder worden? Mevrouw Maes voegt er een laatste noot aan toe. Actieve senioren vervullen een niet te onderschatten taak als vrijwilliger met betrekking tot de opvang en begeleiding van kinderen: naar de muziekschool of de sportactiviteit brengen,. Wat vroeger tot de opdracht van het kerngezin behoorde, is verschoven naar de generatie van actieve senioren. De spreker merkt dat de actieve senioren deze taak, die ze met veel plezier vervullen, niet meer permanent en op vaste tijdstippen voor hun rekening willen nemen omdat ze een deel van hun tijd graag willen besteden in functie van eigen activiteiten en interesses. Deze evolutie is belangrijk om het onzichtbare weefsel van het vrijwilligerswerk, dat voortdurend in beweging is, in beeld te brengen. Collegevoorzitter Guy Vanhengel zegt dat het Brussels hoofdstedelijk gewest tal van kleinschalige speelmogelijkheden voor kinderen telt. Vrije ruimten worden maximaal benut om speeltuigen te plaatsen. De vraag die de collegevoorzitter zich regelmatig stelt, is wat alle begeleiders, grootouders en ouders doen terwijl ze op een oogje houden op de spelende kinderen. Zelden kunnen de begeleiders terecht voor een gezellig praatje met mekaar in een cafetaria aanpalend aan de speelruimte. Dat is echt een mankement. Het zou de oplettaak zeker prettiger maken. Eind 2010 werd er een stuurgroep opgericht door het Vlaams Steunpunt Vrijwilligerswerk. In deze stuurgroep zetelden verschillende Vlaamse koepels, voor Brussel nam vzw Het Punt (Steunpunt Vrijwilligerswerk Brussel) deel. Op 2 maart 2012 kwam die stuurgroep voorlopig voor het laatst samen, waarbij het eindrapport Europees Jaar Vrijwilligerswerk 2011 in Vlaanderen voorgesteld werd. Dit rapport bevat een evaluatie van het afgelopen jaar en enkele aanbevelingen naar de toekomst.
8 Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 Sinds februari 2011 is er een nieuwe convenant afgesloten tussen de VGC en vzw Het Punt, waarin overeengekomen werd dat vzw Het Punt zich verbindt bij te dragen aan de doelstelling van de VGC om binnen een transversale context de Nederlandstalige welzijns-, gezondheids-, en gezinsvoorzieningen zichtbaar te maken en initiatiefnemers, beroepskrachten en vrijwilligers te steunen. Midden 2011 werd de transversale werkgroep rond vrijwilligerswerk opgericht, waar ook vzw Het Punt deel van uitmaakt. Deze werkgroep dacht constructief na over de noden en de invulling van het onderzoek dat dient gevoerd te worden. In oktober 2011 werd de opdracht voor het uitvoeren van het wetenschappelijk onderzoek goedgekeurd door het college en werd het bestek verspreid naar zeven onderzoeksgroepen. Ondertussen werd de opdracht toegekend aan de Hogeschool-Universiteit Brussel. Ondertussen vonden de eerste gesprekken plaats tussen de transversale werkgroep en de HUB. Op dit ogenblik wordt er gewacht op de resultaten van het wetenschappelijk onderzoek, dat gevoerd wordt rond het vrijwilligerswerk in Brussel. Dit onderzoek moet toelaten om in de toekomst het beleid en de dienstverlening van de VGC en van de vzw Het Punt op een aantal terreinen te verbeteren en de mogelijkheid te bieden het VGC-beleid af te stemmen op de onderzoeksresultaten. Met deze resultaten zal er immers aan de slag gegaan worden, en zullen er concrete stappen ondernomen worden om te komen tot meer transversaliteit. Het onderzoeksrapport dient op 1 juli 2012 overhandigd te worden aan de VGC. Wat de vzw Het Punt betreft, kan ik u meegeven dat de vzw beseft dat ouderen een grote bijdrage kunnen leveren aan de samenleving en het belang van solidariteit tussen de generaties. Zo geven zij vorming aan senioren om seniorambassadeurs van het vrijwilligerswerk te worden. De seniorenambassadeurs die opgeleid werden, worden na de vorming ingezet om op een laagdrempelige manier informatie te geven aan andere senioren over vrijwilligerswerk en hen aan te sporen zelf de stap te zetten naar dat vrijwilligerswerk. Tijdens het Europees Jaar 2012 Actief Ouder Worden en Solidariteit tussen de Generaties plant de vzw 20 sessies voor senioren, in de hoop nog meer actieve seniorambassadeurs te kunnen inzetten. In de planning heeft vzw Het Punt ruimte voorzien om deel te nemen aan de stakeholdersmarket op 7 maart 2012, dan wordt de officiële kick-off gegeven van het Europees Jaar 2012 voor actief ouder worden en solidariteit tussen de generaties in België. Op 12 mei zal vzw Het Punt ook aanwezig zijn op de open dag dat het Europese parlement organiseert naar aanleiding van het Europese Jaar. Hier zal vzw Het Punt op een interactieve manier in dialoog gaan met de aanwezigen. Tenslotte, publiceerde vzw Het Punt als aanzet op 2 februari 2012 De gazet van de Vrijwilliger in Brussel deze Week. De publicatie werd volledig gewijd aan intergenerationele solidariteit. Raadslid Annemie Maes vraagt of de collegevoorzitter een kopie van het eindrapport kan ter beschikking stellen. Collegevoorzitter Guy Vanhengel zegt dat het rapport kan gedownload worden van de website van het Vlaams Steunpunt.
Stuk 474 (2011-2012) Nr. 1 9 Raadslid Annemie Maes zal het rapport doornemen. Mogelijk bevat het rapport elementen voor een nieuwe vraag aan de collegevoorzitter. Collegevoorzitter Guy Vanhengel suggereert dat de Raad over dit onderwerp een breed debat zou kunnen voeren. --------------------------