Klimaatneutrale organisatie



Vergelijkbare documenten
Klimaatneutrale dienst

Klimaatneutraal product

Klimaatneutraal worden doe je zo!

Klimaatneutraal worden doe je zo! Realiseren van klimaatneutrale ambities; een handreiking voor gemeenten en bedrijven

Wat is CO 2? Waarom CO 2? Waarom Milieubarometer i.p.v. CO 2? Waarom CO 2 -footprint? Inhoud. Cursus CO 2 -footprint

Milieubarometerrapport 2012

Milieubarometerrapport 2013

Milieubarometerrapport 2013

Milieubarometerrapport 2012

Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2014

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

Milieubarometerrapport 2015

Milieubarometerrapport 2013

Scope 1: tot aan 2020: 2% reductie per jaar ten opzichte van het basisjaar 2015.

Milieubarometerrapport 2014

Milieubarometerrapport 2014 (2014 mei t/m dec)

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Milieubarometerrapport 2018

CO₂ Prestatieladder Energiemanagement actieplan

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

Milieubarometerrapport 2017

Milieubarometerrapport 2012

Milieubarometerrapport 2018 (Q1 en Q2)

Milieubarometerrapport 2011

Compensatie CO 2 - emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2012

Milieubarometerrapport 2012

Den Haag gaat voor klimaatneutraal in 2050

Milieubarometerrapport 2014

Het doel is de scope 1 en 2 emissie uit de CO2-footprint zoveel mogelijk te reduceren. Daarvoor zijn de volgende doelstellingen opgesteld:

1 van :03

Milieubarometerrapport 2015

Carbon Footprint 1e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Milieubarometerrapport 2017

Energie beoordelingsverslag 2016

Milieubarometerrapport 2012

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2017

1. INLEIDING Rapportage

1. INLEIDING Rapportage

Milieubarometerrapport 2015

Milieubarometerrapport 2015

Review CO 2 reductiedoelstellingen. Conform niveau 3 op de CO 2 -prestatieladder 2.1

Milieubarometerrapport 2017 (doelstelling basis 2012 voor 2017)

CO 2 Nieuwsbrief Eerste voortgangsrapportage scope 3 doelstellingen

Milieubarometerrapport 2013

De CO2-voetafdruk. Startpunt voor besparen en vergroenen. Rob van der Rijt klimaatplein.com

CO 2-reductiedoelen en CO 2-reductiemaatregelen

Milieubarometerrapport 2013

Voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

Milieubarometerrapport 2016

Maatregelen voor "IVVU Zorginstelling"

Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2011

Externe publicatie CO2 Prestatieladder

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq.

ENERGIEBEOORDELING 2012 H1

CO 2 reductiedoelstellingen Conform de CO 2 -prestatieladder 3.0

Carbon footprint 2017 (3.C.1) In de onderstaande tabellen staan de energieverbruiken van ICS Groep uitgedrukt in CO2-eq.

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2016

Milieubarometerrapport 2018 (1e 6 maanden 2018)

Milieubarometerrapport 2014

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw.

Milieubarometerrapport 2016

Noordlease. Opgemaakt door Danielle de Bruin. Periode: 1 januari t/m 31 december van 9

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.2

Milieubarometerrapport 2017

Arnold Maassen Holding BV. Voortgangsrapportage scope 1 en 2 1e halfjaar 2015

W & M de Kuiper Holding

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

Energiemanagement actieplan. CO2 prestatieladder

MILIEUVERSLAG 2017 LENOIRSCHURING

Milieubarometerrapport 2017

Milieubarometerrapport 2016 (Som)

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Bankieren met de menselijke maat. Jaarverslag 2015

Energie beoordelingsverslag

CO 2 -Prestatieladder

Milieubarometerrapport 2017

Periodieke rapportage 2015 H1 + H2

Energiebeoordeling. Batenburg Energietechniek 1 januari 2018 t/m 31 december 2018

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

CO2-REDUCTIEDOELSTELLINGEN 2015 VAN DEN HEUVEL AANNEMINGEBEDRIJF B.V. 1 e t/m 4 e kwartaal 2014

Milieubarometerrapport 2017

Voortgangsrapport Begindatum inventarisatie: Einddatum inventarisatie: Brondatum: Versie: 1.0

CO2-footprint Bosman Watermanagement B.V.

Carbon Footprint Beheer Familie van Ooijen BV Rapportage januari december 2009 (referentiejaar)

Legrand Nederland B.V.

Milieubarometerrapport 2018

Energie meetplan CO2 reductiesysteem

Milieubarometerrapport 2015

Milieubarometerrapport 2017

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen

Milieubarometerrapport 2018

Review CO2 reductiedoelstellingen

De doelstellingen luidt: 4% reductie veroorzaakt door elektraverbruik door het geheel over te stappen naar groene stroom in 2017.

Milieubarometerrapport 2013 (Som van 2013)

Een 10 puntenplan gemeenten die echt iets aan het klimaatprobleem willen doen

Review CO2 reductiedoelstellingen

Energie meetplan Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.2

Transcriptie:

Klimaatneutrale organisatie U heeft het voornemen om uw organisatie klimaatneutraal in te richten en wilt dit op een verantwoorde manier oppakken. Hieronder worden daar richtlijnen voor gegeven. Gradatie Klimaatneutraal Klimaatneutrale organisatie Neem de volgende emissies mee: Gebouwgebonden energie Procesgebonden energie Eigen transport Woon-werk vervoer medewerkers Neem binnen de eigen invloedssfeer (gebouw, proces) alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd tot 5 jaar. Wek energie duurzaam op door actieve toepassing van duurzame energie binnen de organisatie (bijvoorbeeld zonne-energie), als dit zich binnen 5 jaar terugverdient. Koop groene stroom en groen gas in van Nederlandse bodem. Koop grondstoffen duurzaam in. Compenseer resterende CO2-uitstoot op een manier dat de CO2- compensatie voldoende is gewaarborgd. Klimaatneutraal Gold 3) Transparantie en geloofwaardigheid Meld duidelijk dat alleen de organisatie klimaatneutraal is. Geef ook aan op welke manier klimaatneutraliteit is bereikt (alleen compensatie of ook door maatregelen). Zorg dat u als klimaatneutrale organisatie, geen initiatieven neemt die CO2-reductie juist tegenwerken. Naast de richtlijnen voor een klimaatneutrale organisatie, gelden de volgende aanvullende richtlijnen voor klimaatneutraal Gold: Ingekochte grondstoffen voor primaire processen Bezoekersverkeer Neem binnen de eigen invloedssfeer alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd tot 10 jaar (of de gehele levensduur, als deze korter dan 10 jaar is). Let op! Als uw organisatie aan één of meer van de volgende kenmerken voldoet en u noemt dit klimaatneutraal, dan zal uw initiatief gemakkelijk afgeschilderd kunnen worden als Greenwashing, het milieuvriendelijker voordoen dan het in werkelijkheid is. U bent wel op de goede weg, dus neem snel de aanvullende stappen, zodat u uw organisatie op een geloofwaardige manier klimaatneutraal kunt noemen. Let op: dit kunt u niet klimaatneutraal noemen! Klimaatneutrale organisatie Gebouw- en/of procesgebonden energie ontbreekt Eigen transport en/ of woon-werk vervoer ontbreekt U heeft niet alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd tot 5 jaar in genomen. Er wordt niet duurzaam ingekocht. U geeft geen inzicht gegeven in wat klimaatneutraal is gemaakt en hoe dit is bereikt (compensatie, eigen maatregelen). U neemt andere initiatieven die CO2-reductie tegenwerken.

Toelichting op de tabel Energie Neem het volledige energieverbruik van uw organisatie mee. Het gaat zowel om gebouwgebonden energie (de hoeveelheid energie die u gebruikt voor verwarming, koeling, warm waterbereiding en verlichting van het gebouw) als om procesgebonden energie (de hoeveelheid energie die u gebruikt om producten te maken of diensten uit te voeren). In principe komt dit er op neer dat u het totale energieverbruik meeneemt, zoals dit op uw energierekening is af te lezen. Transport 1. Eigen transport. Hieronder valt het transport dat door de organisatie direct te beïnvloeden is. Het gaat om personen- en goederenvervoer uitgevoerd door medewerkers van de organisatie. Dit vervoer kan plaatsvinden met bedrijfsvoertuigen (bijvoorbeeld auto s, busjes, vrachtwagens) en openbaar vervoer, maar ook boot- en vliegreizen vallen hieronder. De uitstoot van het eigen wagenpark berekent u aan de hand van het brandstofverbruik of de kilometerstanden van de voertuigen. De andere transportmethodes kunnen vaak worden achterhaald aan de hand van declaraties van medewerkers. 2. Woon-werkverkeer. Dit is het vervoer van de medewerker van zijn woning naar de werkplek en terug. 3. Bezoekersverkeer. Indien klanten naar uw locatie komen (bijvoorbeeld bij reparatie, gemeenteloket, horeca, winkel), dan valt het vervoer van en naar uw locatie onder klimaatneutraal Gold. Aangezien dit lastig te bepalen is, kan met een gemiddelde bezoekersafstand worden gerekend. Grondstoffen De emissies van grondstofgebruik en de winning daarvan zijn minder eenvoudig om zelf te achterhalen. Het LCA Expertisecentrum (onderdeel van RIVM: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) kan u ondersteunen met het bepalen van deze overige emissies van uw producten. Veel informatie is beschikbaar en voor zover de informatie niet beschikbaar is brengen zij u in contact met de juiste onderzoekers. U kunt het LCA Expertisecentrum bereiken via telefoonnummer 030-27420 01 of via de website http://www.rivm.nl/milieuportaal/dossier/lca/lcaexpertisecentrum. U kunt de bepaling van de emissies ook uitbesteden aan een gespecialiseerd adviesbureau. Energie Wettelijk is bepaald dat bedrijven met een energiegebruik van meer dan 50.000 kilowattuur en/of 25.000 m3 aardgas per jaar energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd tot 5 jaar moeten uitvoeren (Artikel 2.15 van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer). De handreiking sluit op deze wettelijke bepaling aan, maar dan zonder de ondergrens aan het energiegebruik die de wet hanteert. Ongeacht de grootte van het bedrijf adviseren wij om alle besparingsmaatregelen met een terugverdientijd van minder dan 5 jaar uit te voeren als u een geloofwaardig klimaatneutraal initiatief wilt nemen. Voor klimaatneutraal Gold adviseren wij om een stap verder te gaan en een terugverdientijd tot 10 jaar te hanteren. Hierdoor komen meer innovatieve maatregelen in aanmerking. Overheden (gemeenten, regio s en provincies) geven het goede voorbeeld en zullen als organisatie jaarlijks aanvullend minimaal 2 % energie besparen (zoals afgesproken in Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011). Met alleen besparingsmaatregelen is het op dit moment nog erg moeilijk om volledig klimaatneutraal te worden. Pas daarom als tweede stap duurzame energie toe. U kunt duurzame energie zelf opwekken, bijvoorbeeld met zonnepanelen. Een andere mogelijkheid is de inkoop van groene stroom en groen gas. Als u kiest voor groene stroom en groen gas uit Nederland, dan heeft u de grootste garantie dat ingekochte stroom en gas ook daadwerkelijk additioneel zijn. Overheden kopen 100 % groene stroom en groen gas in het kader van de afspraak om duurzaam in te kopen (Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011). Overheden onderschrijven het doel uit het programma Schoon & zuinig om tot 20 % duurzame energie opwekking te komen. Wij adviseren overheden om het goede voorbeeld te geven en deze doelstelling ook binnen de eigen organisatie toe te passen.

De resterende CO2-uitstoot kunt u compenseren. Als u kiest voor compensatie met vrijwillige credits, dan zijn CO2 credits die aan Gold Standard voldoen het beste gewaarborgd. CDM-credits en emissierechten zijn lastiger te verkrijgen, maar bieden een goede waarborg dat de CO2 op een verantwoorde wijze wordt gecompenseerd. Als u voor een andere vorm van compensatie kiest, dan zult u zelf moeten nagaan of de beloofde hoeveelheid CO2 ook daadwerkelijk wordt gecompenseerd. Als u volledig kiest voor inkoop van groene stroom of compensatie, dan blijft dit geld kosten. Besparingsmaatregelen en actieve opwekking van duurzame energie verdienen zichzelf na verloop van tijd terug: u bespaart dus uiteindelijk kosten. Transport U kunt de CO2-uitstoot van uw vervoer verlagen door een vervoersplan op te stellen. Een vervoersplan bevat een overzicht van reeds uitgevoerde maatregelen en geplande maatregelen. Het gaat om maatregelen om het aantal vervoersbewegingen terug te dringen (thuiswerken, carpoolen), om schoon en zuinig rijgedrag te stimuleren (Het Nieuwe Rijden), om over te schakelen op andere vervoersmethodes (stimuleren fiets en openbaar vervoer) en om te kiezen voor schonere en zuinigere alternatieven (vervanging huidige wagenpark door zuinige voertuigen en gebruik van schonere brandstoffen). Op bezoekers heeft u minder directe invloed. Bezoekersverkeer kunt u beïnvloeden door locatiekeuze (bereikbaarheid met openbaar vervoer of fiets), parkeerbeleid, communicatie, etc. Grondstoffen De invloed die u heeft op de ingekochte grondstoffen is beperkt. U kunt de leverancier vragen om besparende maatregelen met een terugverdientijd tot 5 jaar uit te voeren en om gebruik te maken van duurzame energie. Dit wordt ook wel duurzaam inkopen genoemd. Zie voor meer informatie en inspiratie www.senternovem.nl/duurzaaminkopen. 3) Transparantie en geloofwaardigheid Klimaatneutrale organisaties kunnen negatief in de media terechtkomen, als zij onvoldoende transparant zijn. Vaak is onduidelijk of het nu om een product gaat, een gebouw of een hele organisatie. Ook is men niet helder over de gekozen reikwijdte en aanpak. Helder zijn over uw initiatief en de hierboven genoemde uitgangspunten, voorkomt negatieve publiciteit. Bedenk ook, dat als u uw organisatie klimaatneutraal maakt, maar verder activiteiten oppakt die voor extra CO2-uitstoot zorgen, dat uw ongeloofwaardig bent. Het komt niet sterk over, als u uw organisatie klimaatneutraal inricht maar ondertussen een lobby voert voor meer snelwegen.

Voorbeelden Case 1 (Klimaatneutraal BCC) BCC wil in 2012 een klimaatneutrale organisatie zijn. BCC werkt hier stap voor stap aan. Sinds 2007 zijn alle winkels van BCC al klimaatneutraal en heeft onder andere de volgende maatregelen uitgevoerd: gebruik van groene stroom; milieuvriendelijk inzamelen en verwerken van afgedankte apparaten en overige verpakkingsmaterialen (hout, karton/papier, piepschuim, restafval); energiezuinige (hoogfrequente) verlichtingsbronnen in de plafonds van de vestigingen; zoveel mogelijk verwarmen van de filialen door kleine, in cascade geschakelde HRverwarmingsketels; luchtgordijnen om te voorkomen dat koude lucht naar binnen of warme lucht naar buiten kan stromen; alleen de verkoopruimtes koelen, maar niet de magazijnen; energiezuinige luchtbehandelingsystemen bij nieuwe filialen, waarbij ventilatie, verwarming en koeling volledig zijn uitgebalanceerd en warmte kan worden teruggewonnen; vervangen van TL-verlichting door LED-verlichting. BCC heeft niet alleen het gas- en elektriciteitsverbruik klimaatneutraal gemaakt, maar ook de afvalverwerking. Daarnaast richt BCC zich ook op vervoer: vliegreizen en de klantkilometers (bezorging van producten) worden gecompenseerd. BCC neemt diverse maatregelen om het aantal gereden kilometers terug te dringen, onder meer door efficiëntie planning en vernieuwende distributiesystemen. De komende jaren wordt ook het overige vervoer, waaronder het woonwerkvervoer klimaatneutraal gemaakt. In 2012 zullen alle resterende emissies worden aangepakt. Het personeel heeft de film An inconvenient Truth van Al gore bekeken en is voorgelicht over energiebesparing en de bedrijfsdoelen op het gebied van klimaatneutraliteit. Ook zijn medewerkers getraind om klanten te adviseren over het energieverbruik van de producten die worden aangeboden in de winkel. BCC spreekt leveranciers aan op energiezuinigheid en zij geeft een Groenestekkerlabel aan producten in de winkels die energiezuinig zijn. Klanten kunnen energiemeters lenen en via de website www.groenestekker.nl worden besparingstips gegeven. De aanpak van BCC sluit aan bij de richtlijnen in deze handreiking. Kansen voor verdergaande maatregelen op weg naar klimaatneutraal Gold liggen op het gebied van bezoekersverkeer. Case 2 (CO2-neutrale gemeentelijke organisatie) De gemeente Den Haag wil in 2011 een CO2-neutrale organisatie zijn. Zij hebben de volgende uitstoot in beeld gebracht: Elektra-, gas- en warmteverbruik in de gemeentelijke gebouwen Elektraverbruik voor openbare verlichting en gemalen De brandstof voor het eigen wagenpark Zakelijk gereisde kilometers met eigen vervoer, woon-werkverkeer en de inkoop van grondstoffen zijn niet meegenomen in de berekening. De reikwijdte sluit daarmee niet volledig aan bij de richtlijnen van deze handreiking. De gemeente heeft een nieuwe aanpak voor compensatie uitgewerkt. Er is een klimaatfonds opgericht, waarmee CO2-reducerende projecten binnen de gemeente worden gerealiseerd. De gemeente stort een bedrag voor de eigen uitstoot in dit fonds. Dit bedrag ligt hoger dan de kosten voor de inkoop van Gold Standard credits. Het klimaatfonds houdt een CO2-boekhouding bij. Deze aanpak levert risico s op voor het daadwerkelijk realiseren van de CO2-reductie. Onduidelijk is, wat er wordt gedaan als projecten in de praktijk niet de verwachte CO2-reductie opleveren. Ook wordt het fonds gebruikt om meerdere doelen te bereiken: de vraag is dan ook in hoeverre maatregelen uit het fonds additioneel zijn. Als het fonds door een instantie wordt gebruikt om maatregelen te nemen waardoor deze zichzelf ook CO2-neutraal kan gaan noemen, ontstaat het risico van dubbeltelling. Daar staat tegenover dat met een klimaatfonds wel daadwerkelijk wordt gewerkt aan CO2-reductie.

Colofon Deze handreiking is opgesteld door Stichting Stimular, CE Delft en Stichting Natuur en Milieu. Ten behoeve van deze handreiking is discussie gevoerd met de volgende organisaties: HIER-campagne Urgenda Milieufederaties Milieucentraal Klimaatverbond Senternovem Ministerie van VROM Provincie Utrecht Gemeente Wageningen Reclame Code Commissie Klimaat Neutraal groep Trees for Travel HIVOS CertiQ Bouwend Nederland VNO-NCW ING Deltalinqs Emissierechten.nl Energiecentrum MKB De verantwoordelijkheid voor deze handreiking ligt geheel bij Stichting Stimular, CE Delft en Stichting Natuur en Milieu. Deze handreiking is ontwikkeld met financiële ondersteuning vanuit de Subsidieregeling Maatschappelijke Organisaties en Milieu (SMOM) van Senternovem. Deze handreiking is te downloaden op de website www.stimular.nl Stichting Stimular verspreidt kennis over Duurzaam Ondernemen en ontwikkelt praktische instrumenten voor het midden- en kleinbedrijf en organisaties die daarmee vergelijkbaar zijn. Ons doel is dat ondernemers en directies bij alle bedrijfsbeslissingen zowel een hoger bedrijfsrendement nastreven, als de kansen benutten voor een beter milieu en meer welzijn van de medewerkers en de maatschappij. Kenmerken van onze werkwijze zijn maatwerk, heldere communicatie en inspirerende contacten met ondernemers, branches en overheden. Stichting Stimular is de werkplaats voor Duurzaam Ondernemen!