vademecum voor studenten

Vergelijkbare documenten
vademecum voor studenten

vademecum voor studenten

VADEMECUM VOOR STUDENTEN

Voor wie is het leerkrediet (en dus deze folder)?

Leerkrediet

GIT-infobundel. Academiejaar ALGEMENE INFORMATIE FACULTEIT LETTEREN EN WIJSBEGEERTE

Leerkrediet

Besluit inzake het inrichten van de Doctoraatsopleiding Vrije Universiteit Brussel

Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster

Aanpassingen OER 14-15

Infosessie voor ouders. 1 juli 2019

De Curriculumcommissie wenst de studenten te wijzen op de volgende taakverdeling onder het personeel:

BRUGGEN BOUWEN TUSSEN SECUNDAIR EN HOGER ONDERWIJS: DE ONDERWIJSLOOPBAAN VAN JONGEREN. VLOR 24 oktober 2018

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

Wat komt er aan bod? Begrippen hoger onderwijs Leerkrediet Examens - resultaten tolerantie deliberatie Studievoortgang Heroriënteren Begeleiding

Hoger onderwijs in Vlaanderen. Informatiebrochure 2012

Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK)

Een bachelor- of masterdiploma behalen

Je reisgids. De nieuwe onderwijs- en examenregeling

Bijzondere examenreglementen

Ouderinfo-avond Flexibel hoger onderwijs: creditsysteem en studievoortgangsbewaking

Stap. Studieadviespunt Gent. Handleiding bij de PowerPoint-presentatie Flexibilisering

Studeren aan de KU Leuven : vrijheid en flexibiliteit of bewaking en strenge regels? Bart Dejonghe dienst Studieadvies

Schakelprogramma voor de Master Taal- en Letterkunde: één taal. Duits, Engels, Frans of Nederlands).

Een bachelor- of masterdiploma behalen

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT

Facultaire kalender

onderwijs- en examenreglement

Contracttypes. Infofiche 1. WAT VOORAF GING

Hogeschool Universiteit Brussel Dienst Studentenadministratie. Handleiding voor het samenstellen van een individueel jaarprogramma(isp)

Facultaire kalender

Deliberatiebijeenkomsten van de School of Arts. A. SITUERING

Ontwikkelingen in het hoger onderwijs

Overzicht. Studiekeuze Bachelor-masterstructuur (bama) Overgang SO naar HO Praktisch Studeren doe je zelf maar niet alleen

Bij het quoteren worden geen negatieve cijfers toegekend per vraag van een examen, uitzondering: toepassing van gis -correctie.

EXAMENCONTRACT VOOR HET VERWERVEN VAN EEN DIPLOMA

26 maart Algemene regels

ONDERWIJS- EN EXAMENREGLEMENT Academiejaar

Facultaire kalender

VERKORTE TRAJECTEN extra ONDERWIJSVAK (SECUNDAIR ONDERWIJS)

Academische kalender (v1.1)

Facultaire kalender

LEERKREDIET. Wat? - een systeem om de studievoortgang te bewaken - elke student krijgt een "rugzakje" met 140 studiepunten

A r t e v e l d e h o g e s c h o o l? verder studeren. werken. wegwijzer. K a t h o l i e k H o g e r O n d e r w i j s G e n t

Het hoger onderwijs verandert

FAQ deeltijds studeren opleiding vroedkunde Turnhout

Doctoraatsreglement van de FPPW

Indeling hoger onderwijs

ONTHAALDAG WERKSTUDENTEN 22 SEPTEMBER 2018

Facultaire kalender

23/02/2015 Filip Vervenne

Je inschrijving wijzigen of stoppen met studeren tijdens het academiejaar

onderwijs- en examenreglement

Master of science in de bedrijfskunde. Onthaal

FAQ Frequently Asked Questions Master na master Notariaat

Kan de minister voor de studierichting Bachelor in de Verpleegkunde volgende vragen beantwoorden.

GIT regels

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 24 april Opleidingsraden. reglement

communicatiemanagement

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING

! " #" $ % & $ & "! ' ( ) & ) & ) * + *,+ *,+ + -.& / 0 (

Onderwijs- en Examenregeling 2010/2011

Leraar lager onderwijs in afstandsonderwijs (HAO) Infosessie 02/09/17. Infosessie Hoger Afstandsonderwijs

Bijlage II: uitvoeringsmodaliteiten

Oktober Patrick De Baets Decaan

Onderwijs- en Examenregeling 2012/2013

informatiegids vrijstellingen campus Brugge en campus Oostende

BANABA INTENSIEVE ZORGEN EN SPOEDGEVALLENZORG

Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs. Studieomvangvermindering Werkstudenten Voor een diploma bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs

Specifieke lerarenopleiding maatschappijwetenschappen en filosofie

Leraar lager onderwijs in afstandsonderwijs (HAO) Infosessie 24/01/17. Infosessie Hoger Afstandsonderwijs

De directie van het centrum kan vrijstellingen van opleidingsonderdelen (modules) verlenen. Deze kunnen leiden tot studieduurverkorting.

FISCAAL RECHT KENNIS PRAKTIJK INNOVATIE IMPLEMENTATIE

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Leidraad voor aanvragen van vrijstellingen (EVK - EVC) Departement HB. PBA Bedrijfsmanagement: Accountancy-Fiscaliteit in avondonderwijs

INFORMATIEBROCHURE VOOR KANDIDAAT STUDENTEN MASTER OF SCIENCE IN DE REVALIDATIEWETENSCHAPPEN EN KINESITHERAPIE

FACULTEIT GENEESKUNDE EN FARMACIE VRIJE UNIVERSITEIT BRUSSEL Laarbeeklaan Brussel AANVULLEND FACULTAIR DOCTORAATSREGLEMENT

STAPPENPLAN GIT SAMENSTELLEN

Leerkrediet. Infofiche 1. WAT VOORAF GING

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen

Bachelor in de wijsbegeerte: 10 opties voor je toekomst

Wat na het secundair onderwijs?

Handleiding onderwijsvisitaties VLIR-VLHORA tabellen

Infobundel voor (kandidaat-)studenten die een vrijstelling willen aanvragen op basis van eerder verworven kwalificaties (EVK)

BACHELOR IN DE JOURNALISTIEK STARTEN IN HET TWEEDE SEMESTER PRAKTISCHE RICHTLIJNEN VOOR STUDENTEN

Master of science in de bedrijfskunde. Informatiesessie 1 oktober 2018

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Infosessie 8 mei 2017 Erasmus: verder verloop

Infosessie na de januari-examens Faculteit Sociale Wetenschappen. Eerste bachelor 11 februari 2019

Specifieke leraren - opleiding economie

Onderwijs- en Examenreglement (OER)

Reglement opleidingsraden zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur d.d. 1 april Opleidingsraden. reglement

Specifieke lerarenopleiding

Master of science in de Bedrijfskunde. Informatiesessie 22 april 2018

Bachelor Wiskunde. Studieloopbaanbegeleider bachelor: Kaat Zeeuwts Programmadirecteur: prof Wim Veys

REGLEMENT TOT VASTSTELLING VAN DE SAMENSTELLING, DE WERKING EN DE BEVOEGDHEDEN VAN DE RADEN VAN DE FACULTEITEN VAN DE UNIVERSITEIT GENT

ZER Informatica. Programma-evaluatie. Resultaten programma-evaluatie. 5 enquêtes:

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

Examencommissie wiskunde voorzitter Prof. J. Van der Jeugt, secretaris Prof. H. Vernaeve opstellen examenroosters deliberaties, proclamaties

Transcriptie:

vademecum voor studenten 2014-2015

Onderwijs- en examenreglement: Volledige versie = online raadpleegbaar op www.ugent.be/oer Hier = bundeling van belangrijkste topics voor de startende student Voorwoord De Universiteit Gent is een grote instelling met een lange traditie op het vlak van onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en dienstverlening. Met meer dan 41 000 studenten, bijna 8 000 personeelsleden, 11 faculteiten, 120 vakgroepen, meerdere campussen in Gent én een campus in Kortrijk is het als student niet altijd vanzelfsprekend om meteen je weg te vinden. Daarom hebben we voor jou dit vademecum gemaakt. Het geeft je een beknopt overzicht van de belangrijkste bepalingen uit decreten en regelgeving van de Vlaamse overheid, besluiten van onze bestuursorganen en ons eigen onderwijs- en examenreglement. Je krijgt ook extra uitleg bij de soms erg specifieke terminologie die in het hoger onderwijs gehanteerd wordt. Wacht niet te lang om dit vademecum eens door te nemen. Want om vlot je studies te kunnen doorlopen, is het belangrijk dat je goed weet welke rechten en plichten je als student hebt, waar je reglement X of document Y vindt, bij wie je terecht kunt voor info over Let wel: deze brochure is slechts een instrument om je op weg te helpen. We hebben de informatie bewust beperkt gehouden en hebben die geselecteerd op basis van de meest voorkomende situaties, vragen of problemen. De informatie in dit vademecum vervangt niet de officiële reglementen. Wil je meer details kennen of heb je heel specifieke vragen, dan moet je dus in de oorspronkelijke teksten duiken of bij de betrokken dienst aankloppen. Daartoe vind je in de brochure de nodige verwijzingen naar de relevante pagina s op onze website én een resem nuttige adressen en aanspreekpunten. Ik wens je veel leesplezier met het vademecum en een voorspoedig academiejaar 2014-15 aan de UGent! Anne De Paepe Rector Grafisch ontwerp: www.blauwepeer.be Opmaak: www.johnnybekaert.be Fotografie: Studio Edelweiss Gedrukt met vegetale inkten op FSC-papier en met elektriciteit voor 100 % opgewekt uit duurzame CO2-neutrale bronnen. 3

Inhoud 6 De universiteit in cijfers 6 Beleidsstructuur 7 Onderwijs aan de UNIVERSITEIT GENT 7 Wie bepaalt wat in verband met onderwijs? 8 Hoe komt een opleidingsprogramma tot stand? 9 Wie draagt zorg voor de kwaliteit? 10 Hoe draagt men zorg voor de kwaliteit? 11 Opleidingen aan de UGent 11 Soorten opleidingen 15 Elementen van een opleiding 17 Werkvormen in de opleidingen 19 Structuur van het academiejaar 20 Contracten 20 Contracttypes 22 Inhoud van een contract - curriculum 24 Combineren van opleidingen en contracten 25 Leerkrediet, studievoortgang en monitoraat 25 Leerkrediet 27 Studievoortgangsbewaking aan de UGent 28 Monitoraat 29 FOUT GEKOZEN? 29 Curriculum aanpassen 29 Veranderen van opleiding 30 Beëindigen van een contract 31 Nieuw contract afsluiten 31 Niet deelnemen aan de examens 32 Faciliteiten bij specifieke noden 32 Bijzonder statuut 33 Werkstudentenstatuut 33 Honoursprogramma's 35 Over examens, deliberatie en slagen 35 Evaluatiemomenten 35 Periodegebonden evaluatie 35 Niet-periodegebonden evaluatie 36 Evaluatievormen 37 Praktische organisatie van de examens 37 Aantal examens 37 Spreiding van de examens over de examenperiode 37 Examenregeling 37 Openbaarheid 38 Slagen 38 Examencijfer 38 Creditbewijs 38 Deliberatiepakket 38 Tolerantie van tekorten in het eerste deliberatiepakket van een bacheloropleiding 40 Tolerantie van tekorten aan het einde van een master-na-bacheloropleiding 41 Full-creditsysteem 41 Slagen voor een volledige opleiding 41 Aantal examenkansen 42 Wie is wie tijdens de examens 42 Examensecretariaat 42 Ombudspersoon 43 Na afloop van de examens 43 Mededeling van de punten - proclamatie 43 Feedback 43 Deliberatie 43 Materiële vergissingen en geschillen 44 Als het anders verloopt dan gepland... 44 Annuleren / spreiden 45 Overmacht 47 aanspreekpunten 47 GUIDe Gentse Universitaire Informatiedesk 47 Studentenadministratie 49 Monitoraat 55 Info sociaal 55 Studiefinanciering 56 Kinderbijslag 56 Ziekteverzekering 57 Sociale implicaties van officieel stoppen 58 Huurder 59 Verzekeringen 61 Student en gezond 62 Studentenactiviteiten 62 Het studentenhuis De Therminal 63 De studentenverenigingen 65 Blijf op de hoogte 65 Studentenvertegenwoordiging 67 Student internationaal 68 Universiteit gent - VOOrzieningen IN GENT 79 Universiteit gent - VOOrzieningen CAMPUS KORTRIJK 83 Publicaties 4 5

bestuurscollege onderwijsraad onderzoeksraad bouwcommissie computercommissie... directies onderwijsaangelegenheden onderzoeksaangelegenheden studentenvoorzieningen bestuurszaken personeel en organisatie financiën ICT gebouwen en milieu... De universiteit in cijfers Opgericht in 1817 als Rijksuniversiteit Gent. Bij decreet van 26-6-1991 omgedoopt tot Universiteit Gent, letterwoord UGent. ± 41 000 studenten 11 faculteiten 120 vakgroepen jaarlijks meer dan 10 500 bachelor- en masterdiploma's; meer dan 600 doctoraatsdiploma's ± 8 000 medewerkers Financiering Vlaamse Gemeenschap: 1 100 professoren (= ZAP: zelfstandig academisch personeel) 1 200 assistenten (= AAP: assisterend academisch personeel) 2 700 administratief en technisch personeel (= atp) 3 000 extern gefinancierde onderzoekers (FWO, IWT, VIB...) Partners van de Associatie Universiteit Gent: Hogeschool Gent, Arteveldehogeschool, Hogeschool West-Vlaanderen. De Universiteit Gent heeft ook een campus in West-Vlaanderen waar een aantal opleidingen tot industrieel ingenieur aangeboden worden: UGent Campus Kortrijk (zie p. 79). Beleidsstructuur rector / vicerector beheerders raad van bestuur faculteiten vakgroepen kwaliteitscel onderwijs opleidingscommissies examencommissies onderzoeksgroepen labo s instituten... Onderwijs aan de Universiteit Gent Wie bepaalt wat in verband met onderwijs? > > Raad van bestuur / Bestuurscollege Er is een duidelijke bevoegdheidsverdeling tussen de Raad van bestuur en het Bestuurscollege. De Raad van Bestuur heeft een externe voorzitter en zal zich bv. buigen over het Onderwijs- en examenreglement en de academische kalender. Het Bestuurscollege wordt voorgezeten door de rector en neemt de toelatingsvoorwaarden en de studieprogramma s voor haar rekening. In beide raden hebben de studenten hun vertegenwoordigers. Raad van Bestuur: 34 leden waarvan 4 studenten Bestuurscollege: 8 leden waarvan 1 student > > Onderwijsraad De Onderwijsraad geeft advies aan de Raad van Bestuur i.v.m. de diverse aspecten die met onderwijs te maken hebben bv. het examenreglement. In de onderwijsraad zijn 7 studenten opgenomen. De onderwijsraad zal op verzoek advies verlenen, maar kan ook op eigen initiatief voorstellen formuleren. > > Directie onderwijsaangelegenheden (DOWA) De hoofdtaken van de directie zijn: onderwijsbeleid, onderwijssamenwerking, onderwijsinnovatie, afstandsonderwijs, kwaliteitszorg onderwijs en onderwijsaccreditatie, beheer onderwijs programma s, studentenadministratie (inclusief uitwisselingsstudenten), onderwijsregelgeving, studieadvies, studie- en studentenbegeleiding, loopbaanadvisering afstuderenden. > > Faculteitsraad Organisatorisch is de Gentse universiteit samengesteld uit 11 faculteiten. De faculteiten worden bestuurd door een faculteitsraad waarvan de decaan voorzitter is. De faculteitsraad heeft ruime bevoegdheden o.a. betreffende onderwijs en examens. In alle faculteitsraden zijn de studenten vertegenwoordigd. De faculteiten zijn ingedeeld in vakgroepen en onderzoeksgroepen. Een onderzoeks groep kan samenvallen met een vakgroep en onder dezelfde naam functioneren. Veel onderzoeksgroepen zijn evenwel groter of kleiner dan een vakgroep en komen onder een eigen naam naar buiten: dienst, centrum, instituut enz. 6 7

> > Onderwijsdirecteur Iedere faculteit beschikt over een kwaliteitscel onderwijs die geleid wordt door een onderwijsdirecteur. De onderwijsdirecteur vervult een belangrijke schakelfunctie tussen de faculteit en het universiteitsbestuur via de onderwijsraad. > > Vakgroep De vakgroep is de kleinste organisatorische eenheid wat betreft het onderwijs. De vakgroep wordt bestuurd door een vakgroepraad. De vakgroep levert de lesgevers en verzorgt het onderwijs en de bijhorende examens. De vakgroep kan beslissen om een opleidingsonderdeel toe te vertrouwen aan één lesgever dan wel aan meerdere. Wel is er steeds één lesgever aangeduid als verantwoordelijke lesgever. > > Opleidingscommissie / Curriculumcommissie Voor iedere opleiding is er een opleidingscommissie (bestaat voor 1/3 uit studenten). De opleidingscommissie heeft een zeer belangrijke taak i.v.m. de opbouw en bewaking van de opleidingsprogramma's. Elke faculteit richt ook een curriculumcommissie in (kan per opleiding, per faculteit...). De curriculumcommissie heeft dan de beslissingsbevoegdheid voor het toekennen van vrijstellingen, geïndividualiseerd traject, keuzevakken en creditdoelcontracten. > > Examencommissie De eindbeoordeling van iedere student gebeurt door de examencommissie. Er zijn twee soorten examencommissies: per deliberatiepakket enerzijds en per opleiding anderzijds. Alle commissieleden samen bepalen het globale examenresultaat van iedere student (meer info op p. 42). Hoe komt een opleidingsprogramma tot stand? De universiteit is autonoom bevoegd om te bepalen welke opleidingsonderdelen er worden gegeven in de diverse opleidingen. De universiteit bepaalt ook zelf de inhoud, de onderwijsvorm, de manier van evalueren enz. Bij het tot stand komen van studieprogramma's zijn meerdere partijen betrokken: > > Opleidingscommissie stelt voor en de faculteitsraad legt vast doelstellingen en inhoud van de opleiding; de titularis die verantwoordelijk is voor een bepaald opleidingsonderdeel; de organisatie van de opleiding in een voltijds en/of deeltijds regime. > > Opleidingscommissie adviseert, de faculteitsraad stelt voor en het bestuurscollege legt vast het opleidingsprogramma, de modeltrajecten en opleidingsonderdelen; de spreiding van de opleidingsonderdelen over het traject; het programma opgedeeld in soorten opleidingsonderdelen (algemene opleidingsonderdelen, keuzevakken, stage...) en in categorieën van onderwijs- en studieactiviteiten (theorie, oefeningen...); de studielast of studietijd uitgedrukt in uren en studiepunten. > > Verantwoordelijk lesgever stelt voor en de opleidingscommissie legt vast de didactische werkvormen en het leer materiaal. > > Verantwoordelijk lesgever stelt voor, de opleidingscommissie adviseert en de faculteitsraad legt vast het systeem van evaluatie van de studieprestaties in het kader van de examens en de evaluatievormen tijdens het examen. Wie draagt zorg voor de kwaliteit? > > Opleidingscommissie De faculteiten zijn in de meest brede betekenis verantwoordelijk voor de organisatie van het onderwijs. Binnen iedere faculteit bestaat er per opleiding een opleidingscommissie. De commissie is belast met de totale curriculumconstructie voor een of meerdere opleidingen (ontwikkeling, implementatie en evaluatie). Haar taak omvat tevens de voortdurende optimalisering van de kwaliteit van het onderwijs; ze wordt hierin bijgestaan door de kwaliteitscellen onderwijs. > > Kwaliteitscel onderwijs In iedere faculteit is een kwaliteitscel onderwijs geïnstalleerd onder de leiding van een onderwijsdirecteur. De kwaliteitscellen dragen de expliciete verantwoordelijkheid voor de uitbouw en de opvolging van de kwaliteitszorg van het onderwijs dat onder hun bevoegdheid valt. In overleg met de voorzitters van de opleidingscommissies, de decaan en de faculteitsraad waken zij over de kwaliteit van het onderwijs: de programma's, het lesgeven zelf, de didactische werkvormen, de begeleiding, de infrastructuur enz. In die functie vervullen zij o.a. een essentiële rol in de opzet, de uitvoering en de opvolging van de vormen van interne en externe kwaliteitscontrole. 8 9

> > Afdeling Onderwijskwaliteitszorg Ook binnen de centrale administratie van de universiteit, met name binnen de directie Onderwijsaangelegenheden, staat de afdeling Onderwijskwaliteitszorg in voor de centrale coördinatie van de kwaliteitszorg. Tevens is de afdeling verantwoordelijk voor het secretariaat van de Onderwijsraad, het adviesorgaan t.o.v. de academische overheid inzake onderwijsaangelegenheden. Hoe draagt men zorg voor de kwaliteit? > > Extern: visitaties Het gaat hier om een interuniversitair initiatief (vaak in samenwerking met Nederland) waarbij per opleiding een speciale commissie wordt opgericht die de diverse universiteiten gaat visiteren. Ten behoeve van die commissie maken de verantwoordelijken van de opleiding eerst een zelfstudierapport. Na inzage van het rapport komt de visitatiecommissie ter plaatse een kijkje nemen en voert gesprekken met de diverse betrokkenen (o.a. de studenten). Op basis van de gegevens wordt eerst een voorlopig rapport opgemaakt en daarna een definitief dat publiek wordt gemaakt. > > Intern Via een speciale vragenlijst wordt aan de studenten gevraagd om bepaalde aspecten van de onderwijsorganisatie en de onderwijsprocessen te beoordelen op efficiëntie en effectiviteit, met het oog op een functionele bijsturing. De resultaten worden overgemaakt aan de individuele lesgevers en aan de kwaliteitscel onderwijs die aanwijzingen kan geven voor bijsturingen en correcties in de organisatie en de praktijk van het onderwijs. > > Accreditering Met de invoering van het bachelor-mastersysteem wordt het systeem van kwaliteitsbewaking via onderwijsvisitaties uitgebreid met een publieke accreditatie. Onder accreditatie wordt verstaan de formele erkenning van een opleiding op grond van een beslissing van een onafhankelijk orgaan waarin vastgesteld wordt dat de opleiding voldoet aan vooraf vastgestelde minimale kwaliteits- en niveauvereisten. Die accreditatie is een voorwaarde om de opleiding verder te mogen inrichten. Het is tevens de bedoeling door meer internationale samen werking te komen tot een betere internationale vergelijkbaarheid van diploma's. Opleidingen aan de UGent Soorten opleidingen De Universiteit Gent organiseert de volgende soorten opleidingen: bachelors masters die volgen op bachelors (ManaBa) masters die volgen op andere masters (ManaMa) specifieke lerarenopleidingen schakelprogramma s voorbereidingsprogramma s het doctoraat op proefschrift doctoraatsopleidingen predoctorale opleidingen postgraduaatsopleidingen permanente vorming en zomerprogramma's > > Bachelor Bacheloropleidingen sluiten direct aan bij het secundair onderwijs. Een bacheloropleiding bestaat uit 180 studiepunten en wordt normaal gezien over 3 jaar gespreid. Aan de universiteit worden enkel academische bacheloropleidingen aangeboden. Na het succesvol afronden van de academische bachelor krijg je het diploma van bachelor dat je rechtstreeks toegang geeft tot de aansluitende master. Je kunt ook kiezen voor een niet-aansluitende master. Daarvoor zal je eerst een voorbereidingsprogramma moeten volgen. Naast de academische bachelor bestaan er in Vlaanderen ook de professionele bacheloropleidingen aan de hogescholen. Voor bepaalde van die professionele bachelors is er een overgang naar een master mogelijk. Dat kan enkel na het volgen van een specifiek schakelprogramma. In theorie kun je met het academisch bachelordiploma ook op de arbeidsmarkt terecht. Het is alvast de Europese tendens. Of dat ook in Vlaanderen een praktijk wordt, zal afhangen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. > > Master De master na bachelor (ManaBa) sluit rechtstreeks aan op minstens één academische bachelor. De master bestaat minimum uit 60 studiepunten. In de master gebeurt de echte vakopleiding. De hoeveelheid praktische oefeningen wordt steeds groter. Naast de gemeenschappelijke verplichte vakken bestaan er diverse mogelijkheden voor specialisatie. Door het systeem van keuze vakken en majors wordt ook de kans geboden om een programma samen te stellen dat beantwoordt aan je persoonlijke aanleg en interesse. De masteropleiding eindigt altijd met een masterproef. Het is een persoonlijk wetenschappelijk werk over een onderwerp naar keuze. 10 11

INITIËLE OPLEIDINGEN schakelprogramma (met diploma professionele bachelor naar master) voorbereidingsprogramma (met diploma academische bachelor naar niet-rechtstreeks toegankelijke master) VOORTGEZETTE OPLEIDINGEN predoctorale opleiding (met buitenlands diploma of zonder masterdiploma) DOCTORAAT BACHELOR MASTER MASTER NA MASTER POSTGRADUaatSOPLeiding Specifieke LERARENOPLEIDING PERMANENTE VORMING / ZOMERPROGRAMMA DOCTORAATSOPLEIDING DOCTORAAT Voor alle opleidingsonderdelen waarop je minstens 10/20 behaalt 180 sp 60 sp 60 sp 60 sp > Bachelor > Master + evt. beroepstitel Arts/Tandarts Dierenarts Apotheker Industrieel ingenieur > Master > Getuigschrift > Diploma leraar > Attest > Getuigschrift > Doctor > Creditbewijs Het met succes afronden van de master wordt bekroond met het diploma van Master en voor bepaalde opleidingen wordt het aangevuld met de beroepstitel arts, tandarts, dierenarts, apotheker, industrieel ingenieur enz. > > Master na master Wie al een masteropleiding achter de rug heeft en de opgedane kennis nog wil verbreden of verdiepen kan kiezen voor een master na master (ManaMa). Je kunt die onmiddellijk na het afstuderen volgen of later. Een ManaMa bestaat doorgaans uit 60 studiepunten en wordt vaak al gecombineerd met een eerste job. De master-na-masteropleiding (ManaMa) eindigt net als de masteropleiding (ManaBa) met een masterproef. > > Specifieke lerarenopleiding De specifieke lerarenopleiding (SLO) heeft een omvang van 60 studiepunten. In bepaalde meerjarige masteropleidingen kun je de SLO al voor een deel volgen in de vorm van een afstudeerrichting of een minor binnen die master. Bij de eenjarige masters is een dergelijke combinatie niet mogelijk en start je met de lerarenopleiding na het afstuderen. Het diploma is van belang als je de klas in wil of je wil voorbereiden op een job met pedagogische aspecten zoals vorming, training enz. > > Schakelprogramma Een schakelprogramma is een overgangsprogramma tussen een professionele bachelor (3-jarige hogeschoolopleiding) en een master. Het heeft een studieomvang van ten minste 45 studiepunten en ten hoogste 90 studiepunten. Het bevat in de meeste gevallen de kernvakken uit het academisch bachelorprogramma. Let wel: via een schakelprogramma behaal je geen academisch bachelordiploma, het geeft je enkel een toegangsticket naar de aansluitende master. > > Voorbereidingsprogramma Een voorbereidingsprogramma is een overgangsprogramma tussen een academische bachelor en een master, eventueel te volgen als de bachelor niet rechtstreeks toegang geeft tot die master. In sommige opleidingen kun je al tijdens de bacheloropleiding je voorbereiden op een niet-aansluitende master via de minors (keuzepakketten uit een ander studie gebied). 12 > > Doctoraat Doctoreren is een doorgedreven vorm van specialisatie rond een bepaald onderwerp in een bepaald onderzoeksdomein. Na een intensieve periode van origineel wetenschappelijk onderzoek schrijf je de resultaten neer in een proefschrift dat je verdedigt voor de examenjury. Na slagen krijg je de titel van doctor. Het is de hoogste graad die kan worden uitgereikt door een Vlaamse universiteit. Basisvoorwaarde is uiteraard een diepgaande interesse voor een bepaald vakgebied, gekoppeld aan een brede maatschappelijke belangstelling én de bereidheid om je een aantal jaren in te zetten voor vernieuwend wetenschappelijk onderzoek. 13

> > Doctoraatsopleiding Een doctoraatsonderzoek wordt gecombineerd met een doctoraatsopleiding. Een doctoraatsopleiding is een flexibel opleidingsprogramma dat georganiseerd wordt door een Doctoral School. Het heeft als doel de kennis en vaardigheden van de doctorandi te verdiepen en te verbreden. Hiermee wil men een passende voorbereiding en ondersteuning bieden bij de doctoraats studie. Door het volgen van cursussen verruimen doctoraats studenten hun horizon, met de bedoeling dat de extra bagage een positieve bijdrage zal leveren voor het vooropgestelde doctoraatsonderzoek. > > Predoctorale opleiding De predoctorale opleidingen zijn bedoeld voor kandidaatdoctorandi die niet voldoen aan de diplomavoorwaarden om te starten met de doctoraatsopleiding of het doctoraat. Het gaat hierbij om studenten die geen masterdiploma hebben of studenten met een buitenlands diploma. Net zoals bij de doctoraats opleiding kan, voorafgaand, een geschiktheidsonderzoek opgelegd worden. > > Postgraduaat Postgraduaten zijn vervolgopleidingen die qua structuur afwijken van de klassieke master-na-masteropleidingen (60 studiepunten, masterproef) of opleidingen die een beroepsvoorbereidend karakter hebben. Het gaat hier toch om opleidingen die vrij omvangrijk zijn (minstens 20 studiepunten) en zich daardoor onderscheiden van permanente vorming en kortlopende bijscholingscursussen. Na afloop van een postgraduaatsopleiding krijg je een postgraduaatsgetuigschrift. > > Permanente vorming en zomerprogramma's Alle opleidingsprogramma's die niet leiden tot een formeel diploma zijn gebundeld onder de term permanente vorming. De programma's zijn zeer uiteenlopend qua omvang en duur. Ook de toelatingsvoorwaarden zijn erg verschillend, afhankelijk van de opleiding. Een dergelijke opleiding kan bekroond worden met een getuigschrift. Als een permanente vorming tijdens het zomerreces wordt aangeboden, spreken we van een zomerprogramma. Een zomerprogramma kan ook bestaan uit reguliere opleidingsonderdelen. Elementen van een opleiding > > Modeltraject en modeltrajectjaren Elke opleiding bestaat uit een vastgelegd pakket van opleidingsonderdelen (vakken). Dat pakket noemen we het modeltraject. Het modeltraject wordt vervolgens verdeeld over modeltrajectjaren (ook wel eerste jaar bachelor, etc. genoemd) en over de semesters. Elk academiejaar telt 24 lesweken: 12 lesweken in het eerste semester en 12 lesweken in het tweede semester. Een modeltrajectjaar bestaat doorgaans uit 60 studiepunten per academiejaar (voltijds). Naast het voltijdse modeltrajectjaar worden soms ook deeltijdse trajecten aangeboden (twee-, drie- of vierdelig waarbij 30, 20 of 15 studie punten per academiejaar gevolgd worden). > > Opleidingsonderdelen Opleidingsonderdelen worden getypeerd en gegroepeerd. Zo zijn er algemene opleidingsonderdelen die alle studenten van de opleiding moeten volgen. Daarnaast zijn er ook nog keuzevakken. Meestal is er een lijst waaruit je mag kiezen voor de persoonlijke uitbouw van je opleidingsprogramma, soms is de keuzemogelijkheid zeer ruim en mag je bv. een opleidingsonderdeel kiezen uit het programma van de universiteit (met goedkeuring van de faculteit). Keuzevakken worden meestal pas aangeboden vanaf het tweede jaar van de bacheloropleiding. Er zijn een aantal universiteitsbrede keuzevakken. Dat zijn vakken die over alle opleidingen heen aangeboden worden als mogelijke keuzevakken. In heel wat opleidingen worden ook logisch samenhangende pakketten samengesteld: minor: een homogene groep opleidingsonderdelen die een verbredende focus hebben en die slechts zijdelings met de opleiding verband houden. Vaak heb je de keuze tussen verschillende minors. major: een homogene groep opleidingsonderdelen die een verdiepende focus hebben binnen een opleiding. Ook hier zijn er vaak diverse keuzemogelijkheden. afstudeerrichting: een homogene groep opleidingsonderdelen die een verdiepende focus hebben binnen een opleiding. Het verschil met een major is dat een afstudeerrichting ten minste 30 studiepunten verschilt met andere afstudeerrichtingen. Dé bron van informatie over de modeltrajecten, de verdeling over de modeltrajectjaren en de opleidingsonderdelen vind je op de online studiegids. www.ugent.be/studiegids 14 15

Een woordje uitleg bij de terminologie in de studiegids: Bij de programma's vind je bij de naam van het opleidingsonderdeel en de verdeling over de semesters ook informatie over de modeltrajectjaren (MT: waarbij MT1 verwijst naar het voltijdse modeltraject en MT2/3/4 naar het deeltijdse modeltraject dat eventueel wordt aangeboden). Onder de noemer contact vind je informatie over het aantal uren dat voor een bepaald opleidingsonderdeel door de universiteit wordt uitgetrokken om effectief onderwijs te geven en in begeleiding te voorzien (reëel contact tussen docent en student). Met de studietijd maakt men een schatting van de totale hoeveelheid tijd die nodig is om het opleidingsonderdeel te verwerken. Hiervoor maakt men de som van het aantal contacturen en de tijd die nodig is voor de persoonlijke verwerking van de leerstof. Ook voor individuele lectuur, scripties, masterproef enz. wordt een hoeveelheid studietijd begroot. Het zal duidelijk zijn dat bepaalde opleidingsonderdelen meer persoonlijke verwerking vragen dan andere. Aan bepaalde oefeningen moet je thuis misschien bijna niets meer doen, terwijl voor andere opleidingsonderdelen voor ieder uur les 2 à 3 uur extra studie nodig is. Bij het bepalen van de tijd die nodig is om zich de stof eigen te maken denkt men aan de zogenaamde 'normstudent'. De studietijd geeft dus geen absolute aanwijzing over de tijd die je zelf in dat opleidingsonderdeel moet steken. Daarnaast zijn er de studiepunten (SP). Hiermee wordt de studietijd in punten uitgedrukt. Eén studiepunt staat voor 25 à 30 uren studietijd. Een opleidingsonderdeel van 6 studiepunten staat dus minimaal voor 150 en maximaal voor 180 uren studietijd. Het systeem van studiepunten komt overeen met de ECTS-normen die internationaal erkend zijn (ECTS = European Credit Transfer System). Het ECTS-systeem biedt een manier om leerinhouden te meten, te vergelijken en te transfereren van de ene universiteit naar de andere. Dat wordt bereikt door het invoeren van een gemeenschappelijke ECTS-crediteenheid en een gemeenschappelijk puntensysteem. ECTS bevordert ook de toegang tot informatie over de opleidingen. Daardoor worden opleidingen transparanter, beter vergelijkbaar en wordt de uitwisseling bevorderd. Per opleidingsonderdeel vind je op de studiegids ook een uitgebreide studiefiche. Het is een belangrijke bron van informatie, je krijgt er gedetailleerde informatie over: werkvormen (theoretische lessen, oefeningen, practica...) inhoud begincompetenties eindcompetenties leermateriaal evaluatievorm/moment mogelijke inschrijvingsbeperkingen (creditcontract of examencontract) vakinhoudelijke studiebegeleiding Werkvormen in de opleidingen De universiteit is al lang niet meer de plek waar de prof vooraan in een groot auditorium lange uiteenzettingen doet met niet meer dan bord en krijt voorhanden. Je zult in de loop van je studies geconfronteerd worden met een uitgebreide set van dictactische werkvormen. We sommen er een aantal op: > > Begeleide zelfstudie Bij begeleide zelfstudie zul je kennis over (een deel van) de cursus individueel verwerven en/of verwerken. Er wordt aangepast studiemateriaal voorzien. Begeleide zelfstudie kan ook ingezet worden als voorbereiding op bijvoorbeeld een hoor- of werkcollege. > > Demonstratie Een leersituatie waarbij de lesgever bepaalde technieken demonstreert aan een groep studenten. Je luistert, noteert en doet eventueel sporadisch de gedemonstreerde technieken na. > > Groepswerk Een zelfstandige en coöperatieve leersituatie waarbij je in groep een reeks activiteiten uitvoert zonder (permanent) toezicht. Het resultaat wordt voorgelegd voor evaluatie. > > Hoorcollege Het is de traditionele manier van lesgeven waarbij de lesgever kennis overbrengt aan een groep studenten. De activiteit van de studenten bestaat voornamelijk uit luisteren en noteren. > > Kliniek Onder leiding van een clinicus zul je kennis, inzichten en vaardigheden verwerven door het bespreken en onderzoeken van concrete patiënten (casussen) uit de klinische praktijk en het bepalen en/of uitvoeren van de gepaste behandeling en het analyseren van de progressie van de patiënten. Het gaat hier enkel om gevallen waar de patiënt effectief aanwezig is. > > Microteaching Hiermee verwijzen we naar zelfstandige leersituaties waarin je een bepaalde inhoud die je individueel of in groep hebt voorbereid, presenteert aan je medestudenten. > > Onderzoeksproject Een onderzoeksproject is een brede term voor alle geïndividualiseerde begeleidingssessies en zelfstandige leersituaties waarin je werkt aan een onderzoeksgerelateerd proefschrift of ontwerp. 16 17

> > Online discussiegroep Je communiceert online en je leert van elkaar door het plaatsen van berichten en het plaatsen van reacties op berichten van medestudenten. De begeleider brengt meestal een onderwerp, een stelling of een vraag aan of neemt zelf een bepaald standpunt in. Aan de hand daarvan wordt de discussie opgestart. > > Practicum In een practicum verwerf en/of oefen je zelf actief bepaalde manuele technieken, vaardigheden of werkwijzen. Aanverwante termen zijn (taal)labo, skills lab, atelieroefeningen. De inoefening gebeurt individueel of in kleine teams en wordt intensief begeleid. > > Stage Stage verwijst naar ervaringsleren in de beroepspraktijk waarbij je (voor langere tijd) ingeschakeld wordt in de dagelijkse activiteiten van de stageplaats. Het doel van de stage is het autonoom oefenen en toepassen van beroepsgerichte kennis en vaardigheden. Het is meestal individueel, maar het kan ook dat studenten in een beperkte groep op stage gaan. > > Veldwerk / excursie Verwijst naar alle activiteiten waarbij je de infrastructuur van de universiteit verlaat en op een geselecteerde externe locatie bepaalde kennis en vaardigheden inoefent. Waar de klemtoon bij een excursie of bedrijfsbezoek vooral ligt op het verwerven van kennis, is het doel van veldwerk het toepassen en oefenen. Structuur van het academiejaar Aan de Universiteit Gent volgen alle opleidingen het semestersysteem. Dat betekent dat een gedeelte van de stof al afgewerkt is tegen eind december. Na de twee weken kerstreces volgen vier weken eerstesemesterexamenperiode voor de voorbereiding van de examens, de examens zelf, de proclamatie en de feedback. Dan volgt er één week intersemestriële vakantie. Daarna worden de onderwijsactiviteiten weer opgestart tot eind mei waarna zes weken tweedesemesterexamenperiode voorzien zijn voor de voorbereiding op de examens, de examens zelf, de deliberaties, proclamaties en de feedback. Het is niet mogelijk om in juni examens af te leggen van het eerste semester. Sommige opleidingsonderdelen kunnen niet afgerond worden in één semester en lopen door. Die noemen we jaarvakken en hiervoor is er pas in juni een examen voorzien. De tweedekansexamenperiode van vier weken is gepland vanaf half augustus voor de opleidings onderdelen uit zowel het eerste als het tweede semester. Start academiejaar tweedekansexamenperiode eerstesemesterexamenperiode tweedesemesterexamenperiode oktober november december januari februari maart april mei juni juli augustus september inhaalactiviteiten blok, examens, deliberaties & feedback intersemestriële vakantie 18 19

Meer info: www.ugent.be > studeren > inschrijven > soort contract Contracten Diplomacontract, creditbewijzen, geïndividualiseerde trajecten: het zijn allemaal termen die kaderen in de onderwijshervormingen van de voorbije jaren. Hoofddoel is het hoger onderwijs toegankelijker te maken voor een bredere groep van studenten en mogelijkheden te creëren voor levenslang leren. Al die termen lichten we toe in de volgende hoofdstukken. Contracttypes Op het moment dat je je inschrijft voor een opleiding sluit je als student een contract af met de universiteit. De inhoud van dat contract wordt het curriculum genoemd (zie verder p. 22 bij Inhoud van een contract - curriculum). We maken hierbij een onderscheid tussen inschrijven om een diploma te behalen (diplomadoelcontract) en inschrijven om een creditbewijs te behalen (creditdoelcontract - voor aparte opleidingsonderdelen). De meeste studenten schrijven zich in met een diplomadoelcontract en voltooien hun studie via een voltijds modeltraject. Er zijn echter ook alternatieven mogelijk die meer flexibiliteit toelaten. Zo zijn er per contract twee types mogelijk. Die hebben te maken met het al dan niet aanwezig zijn in de lessen. > > DIPLOMADOELCONTRACT (doel = diploma of getuigschrift behalen) Je wilt een diploma of getuigschrift behalen. Je kunt op twee manieren inschrijven: diplomacontract Een diplomacontract is de meest courante manier van inschrijven voor de nieuwe, startende student. Slechts in uitzonderlijke gevallen zal een ander soort contract aangewezen zijn. Inschrijven via diplomacontract houdt het recht in om deel te nemen aan de reguliere onderwijsactiviteiten, te genieten van onderwijsondersteunende faciliteiten en om examens af te leggen over de opleidingsonderdelen die deel uitmaken van het curriculum. examencontract met het oog op het behalen van een diploma Binnen een examencontract heb je enkel recht om examens af te leggen, niet om deel te nemen aan de onderwijsactiviteiten of te genieten van onderwijsondersteunende faciliteiten. In dat geval krijg je geen studentenkaart (en dus geen toegang tot de sociale voorzieningen van de UGent), geen account (en dus geen toegang tot de elektronische leeromgeving Minerva, noch een e-mailadres). Als je toch gebruik wil maken van de elektronische leeromgeving (Minerva), dan kan dat door het betalen van een niet-terugvorderbaar bedrag van 100. Niet alle opleidingsonderdelen kunnen via een examencontract gevolgd worden (zie de studiefiche van het opleidingsonderdeel op www.ugent.be/studiegids). Zo zijn er opleidingsonderdelen waar de aanwezigheid in de lessen nodig is. Je moet je dan voor die opleidingsonderdelen met een diplomacontract inschrijven. > > CREDITDOELCONTRACT (doel = creditbewijzen behalen) Je wilt een creditbewijs voor een opleidingsonderdeel behalen. Een creditbewijs krijg je als je met succes (= je behaalt minstens 10/20) een bepaald vak volgt. Het is een interessant traject voor wie uit interesse bepaalde opleidingsonderdelen wilt volgen of een hoofdopleiding wilt verrijken. Het is niet geschikt voor wie een diploma ambieert. Als je toch van plan bent om je op die manier in te schrijven, dan neem je best eerst contact op met het Adviescentrum voor Studenten of met de trajectbegeleider van je faculteit (contactgegevens vanaf p. 49). voorwaarden bij creditdoelcontract Het aantal opleidingsonderdelen dat je kunt volgen met een creditdoelcontract is onbeperkt, maar je moet wel voldoen aan de toelatingsvoorwaarden van de opleiding waartoe de opleidingsonderdelen behoren én aan de specifieke toelatingsvereisten van het opleidingsonderdeel (voldoen aan de begincompetenties van het opleidingsonderdeel: zie studiefiche in de studiegids www.ugent.be/studiegids). Creditbewijzen kunnen eventueel later ingezet worden om alsnog een diploma te halen (in de vorm van vrijstellingen bij inschrijvingen met een diplomadoelcontract). Creditbewijzen blijven onbeperkt geldig (binnen de UGent). Je kunt op twee manieren inschrijven: creditcontract Inschrijven via creditcontract houdt het recht in om deel te nemen aan de reguliere onderwijsactiviteiten, te genieten van onderwijsondersteunende faciliteiten en examens af te leggen over het opleidingsonderdeel waarop het contract betrekking heeft. Wat kan via een creditcontract? Alle opleidingsonderdelen behorend tot een bacheloropleiding, een masteropleiding, de specifieke lerarenopleiding (eventueel wel gekoppeld aan een toetsing van de begincompetenties, zie hierboven onder voorwaarden bij creditdoelcontract ). Uitzondering hierop zijn de vakken: bachelorproef, masterproef en stage. Sommige opleidingsonderdelen (wordt bepaald door de faculteit) van postgraduaatsopleiding, voorbereidings- en schakelprogramma s. Geen opleidingsonderdelen uit de predoctorale opleidingen, doctoraatsopleiding en permanente vorming (enkel via diplomacontract). 20 21

examencontract met het oog op het behalen van een creditbewijs Inschrijven via een examencontract houdt enkel het recht in om examens af te leggen, niet om deel te nemen aan de reguliere onderwijsactiviteiten of te genieten van onderwijsondersteunende faciliteiten m.b.t. het opleidingsonderdeel waarop het contract betrekking heeft. Indien je toch gebruik wil maken van de elektronische leeromgeving, dan kan dat door het betalen van een niet-terugvorderbaar bedrag van 100. Niet alle opleidingsonderdelen kunnen via een examencontract gevolgd worden (zie de studiefiche van het opleidingsonderdeel op www.ugent.be/studiegids). Zo zijn er opleidingsonderdelen waar de aanwezigheid in de lessen nodig is. Je moet je dan voor die opleidingsonderdelen met een creditcontract inschrijven. Inhoud van een contract - curriculum De term curriculum wordt gebruikt om voor een individuele student het vakkenpakket per academiejaar aan te duiden: curriculum verwijst dus naar de inhoud van een specifiek contract. > > Curriculum in geval van diplomadoelcontract Het omvat de opleidingsonderdelen waarvoor studiepunten worden opgenomen, de vrijstellingen en de eerder behaalde credits. Vrijstellingen en behaalde credits: Het is mogelijk dat je vroeger al bepaalde creditbewijzen behaalde (je haalde minstens 10/20 voor dat opleidingsonderdeel), of je beschikt over eerder verworven kwalificaties (EVK), of over een bewijs van bekwaamheid op basis van eerder verworven competenties (EVC), dan kun je vrijstelling vragen voor bepaalde opleidingsonderdelen uit een specifieke opleiding. Als de vrijstelling(en) wordt goedgekeurd door de curriculumcommissie dan leidt dat tot vermindering van studieomvang. De opleidingsonderdelen waarvoor je vrijstelling krijgt, maken integraal deel uit van je curriculum, je hoeft er echter geen examens (of andere vorm van evaluatie) meer voor af te leggen. curriculum op basis van het modeltraject (MOT) Modeltrajecten zijn vooraf vastgelegde curricula opgesplitst in modeltrajectjaren zoals aangegeven in de studiegids. Je curriculum kan samenvallen met een modeltrajectjaar. Een voltijds modeltrajectjaar bestaat meestal uit 60 studiepunten. De meeste studenten schrijven zich voor de eerste keer op die manier in voor een bacheloropleiding. Naast het voltijdse modeltraject (60 studiepunten per academiejaar) bestaan ook deeltijdse trajecten (twee-, drie- of vierdelig waarbij 30, 20 of 15 studiepunten per academiejaar gevolgd worden). Voor wie nog een eerste diploma moet halen, zal de keuze voor een deeltijdse formule slechts uitzonderlijk zinvol zijn omdat bv. een volledige bacheloropleiding in een tweedelig traject minstens zes jaar in beslag zal nemen. Een dergelijke lange studieduur is in de praktijk niet erg realistisch. curriculum als geïndividualiseerd traject (GIT) Een geïndividualiseerd traject is een studietraject op maat van een bepaalde student. Het zal zelden voorkomen bij een inschrijving voor een eerste bachelorjaar. Veel studenten zullen er echter mee te maken krijgen tijdens de verdere studiejaren (o.a. bij het oplopen van studieachterstand of in geval van vrijstellingen). Je bent bijvoorbeeld niet voor alle opleidingsonderdelen uit je eerste modeltrajectjaar geslaagd (d.w.z. je hebt niet alle creditbewijzen behaald). Dan kun je in het daaropvolgende academiejaar een aantal vakken uit het tweede modeltrajectjaar opnemen in combinatie met de vakken uit het eerste modeltrajectjaar waarvoor je nog geen creditbewijzen behaalde. Via een geïndividualiseerd traject bepaal je eigenlijk zelf (volgens de richtlijnen van de curriculumcommissie) hoe je pakket er zal uitzien. De curriculumcommissie van je opleiding moet zich hierover vervolgens akkoord verklaren (ze onderzoekt in het bijzonder de volgtijdelijkheid van de opleidingsonderdelen). De trajectbegeleider van de faculteit is de aangewezen persoon om je hierbij te begeleiden en om je raad te geven bij het samenstellen van je pakket. Dat pakket leg je dan voor aan de curriculumcommissie van de faculteit. > > Curriculum in geval van creditdoelcontract Het omvat de opleidingsonderdelen waarvoor studiepunten worden opgenomen. Het curriculum wordt ook goedgekeurd door de curriculumcommissie. > > Vastleggen van het curriculum Als student dien je een voorstel van curriculum in via OASIS (OnderwijsAdministratie- en StudentenInformatieSysteem) volgens de richtlijnen en deadlines van de faculteit. Vóór 15 november krijg je van de curriculumcommissie een bericht met de samenstelling van je curriculum. Heb je zelf geen voorstel ingediend vóór 15 november, dan stelt de curriculumcommissie een pakket samen voor jou. http://oasis.ugent.be 22 23

Combineren van opleidingen en contracten > > Combineren van verscheidene opleidingen Je kunt je in hetzelfde academiejaar inschrijven voor meer dan een opleiding, op voorwaarde dat je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden tot elk van die opleidingen. Er worden geen bijkomende voorwaarden gesteld. Uiteraard is dat slechts voor een enkeling weggelegd en is het niet aan te raden voor een eerste opleiding. > > Combineren van twee (of meer) aansluitende opleidingen Als je gelijktijdig wil inschrijven voor twee (of meer) aansluitende opleidingen (incl. schakel- en voorbereidingsprogramma s), dan kan dat alleen als de betrokken curriculumcommissies dat goedkeuren. > > Combineren binnen een opleiding Combineren van twee delen van een modeltraject van één opleiding (bv. eerste en tweede bachelor) in hetzelfde academiejaar kan slechts met de goedkeuring van de betrokken curriculumcommissie(s). > > Combineren van contracten Je kunt je tezelfdertijd of opeenvolgend inschrijven via verscheidene contracten van al dan niet verschillende types. Maar de regel blijft: binnen eenzelfde examenperiode kun je maar eenmaal beoordeeld worden over eenzelfde opleidingsonderdeel. Het is dus niet mogelijk om je voor eenzelfde opleidingsonderdeel meer dan eenmaal per academiejaar in te schrijven om op die manier meer examenkansen te krijgen. Je kunt door contractverandering binnen een academiejaar nooit extra examenkansen verwerven. Leerkrediet, studievoortgang en monitoraat Meer flexibiliteit in de studievoortgang kan ook een keerzijde hebben. We moeten erover waken dat studenten binnen een normale termijn hun diploma halen. Er wordt daarom zowel door de Vlaamse overheid als de Universiteit Gent veel aandacht besteed aan studievoortgangsbewaking. Leerkrediet De Vlaamse overheid heeft met ingang van het academiejaar 2008-2009 het begrip leerkrediet geïntroduceerd. Hiermee wil ze de verantwoordelijkheid voor studievoortgang delen tussen de instellingen en de studenten. Enerzijds worden de instellingen gestimuleerd om werk te maken van de studievoortgang van hun studenten. Het leerkredietsysteem houdt immers exact bij hoe snel ze vorderen en als dat niet snel genoeg gebeurt, volgen er sancties voor de instelling waar ze studeren: universiteiten en hogescholen krijgen immers géén financiering voor studenten met onvoldoende leerkrediet. Elke instelling beslist autonoom wat ze in dat geval doet: ze mag die studenten weigeren of hen een verhoogd inschrijvingsgeld vragen. De UGent heeft geopteerd om geen verhoogd studiegeld te vragen (zie p. 27 Studievoortgangsbewaking aan de UGent). Maar zelfs met het beste onderwijs moet jij uiteindelijk als student de nodige inspanningen leveren. Je volledige studieloopbaantraject wordt in een centrale databank bijgehouden, ook als je verandert van opleiding en/of instelling. Als beginnende student doe je er dus goed aan om tweemaal na te denken voordat je een bepaalde studie kiest. Ook tijdens je studieloopbaan bewaak je best zelf je studievoortgang: een negatief leerkredietsaldo kan je immers een weigering tot inschrijving opleveren. > > Leren op krediet met 140 sp als start Bij de start in het hoger onderwijs beschik je over een leerkrediet van 140 studiepunten (sp) voor je volledige studieloopbaan. Het principe is heel eenvoudig. Bij elke inschrijving wordt het aantal studiepunten waarvoor je je inschrijft afgetrokken van het leerkrediet. Na de examens worden de studiepunten van de vakken waarvoor je slaagde er opnieuw bijgevoegd. De studiepunten van de vakken waarvoor je niet slaagde, gaan verloren. De studiepunten van het leerkrediet moet je gebruiken als je je inschrijft via een diplomacontract voor een basisopleiding (een initiële bachelor- of masteropleiding) of via een creditcontract voor een opleidingsonderdeel (ongeacht uit welke opleiding het komt). 24 25

De stand van je leerkrediet kun je zelf online raadplegen op www.studentenportaal.be. Als je je inschrijft via diplomacontract voor de volgende opleidingen hoef je je leerkredietpunten niet te gebruiken: schakel- of voorbereidingsprogramma bachelor-na-bachelor, master-na-master, postgraduaatsopleiding specifieke lerarenopleiding Als je je inschrijft via examencontract maak je geen gebruik van je leerkrediet, maar je moet wel over voldoende leerkrediet beschikken om te kunnen inschrijven. > > Bonus voor de eerste 60 sp Omdat de overgang naar het hoger onderwijs niet altijd even vlot verloopt, krijg je bij het begin wat extra krediet. Enkel als je ingeschreven bent via diplomacontract worden de eerste 60 verworven studiepunten dubbel bij je leerkrediet opgeteld. Op die manier wordt een vertraagde start opgevangen. Die bonus geldt niet bij inschrijving via creditcontract. De bonus van 60 sp kun je maar eenmaal krijgen. Wie in het eerste jaar voor alle vakken slaagt, krijgt dus onmiddellijk de bonus van 60 sp wat het totaal na het eerste jaar op 200 sp brengt. Wie slechts voor een deel van de vakken slaagt, bv. 40 sp, zal in dat jaar een bonus van 40 sp ontvangen. De andere 20 sp bonus komen er pas wanneer er opnieuw 20 sp zijn verworven. Wie voor geen enkel vak slaagt, krijgt geen bonus en zal die pas kunnen beginnen verwerven in een bisjaar of na heroriëntering als de eerste studiepunten binnengehaald zijn. > > Heroriënteren kan, maar moet snel Een foute studie keuze is uiteraard steeds mogelijk, maar moet zo snel mogelijk gecorrigeerd worden. Als je vóór 1 december verandert van opleiding, krijg je de opgenomen studiepunten terug. Als je je heroriënteert tussen 1 december en 15 maart krijg je enkel leerkrediet terug voor tweedesemestervakken en jaarvakken. Wie voor het eerst inschreef in het hoger onderwijs krijgt daar bovenop de helft van de eerstesemestervakken terug voor de vakken waarvoor je geen examen aflegde. Na 15 maart krijg je niets terug. Die regeling geldt enkel als je ingeschreven bent via diplomacontract. Als je ingeschreven bent met een creditcontract en je wilt uitschrijven, dan ben je het ingezette leerkrediet kwijt. Opgelet!: laat je niet misleiden door de hierboven vermelde data van het leerkrediet en hou bij het afsluiten van een nieuw contract binnen de UGent rekening met de regels i.v.m. laattijdig inschrijven. Twee data zijn hierbij van cruciaal belang: 15 november en 1 maart (zie verder p. 31 Nieuw contract afsluiten). > > masterdiploma behaald? Bij het behalen van een masterdiploma worden de oorspronkelijke 140 studiepunten van je leerkrediet weer afgetrokken. Het doel nl. een diploma behalen, is immers bereikt. Studievoortgangsbewaking aan de UGent De UGent legt in haar beleid de klemtoon op informatie, advies en begeleiding. De studenten zijn in een belangrijke mate zelf verantwoordelijk voor hun studievoortgang. Ze worden daarin bijgestaan door de monitoraten die in elke faculteit een specifiek begeleidingsaanbod hebben. De monitoraten nemen ook initiatieven om de studievoortgang te bewaken en te stimuleren (zie verder p 28). Het onderwijs- en examenreglement (OER) van de UGent voorziet een aantal mogelijke sancties bij studievertraging. > > Toelatingsvoorwaarden inzake leerkrediet (art. 12) Aan de UGent kun je enkel inschrijven voor zover je nog studiepunten van je individuele leerkrediet kunt inzetten. Dat geldt voor alle contracttypes. Heb je al een bachelordiploma behaald, dan word je toegelaten tot de aansluitende master ongeacht de stand van je leerkrediet en voor zoveel studiepunten als de curriculumcommissie je toestaat. Heb je al een masterdiploma behaald, dan kun je ongeacht de stand van je leerkrediet inschrijven in een volgende bachelor- of masteropleiding of voor een creditdoelcontract en voor zoveel studiepunten als de curriculumcommissie je toestaat. Heb je een tekort aan leerkrediet, dan kan de Rector een uitzonderlijke toelating verlenen. Je dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in via leerkrediet@ugent.be. Voeg daarbij de nodige bewijsstukken om je motivering te staven. In alle gevallen betaal je het gewone studiegeld. Als je door omstandigheden waaraan je niets kunt doen, niet aan (een gedeelte van) de examens hebt kunnen deelnemen en daardoor leerkrediet hebt verloren, kun je je leerkrediet terugvorderen aan de hand van bewijsstukken die de overmacht staven. De documenten leg je voor aan de Raad voor betwistingen inzake studievoortgang (www.ond.vlaanderen.be/hogeronderwijs/raad). > > Inschrijving en studievoortgangsbewaking (art. 22) Ook al behaalde je een aantal creditbewijzen en heb je nog voldoende leerkrediet, toch kun je in bepaalde gevallen geweigerd worden in te schrijven aan de UGent: Ben je binnen je diplomadoelcontract voor minder dan de helft van de opgenomen studiepunten geslaagd, dan zul je bij een volgende inschrijving voor dezelfde opleiding wél voor minstens de helft van de opgenomen studiepunten moeten slagen. Als je niet aan die bindende voorwaarde voldoet, kun je niet meer inschrijven voor dezelfde opleiding. Je inschrijving wordt ook geweigerd als je na drie inschrijvingen via diplomadoelcontract voor minder dan één derde van de opgenomen studiepunten (gedurende die drie inschrijvingen) credits hebt verworven. Bij een creditdoelcontract word je geweigerd als je al tweemaal voor dat opleidingsonderdeel ingeschreven was zonder het creditbewijs te behalen. Dat geldt ongeacht of de eerdere inschrijving gebeurde via creditdoelcontract dan wel via diplomadoelcontract. www.ugent.be/oer www.ugent.be/leerkrediet 26 27

www.ugent.be/monitoraat Monitoraat In elke faculteit van de UGent is er een monitoraat. Het is een vertrouwelijk en vlot toegankelijk centraal aanspreekpunt voor alle studenten. De studiebegeleiders en de trajectbegeleiders nemen initiatieven om het studeren vlotter en efficiënter te laten verlopen. > > Studiebegeleiders begeleiden een aantal vakken in het eerste jaar bachelor inhoudelijk, je kunt bij hen terecht met vragen over de leerstof; bieden individuele en/of groepssessies aan over studiemethode en studieplanning, examens afleggen, evalueren en bijsturen... en zijn dus het aanspreekpunt voor al je vragen rond studieaanpak; helpen je zoeken naar oplossingen voor zaken waardoor je studie minder wil vlotten (concentratieproblemen, faalangst, uitstelgedrag...). > > Trajectbegeleiders geven je individueel advies over je persoonlijk studietraject en studievoortgang; begeleiden en geven informatie bij de keuzemomenten tijdens je studieloopbaan (afstudeerrichting, minor/major...), mogelijkheden i.v.m. GIT (geïndividualiseerd traject), aanvragen van een creditcontract, spreiding van studies enz.; helpen je bij heroriëntering (overstap naar een andere opleiding). Fout gekozen? Een studie kiezen is niet voor iedereen vanzelfsprekend. Het is vaak een sprong in het onbekende. Pas na een paar maanden van effectieve studie krijg je echt zicht op wat universitaire studies inhouden en hoe de opleiding in elkaar zit. Gelukkig valt dat voor de meeste studenten heel goed mee, maar voor sommigen ook niet. In wat volgt geven we een kort overzicht van mogelijke oplossingen voor studenten die een minder goede keuze maakten bij de start van het academiejaar. Uiteraard moet je hierover grondig nadenken. Voor begeleiding kun je terecht bij het Advies centrum voor Studenten of de trajectbegeleider van je faculteit. Curriculum aanpassen Soms ligt de opleiding je wel, maar lijkt de andere afstudeerrichting toch net iets interessanter of misschien is de voltijdse studie door omstandigheden te zwaar en wil je overstappen naar een lichter regime. Dan is er de optie om de inhoud van je contract aan te passen: wijziging van (het aantal) opleidingsonderdelen, van voltijds naar deeltijds studeren (of omgekeerd), wijziging van de keuze voor een specifieke afstudeerrichting. De aanvraag moet ingediend worden bij de curriculumcommissie vóór 15 november voor eerstesemestervakken en vóór 1 maart voor tweedesemestervakken en jaarvakken. De wijziging wordt uitgevoerd na goedkeuring door de faculteit. Een wijziging van je curriculum heeft meestal gevolgen voor je leerkrediet (zie p. 25) en een financiële impact. Als het vakkenpakket groter wordt (meer studiepunten) dan zul je per studiepunt extra studiegeld betalen. Als de omvang afneemt, krijg je studiegeld terug. Het kan ook implicaties hebben voor je kinderbijslag en de (eventuele) studietoelage (zie verder p.55). www.ugent.be/adviescentrum Veranderen van opleiding Veranderen van opleiding impliceert dat je het bestaande contract beëindigt en dat je vervolgens een nieuw contract afsluit. Voor de UGent valt dat vanaf 1 oktober onder laattijdige inschrijving en moet je hiervoor eerst de toestemming krijgen van de faculteit. Vervolgens leg je de wijzigingen voor aan de afdeling Studentenadministratie en Studieprogramma s die de verandering administratief in orde brengt. Overstappen naar een opleiding buiten de Universiteit Gent behoort eveneens tot de mogelijkheden. De afspraken over laattijdige inschrijving zijn per instelling verschillend. Informeer je dus goed op voorhand. 28 29