Verslag Bezoek aan Keukenhof met dames op woensdag 20 april 2016 Rond 8u30 vertrokken we met een 45-tal passervrienden en sympathisanten richting Lisse in Nederland om er de wereldberoemde lentetuinen te bezichtigen. Het weer zag er stralend uit en iedereen was in een lentestemming en vol goesting om al dat moois te gaan bewonderen. Een korte koffiestop in Hajé Brasserie te Delft rond 11u15 gaf de gelegenheid de benen al eens te strekken. Dan ging het onverdroten verder door het platte groene Nederland tot onze eindbestemming, Lisse met zijn Keukenhof. Dank zij de goede organisatie door o.a. onze vrienden Bob en Herman zaten we al heel vlug tussen de bloemen richting molen waar we in een elektrisch aangedreven fluisterboot stapten voor een rondvaart door de bollenvelden. Via de koptelefoon kregen we een omstandige uitleg over Keukenhof : Al zittend in de boot was het echter met een kikkerperspectief dat we de weidse bollen- en bloemenvelden konden aanschouwen maar door de stille boot konden we dan weer getuigen van de aanwezigheid van menige vogelsoorten zoals de veldleeuwerik, de tureluur en de waterhoen. Het domein beslaat een oppervlakte van 32 ha. Het park bevat zo n 7 miljoen voorjaarsbloeiende bloembollen. De geschiedenis van Keukenhof gaat terug tot de 15 de eeuw. Gravin Jacoba van Beieren (1401 1436) haalde uit de Keukenduin groente en fruit voor de keuken van kasteel Teylingen.
In 1641 werd kasteel Keukenhof gebouwd en het landgoed groeide uit tot een oppervlakte van ruim 200 ha. In 1857 werd de tuin rondom het kasteel opnieuw ingericht en is nog altijd de basis van Keukenhof. Nu behoort het landgoed toe aan een stichting. In 1949 werd op het landgoed een tentoonstelling van voorjaarsbloeiende bloembollen gemaakt: het lentepark Keukenhof. Keukenhof is hét platform voor de Nederlandse sierteeltsector. Door de jaren heen werd een enorme knowhow opgebouwd. De grond achter de duinen (geestgronden) is erg geschikt want goed waterdoorlatend. In oktober gaan de bollen de grond in, daarna worden de velden afgedekt met stro tegen de vrieskou. Na het koppen van de bloemen blijft alleen de stengel en bladeren over waarin het voedsel voor de bol wordt aangemaakt. Eens stengels en bladeren vergelen zijn de bollen volgroeid en kunnen ze gerooid worden (juni augustus). De dikke bollen worden verkocht, de kleintjes gaan in het najaar weer de grond in.
Lelie Het geslacht Lelie kent meer dan 100 soorten. In China worden er zelfs gebruikt als voedsel. Ook zijn er medische toepassingen bv. in de cosmetica. In Nederland worden er ca. 4000 ha lelies geteeld. Tulp De tulp is dé bloem van Nederland. Van oorsprong komen de meeste tulpen uit de bergen tussen Turkije en China. De naam tulp is afkomstig van het Perzische woord tulipan (= tulband). Dit verwijst naar de vorm van de tulpenbol. De Turkse sultan Soleiman II schonk in de 16 de eeuw enkele tulpenbollen aan de Oostenrijkse ambassadeur die ze op zijn beurt doorgaf aan de Vlaming Carolus Klusius, een geneesheer. Hij was een echte plantenverzamelaar en plantte ruim 1500 verschillende planten waaronder tulpen in de Hortus Botanicus in Leiden. Tussen 1630 en 1637 heerste een echte Tulpenmanie. Op het hoogtepunt was de tulpenbol Semper Augustus ca. 67000 waard. Daarna stortte de markt in elkaar. In de 19 de eeuw werd het bollenkweken weer populair. Narcis Er bestaan 12000 variëteiten. In Nederland worden er ca. 1600 ha geteeld. In het oosten staat de narcis voor droevige liefde, in het westen echter voor blinde eigenliefde (verliefd op eigen spiegelbeeld). Daarom zetten we de narcis in een vaas alleen.
Hyacint Houdt van de zandgrond langs de kust. Ca. 1200 ha worden ervan gekweekt. De bollenkwekers zijn voortdurend bezig met veredeling o.a. op zoek naar nieuwe kleuren. Het duurt ca. 15 jaar om een nieuwe soort te ontwikkelen. Er worden ca. 10 miljard bollen per jaar gekweekt. 62% van de wereldproductie gebeurt in Nederland. 75% is voor de export bestemd waarvan meer dan 50% buiten Europa. De omzet aan snijbloemen bedraagt 5 miljard. Na ons boottochtje lonkte de molen voor een beklimming. De molenaar van dienst richtte de wieken handmatig naar de wind. De molenwieken hebben een diameter van 17 m. Vanop het platform was een mooi panoramisch overzicht te bewonderen van het park. Nu hadden we nog ruim 2 uur de tijd om het park te verkennen. Het Beatrix paviljoen is werkelijk een pareltje, adembenemend. Het is een wervelende Orchideeën show. Centraal hangt een enorme ring vol potten en hangende manden met een variatie aan bloemenkleuren. Grote poppen in prachtige kledij staan her en der tussen deze bloemenpracht.
Het Willem-Alexander paviljoen is een zeer grote overdekte showroom waarin alle mogelijke bloemen op zeer diverse wijze tentoongesteld worden. Het werkt aanstekelijk om achteraf ook zo n bloemperkje thuis te ontwerpen. In het Oranje Nassau paviljoen ligt het accent op de snijbloemen. In Juliana/Tulpomania wordt het verhaal van het ontstaan en de groei en bloei van de bloembollenteelt nog eens didactisch voorgesteld. Rond 16u30 verzamelden we ons voor de terugweg met de bus, iedereen voldaan van al die bloemenpracht. Nu was het uitkijken naar eens gezellig tafelen. We hadden ons echter niet verwacht aan een overvolle Nederlandse autosnelweg die ons ongeveer één uur vertraging meebracht. Rond 19u15 konden we toch aan tafel in restaurant De Gouden Leeuw in Terheijden. We kregen een Jubileum menu opgediend die we konden appreciëren. Alles werd met Nederlandse efficiëntie opgediend zodat we stipt onze reisweg konden verderzetten. Omstreeks 22u arriveerden we terug op de parking aan de Beukenlaan. Ik denk dat we mogen spreken van een zeer geslaagde uitstap: schitterend zonnig lenteweer, een uitzonderlijk mooie bloemenshow, een zeer efficiënte organisatie en een zeer aangenaam gezelschap. We danken de initiatiefnemers van harte voor deze excellente daguitstap: proficiat! Verslaggever : Joël Leuridan Fotografen : Roland & Herman