Samenvatting van de Productkenmerken

Vergelijkbare documenten
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER HEPACAF 5000 I.U./100 ml Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie Anti-hepatitis B immunoglobulinen

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN, ETIKETTERING EN BIJSLUITER

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

HEPATECT CP 50 IE/ml oplossing voor infusie Humaan hepatitis B-immunoglobuline voor intraveneuze toediening

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. HEPATECT CP 50 IE/ml oplossing voor infusie Humaan hepatitis B-immunoglobuline

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Humaan hepatitis B-immunoglobuline voor intraveneuze toediening

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor Injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Dit geneesmiddel is een traditioneel kruidengeneesmiddel. De toepassing is uitsluitend gebaseerd op het langdurige gebruik.

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Baxter S.A. Water voor Injecties (Viaflo) Samenvatting van de productkenmerken 1/6 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

Samenvatting van de Productkenmerken

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Water voor injecties B. Braun, oplosmiddel voor parenteraal gebruik 100% m/v

2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING. Actief bestanddeel: Gezuiverd capsulair Vi polyoside van Salmonella typhi (stam Ty2): 25 microgram

Hepatect CP 50 IE/ml oplossing voor intraveneuze infusie

1.3. PRODUCT INFORMATION

Humane proteïnen 50 g/l, waarvan minstens 96% IgG, met een gehalte aan antistoffen tegen het Hepatitis B oppervlakteantigeen (Hbs) van 50 IU/ml

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. *komt overeen met het gehalte aan humane proteïnes, waarvan minimaal 95% IgG.

CERULYX 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

Megalotect, infusievloeistof 50E/ml Humaan cytomegalovirus immunoglobuline voor intraveneuze toediening

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. IVheBex 5000 UI/100 ml, poeder en oplosmiddel voor perfusievloeistof Humane hepatitis B-immuunglobuline

27 Mai (5) VSM Belgium bvba Rodizen, SPC-NL SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Thiamini hydrochloridum 100 mg/ml, oplossing voor injectie thiaminehydrochloride

MEDIAVEN FORTE 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 3. FARMACEUTISCHE VORM 4. KLINISCHE GEGEVENS

SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

SAMENVATTING VAN DE PRODUCT KENMERKEN

VITAMINE C TEVA 250 MG VITAMINE C TEVA 100 MG. VITAMINE C TEVA 500 MG tabletten

Hulpstof met bekend effect: Opticrom, oogdruppels bevat benzalkoniumchloride. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

Samenvatting van de Productkenmerken

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

1. Naam van het product. VariQuin. 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling. 2.1 Actief bestanddeel

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Version 3.1, 06/2015 SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

DEEL IB SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT. NYSTATINE LABAZ, suspensie voor oraal gebruik

Water voor injecties Fresenius Kabi, oplosmiddel voor parenteraal gebruik.

Summary of the Product Characteristics

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

ETOS AMYLMETACRESOL PLUS DICHLOORBENZYLALCOHOL HONING & CITROEN zuigtabletten

THIAMINE HCL TEVA 25 MG THIAMINE HCL TEVA 50 MG THIAMINE HCL TEVA 100 MG tabletten

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Kruidvat Amylmetacresol Plus Dichloorbenzylalcohol honing & citroen zuigtabletten

1 sachet à 5 gram bevat 3,25 gram psylliumvezels (fijngemalen en gegranuleerde vezels van de Plantago ovata).

BETAMINE 474,5 mg dragees

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Actief bestanddeel: Vloeibare paraffine 78,230 g per 100 g gel voor oraal gebruik.

Samenvatting van de productkenmerken

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. Hepatect CP 50 IE/ml oplossing voor infusie Humaan hepatitis B-immunoglobuline voor intraveneuze toediening

Humane proteïnen 50 g/l, waarvan minstens 96% IgG, met een gehalte aan antistoffen tegen het Hepatitis B oppervlakteantigeen (Hbs) van 50 IU/ml

Samenvatting van de Productkenmerken SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Pagina 1 van 5

1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Healthypharm B.V., Etten-Leur, The Netherlands XT Luis 4% g/g, oplossing voor cutaan gebruik RVG Dimeticon

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. Actief bestanddeel: Mucopolysaccharide-polysulfaat 300 mg per 100 g.

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Samenvatting van de Productkenmerken

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Bijsluiter: informatie voor de gebruik(st)er

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Version 7.3.1, 03/2010 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

NOSCAPINE HCl TEVA 1 MG/ML stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 13 november : Productinformatie Bladzijde : 1

Summary of Product Characteristics

LACTULOSE KELA 500ML FLES

BIJSLUITER. SdV/PIL/ Pagina 1 van 8

Voorgesteld als symptomatische behandeling bij irritatieve dermatitis, voornamelijk:

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN. PROTAGENS MONO 2 %, oogdruppels, oplossing, voor éénmalig gebruik

ANTITROMBINE III CONCENTRAAT BAXALTA 500 IE en 1000 IE Bijsluiter 1/4

1. Naam van het product. TetaQuin. 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling. 2.1 Actief bestanddeel

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER

SUBCUVIA Deel IB1 1/8

Bevat dinatriumcromoglicaat overeenkomend met 20 mg natriumcromoglicaat per ml.

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

OPTICROM OPTICROM (MELISANA) XIV B 3 e. Naam van het geneesmiddel: OPTICROM 2 % oogdruppels, oplossing Natrium cromoglicaat

1. Naam van het geneesmiddel. 2. Kwalitatieve en kwantitatieve samenstelling. 3. Farmaceutische vorm. 4. Klinische gegevens

16024 GHRH SPC SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

SUMMARY OF PRODUCT CHARACTERISTICS

Kruidengeneesmiddel dat wordt gebruikt voor de korte-termijn preventie en behandeling van een verkoudheid.

JK/SPC/ SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT

GAMMANORM 165 mg/ml oplossing voor injectie. Humaan normaal immunoglobuline

LAXEERSTROOP TEVA 667 mg/ml, stroop. MODULE I : ALGEMENE GEGEVENS Datum : 9 februari : Productinformatie Bladzijde : 1

CHLORAMINE PURA 250 mg, tabletten. Elke tablet bevat 250 mg chloramine. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER. WILFACTIN 1000 I.U./10 ml Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie Humaan von Willebrand factor

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

PARONAL I.E. PARONAL I.E.

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING

Gerenvooieerde versie CALCIPOTRIOL 50 MICROGRAM/G ZALF PCH zalf

Bijsluiter. NANOGAM 50 mg/ml oplossing voor intraveneuze infusie. 1. Wat is Nanogam en waarvoor wordt het gebruikt?

MODULE ZURE OORDRUPPELS MET HYDROCORTISON DMB 1% FNA

Transcriptie:

Samenvatting van de Productkenmerken 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL HEPACAF 5000 I.U./100 ml, poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie. 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING HEPACAF is een gelyofiliseerd humaan concentraat van specifieke immunoglobulinen anti-hepatitis B, bereid uit een pool van humaan plasma die een hoge titer aan anti-hepatitis B antistoffen bevat. HEPACAF wordt bereid uit humaan plasma afkomstig van vrijwillige onbezoldigde donors. Het gehalte aan humane proteïne bedraagt ongeveer 50 g/l waarvan tenminste 95% is IgG. De immunoglobuline G (IgG) subklassen zijn: IgG1: 57%, IgG2: 35%, IgG3: 6%, IgG4: 2%. Het gehalte aan specifieke humane anti-hepatitis B immunoglobulinen bedraagt minimum 50 I.E./ml. Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor infusie. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 Therapeutische indicaties Preventie van herinfectie van levertransplant door hepatitis B bij HBsAg-positieve patiënten (aanvullende therapie bij levertransplantatie). 4.2 Dosering en wijze van toediening Dosering Bij volwassenen: 10.000 I.E. de dag van de transplantatie, tijdens transplantchirurgie, gevolgd door 10.000 I.E. dagelijks gedurende de eerste week na transplantatie. - 1 -

Vervolgens wordt de dosering (hoeveelheid + tijdstip) aangepast in functie van de titer aan anti-hbs antistoffen in het bloed (protectieve serumspiegel tussen 100-150 I.E./l in HBV-DNA negatieve patiënten). Bij risicopatiënten (hoog risico op herinfectie : hoge replicatieve virale status d.w.z. HBe Antigeen en/of HBV-DNA positief serum, HBc Ag-detectie in leverbiopsie) ligt de aanbevolen protectieve serumspiegel boven 500 mi.e./ml. Dit schema moet levenslang gevolgd worden. Uit ervaring weet men dat het aantal toedieningen daalt vanaf het tweede posttransplantatiejaar. Pediatrische patiënten: De dosering moet aan het lichaamsoppervlak aangepast worden, op de basis van 10.000 I.E./1,73 m 2. In al deze omstandigheden wordt een vaccinatie tegen het hepatitis B virus sterk aangeraden. De eerste dosis kan op dezelfde dag als de humane hepatitis B immunoglobuline toegediend worden, hoewel in verschillende sites. Wijze van toediening HEPACAF wordt voorgesteld onder de vorm van een poeder dat opgelost moet worden in water voor injecties, zoals wordt in 6.6 ( Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies ) beschreven. Na reconstitutie met het oplosmiddel dient het preparaat intraveneus te worden toegediend. De snelheid van toediening moet in functie van de klinische tolerantie aangepast worden en de limiet van 1 ml/kg/h mag gedurende de eerst 30 minuten niet overschreden worden. Indien goed getolereerd mag de snelheid gradueel tot op een maximum van 4 ml/kg/h toenemen. 4.3 Contra-indicaties Overgevoeligheid aan humane immunoglobulinen, in het bijzonder bij patiënten die aan een tekort aan IgA lijden, met anti-iga antistoffen. Overgevoeligheid aan één of meer bestanddelen van het preparaat, in het bijzonder aan de sporen varkenspepsine die in het fabricageproces worden gehanteerd. 4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik Tromboembolische complicaties zijn voorgekomen in verhouding met het gebruik van normale IVIG. Daarvoor is voorzichtigheid aanbevolen, in het bijzonder met patiënten met trombotische risico factors. De serumspiegels van anti-hbs antilichamen zouden bij patiënten regelmatig dienen gecontroleerd te worden. - 2 -

Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met een overgevoeligheid voor één van de bestanddelen van het preparaat. Patiënten moeten van nabij gevolgd worden tot minstens 20 minuten na toediening. Sommige ernstige ongewenste effecten zijn een gevolg van een te hoge infusiesnelheid. De aanbevolen infusiesnelheid moet strict nageleefd worden. Patiënten dienen tijdens de infusieperiode van nabij gevolgd te worden. Bij het optreden van ongewenste effecten moet de infusiesnelheid aangepast worden en indien nodig zelfs stopgezet worden totdat deze effecten zijn verdwenen. Men dient rekening te houden met het sucrosegehalte (27,5 mg/ml) bij patiënten met een risico op nierinsufficiëntie. Sinds het optreden van gevallen met intraveneuze immunoglobulinen (IVIG) waarbij de risicofactoren werden geïdentificeerd, zoals preëxistente nierinsufficiëntie, diabetes mellitus, hypovolemie, overgewicht, gelijktijdige niertoxische medicinale producten of een leeftijd ouder dan 65 jaar, bestaat er een theoretisch risico op nierbeschadiging bij patiënten die behandeld worden met antihepatitis B immunoglobulinen (HepBIg). Terwijl deze rapporten over nierstoornissen en acuut nierfalen geassocieerd werden met het gebruik van vele van de toegelaten IVIG-producten, maakten de producten, die sucrose bevatten als stabilisator, een onevenredig deel uit van het totale aantal. Voor alle patiënten noodzaakt de toediening van HepBIg: - voldoende hydratatie voor het toedienen van het infuus met HepBIg - monitoren van het urinedebiet - monitoren van de creatinespiegels in het serum - vermijden van gelijktijdige toediening van lisdiuretica In geval van nierbeschadiging dient het stopzetten van de toediening van HepBIg overwogen te worden. Bij risicopatiënten mag het gebruik van HepBIg producten die geen sucrose bevatten, overwogen worden. Men dient rekening te houden met het glucosegehalte (7,5 mg/ml) bij latente diabetes, bij diabetes of bij patiënten met een dieet, arm aan koolhydraten. Dit product dient met voorzichtigheid te worden gebruikt bij patiënten met asymptomatische diabetes die tijdelijk glucosurie kunnen ontwikkelen en bij patiënten die één van de bestanddelen van het preparaat niet verdragen. Sommige bijwerkingen kunnen vaker voorkomen bij patiënten met hypo- of agammaglobulinemie met of zonder IgA deficiëntie. Zuivere overgevoeligheidsreacties zijn zeldzaam. Ze kunnen optreden in zeldzame gevallen van IgA deficiëntie met anti-iga antilichamen of overgevoeligheid aan sporen van dierlijk pepsine, dat aanwezig is in het preparaat. HEPACAF omvat kleine hoeveelheden IgA. Patiënten met IgA deficiëntie kunnen IgA-antistoffen ontwikkelen en kunnen ook anafylactische reacties ondergaan nadat bloed componenten hen zijn toegediend. De arts moet de baten van een behandeling met HEPACAF overwegen met de potentiële risico van overgevoeligheidsreacties. - 3 -

Bij het optreden van anafylactische reactie of shock moet de toediening onmiddellijk stopgezet worden. Bij het optreden van shock moeten de geldende richtlijnen voor shockbehandeling gevolgd worden. Standaard maatregelen ter preventie van infecties door het gebruik van uit menselijk bloed of plasma bereide geneesmiddelen omvatten selectie van donors, het testen van individuele donaties en plasma pools voor specifieke markers van infectie en het toepassen van effectieve productie stappen voor de inactivatie/verwijdering van virussen. Desondanks, wanneer uit menselijk bloed of plasma bereide geneesmiddelen worden toegediend kan de mogelijkheid op overdracht van besmettelijke agentia niet volledig worden uitgesloten. Dat geldt ook voor onbekende of opkomende virussen en andere pathogenen. Deze procedures worden als effectief beschouwd tegen envelopped virussen zoals HIV, HBV en HCV. De procedures kunnen van gelimiteerde waarde zijn tegen 'nonenvelopped' virussen zoals HAV en parvovirus B19. Er bestaat geruststellende klinische ervaring zonder enkel overdracht van het hepatitis-a-virus of parvovirus B19 met immunoglobulinen. Er wordt eveneens aangenomen dat het gehalte aan antistoffen een belangrijke bijdrage levert aan de virale veiligheid. Er wordt sterk aanbevolen om elke keer dat HEPACAF aan een patiënt wordt toegediend, de naam en het lotnummer van het product te registreren om een link te behouden tussen de patiënt en het lot van het product. 4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie Interacties met levend verzwakte vaccins De toediening van immunoglobulinen kan de doeltreffendheid van een vaccinatie met een levend verzwakt virus, zoals mazelen, bof, rubella, varicella, voor een periode van 6 weken à 3 maanden verminderen. Na de toediening van humane hepatitis B immunoglobuline is het aan te raden 3 maanden te wachten alvorens de patiënt te vaccineren met levend verzwakte virussen. Humane hepatitis B immunoglobulinen zouden drie tot vier weken na vaccinatie met een dergelijk verzwakt levend vaccin dienen te worden toegediend. Als toediening van humane hepatitis B immunoglobulinen noodzakelijk is binnen drie tot vier weken na vaccinatie, dient men drie maanden na de toediening van humane hepatitis B immunoglobulinen een hervaccinatie uit te voeren. - 4 -

Interferenties met serologische testen Na toediening van dit preparaat kunnen de antilichaamtiters door passieve overdracht tijdelijk stijgen en zo leiden tot vals positieve serologische resultaten. Passieve transmissie van antilichamen naar antigenen van erytrocyten, bijv. A, B, D kunnen interfereren met bepaalde serologische testen voor antilichamen van rode bloedcellen (bijv. Coombs test). 4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding De veiligheid van HEPACAF bij gebruik tijdens de zwangerschap is niet vastgesteld in gecontroleerd klinisch onderzoek en men moet derhalve voorzichtig zijn bij de toediening aan zwangere vrouwen en moeders die borstvoeding geven. Langdurige klinische ervaring met immunoglobuline wijst er op dat er geen schadelijke effecten op het verloop van de zwangerschap, bij de foetus en bij het pasgeboren kind te verwachten zijn. Immunoglobulinen zijn normale bestanddelen van het humane plasma: deze worden in de moedermelk uitgescheiden en zouden bij het pasgeboren kind geen ongewenste reactie moeten veroorzaken. 4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen Er werden geen effecten waargenomen op de rijvaardigheid en de bekwaamheid om machines te gebruiken. 4.8 Bijwerkingen Er zijn geen robuuste gegevens uit klinische studies betreffende de frequentie van ongewenste effecten. De volgende ongewenste effecten werden vermeld: Algemene aandoeningen zoals rillingen, koorts, hoofdpijn, braken, allergische reacties, nausea, arthralgie en lichte rugpijn kunnen soms optreden. In zeldzame gevallen kan humane normale immunoglobuline een plotse daling van de bloeddruk veroorzaken en in enkele uitzonderlijke gevallen een anafylactische shock, zelfs indien de patiënt bij vorige toediening geen overgevoeligheid vertoonde. Tijdens preventieve behandeling van herinfectie bij transplantaat kunnen zeer zeldzame gevallen van intolerantiereacties in verband staan met een toename van het interval tussen twee toedieningen. Voor veiligheid betreffende infectieuze agentia zie 4.4. Melding van vermoedelijke bijwerkingen - 5 -

Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico s van het geneesmiddel voortdurend worden gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg worden verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden aan : Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten Afdeling Vigilantie EUROSTATION II Victor Hortaplein 40/40 B-1060 Brussel Website : http://www.fagg.be e-mail : adversedrugreactions@fagg-afmps.be 4.9 Overdosering Tot op heden zijn er geen gevallen van overdosering waargenomen. 5. FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN 5.1 Farmacodynamische eigenschappen Farmacotherapeutische groep: specifieke intraveneuze immunoglobulines tegen hepatitis B. ATC code: JO6BB04. HEPACAF bevat vooral immunoglobuline G (IgG) met een specifiek hoge spiegel aan neutraliserende antilichamen tegen het hepatitis B virus oppervlak antigeen (HBs). 5.2 Farmacokinetische eigenschappen Aangezien dit preparaat intraveneus wordt toegediend, is de biologische beschikbaarheid 100%; de plasmaconcentratie stemt overeen met de toegediende dosis. Het preparaat verdeelt zich relatief vlug over plasma en extravasculair vocht. Na ongeveer 3 tot 5 dagen wordt een evenwicht bereikt tussen intra- en extravasculaire compartimenten. De halfwaardetijd van de HEPACAF bij gezonde vrijwilligers bedraagt 21 ± 4 dagen. Deze halfwaardetijd kan variëren van patiënt tot patiënt, vooral bij primaire immunodeficiëntie. IgG en IgG-complexen worden afgebroken in de cellen van het reticulo-endotheliaal systeem. 5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek De preklinische veiligheidsgegevens suggereren dat HEPACAF vrij is van mutagene activiteit in de Ames-test. - 6 -

6. FARMACEUTISCHE GEGEVENS 6.1 Lijst van hulpstoffen Samenstelling gelyofiliseerd preparaat: per fles Anti-hepatitis B immunoglobulinen (min. 5000 I.E.) 4,8 g - Glucose monohydraat - Glycine - Saccharose. Samenstelling oplosmiddel: per fles Water voor injecties 100 ml. 6.2 Gevallen van onverenigbaarheid Dit geneesmiddel mag niet worden gemengd met andere geneesmiddelen. 6.3 Houdbaarheid 3 jaar. Er wordt aangeraden het product onmiddellijk na reconstitutie te gebruiken. Echter werd de physico-chemische stabiliteit voor 24 uur op +25 C aangetoond. Het preparaat op de aangegeven wijze bewaard is houdbaar tot de datum die op de verpakking wordt vermeld. De uiterste gebruiksdatum stemt overeen met de eerste dag van de maand die op de verpakking gedrukt staat na de letters EXP (maand/jaar). 6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren Bewaren in de koelkast (2 C - 8 C). Bewaren in de oorspronkelijke verpakking, ter bescherming tegen licht. Niet in vriezer bewaren. 6.5 Aard en inhoud van de verpakking Poeder in (type II glazen) fles + 100 ml oplosmiddel in (type II glazen) fles, met stoppers (halobutyl) + 1 transfersysteem voorzien van een steriliserende filter (15 µm) doos van 1. 6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies Oplossen van het concentraat: Flacons uit de koelkast nooit onmiddellijk gebruiken. De gebruikelijke regels van asepsis dienen te worden gevolgd. - Breng de twee flessen (poeder en solvent) op kamertemperatuur. - Verwijder de beschermcapsule van de fles met solvent (water voor injecties) en van de fles met poeder. Desinfecteer het oppervlak van elke stop. - 7 -

- Verwijder de beschermdop van de naald van het transfersysteem en steek de naald in het midden van de rubberen stop van de fles met oplosmiddel met een draaiende beweging. - Verwijder vervolgens de tweede beschermdop aan de andere kant van het transfersysteem. Houd de twee flessen horizontaal met het luchtroostertje naar boven gekeerd en steek in een vlotte en snelle beweging de naald in het midden van de rubberen stop van de fles met poeder. Let er op dat de naald hierbij steeds ondergedompeld blijft in het water om te voorkomen dat het vacuüm vroegtijdig zou verdwijnen. - Plaats dan onmiddellijk het geheel verticaal met de fles met solvent recht boven de fles met poeder zodat het solvent kan overlopen naar het poeder. Zwenk tijdens de transfer de fles zodanig dat de vloeistofstraal over het ganse oppervlak aan poeder terechtkomt. Zorg er voor dat alle water voor injecties overloopt naar het lyofilisaat. Op het eind van de transfer verdwijnt het vacuüm automatisch. - Verwijder de lege waterfles samen met het transfersysteem. Los het lyofilisaat verder op door voorzichtig met een draaiende beweging te zwenken (zonder te schudden) om schuimvorming te voorkomen, en dit totdat het lyofilisaat volledig opgelost is. Het in oplossing brengen gebeurt meestal ogenblikkelijk en het product dient binnen de 15 minuten volledig opgelost te zijn. Het opgeloste product moet visueel onderzocht worden ter afwezigheid van partikels. Het uiterlijk van de oplossing kan variëren van helder tot opalescent. Gebruik geen oplossingen die troebel zijn of bezinksel bevatten. Toediening: Het product dient in eenmaal intraveneus onmiddellijk na reconstitutie te worden toegediend. - Verbindt de fles met de gereconstrueerde oplossing aan de toedieningsset. - Het debiet zal aangepast worden in functie van de klinische tolerantie zonder daarbij gedurende het eerste half uur een debiet van 1 ml/kg/uur te overschrijden. Daarna kan het debiet progressief verhoogd worden tot een maximum van 4 ml/kg/uur. Het opgeloste product moet in afwachting van toediening bij kamertemperatuur bewaard worden. Restanten van het opgeloste product dienen overeenkomstig plaatselijke vereisten verwijderd te worden. 7. HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN Centrale Afdeling voor Fractionering bvba Département Central de Fractionnement sprl de Tyraslaan 109, B-1120 BRUSSEL - 8 -

8. NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN BE237361 9. DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/ HERNIEUWING VAN DE VERGUNNING Juni 2002. 10.DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST Herziening: november 2015. Datum van goedkeuring: 07/2016-9 -