EINDWERK ECONOMIE 6 ECWI

Vergelijkbare documenten
EINDWERK ECONOMIE 6 ECMT-ECWI

EINDWERK ECONOMIE 6 ECMT

EINDWERK ECONOMIE 6 ECWI

RICHTLIJNEN EINDWERK ECONOMIE

1 Omslag/voorblad/titelblad. 2 Titelblad

Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een werkstuk op JOMA tweede graad

HANDLEIDING: Zo maak ik een werkstuk.

Richtlijnen schrijven (stage-of afstudeer)verslag

Werkstuk of verslag. de vormvoorschriften

WERKSTUK Taalexpert PRIMO

OPDRACHT 1 Jaarwerk maken over landen

Het profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen:

Een verzorgd rapport. 1 Mogelijke onderdelen van de paper

Eisen en lay-out van het PWS

Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een informatieve PowerPoint op JOMA: tweede en derde graad

Het eindwerkstuk GGCA Schooljaar

Gids bij het opstellen van een masterproef Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

2017/18. Algemene gegevens. Naam:. Klas:. Sector: Werkt samen met: Begeleidend docent:

Faculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)

Het profielwerkstuk

Het eindwerkstuk GGCA Schooljaar

Schrijven: van verslag tot eindwerk do s & don ts

Academisch schrijven. Tips and tricks

Stap 4: Indeling maken

Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een werkstuk op JOMA tweede graad. Voornaam Naam jaar Studierichting Schooljaar 20xx-20xx

Faculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)

Hoe maak ik een werkstuk? Dé werkstukkenwijzer voor het Scala College

Sectorwerkstuk. Kandinsky College. locatie Sint Jorisschool

Overweeg om je profielwerkstuk de vorm van een wetenschappelijk artikel te geven. Hieronder vind je hiervoor aanwijzingen.

Voorpagina met titel

Profielwerkstuk. Kandinsky College. locatie Jorismavo

Verdiepingsopdracht A Het literatuuronderzoek NIVEAU 4

OPDRACHT PERSBERICHT SCHRIJVEN

BEOORDELINGSFORMULIER

Auteursinstructies Tijdschrift voor Compliance

De doelgroep. Wat is eenvoudig schrijven

Bronnen en bronvermelding

INKOMEN PER HOOFD IN BELGIË EN INDIA 1

ACTIEF STUDEREN IN 6 STAPPEN

Huisstijlhandboek OPAC

Tips voor schriftelijke rapportering. Laura Versteele, in samenwerking met Prof. Joris De Schutter Faculteit Ingenieurswetenschappen 20 februari 2013

Maandag 25 april 2010 (net na de Paasvakantie)

Beoordeling paper SAMENVATTING/CONCLUSIE/AANBEVELING

Auteursinstructies Mens en Maatschappij

Checklist Duidelijk Nederlands spreken

informatie profielwerkstuk havo avondlyceum CAL handleiding H

NAAM:... Voornaam:... Klas: 4T... Volgnr.:... Datum:... LEERVAK:Nederlands... Leerkracht:... Gebundelde Controletoets periode Einde schooljaar

Beoordelingsmodel Profielwerkstuk Lyceum Elst Deel 1: onderzoeksvoorstel (havo/vwo)

Project Toegepaste Informatica 4BKa

STAGEPERIODE : OPDRACHT KANTOORTECHNIEKEN

SECTORWERKSTUK

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

AANWIJZINGEN VOOR HET SCHRIJVEN VAN VERHALEN VOOR

Hoe maak ik een sectorwerkstuk? Trivium College locatie Trias

PROFIELWERKSTUKBOEKJE

De Schrijfregels. Christiaan Huygens College Rachmaninowlaan Talencluster

Als je de verwijzing tussen haakjes aan het einde van de zin zet gebruik je een & -teken. Wederom komt de punt pas na de verwijzing.

BEOORDELING PROFIELWERKSTUK VMBO-T Piter Jelles!mpulse

Handleiding schrijven voor Wiki

Verslagen maken. Feenstra & Houter. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

PeMeTRaS. Author: L.K.J. Roos. Personal Medical Tracking and recording software.

Profielwerkstuk Informatie. Vmbo-tl

ATTENTIE: Lees vanaf pagina 4 van dit document zorgvuldig de uitgebreide tekst door over het doel van de eindscriptie en de aanbevolen werkwijze.

Vergeet niet achterin deze opdracht de tips voor lay-out te bekijken!

Richtlijnen verslaglegging

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk?

Auteursrichtlijnen Tijdschrift Vooys Algemeen

HET PROFIELWERKSTUK. 5 HAVO en 6 VWO STELLA MARISCOLLEGE MEERSSEN

Het onderzoeksverslag

Instructie. Werkstuk. Bovenbouw 10 e Montessori de Meidoorn Schooljaar

De kunst van wetenschappelijk schrijven

ONDERZOEKSCOMPETENTIES

Media en creativiteit. Herfst jaar vier Werkcollege 3

Literatuurlijst en bronvermelding

Faculteit Rechten. Universiteit Hasselt. Reglement betreffende de bachelorscriptie (derde bachelor rechten)

Handleiding voor: * spreekbeurt * nieuwskring * leeskring * werkstuk

Hier vertel je wat je hebt gedaan om informatie te vinden. Wat en waar gezocht? Wie geïnterviewd, enz.

Richtlijnen voor de Masterproef (monografie)

Eindwerk 3e jaar 3e graad DBSO (Lay- out) Mathieu Goeminne

Let op! Alles graag getypt in lettergrootte 12, lettertype mag je zelf kiezen.

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

Richtlijnen masterproef: vraagstellingen

AOS docentonderzoek. Rapporteren en presenteren

Redactionele richtlijnen

Referentienota eindwerken Óscar Romerocollege

GIP 7 Kantooradministratie en gegevensbeheer

GiP Opdracht Kantoortechnieken

Bijeenkomst afstudeerbegeleiders. 13 januari 2009 Bespreking opzet scriptie

Schrijfwijzer werkstuk of verslag

Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren

VERWIJZEN NAAR BRONNEN

Het maken van een werkstuk

FICTIEDOSSIER NEDERLANDS LEERJAAR 3 EN 4 BK

BEOORDELING PROFIELWERKSTUK HAVO-VWO Piter Jelles!mpulse

Checklist duidelijk geschreven taal

TULE inhouden & activiteiten Nederlands. Kerndoel 8. Toelichting en verantwoording

Help, ik moet een werkstuk maken!

In LibreOffice een boek schrijven. Handleiding van Helpmij.nl. Auteur: Kate95

Transcriptie:

EINDWERK ECONOMIE 6 ECWI 2014-2015 Rudy De Wever

1. Concrete Opdracht Je kiest: a. ofwel een onderwerp uit de lijst met aangereikte onderwerpen; b. ofwel neem je een zelfgekozen onderwerp na goedkeuring (het onderwerp moet uiteraard wel binnen de economische sfeer liggen); Je maakt over je gekozen onderwerp een zelfgemaakte paper van minimum 15 en maximum 25 pagina s. (Het is de kwaliteit en niet de kwantiteit die telt). Hierin bespreek je de problematiek van je gekozen onderwerp, bekeken vanuit een economische invalshoek. Het is belangrijk dat je uitgaat van recent materiaal en recente cijfers. Het verwerken van bronnen is een belangrijke doelstelling van dit werk. Gebruik de OVUR-methode zoals beschreven in het boek STAPSTENEN. Deze methode bestaat uit 4 fasen: oriënteren, voorbereiden, uitvoeren en rapporteren. In een eerste fase kies en baken je je onderzoeksonderwerp af. Het duidelijk afbakenen van je onderzoek is van essentieel belang, alsook het formuleren van goed gekozen onderzoeksvragen (hoofden bijvragen). In een tweede fase stel je een onderzoeksplan op en bepaal je hoe je je onderzoek zal uitvoeren. Met het uitvoeren wordt het verwerven en kritisch verwerken van je bronnen bedoeld. Ook het beantwoorden van de onderzoeksvragen gebeurt in deze fase. Een laatste fase van de OVUR-methode bestaat erin om op een heldere manier schriftelijk te rapporteren over je onderzoek. Je paper bestaat uit een inleiding, een middenstuk en een besluit. In de inleiding omschrijf je het onderwerp of de probleemstelling van je onderzoek en baken je dit af. Het is belangrijk om de nieuwsgierigheid van de lezer te prikkelen. Vervolgens geef je een bondige toelichting en korte verantwoording van de gebruikte werkwijze die je gevolgd hebt om je onderzoek uit te voeren. Een inleiding bevat tevens een chronologisch overzicht van de structuur van je paper. De inleiding schrijf je dus best pas helemaal op het einde, als de structuur voor jou volledig duidelijk is. Het middenstuk bevat de inhoud van je paper. Probeer je werk een duidelijke structuur te geven, logisch ingedeeld in genummerde en getitelde hoofdstukken, paragrafen en subparagrafen. Titels worden niet onderstreept en worden ingedeeld met decimale indelingstekens. Titels zijn steeds bondig en informatief. Probeer je paper zo zelfstandig mogelijk op te bouwen, schrijf dus niet hele passages klakkeloos over.

In het besluit geef je de voornaamste bevindingen weer (zonder deze opnieuw te bewijzen). Herleid je besluit niet enkel tot een samenvatting van de inhoud, maar geef je persoonlijke visie, je ervaringen opgedaan bij het schrijven van de paper, je toekomstvisie op de behandelde materie. In het besluit komen geen nieuwe elementen aan bod. Het besluit moet begrijpbaar zijn voor iemand die je werk niet heeft gelezen. 2. Vormvereisten Je paper moet afgedrukt worden op A4-formaat (21 x 29,7 cm). Inbinden hoeft niet, maar de bladen moeten wel bijeen gehouden worden met een of ander klemsysteem met een doorzichtige voorflap, waardoor het titelblad van je werk kan gelezen worden. Je geeft je werk ook digitaal af. Volgorde van de inhoud: Gekleurde kaft (dun karton) met naam, titel, schooljaar; Wit blad; (Voorwoord: motivatie van je onderwerpskeuze); Inhoudsopgave met aanduiding van paginanummers; Inleiding; Tekst van de paper; Besluit; (Bijlagen); Bibliografie; Wit blad; Gekleurde kaft. Marges: boven/onder 2 à 3 cm; links 3 à 4 cm (hou rekening met het eventueel inbinden); rechts 2 cm. De bladzijden worden genummerd rechts boven in Arabische cijfers (1, 2,...). De nummering begint bij de inleiding en gebeurt doorlopend tot en met het besluit. Voorwoord en inhoudsopgave worden niet genummerd; de pagina's van de bijlagen worden eveneens niet meer genummerd. Interlinies: normaal 1,5 en tussen twee alinea s 3.

3. Taal en schrijfstijl Verzorg de taal, zorg voor correcte zinsconstructies, maak geen fouten tegen de spraakkunst. Gebruik een nuchtere, sobere taal. Probeer lange zinnen met ingewikkelde constructies te vermijden. Indien het enigszins mogelijk is de onpersoonlijke stijl aanwenden. Vermijd de "ik"-vorm, gebruik in de plaats de "wij"-vorm. Doe een poging om een vlot leesbare tekst te schrijven, d.w.z. schrijf een vloeiende, doorlopende tekst en gebruik zo weinig mogelijk opsommingen in puntjes. De gebruikte spelling is de officiële spelling. Gebruik enkel officieel erkende afkortingen en symbolen. Doe een poging de Nederlandse terminologie te gebruiken, als die bestaat en doorspek je werk niet met anderstalige (Engelse) woorden. Vermijd onderlijnen in de tekst, deze zijn immers vaak overbodige blikvangers. Vermijd overdadig gebruik van voetnoten. Deze worden gebruikt om bijvoorbeeld een extra definitie of vermelding te geven. Het teken waarmee in de tekst naar de voetnoot wordt verwezen, onmiddellijk achter het betrokken woord 1 plaatsen. Voetnoten doorlopend nummeren over heel de tekst. Onderaan links op de bladzijde onder de tekst een volle lijn plaatsen over een kwart breedte van het blad. Onder deze lijn het verwijzingsteken herhalen en erachter de tekst plaatsen. Tabellen en grafieken voorzie je van een duidelijke titel en worden doorlopend genummerd met Arabische cijfers. De bronvermelding is verplicht en gebeurt aan de hand van voetnoten. Bijvoorbeeld: Grafiek 3: Evolutie van de Belgische beroepsbevolking gedurende de periode 2004-2014 2. 4. Bijlagen Bijlagen dienen om achtergrondinformatie weer te geven, die de geïnteresseerde lezer nodig kan hebben. Beperk het aantal bijlagen, en verzorg ze qua vorm. Bijlagen zijn geen stapels kopieën van wetteksten of van slordige, nauwelijks leesbare computeroutputs. De bijlagen worden van het tekstgedeelte gescheiden door een blad met het woord "bijlage(n)" erop. De bijlagen worden doorlopend genummerd met Arabische cijfers (bijlage 1, bijlage 2,...) in de volgorde waarin ernaar verwezen wordt in de verhandeling. In de tekst zelf wordt ook telkens naar de bijlage verwezen met vermelding van het nummer. 1 Onderaan links op de bladzijde onder de tekst een volle lijn plaatsen over een kwart breedte van het blad. 2 http://www.nbb.be

5. Bibliografie De bibliografie is een lijst van alle geraadpleegde bronnen (minimum 10), alfabetisch gerangschikt naar auteur en per auteur chronologisch gerangschikt. Zoek de originele bron op in plaats van een tweedehands-vermelding te gebruiken. Elk werk wordt voluit vermeld volgens strikte afspraken. Indien de auteur niet gekend is, gebruikt je "N.N." (Nomen Nescio) en dit wordt ook opgenomen in de lijst. Adressen van websites vermeld je laatst, eveneens alfabetisch. Meer gedetailleerde informatie over de vormvoorschriften van je bibliografie vind je in het boek STAPSTENEN. 6. Citaten: Bij citaten de tekst letterlijk en volledig overnemen in de oorspronkelijke taal en tussen dubbele aanhalingstekens plaatsen. Het citaat scheiden van de gewone tekst door 2,5 interlinie en typen met één enkele interlinie. De linkerkantlijn laten inspringen over 1 cm, cursief lettertype gebruiken. In de tekst voor het citaat de bron vermelden, nl. naam auteur, jaartal publicatie en paginanummer, vb. (Shapiro, 1986 : p. 20). 7. Afkortingen: Gebruik enkel officieel erkende afkortingen. Wanneer je een letterwoord voor het eerst gebruikt, noteer je tussen haakjes de betekenis. Nadien is het voldoende om het letterwoord te gebruiken. Bijvoorbeeld: WTA (Women Tennis Association)

8. Lijst met aangeboden onderwerpen: Eenheidsstatuut arbeiders en bedienden Economische gevolgen crisis in Oekranië (voor België) Toekomst Volvo Gent? Fiscaal en parafiscaal beleid en werkloosheid Hoge loonkosten: is België nog concurrentieel? Wordt delokalisatie een noodzaak? Vergelijking van vlaktaks met een progressief belastingstelsel Waarom maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)? Invloed van kredietcrisis op MVO Vergelijking monetaire politiek van de ECB en de Federal Reserve (tijdens de crisis) Economische impact van de overheidsschuld Invloed van terrorisme op onze economie De BRIC-landen hebben de economische toekomst? Vergelijking van de 4 (of enkele) BRIC-landen Bespreking van de economie van 1 van de BRIC-landen Twin deficit in de VS (budgettair tekort en tekorten op lopende rekening) De toekomst van kranten, geschreven pers. De Griekse tragedie: oorzaken en gevolgen De euro: voortbestaan onzeker? Euro-obligaties Wat zit er achter het economisch succes van Duitsland? Heeft de secundaire sector nog kansen in België? Intergenerationele rechtvaardigheid en pensioenen Vergrijzing, begroting en arbeidsmarkt Armoede en ongelijkheid (vergelijking België met bv. ontwikkelingslanden of ) Eigen economisch onderwerp (mits goedkeuring)

9. Belangrijke data: Week 20/10-24/10/2014: In de week vóór de herfstvakantie dien je een A4-blad in waarin je meedeelt: onderwerp, afbakening van het onderwerp, reeds gevonden en geraadpleegde bronnen, hoe je tewerk zal gaan om de ontbrekende nodige bronnen te vergaren. (Eventueel een reeds voorlopige inhoudstafel) Week 12/1-16/1/2015: In de tweede week na de kerstvakantie maak je een afspraak om je voortgang te bespreken. Nu moet de structuur en inhoudsopgave grotendeels vastliggen. Opgelet: het opstellen van een logische en goed gestructureerde inhoudstafel is ontzettend belangrijk om een degelijke paper te kunnen schrijven. Maandag 23 maart 2015: Op maandag 23/03/2015 dien je een voorlopige versie van je eindwerk ter verbetering in. Deze versie is nog niet definitief, maar heeft wel al de vorm van je definitieve versie. Een verbetering en de nodige bemerkingen krijgen jullie in de tweede week na de paasvakantie (week 27/04-30/04). Ook je leerkracht Nederlands zal deze versie nalezen, verbeteren en quoteren voor het vak Nederlands. Vrijdag 22 mei 2015: Inlevering definitieve versie.

10. Quotering: Je eindwerk komt op 30% van je eindexamen te staan. Er worden punten gegeven op stiptheid, procesevaluatie (inzet, organisatie, creativiteit, zelfstandigheid), het eindwerk zelf (zowel inhoud, taal als structuur) en een mondelinge toelichting van je eindwerk tijdens het mondelinge examen in juni. EVALUATIECRITERIA PTN TOT 1. PROCESEVALUATIE 20 (Stiptheid, inzet, tussentijdse evaluaties, planning, creativiteit, zelfstandigheid, organisatie, corrigerende vermogen, ) 2. BRONNENONDERZOEK en kritische VERWERKING 20 3. INHOUD 30 (Logische opbouw van gedachtegang, economische relevantie, kwaliteit van de inhoud, diepgang, 4. TEKSTVERWERKING 10 (Lay-out, vormvoorschriften, ) 5. TAAL 20 (Spelling, zinsbouw, vlotheid, structuur,.) 100