peter schols studiemethode Duits volgens het ERK niveau A1 scholar

peter schols studiemethode Duits volgens het ERK niveau A1 scholar

Aussprache de uitspraakregels bij het Duitse alfabet het zelfstandig naamwoord de getallen

1 AUSSPRACHE GRAMMATICA de getallen van 0-20 0 null [noel] 1 eins [aains] 2 zwei [tsvaai] 3 drei [draai] 4 vier [fier] 5 fünf [fuunf] 6 sechs [zeks] 7 sieben [zie-ben] 8 acht [acht] 9 neun [noin] 10 zehn [tseen] 11 elf [elf] 12 zwölf [tsveulf] 13 dreizehn [draai-tseen] 14 vierzehn [fier-tseen] 15 fünfzehn [fuunf-tseen] 16 sechzehn [zech-tseen] 17 siebzehn [ziep-tseen] 18 achtzehn [ach-tseen] 19 neunzehn [noin-tseen] 20 zwanzig [tsvan-tsiech] AUFGABE 1.11 de getallen van 0-20 (CD-08) Luister naar de CD en vul de getallen in. Je hoort elke zin 2 keer. Tussen de 1e en de 2e keer is er een korte pauze. 1. Ich heiße Jana, bin Jahre alt und wohne in der Bachstraße Nr., Postleitzahl in München. 2. Die Landesvorwahl für die Niederlande ist und bei der Ortsvorwahl müssen Sie die weglassen. 3. Das Frühstück im Hotel ist von bis Uhr; die Rezeption ist bis Uhr abends geöffnet. 4. Mal sehen: Tee, Kaffee Wein und Bier, das macht zusammen Euro, bitte. 5. Es ist jetzt Uhr, Minuten und Sekunden. 6. Sie können uns erreichen während Bürozeiten von bis Uhr unter der Nummer. 7. Der Flug aus London, Flugnummer BA, Ankunftszeit Uhr, hat eine Verspätung von Minuten. 8. Bitte machen Sie jetzt Übung auf Seite. Sie haben dafür Minuten Zeit. 9. Meine Festnetznummer ist und meine Handynummer ist. 10. Wir treffen uns dann um Uhr am Bahnhof. Der Zug fährt um Uhr ab Gleis b. 20

AUSSPRACHE 1 AUFGABE 1.12 de uitspraak: j, k, l, m, n, o/oo, p (CD-09) Lees eerst de uitspraakregels over de letters j, k, l, m, n, o/oo en p. Kruis dan in de woordenlijst de juiste uitspraak aan. Luister tot slot naar de CD, spreek de woorden na en controleer of de kruisjes op de juiste plek staan. j [ jot ] k [ khaa ] l [ el ] m [ em ] n [ en ] o/oo das Jahr kennen [k(h)ennen] London der Monat die Niederlande Holland/Boot o/oo kort lang vol voll de telefoon das Telefon kosten kosten de zoon der Sohn van von het oosten der Osten de zon die Sonne het brood das Brot de poort das Tor k [khaa] (krachtig uitspreken!) het kind das Kind [khint] Karin Karin [khaa-rin] p [phee] (krachtig uitspreken!) Parijs Paris [phaa-ries] Peter Peter [phee-ter] o/oo [oo] lang uitgesproken bij dubbele klinker de boot das Boot als 1 medeklinker volgt Tirol Tirol [thie-rool] als er een "h" volgt jawel jawohl [jaa-vool] einde lettergreep of de ober der Ober woord per nacht pro [proo] Nacht kort uitgesproken als er een dubbele medeklinker volgt het dorp das Dorf bij éénlettergrepige woordjes van von [fon] 21

2 Erste Kontakte AUFGABE 2.7 een sms Lesen Sie die SMS und kreisen Sie die richtige Antwort ein. Lees het sms-je en omcirkel het juiste antwoord. 1. Habe ein paarmal versucht, dich anzurufen. a b c Ik heb je enkele keren verzocht, te bellen. Ik heb enkele keren geprobeerd, je te bellen. Ik heb enkele keren een oproep naar je gestuurd. 2. Hast dein Handy wohl ausgemacht. a Je hebt je gsm waarschijnlijk uit staan. b Je hebt je er handig langs gemaakt. c Je heb je gsm wellicht uitgeleend. 3. Darum schicke ich dir diese SMS. a Daarom stuur jij mij dit sms-je. b Daarom schikt jou dit sms-je. c Daarom stuur ik jou dit sms-je. Hallo lieber Bart, habe ein paarmal versucht, dich anzurufen. Hast dein Handy wohl ausgemacht. Darum schicke ich dir diese SMS. Habe gerade den Bus um 18.00 Uhr verpasst :( Nächster Bus kommt erst um 19.00 Uhr. Bin also eine Stunde später im Restaurant. Tut mir leid! Viele Grüße Werner Beispiel (voorbeeld): Hallo lieber Bart, a. Hallo lieve Bart, b. Hallo beste Bart, c. Hallo liefste Bart, 4. Habe gerade den Bus um 18.00 Uhr verpasst. 5. Nächster Bus kommt erst um 19.00 Uhr. a b c a b c De bus van 18.00 uur is niet gekomen. Ik heb net de bus van 18.00 uur gemist. De bus is 18 minuten te laat. De volgende bus komt pas om 19.00 uur. De volgende bus komt eerder dan 19.00 uur. De volgende bus komt pas over 19 minuten. 6. Bin also eine Stunde später im Restaurant. a Ik ben om 1 uur in het restaurant. b Ik ben 1 uur later in het restaurant. c Ik weet, dat je al 1 uur in het restaurant bent. 7. Tut mir leid! a. Het spijt me! b. Doe me leed! c. Is geen probleem! 42

Erste Kontakte 2 GRAMMATICA het bezittelijk voornaamwoord In hoofdstuk 1 (blz. 14) hebben we gesproken over het zelfstandig naamwoord. Dat is een woord, waar je een lidwoord [ de, het of een ] vóór kunt plaatsen. In het Duits staat het lidwoord: [ der ] vóór een mannelijk zelfstandig naamwoord (m) [ die ] vóór een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (v) [ das ] vóór een onzijdig zelfstandig naamwoord (o) [ die ] vóór een zelfstandig naamwoord in het meervoud (mv) - [ der ] Mann - [ die ] Frau - [ das ] Haus - [ die ] Touristen Vóór zelfstandige naamwoorden kunnen ook bezittelijke voornaamwoorden staan. Dat zijn de woorden: mijn, jouw, zijn, haar, ons/onze, jullie, hun en uw. In het Duits is dat vóór een mannelijk zelfstandig naamwoord (m) een vrouwelijk zelfstandig naamwoord (v) een onzijdig zelfstandig naamwoord (o) een zelfst. naamwoord in het meervoud (mv) - mein, dein, sein, ihr, unser, euer, ihr, Ihr - meine, deine, seine, ihre, unsere, euere, ihre, Ihre - mein, dein, sein, ihr, unser, euer, ihr, Ihr - meine, deine, seine, ihre, unsere, euere, ihre, Ihre AUFGABE 2.8 het bezittelijk voornaamwoord Lernen Sie die Grammatik, kreisen Sie die richtige Form ein, übersetzen Sie und lernen Sie die Sätze NL-D. Leer de grammatica, omcirkel de juiste vorm, vertaal en leer de zinnen Nederlands-Duits. mein/meine 1. Mijn woonplaats (m) is... (vul zelf in!) Mein Wohnort ist... ihr/ihre 2. Is haar adres (v) Beekstraat 10b? sein/seine dein/deine mein/meine unser/unsere sein/seine mein/meine ihr/ihre Ihr/Ihre euer/eu(e)re sein/seine unser/unsere 3. Zijn voornaam (m) is Werner. 4. Jouw telefoonnummer (v) heb ik niet. 5. Mijn gsm (o) is weer kapot. 6. Ons huis (o) is niet groot. 7. Zijn tante woont in Dortmund. 8. Mijn hobby s (mv) zijn lezen en zingen. 9. Is hun moedertaal (v) Duits? 10. Is uw woonplaats (m) Salzburg? 11. Ik ken jullie vrienden (mv). 12. Zijn vader (m) heet Anton. 13. Onze voornamen (mv) zijn Kim en Eefje. mein/meine 14. Mijn mobiele nummer is 0654738211. ihr/ihre 15. Woont haar oom in Aken? 43

2 Erste Kontakte AUFGABE 2.11 taalpuzzel Lesen Sie die Sätze 1 bis 13. Ergänzen Sie die deutschen Wörter in dem Sprachrätsel. Viel Spaß! Lees de zinnen 1 tot en met 13. Vul de Duitse woorden in de taalpuzzel in. Veel plezier! 1. Wenn man etwas nicht darf, dann nennt man das ein.... 2. Ein anderes Wort für du sagen. 3. Wenn man schlafen geht, sagt man: Gute.... 4. Mit diesem sehr kleinen Apparat kann man kommunizieren. 5. Wo man wohnt; also ein Wort für: Straße, Postleitzahl, Wohnort. 6. Ein großer Wohnort ist eine.... 7. Sie lernen mit diesem Buch viel über die deutsche.... 8. Das schenkt man Personen, die gerne Bücher lesen. 9. Welches Wort fehlt hier? ich, du, er,..., es. 10. Ein anderes Wort für Sie sagen. 11. An diesem Tag haben die meisten Leute frei, um etwas zu feiern. 12. Man kann per E-Mail oder per... kommunizieren. 13. Das sagt man, wenn man eine Person am Nachmittag begrüßt. 1. V 2. D 3. N 4. H 5. A 6. S 7. S 8. L 9. S 10. S 11. F 12. T 13. G Lösung: 46

Erste Kontakte 2 AUFGABE 2.12 idioom Ergänzen Sie die Wörterlisten. Lernen Sie die linke Liste NL - D und die rechte Liste D - NL. Vul de woordenlijsten in. Leer het linkerrijtje Nederlands - Duits en het rechterrijtje Duits - Nederlands. Nederlands achternaam, de bladzijde, de bus, de goedemiddag goedemorgen goedenavond goedendag heten hoe houden van jasje, het kamer, de knop, de later let op! mantel, de moedertaal, de mogen Oostenrijk oud parkeren proberen reizen spijt hebben straat, de sturen toerist, de uur, het (tijdsduur) voornaam, de vriend, de waar waar vandaan wat wie wonen zeggen Duits Duits Nederlands also Alter, das anfassen anrufen Antwort, die ausfüllen Beispiel, das Beruf, der buchstabieren duzen einkreisen (in tekst) erst Feiertag, der gerade Handy, das Liebe(r) (aanhef sms) Postleitzahl, die siezen übermorgen Übung, die Unterrichtsstunde, die Wohnort, der zeigen 47

2 Toets - Erste Kontakte H2 TOETS 8 berichten op (ansicht-)kaarten... /... p Lesen Sie die Texte auf den Karten und schreiben Sie (auf Niederländisch) unter die Karte, was da steht. Lees de teksten op de kaarten en schrijf (in het Nederlands) onder de kaart, wat er staat. 1. 2. 3. 4. 5. H2 TOETS 9 een sms-berichtje... /... p Lesen Sie die SMS und kreuzen Sie an: richtig oder falsch. Lees het sms-je en streep aan: goed of fout. 1. Arnold en Esther hadden iets afgesproken. goed fout 2. Arnold is om 20.00 uur in het casino. goed fout 3. Arnold wil naar een latere voorstelling. goed fout 4. De film duurt 2 uur. goed fout Liebe Esther, ich kann leider nicht wie verabredet um 20.00 Uhr im Kino sein. Können wir vielleicht zu einer späteren Vorstellung gehen? Ich glaube, dass der Film auch noch 2 Stunden später läuft. Kannst du vielleicht mal nachfragen? Grüße Arnold 5. Esther vraagt, of Arnold wil informeren. goed fout 68

Erste Kontakte - TOETS 2 H2 TOETS 10 info over popgroepen en concerten... /... p Lesen Sie die Information und kreuzen Sie die richtige Antwort an. Lees de informatie en streep het juiste antwoord aan. 1. Waar is het extra optreden van Silbermond? 2. Wanneer treedt de band Söhne Mannheims op? 3. In welke taal zingt de Duitse groep Silbermond? a b c a b c a b c in Erfurt in Magdeburg in Zwickau in februari in maart in mei in het Duits in het dialekt in het Engels Konzerte & JUMP Events R.E.M. Around The Sun R.E.M.-Tour 13. Februar Leipzig AUSVERKAUFT Arena Leipzig (35,75 Euro) 1. Juni Magdeburg Auf dem Domplatz (34,50 Euro) 4. Wat voor soort nummers speelt Silbermond? 5. Wat wordt gezegd over hun muziek? a b c a b c eigen werk covers voor hen geschreven traditioneel eenvoudig eigenwijs 29. Juni Dresden Elbufer (36,75 Euro) Tickets: www.ticketgalerie.de Homepage: www.r-e-m.de Silbermond & Gäste 28. Januar Erfurt Thüringenhalle (21,10 Euro) SILBERMOND & GÄSTE Ehrlich - gerade - unverkrampft: Silbermond rockt das Land! Sie hat sich in den letzten Jahren mit ihrer deutschsprachigen, melodischen und vor allem selbst geschriebenen Rock-Musik live bereits eine treue Fangemeinde erspielt. Und schnell ist zur Freude der Fans ihr erstes Album Verschwende deine Zeit erschienen. Ihre Musik passt nicht in eine bestimmte Kategorie. Wer hört, wird feststellen: Silbermond ist eigenständig und gewiss auch provokant. Silbermond bringt ihr Lebensgefühl genau auf den Punkt: Der Sprung hinein ins Leben. Schule fertig, weg von zu Hause, jede Menge neue Erfahrungen, Herzklopfen und Herzschmerzen, alle Türen stehen offen. NEUER TERMIN UND ORT!!! 15. Februar Magdeburg AMO (25,00 Euro) 29. April Zwickau Neue Welt (20,50 Euro) 1. Mai Dresden Alter Schlachthof (26,50 Euro) Tickets: www.undercover-net.de Homepage: www.silbermond.de Söhne Mannheims 14. März Chemnitz Arena (20,00 Euro) Tickets: www.ticketgalerie.de Homepage: www.soehne.de 69

3 Reisen AUFGABE 3.18 kaartje kopen voor openbaar vervoer - de trein Lesen Sie die Sätze und schreiben Sie diese Sätze in die richtige Reihenfolge auf. Lees de zinnen en schrijf deze zinnen in de juiste volgorde op. Die Abfahrt ist um 11.58 Uhr, ab Gleis 7. Ach ja, Sie müssen in Hannover umsteigen. Die Reise nach Berlin dauert 4 Stunden und 3 Minuten. Vielen Dank für die Information, auf Wiedersehen. Wann und wo fährt der Zug ab? Wie lange dauert die Fahrt nach Berlin? Gern geschehen, angenehme Fahrt! Einfach oder hin und zurück? Und was bedeutet: umst. Hannover? Guten Tag, ich möchte eine Fahrkarte nach Berlin, bitte! Zweite Klasse, bitte. Und was kostet das? Das kostet 92,75 Euro, bitte! Hin und zurück, bitte! Guten Tag! Sie wünschen, bitte? Möchten Sie erste oder zweite Klasse reisen? 1. Guten Tag! Sie wünschen, bitte? 2. 3. 4. Hin und zurück, bitte! 5. 6. 7. 8. Wie lange dauert die Fahrt nach Berlin? 9. 10. Wann und wo fährt der Zug ab? 11. 12. Und was bedeutet: umst. Hannover? 13. 14. 15. 92

Reisen 3 GRAMMATICA hebben en zijn en het voltooid deelwoord (2) Let op! Er zijn ook werkwoorden die bij het voltooid deelwoord géén 'ge-' hebben! werkwoorden die eindigen op -ieren reservieren: Wir haben ein Zimmer reserviert. werkwoorden die beginnen met be-, ge-, besuchen: Ich habe gestern meine Tante besucht. er-, ver-, zerhaben (hebben) - gehabt sein (zijn) - gewesen o.t.t. o.v.t. o.t.t. o.v.t. ich habe hatte ich bin war du hast hattest du bist warst er/sie/es hat hatte er/sie/es ist war wir haben hatten wir sind waren ihr habt hattet ihr seid wart sie/sie haben hatten sie/sie sind waren Het voltooid deelwoord bij de zwakke werkwoorden: -t/-et bij de sterke werkwoorden: -en buchen - gebucht warten - gewartet sehen - gesehen lesen - gelesen reden - geredet öffnen - geöffnet helfen - geholfen essen - gegessen AUFGABE 3.19 hebben en zijn en het voltooid deelwoord Kijk of een werkwoord zwak of sterk is, welke tijd gevraagd wordt en schrijf dan de juiste werkwoordsvorm op. beantworten beantwortete beantwortet gehen ging gegangen abfahren fuhr ab abgefahren ausfüllen füllte aus ausgefüllt kommen kam gekommen telefonieren telefonierte telefoniert 1. Warum (hebben, o.t.t) du heute meine E-Mail nicht (beantwoorden, volt. deelw.)? 2. Wir (hebben, o.t.t.) bei der Party viel Spaß (hebben, volt. dw.). 3. (Zijn o.v.t.) ihr vorige Woche mit Freundinnen in Frankfurt? 4. Gestern Abend (zijn, o.t.t.) Elise spät nach Hause (gaan, volt. dw.). 5 (Zijn, o.t.t.) du mal in Deutschland (zijn, volt.dw.)? 6. Der Zug (zijn, o.t.t.) leider schon (vertrekken, volt. deelw.). 7. (Hebben, o.t.t.) ich das Formular richtig (invullen, volt. dw.)? 8. Wann (zijn, o.t.t) ihr nach Hause (komen, volt. dw.)? 9. Deine Freunde (hebben, o.v.t.) gestern lange (telefoneren)! 93

3 Reisen AUFGABE 3.20 kaartje kopen voor openbaar vervoer - de trein Übersetzen Sie das Gespräch von Aufgabe 3.18 D - NL. Danach üben Sie das Gespräch mit einem Partner NL - D. Vertaal het gesprek van opdracht 3.18 Duits - Nederlands. Daarna oefen je het gesprek met een partner NL - D. 1 Guten Tag! Sie wünschen, bitte? Goedendag, u wenst? 2 Guten Tag, ich möchte... Goedendag, ik wil graag... 3 4 Hin und zurück, bitte! 5 6 7 8 Wie lange dauert die Fahrt nach Berlin? 9 10 Wann und wo fährt der Zug ab? 11 12 13 14 15 AUFGABE 3.21 schrijfvaardigheid en oefenzinnetjes voor het mondeling Schreiben Sie auf, wie man das auf Deutsch sagt. Achten Sie darauf, was Sie großschreiben müssen. Schrijf op hoe je dit in het Duits zegt. Let erop, wat je met een hoofdletter moet schrijven. Hoe vraag je: of het concert op (am) vrijdag 12 maart is? of dit (dies) de autosnelweg naar Bonn is? waar een tankstation is? hoe het weer morgen in Stuttgart is? waar het treinstation is? wanneer de trein naar Leipzig rijdt? waar spoor 7b is? of de trein naar Mannheim al vertrokken is? waar je een treinkaartje kunt kopen? 94

W W Reisen 3 AUFGABE 3.22 een eenvoudige e-mail Lesen Sie die E-Mail und übersetzen Sie oder kreisen Sie das richtige Wort ein. Danach schreiben Sie die E-Mail ab. Lees de e-mail en vertaal of omcirkel het juiste woord. Daarna schrijf je de e-mail over. W W Neue E-Mail Posteingang Gesendet Gelöscht WEBMAIL (Beste) Thomas, Wie (gaat het) dir? Ich (hebben, o,t.t) deine E-mail / E-Mail heute Morgen gelesen. Schön / Schon, dass du mich nächste Woche/woche (bezoeken, o.t.t)! Wie du (schrijven, o.t.t.), (komen, o.t.t.) du am / um Freitag, 18 / 18. Mai mit dem Zug. Im / Auf Internet bei www.bahn.de (staan, o.t.t.), dass die / der Ankunftszeit auf Spur / Gleis 9a um/am 11.15 Uhr ist. Ich (wachten, o.t.t.) da auf dich. Und (nemen, o.t.t.) du auch ein bisschen gutes / gut Wetter mit ;-)? Bis bald / gleich! (Groetjes) Boris Neue E-Mail Posteingang Gesendet Gelöscht WEBMAIL 95

die Stadt 4 AUFGABE 4.6 telefoongesprek over hotelreservering (CD-32) Lesen Sie die Fragen, hören Sie dann die Gespräche und kreuzen Sie an: a, b oder c. Sie hören die Texte nur einmal. Lees de vragen, luister naar de gesprekken en streep aan: a, b of c. Je hoort de teksten slechts één keer. 1a Wat wil de gast reserveren? a een 1-persoonskamer b een 2-persoonskamer c twee kamers naast elkaar 1b De gast wil een kamer voor... a 1 nacht. b 2 nachten. c 3 nachten. 1c De kamerprijs van 65,- p.p. is incl.... a huisdier (de hond). b ontbijt. c halfpension. 1d Het mobiele nummer is... a 06-63224511. b 06-63225411. c 06-36224511. 2a Op welke datum en voor welke datum a op 24 juni en voor 29 juni reserveert de gast een kamer? b op 28 juni en voor 29 juni c op 29 juni en voor 30 juni 2b Wat is het nummer van de kamer die a 80 het hotel voor de gast reserveert? b 139 c 249 2c De hotelkamer heeft airco en de badkamer a een bad en een douche. heeft... b een bad. c een douche. 2d De kamerprijs is inclusief... a ontbijt. b halfpension. c volpension. 121