Lerarenopleiding Frans Curriculumoverzicht leerjaar 1 t/m 4

Lerarenopleiding Frans Curriculumoverzicht leerjaar 1 t/m 4 (CROHO-nr. 35196) Variant dagopleiding - 2013-2014 Schematisch beeld van het opleidingsmodel: Curriculum Bachelor 2010 (BA2010) Kenmerken: 1. Programma vanaf cohort september 2010 (dagopleiding) 2. Indeling van het curriculum in: a. Een beroepsvoorbereidende leerlijn b. Een werkervaring, reflectie en onderzoek leerlijn c. Een opleidingsspecifieke leerlijn 3. Gebaseerd op de kennisbasis ( en opleidingsspecifiek) 4. Plaats van de minors in het programma (een opleidingsgebonden minor in het tweede leerjaar) 5. Introductie van leerwerktaken. 6. Onderwijseenheden te herkennen aan de plaats van het streepje op positie 3 in de code: EN- Dagopleiding 1

Aan deze beschrijvingen kunnen geen rechten worden ontleend. Kijk voor de vastgelegde tekst in Educator. Zie voor de literatuur de aparte literatuurlijst Dagopleiding 2

sopgave Propedeuse... 5 Beroepsvoorbereidende leerlijn... 5 Onderwijskunde 1... 5 Onderwijskunde 2... 7 Drama 1... 8 Werkervaring, reflectie en onderzoek leerlijn... 9 Studieloopbaanbegeleiding 1A... 9 Studieloopbaanbegeleiding 1B... 10 Leerwerkstage 1... 11 Opleidingsspecifieke leerlijn... 12 Vakdidactiek Frans 1... 12 Cours pratiques 1... 13 Compréhension et expression 1... 14 Compréhension et expression 2... 15 Compréhension et expression 3... 16 Compréhension et expression 4... 17 Grammaire 1... 18 Grammaire 2... 19 Civilisation 1... 20 Linquistique 1... 21 Linquistique 2... 22 Littérature 1... 23 Postpropedeuse... 24 Beroepsvoorbereidende leerlijn... 24 Onderwijskunde 3... 24 Onderwijskunde 4... 25 Onderwijskunde 5... 26 Drama 2... 27 Drama 3... 28 Levensbeschouwelijke oriëntatie 1... 29 Levensbeschouwelijke oriëntatie 2... 30 Werkervaring, reflectie en onderzoek leerlijn... 31 Studieloopbaanbegeleiding 2... 31 Studieloopbaanbegeleiding 3... 32 Studieloopbaanbegeleiding 4... 33 Leerwerkstage 2A... 34 Leerwerkstage 2B... 36 Leerwerkstage 2 Onderzoek... 38 Leerwerkstage 2 Internationalisering... 39 Leerwerkstage 3... 40 Opleidingsspecifieke leerlijn... 42 Vakdidactiek Frans 2... 42 Cours pratiques 2... 44 Cours pratiques 3... 46 Cours pratiques 4... 47 Cours pratiques 5... 49 Compréhension et expression 5... 51 Compréhension et expression 6... 52 Dagopleiding 3

Compréhension et expression 7... 53 Compréhension et expression 8... 54 Compréhension et expression 9... 56 Civilisation 2... 57 Linguistique 3... 58 Littérature 2... 59 Littérature 3... 60 Littérature 4... 61 Français Langue Étrangère 1... 62 Français Langue Étrangère 2... 64 Séjour à l étranger... 66 Afstudeerfase... 67 Chef d oevre... 67 Afstudeerstage... 68 Afstudeeronderzoek... 70 toets startbekwaamheid Frans... 71 Dagopleiding 4

Propedeuse Beroepsvoorbereidende leerlijn Onderwijskunde 1 Verkorte naam: EN-VO-ONWK1.V.12 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Onderwijskunde/pedagogiek 1 Na afronding van deze onderwijseenheid, heeft: 1. de student kennis over het ontstaan van het Nederlands onderwijssysteem en hoe het onderwijssysteem tegenwoordig functioneert. 2. de student zichzelf georiënteerd in de verschillende taken of rollen die een docent in het onderwijs heeft (mentor, vakdocent, management, ondersteunend e.d.). 3. de student heeft een basisinzicht in de belangrijkste leertheorieën en kan deze op een eenvoudige manier toepassen. 4. de student een missie en visie gemaakt voor een onderwijsorganisatie. Zie voor een specifieke uitwerking van de doelstellingen de toetsmatrijs OWK1 in de elektronische leeromgeving. Dit is de eerste beroepsondersteunende onderwijseenheid die studenten krijgen binnen de opleiding tot docent. Juist bij aanvang van een opleiding tot leraar is het van groot belang dat de student zich bewust wordt van wat de rol van docent (precies) inhoudt. De student leert de schoolorganisatie kennen, het Nederlandse onderwijssysteem en leert enkele basisbegrippen rondom het 'leren leren' van de leerlingen. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Opdracht 1 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.1 Het concept 'leren' (GEN_1.1) 1.2 Visies op leren (GEN_1.2) 1.3 Cognitie, werking van de hersenen en leren (GEN_1.3) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.1 Model didactische analyse (GEN_2.1) 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen (GEN_2.2) 2.3 Vormgeving van leerprocessen (GEN_2.3) 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen (GEN_2.4) 5. Leerlingen met speciale behoeften (GEN_5) 5.1 Leerlingbegeleiding in de school (GEN_5.1) 5.2 Passend onderwijs voor iedereen? (GEN_5.2) Dagopleiding 5

6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) 6.4 Onderwijsvisie en ethiek (GEN_6.4) 7. Nederlands onderwijssysteem (GEN_7) 7.1 Nederlands onderwijsstelsel (GEN_7.1) 7.2 Onderwijsconcepten (GEN_7.2) 7.3 De school als organisatie: structuur en cultuur (GEN_7.3) vak Dagopleiding 6

Onderwijskunde 2 Verkorte naam: EN-VO-ONWK2.V.12 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Onderwijskunde 2 Na afronding van deze onderwijseenheid: 1. weten de studenten welke vijf rollen succesvolle docenten laten zien en kunnen ze deze rollen toepassen in hun eigen onderwijspraktijk. 2. hebben de studenten inzicht en vaardigheden in klassenmanagement. 3. hebben de studenten kennis van en inzicht in groepsdynamica en interactieprocessen. 4. hebben de studenten een basisinzicht in de ontwikkelingspsychologische grondbeginselen. De doelen en de e kennisbasis zijn nader uitgewerkt in de toetsmatrijs ONWK2. Deze onderwijseenheid heeft als thema orde houden en klassenmanagement. Er wordt er ingegaan op het effectief docentgedrag en hoe de wisselwerking is met leerlinggedrag. Hierbij wordt ingegaan op groepsdynamische processen en interactiepatronen in de klas. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier 67 Hoger of gelijk aan 5.5 Opdracht 33 Hoger of gelijk aan 5.5 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.5 Begeleiden van leerprocessen (GEN_2.5) 3. Communicatie, interactie en groepsdynamica (GEN_3) 3.1 Communicatiemodellen (GEN_3.1) 3.3 Groepsdynamica (GEN_3.3) 4. Ontwikkeling van de adolescent (GEN_4) 4.1 Identiteitsontwikkeling van de adolescent (GEN_4.1) 5. Leerlingen met speciale behoeften (GEN_5) 5.2 Passend onderwijs voor iedereen? (GEN_5.2) 8. Pedagogisch kwaliteit (GEN_8) 8.2 Doel, arrangement en voorwaarden in de pedagogiek (GEN_8.2) vak Dagopleiding 7

Drama 1 Verkorte naam: EN-VO-DRA1.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Drama 1 Studenten: - zijn zich bewust van de signalen, die zij met hun non-verbale communicatie uitzenden - kunnen non-verbale signalen van anderen herkennen en interpreteren en kunnen hun eigen nonverbale communicatie doelbewust inzetten - leren te streven naar congruentie tussen hun non-verbale communicatie en hun verbale taal. - kunnen via spel variëren in gedragingen - weten welke factoren van gedrag horen bij leiding nemen - weten dat een krachtige (dramatische) vorm de inhoud van de boodschap versterkt en kunnen dat ook Studenten leren te streven naar congruentie tussen hun non-verbale communicatie en hun verbale taal. Interactie gericht op het nemen en houden van leiding staat hier centraal. Vragen als: Hoe zorg ik dat ik aandacht krijg en houd? Kom ik zo over als ik wil overkomen? Hoe kan ik dit beïnvloeden? komen aan de orde. De nadruk ligt op: stemgebruik, houding, non-verbale communicatie, contact maken, zelfvertrouwen, expressie, een samenhangend verhaal boeiend kunnen brengen. Studenten verdiepen zich dus in aspecten van performance in en voor de klas, en werken aan hun handelingsbekwaamheid. Door middel van gerichte opdrachten in de les ( en daarbuiten) vergroten zij de effectiviteit van hun communicatie voor en in de klas. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. N.v.t. De docent verzorgt de colleges, geeft feedback op de uitgevoerde tussenopdrachten en beoordeelt de eindopdracht. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Drama 1 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Presentatie: Solo 1 Hoger of gelijk aan 5.5 3. Communicatie, interactie en groepsdynamica (GEN_3) 3.1 Communicatiemodellen (GEN_3.1) 3.2 Gespreksvoering (GEN_3.2) 3.3 Groepsdynamica (GEN_3.3) 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak Dagopleiding 8

Werkervaring, reflectie en onderzoek leerlijn Studieloopbaanbegeleiding 1A Verkorte naam: EN-VO-SLB1A.V.01 Studiepunten: 2 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Studieloopbaanbegeleiding 1A LVO Zelfsturing op de eigen opleiding en loopbaan Na afronding van deze onderwijseenheid: kan de student concrete, meetbare doelen stellen in een POP; heeft de student een beeld van de inhoud en instrumenten van SLB gekregen; kan de student een reflectie schrijven aan de hand van een reflectiemodel Bij deze onderwijseenheid krijgt de student informatie over studieloopbaanbegeleiding en de beroepstaken in het kader van zelfsturing op studie en loopbaan. Ook leert de student meer over zichzelf door te reflecteren en daarbij dingen bewust te maken die hij onbewust aan het doen is. Hij leert concrete, meetbare doelen te stellen en daarbij een stappenplan te maken om die doelen ook te halen: het eerste persoonlijk ontwikkelingsplan. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. n.v.t. door SLB'er bij bijeenkomsten en begeleidingsgesprekken. geen Basis Niet voldaan t/m Voldaan Portfolio 1 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak Dagopleiding 9

Studieloopbaanbegeleiding 1B Verkorte naam: EN-VO-SLB1B.V.13 Studiepunten: 2 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Studieloopbaanbegeleiding 1B LVO Zelfsturing op de eigen opleiding en loopbaan Na afronding van deze onderwijseenheid: ontwikkelt de student de competentie zelfsturing op studie en loopbaan en zet hierbij de beroepstaken van SLB op een juiste wijze in; oriënteert de student zich op de referentiepunten van het eerste jaar op het gebied van persoonlijk professionele ontwikkeling in relatie tot het opleidings- en beroepsprofiel; kan de student reflectie-instrumenten inzetten om tot een zelfsturing te komen. Bij deze onderwijseenheid vult de student de inhoud van de drie deelgebieden: persoonlijke ontwikkeling, opleidingsniveau en beroepsidentiteit vanuit aangeboden thema's en eigen loopbaanvragen. Centraal staan het beeld van de kwaliteiten en motieven, de studievaardigheden en het beeld van het beroep van de student. Daarnaast werkt de student aan het op peil brengen van zijn reflectieniveau. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden op het instituut en themabijeenkomsten op de stageschool. n.v.t. door SLB'er bij bijeenkomsten en begeleidingsgesprekken op het instituut, begeleiding door schoolopleider bij de leerwerkstage. Voor het kunnen volgen van deze onderwijseenheid dien je de onderwijseenheid SLB 1A met goed gevolg te hebben afgerond. Basis Niet voldaan t/m Voldaan Portfolio 1 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: Taaltoets 0 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak Dagopleiding 10

Leerwerkstage 1 Verkorte naam: EN-VO-LWS1.V.02 Studiepunten: 6 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Leerwerkstage jaar 1 Competent in reflectie en ontwikkeling Interpersoonlijk competent Organisatorisch competent Vakinhoudelijke en didactisch competent Pedagogisch competent Je werkt in de beroepspraktijk aan de SBL competenties. Je beheerst de competenties op niveau A van het competentievenster. Je kunt na afronding van de onderwijseenheid motiveren of je docent wilt worden en of het beroep bij je past. Je gaat in de beroepspraktijk aan de slag met het vormgeven van een goede activerende leeromgeving voor leerlingen. Je bereidt onderwijsactiviteiten voor en kiest daarbij voor een didactische aanpak die activerend is voor leerlingen en die past binnen de context van de school. Je gaat de geplande onderwijsactiviteiten uitvoeren met leerlingen. Je kunt daarbij denken aan vaklessen, maar (afhankelijk van de stageschool) ook aan andere vormen van onderwijs, zoals het maken en begeleiden van onderwijsactiviteiten binnen leergebieden of binnen het competentiegericht leren op het MBO. Ook ga je de uitgevoerde onderwijsactiviteiten bespreken en evalueren. Je gaat in de beroepspraktijk aan de slag met het omgaan met leerlingen. Je geeft leiding aan gesprekken en activiteiten met groepen leerlingen. Je kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan het leiding geven tijdens een docentgestuurde lessituatie of aan een project waar leerlingen samen aan werken. De context waarin je leiding geeft is afhankelijk van de mogelijkheden binnen je stageschool. Leerwerkstage nvt door vakcoach, opleider in de school en leerwerkbegeleider in de vorm van lesbezoek, intervisie, gesprekken en themabijeenkomsten. Basis Zeer slecht t/m Uitmuntend Dossier: Leerwerkstage 1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.1 Het concept 'leren' (GEN_1.1) 1.2 Visies op leren (GEN_1.2) 1.4 Leerlingkenmerken (GEN_1.4) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.1 Model didactische analyse (GEN_2.1) 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen (GEN_2.2) 2.3 Vormgeving van leerprocessen (GEN_2.3) 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen (GEN_2.4) 3. Communicatie, interactie en groepsdynamica (GEN_3) 3.1 Communicatiemodellen (GEN_3.1) 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) 6.2 Praktijk onderzoek (GEN_6.2) 6.4 Onderwijsvisie en ethiek (GEN_6.4) 8. Pedagogisch kwaliteit (GEN_8) 8.1 Pedagogische driehoek (GEN_8.1) vak Dagopleiding 11

Opleidingsspecifieke leerlijn Vakdidactiek Frans 1 Verkorte naam: EN-FR-DID1.V.13 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Didactiek 1 Frans Na afronding van deze onderwijseenheid: kan de student een lesplan opstellen aan de hand van het Model van Directe Instructie. kan de student de functie van de SBL competenties uitleggen en gedragsindicatoren hiervan toepassen in het evalueren van een eigen les en die van een medestudent. kan de student de richtvragen van de vijf dimensies van Marzano uitleggen en toepassen in het evalueren een eigen les en die van een medestudent. kent de student kerndoelen voor de moderne vreemde talen. kent de student verschillende niveaus van het Europese Referentiekader. kent de student meest belangrijke leergangen die voor het onderwijzen van het schoolvak Frans worden gebruikt. maakt de student kennis met de principes van activerende didaktiek. Via het model directe instructie maken studenten kennis met een didactisch model. De studenten leren in de voorbereiding van een leeractiviteit een relatie te leggen tussen leerdoelen, onderwijsinhoud, beginsituatie en werkvormen. De studenten maken kennis met de dimensies van Marzano. Verschillende leeractiviteiten worden uitgevoerd. Er is vooral aandacht voor de ontwikkeling, Studenten moeten de gemaakte keuzes kunnen uitleggen aan de hand van de dimensies. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. geen Basis Zeer slecht t/m Uitmuntend Dossier: Didaktiek 1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 Opdracht: Leerwerktaak DID1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.4 Leerlingkenmerken (GEN_1.4) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen (GEN_2.2) 2.3 Vormgeving van leerprocessen (GEN_2.3) 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 4. Frans als schoolvak (FR_4) 4.1 Kerndoelen en examens (FR_4.1) 4.2 (FR_4.2) 4.5 Leergangen (FR_4.5) Dagopleiding 12

Cours pratiques 1 Verkorte naam: EN-FR-PRAT1.V.01 Studiepunten: 4 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Cours pratique 1 Na afloop van deze onderwijseenheid: - kun je bij de begeleiding van leerlingen gebruik maken van theorie en werkvormen die je geleerd hebt bij de onderwijseenheden uit de vak- en beroepsondersteunende leerlijn. - kun je de theorie uit deze leerlijnen verwerken in opdrachten voor leerlingen en ze in lessen toepassen; - kun je je ontwikkelde materialen en handelwijzen in de beroepssituatie vanuit de theorie verantwoorden; - kun je Frans als voertaal gebruiken in zelfgemaakte materialen ; - kun je het resultaat van je werk evalueren en op de uitvoering ervan reflecteren. In deze onderwijseenheid voer je leerwerktaken uit, die aansluiten bij onderwijseenheden uit de vak- en beroepsondersteunende leerlijn. De uitvoering van deze taken vindt grotendeels op de stageschool plaats. en werkvormen zijn dus toepassingsgericht en deels vraaggestuurd. De feedback van docent en medestudenten zijn een belangrijk hulpmiddel. Je ontwerpt opdrachten die aansluiten op wat je in een aantal onderwijseenheden geleerd hebt. Je verantwoordt je keuzes en uitwerking van opdrachten voor de beroepspraktijk vanuit de theorie. Je ontwerpt opdrachten in het Frans en probeert het Frans ook te gebruiken tijdens de uitvoering ervan. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt door de vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Voor het volgen van deze onderwijseenheid worden de doelen en inhouden van de onderwijseenheden EN-FR- CIV1, EN-FR-GRAM1, EN-FR-LIN1, EN-FR-DID2 bekend verondersteld. Basis Zeer slecht t/m Uitmuntend Dossier: Prat 1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.2 Visies op leren (GEN_1.2) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen (GEN_2.2) 2.3 Vormgeving van leerprocessen (GEN_2.3) 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen (GEN_2.4) 2.5 Begeleiden van leerprocessen (GEN_2.5) vak 7. MVT-vakdidactiek (FR_7) 7.1 Methodologie van MVT (FR_7.1) Dagopleiding 13

Compréhension et expression 1 Verkorte naam: EN-FR-CEE1.V.01 Studiepunten: 4 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Compréhension et expression 1 Na afronding van deze onderwijseenheid: kun je je eigen niveau bepalen voor de verschillende taalvaardigheden, volgens de gedetailleerde beschrijvingen van het Europese Referentiekader (ERK; zie de website www.erk.nl onder Docenten, de niveaubeschrijvingen); kun je zelfstandig taalvaardigheidsdoelen formuleren op dezelfde manier als in het ERK; kun je op B1-niveau authentieke taaltaken uitvoeren die voldoen aan de gestelde criteria; kun je zelf authentieke taaltaken voorstellen en uitvoeren, die aansluiten bij jouw eigen niveau; kun je aan de hand van bewijzen (taalproducten, uitwerkingen van taken) aantonen dat je in staat bent te werken aan je eigen taalvaardigheidsdoelen. Voor de gedetailleerde descriptoren en de kwaliteitscriteria per vaardigheid op B1-niveau, zie de website www.erk.nl en het document Taalprofielen. De hieronder genoemde doelen uit de Frans geven het eindniveau aan (FR_1.1 t/m FR_1.5). De onderwijseenheid EN-FR-CEE1 is een module op weg naar dit eindniveau, aan het eind van CEE1 hoeft de student nog niet te voldoen aan het in het aangeduide eindniveau. De onderwijsinhoud wordt gevormd door taaltaken. Een voorbeeld van zo n taak uit deze eerste onderwijseenheid Compréhension et expression is de eerste kennismaking met de medestudenten in de vorm van een speeddate in het Frans. Als voorbereiding op de taaltaken voer je een aantal taalvaardigheidsactiviteiten uit rondom het thema van de taak: oefeningen bij videomateriaal (bijvoorbeeld van TV5 of van YouTube) en bij krantenartikelen, interactie in gesimuleerde spreeksituaties, discussies en presentaties, het schrijven van formele en informele brieven, bijdragen aan Internetfora, enz. Daarnaast ga je werken aan zelfbedachte taaltaken die aansluiten bij je taalniveau en je doelen. Een voorbeeld is een gesprek voeren naar aanleiding van een Franse film (als taak bij het doel: Ik kan over boeken, films, muziek en dergelijke met anderen van gedachten wisselen. ). Er is gekozen de vaardigheden geïntegreerd aan te bieden: er wordt elke week aandacht besteed aan luisteren, lezen, spreken (interactie en monoloog) en schrijven. Je oefent de vaardigheden in samenhang met elkaar waardoor je sneller en beter Frans leert. De onderwijsinhoud en de bijbehorende werkvormen zijn toepassingsgericht en vraaggestuurd. Toepassingsgericht omdat het gebruik van de Franse taal in praktische situaties steeds voorop staat. Ook zijn de werkvormen, het gebruikte materiaal en de opdrachten een voorbeeld voor de lessen Frans die je geeft tijdens de opleiding of je toekomstige baan als docent Frans. De onderwijseenheid is bovendien vraaggestuurd omdat jij voor een groot deel zelf bepaalt op welk niveau je gaat werken, met welke taken je dat gaat doen en hoe je dat aantoont. Je stuurt voor een groot deel je eigen taalvaardigheidstraining waarbij de motivatie om beter te worden in het Frans uit jezelf komt. Door na te gaan hoe je je eigen training vorm kunt geven leer je doelstellingen formuleren en taken bedenken, iets wat je van pas kan komen bij de andere onderwijseenheden, uit de vak- en de beroepsondersteunende leerlijn. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis Zeer slecht t/m Uitmuntend Dossier: Taalportfolio 100 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 1. Taalvaardigheden (FR_1) 1.1 Leesvaardigheid (FR_1.1) 1.2 Kijk- en luistervaardigheid (FR_1.2) 1.3 Schrijfvaardigheid (FR_1.3) 1.4 Spreken (FR_1.4) 1.5 Gesprekken voeren (FR_1.5) Dagopleiding 14

Compréhension et expression 2 Verkorte naam: EN-FR-CEE2.V.01 Studiepunten: 4 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Compréhension et expression 2 Na afronding van deze onderwijseenheid: kun je je eigen niveau bepalen voor de verschillende taalvaardigheden, volgens de gedetailleerde beschrijvingen van het Europese Referentiekader (ERK; zie de website www.erk.nl onder Docenten, de niveaubeschrijvingen); kun je zelfstandig taalvaardigheidsdoelen formuleren op dezelfde manier als in het ERK; kun je op B1-niveau authentieke taaltaken uitvoeren die voldoen aan de gestelde criteria; kun je zelf authentieke taaltaken voorstellen en uitvoeren, die aansluiten bij jouw eigen niveau; kun je aan de hand van bewijzen (taalproducten, uitwerkingen van taken) aantonen dat je in staat bent te werken aan je eigen taalvaardigheidsdoelen. Voor de gedetailleerde descriptoren en de kwaliteitscriteria per vaardigheid op B1-niveau, zie de website www.erk.nl en het document Taalprofielen. De hieronder genoemde doelen uit de Frans geven het eindniveau aan (FR_1.1 t/m FR_1.5). De onderwijseenheid EN-FR-CEE2 is een module op weg naar dit eindniveau, aan het eind van CEE2 hoeft de student nog niet te voldoen aan het in het aangeduide eindniveau. De onderwijsinhoud wordt gevormd door taaltaken. Een voorbeeld van zo n taak uit deze tweede onderwijseenheid Compréhension et expression is Je veux être professeur! : je maakt Franstalige materialen die je kunt gebruiken om het vak Frans en de lerarenopleiding te promoten onder toekomstige studenten. Als voorbereiding op deze taak voer je een aantal taalvaardigheidsactiviteiten uit rondom het thema van de taak: oefeningen bij videomateriaal (bijvoorbeeld van TV5 of van YouTube) en bij krantenartikelen, interactie in gesimuleerde spreeksituaties, discussies en presentaties, het schrijven van formele en informele brieven, bijdragen aan Internetfora, enz. Daarnaast ga je werken aan zelfbedachte taaltaken die aansluiten bij je taalniveau en je doelen. Twee voorbeelden zijn: een verslag schrijven van een reis naar Frankrijk (als taak bij het doel: Ik kan een verslag maken van ervaringen en gevoelens in een eenvoudige, maar samenhangende tekst. ) en een interview met een docent in Frankrijk verstaan (doel: "Ik kan feitelijke informatie over alledaagse zaken begrijpen, zoals school, werk en vrije tijd als de spreker de standaardtaal gebruikt"). Er is gekozen de vaardigheden geïntegreerd aan te bieden: er wordt elke week aandacht besteed aan luisteren, lezen, spreken (interactie en monoloog) en schrijven. Je oefent de vaardigheden in samenhang met elkaar waardoor je sneller en beter Frans leert. De onderwijsinhoud en de bijbehorende werkvormen zijn toepassingsgericht en vraaggestuurd. Toepassingsgericht omdat het gebruik van de Franse taal in praktische situaties steeds voorop staat. Ook zijn de werkvormen, het gebruikte materiaal en de opdrachten een voorbeeld voor de lessen Frans die je geeft tijdens de opleiding of je toekomstige baan als docent Frans. De onderwijseenheid is bovendien vraaggestuurd omdat jij voor een groot deel zelf bepaalt op welk niveau je gaat werken, met welke taken je dat gaat doen en hoe je dat aantoont. Je stuurt voor een groot deel je eigen taalvaardigheidstraining waarbij de motivatie om beter te worden in het Frans uit jezelf komt. Door na te gaan hoe je je eigen training vorm kunt geven leer je doelstellingen formuleren en taken bedenken, iets wat je van pas kan komen bij de andere onderwijseenheden, uit de vak- en de beroepsondersteunende leerlijn. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis Zeer slecht t/m Uitmuntend Dossier: Taalportfolio 100 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 1. Taalvaardigheden (FR_1) 1.1 Leesvaardigheid (FR_1.1) 1.2 Kijk- en luistervaardigheid (FR_1.2) 1.3 Schrijfvaardigheid (FR_1.3) 1.4 Spreken (FR_1.4) 1.5 Gesprekken voeren (FR_1.5) Dagopleiding 15

Compréhension et expression 3 Verkorte naam: EN-FR-CEE3.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Compréhension et expression 3 Na afronding van deze onderwijseenheid: kun je je eigen niveau bepalen voor de verschillende taalvaardigheden, volgens de gedetailleerde beschrijvingen van het Europese Referentiekader (ERK; zie de website www.erk.nl, onder Docenten, de niveaubeschrijvingen); kun je zelfstandig taalvaardigheidsdoelen formuleren op dezelfde manier als in het ERK; kun je op B1-niveau authentieke taaltaken uitvoeren die voldoen aan de gestelde criteria; kun je zelf authentieke taaltaken voorstellen en uitvoeren, die aansluiten bij jouw eigen niveau; kun je aan de hand van bewijzen (taalproducten, uitwerkingen van taken) aantonen dat je in staat bent te werken aan je eigen taalvaardigheidsdoelen; beheers je de vaardigheden Lezen en Schrijven op B1 niveau van het Europees referentiekader. Voor de gedetailleerde descriptoren en de kwaliteitscriteria per vaardigheid op B1-niveau, zie de website www.erk.nl en het document Taalprofielen. De hieronder genoemde doelen uit de Frans geven het eindniveau aan (FR_1.1 t/m FR_1.5). De onderwijseenheid EN-FR-CEE3 is een module op weg naar dit eindniveau, aan het eind van CEE3 hoeft de student nog niet te voldoen aan het in het aangeduide eindniveau. De onderwijsinhoud wordt gevormd door taaltaken. Een voorbeeld van zo n taak uit deze derde onderwijseenheid Compréhension et expression is Suivez le guide : in opdracht van een al dan niet fictieve opdrachtgever (de opleiding zelf, een lokaal museum, ) kruip je in de huid van een gids, een organisator van een excursie, om een culturele activiteit onder de aandacht te brengen. Als voorbereiding op deze taak voer je een aantal taalvaardigheidsactiviteiten uit rondom het thema van de taak: oefeningen bij videomateriaal (bijvoorbeeld van TV5 of van YouTube) en bij krantenartikelen, interactie in gesimuleerde spreeksituaties, discussies en presentaties, het schrijven van formele en informele brieven, bijdragen aan Internetfora, enz. Daarnaast ga je werken aan zelfbedachte taaltaken die aansluiten bij je taalniveau en je doelen. Twee voorbeelden zijn: een ongeluk op straat beschrijven aan de politie (als taak bij het doel: ik kan echte of verzonnen gebeurtenissen beschrijven. ) en het luisteren naar een presentatie over de geschiedenis van de Eiffeltoren (doel: Ik kan een beschrijving begrijpen van iets wat mij vertrouwd is of wat mij persoonlijk interesseert ). Er is gekozen de vaardigheden geïntegreerd aan te bieden: er wordt elke week aandacht besteed aan luisteren, lezen, spreken (interactie en monoloog) en schrijven. Je oefent de vaardigheden in samenhang met elkaar waardoor je sneller en beter Frans leert. De onderwijsinhoud en de bijbehorende werkvormen zijn toepassingsgericht en vraaggestuurd. Toepassingsgericht omdat het gebruik van de Franse taal in praktische situaties steeds voorop staat. Ook zijn de werkvormen, het gebruikte materiaal en de opdrachten een voorbeeld voor de lessen Frans die je geeft tijdens de opleiding of je toekomstige baan als docent Frans. De onderwijseenheid is bovendien vraaggestuurd omdat jij voor een groot deel zelf bepaalt op welk niveau je gaat werken, met welke taken je dat gaat doen en hoe je dat aantoont. Je stuurt voor een groot deel je eigen taalvaardigheidstraining waarbij de motivatie om beter te worden in het Frans uit jezelf komt. Door na te gaan hoe je je eigen training vorm kunt geven leer je bovendien doelstellingen formuleren en taken bedenken, iets wat je van pas kan komen bij de andere onderwijseenheden, uit de vak- en de beroepsondersteunende leerlijn. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Taalportfolio 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: Lees- en schrijfvaardigheid op B1 niveau 1 Hoger of gelijk aan 5.5 vak 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) 1. Taalvaardigheden (FR_1) 1.1 Leesvaardigheid (FR_1.1) 1.2 Kijk- en luistervaardigheid (FR_1.2) 1.3 Schrijfvaardigheid (FR_1.3) 1.4 Spreken (FR_1.4) 1.5 Gesprekken voeren (FR_1.5) Dagopleiding 16

Compréhension et expression 4 Verkorte naam: EN-FR-CEE4.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Compréhension et expression 4 Na afronding van deze onderwijseenheid: kun je je eigen niveau bepalen voor de verschillende taalvaardigheden, volgens de gedetailleerde beschrijvingen van het Europese Referentiekader (ERK; zie de website www.erk.nl, onder Docenten, de niveaubeschrijvingen); kun je zelfstandig taalvaardigheidsdoelen formuleren op dezelfde manier als in het ERK; kun je op B1-niveau authentieke taaltaken uitvoeren die voldoen aan de gestelde criteria; kun je zelf authentieke taaltaken voorstellen en uitvoeren, die aansluiten bij jouw eigen niveau; kun je aan de hand van bewijzen (taalproducten, uitwerkingen van taken) aantonen dat je in staat bent te werken aan je eigen taalvaardigheidsdoelen; beheers je de vaardigheden Luisteren en Gesprekken voeren/spreken op B1 niveau van het Europees referentiekader. Voor de gedetailleerde descriptoren en de kwaliteitscriteria per vaardigheid op B1-niveau, zie de website http:// www.erk.nl/ en het document Taalprofielen. De hieronder genoemde doelen uit de Frans geven het eindniveau aan (FR_1.1 t/m FR_1.5). De onderwijseenheid EN-FR-CEE4 is een module op weg naar dit eindniveau, aan het eind van CEE4 hoeft de student nog niet te voldoen aan het in het aangeduide eindniveau. De onderwijsinhoud wordt gevormd door taaltaken. Een voorbeeld van zo n taak uit deze vierde onderwijseenheid Compréhension et expression is Agir pour la bonne cause : je richt een fictieve organisatie op die zich inzet voor een zelf gekozen ideëel doel (bijv. meer Frans op school, beter eten in de schoolkantine). Als voorbereiding op deze taak voer je een aantal taalvaardigheidsactiviteiten uit rondom het thema van de taak: oefeningen bij videomateriaal (bijvoorbeeld van TV5 of van YouTube) en bij krantenartikelen, interactie in gesimuleerde spreeksituaties, discussies en presentaties, het schrijven van formele en informele brieven, bijdragen aan Internetfora, enz. Daarnaast ga je werken aan zelfbedachte taaltaken die aansluiten bij je taalniveau en je doelen. Twee voorbeelden zijn: een sollicitatiegesprek voeren voor een vakantiebaantje op een camping (als taak bij het doel: Ik kan een sollicitatiegesprek voeren. ) en informatie tijdens een telefoongesprek noteren (doel: Ik kan telefonische boodschappen opschrijven en doorgeven ). Er is gekozen de vaardigheden geïntegreerd aan te bieden: er wordt elke week aandacht besteed aan luisteren, lezen, spreken (interactie en monoloog) en schrijven. Je oefent de vaardigheden in samenhang met elkaar waardoor je sneller en beter Frans leert. De onderwijsinhoud en de bijbehorende werkvormen zijn toepassingsgericht en vraaggestuurd. Toepassingsgericht omdat het gebruik van de Franse taal in praktische situaties steeds voorop staat. Ook zijn de werkvormen, het gebruikte materiaal en de opdrachten een voorbeeld voor de lessen Frans die je geeft tijdens de opleiding of je toekomstige baan als docent Frans. De onderwijseenheid is bovendien vraaggestuurd omdat jij voor een groot deel zelf bepaalt op welk niveau je gaat werken, met welke taken je dat gaat doen en hoe je dat aantoont. Je stuurt voor een groot deel je eigen taalvaardigheidstraining waarbij de motivatie om beter te worden in het Frans uit jezelf komt. Door na te gaan hoe je je eigen training vorm kunt geven leer je bovendien doelstellingen formuleren en taken bedenken, iets wat je van pas kan komen bij de andere onderwijseenheden, uit de vak- en de beroepsondersteunende leerlijn. Bij deze onderwijseenheid worden werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Taalportfolio 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Mondelinge toets: Luister- en Gespreks/spreekvaardigheid op B1 niveau 100 Hoger of gelijk aan 5.5 vak 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) 1. Taalvaardigheden (FR_1) 1.1 Leesvaardigheid (FR_1.1) 1.2 Kijk- en luistervaardigheid (FR_1.2) 1.3 Schrijfvaardigheid (FR_1.3) 1.4 Spreken (FR_1.4) 1.5 Gesprekken voeren (FR_1.5) Dagopleiding 17

Grammaire 1 Verkorte naam: EN-FR-GRAM1.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Grammaire française 1 Na deze onderwijseenheid kun je de opgedane kennis van de basisgrammatica toepassen bij het lezen, luisteren, schrijven en spreken in het Frans. Daarnaast heb je enige ervaring opgedaan met het uitleggen van grammaticaregels, (zowel mondeling als schriftelijk) en met verschillende soorten grammaticaoefeningen. Ook maak je kennis met het model van de directe instructie. In de onderwijseenheid Grammaire 1 wordt de basis van de Franse grammatica behandeld (aan de hand van de schoolgrammatica Grammaire Essentielle). Je maakt een begin met het verwoorden van grammaticaregels in eenvoudige bewoordingen voor gebruik in de klas en je maakt kennis met het model van de directie instructie. Je bekijkt ook verschillende types oefeningen en onderzoekt de kwaliteit ervan. Je gebruikt hierbij verschillende schoolgrammatica s en methodes die in het voortgezet onderwijs worden gebruikt. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt. door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Grammaire 1 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: Grammaire1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 2. Taalbeschouwing en vocabulaire (FR_2) 2.2 Grammatica (FR_2.2) 5. Het leren van taal (FR_5) 5.4 Grammatica (FR_5.4) Dagopleiding 18

Grammaire 2 Verkorte naam: EN-FR-GRAM2.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Grammaire 2 Na afronding van deze onderwijseenheid kun je de opgedane kennis van de grammatica toepassen bij het lezen, luisteren, schrijven en spreken in het Frans op het B1 niveau van het Europees Referentiekader (ERK). Daarnaast kun je ook je mening verwoorden over wat grammatica is, wat leerlingen op een middelbare school moeten weten van de grammatica en hoe ze dat zouden moeten leren. Verder kun je grammaticaregels uitleggen in eenvoudige taal voor gebruik in de klas. Je maakt ook zelf oefeningen voor de leerlingen en voor je medestudenten en je leert kritisch te kijken naar oefeningen in verschillende lesmethodes. Ten slotte ben je in staat om specifieke grammaticaregels en oefenmateriaal op te zoeken. Zowel ten behoeve van je eigen taalvaardigheid als ter voorbereiding op je lesgevende taak. De onderwijseenheid Grammaire 2 breidt je kennis en vaardigheden uit die je hebt opgedaan in de onderwijseenheid Grammaire 1. Je bestudeert en oefent met het boek Grammaire progressive du français niveau intermédiaire. Om je mening te kunnen vormen over grammatica, bestudeer je verschillende (school)grammatica s en benaderingen van deze hulpvaardigheid. Je oefent het uitleggen van grammaticaregels voor zowel medestudenten als voor gebruik in de klas. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Voor deze onderwijseenheid wordt de kennis uit EN-FR-Gram1 bekend verondersteld. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: grammaire 2 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: Grammaire 2 1 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 2. Taalbeschouwing en vocabulaire (FR_2) 2.2 Grammatica (FR_2.2) 5. Het leren van taal (FR_5) 5.4 Grammatica (FR_5.4) Dagopleiding 19

Civilisation 1 Verkorte naam: EN-FR-CIV1.V.01 Studiepunten: 4 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Civilisation 1 Na afronding van deze onderwijseenheid: - ben je vertrouwd met de Franstalige wereld en de bewoners ervan. - beschik je over kennis van de belangrijkste geografische aspecten van Frankrijk - kun je je kennis van de Franstalige wereld inzetten om effectief te communiceren in de doeltaal. - kun je informatie over de Franstalige wereld opzoeken en verwerken met behulp van de daarvoor benodigde bronnen. - heb je genoeg kennis om met de socio-culturele lesstof in leergangen voor de onderbouw te kunnen werken. - ben je op de hoogte van actuele verschijnselen op het gebied van cultuur en media. Deze onderwijseenheid vormt een inleiding op het leven en instellingen in Frankrijk. Er wordt ingegaan op de geografische, sociale en culturele kenmerken van het Franse taalgebied. We gaan natuurlijk ook in op de actuele ontwikkelingen in de Franstalige wereld. Kennis van al deze aspecten is belangrijk omdat begrip van de andere cultuur je helpt bij het juist interpreteren van taaluitingen. Dit heb je nodig bij onderwijseenheden zoals Compréhension et expression en Littérature. Daarnaast zul je als docent Frans de nodige socio-culturele elementen moeten kunnen verwerken in je lessen. Deze onderwijseenheid beoogt ook dat je een open houding ontwikkelt ten aanzien van andere culturen en dat je dit ook op je (toekomstige) leerlingen kunt overbrengen. Bij deze onderwijseenheid worden hoor-en werkcolleges aangeboden. door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets 1 Hoger of gelijk aan 5.5 9. Diversiteit en onderwijs (GEN_9) 9.3 Omgaan met diversiteit (GEN_9.3) 9.4 Culturen en levensbeschouwingen (GEN_9.4) vak 3. Socio-culturele kennis (FR_3) 3.1 Kennis van land en samenleving (FR_3.1) 3.2 Geografie (FR_3.2) 3.4 Intercultureel bewustzijn (FR_3.4) Dagopleiding 20

Linquistique 1 Verkorte naam: EN-FR-LING1.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Linguistique française 1 Na deze onderwijseenheid - heb je een algemene basiskennis van de fonologie en de fonetiek; - ken je het fonetisch schrift en kun je het praktisch toepassen; - weet je hoe Franse klanken, afzonderlijk en in zinsverband worden uitgesproken; - ken je de verschillen tussen het Franse en het Nederlandse klanksysteem en ken je de meest voorkomende interferentieproblemen op het gebied van de uitspraak tussen het Nederlands en het Frans - kun je manieren bedenken om problemen met de uitspraak van het Frans bij leerlingen aan te pakken. In deze onderwijseenheid werk je aan het verbeteren van je eigen uitspraak met behulp van het boek Uitgesproken Frans. Verder werken we met het boek Taal en taalwetenschap voor de theoretische basis van de fonetiek en fonologie. Je oefent met het fonetisch schrift, natuurlijk gericht op het Frans. Verder leer je oor te hebben voor de moeilijkheden die Nederlandse kinderen met het uitspreken van het Frans kunnen hebben en je leert hoe je hun uitspraak kunt verbeteren. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. n.v.t. In elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Linguistique 1 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: Linguistique 1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 2. Taalbeschouwing en vocabulaire (FR_2) 2.3 Fonologie, fonetiek, uitspraak en fonetisch schrift (FR_2.3) Dagopleiding 21

Linquistique 2 Verkorte naam: EN-FR-LING2.V.01 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Linguistique française 2 Na deze onderwijseenheid heb je inzicht in het verschijnsel taal, kun je communiceren over taal en de rol van taal en taalgebruik, beschik je over basiskennis van de verschillende deelgebieden van de taalkunde en taalverwerving en kun je reflecteren op het belang van taalkundige opvattingen voor je studie en beroepspraktijk. Deze onderwijseenheid is een inleiding in de taalkunde. Je maakt kennis met de verschillende deelgebieden van de taalwetenschap. We bezien de rol van taal in de sociale interactie tussen mensen en gaan in op hoe communicatie werkt. We bespreken ook de verwerving van moedertaal en tweede taal. Een aantal vragen waar we ons mee bezig zullen houden zijn 1) wat is taal (in elk geval meer dan grammatica en woordjes), wat hebben talen gemeen en wat onderscheidt ze? 2) wat is taalvermogen en hoe is de relatie met taalproductie? 3) hoe leert een kind zijn moedertaal en hoe leert iemand een tweede taal? Kennis van taalverwervingstheoriën is nodig voor een talendocent. Ook de invloed van opvattingen over taal en onderwijs komen aan bod. De onderwerpen zijn sterk gekoppeld aan de beroepspraktijk waarin pragmatische gepastheid, taalverwerving etc. een belangrijke rol spelen. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. n.v.t. door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. geen Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: Linguistique2 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets: linguistique 2 1 Hoger of gelijk aan 5.5 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling (GEN_6.1) vak 2. Taalbeschouwing en vocabulaire (FR_2) 2.1 Algemene taalkunde inclusief semantiek (FR_2.1) 2.2 Grammatica (FR_2.2) 2.3 Fonologie, fonetiek, uitspraak en fonetisch schrift (FR_2.3) 2.4 Lexicale kennis en orthografie (FR_2.4) Dagopleiding 22

Littérature 1 Verkorte naam: EN-FR-LIT1.V.01 Studiepunten: 4 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Littérature 1 Na afronding van deze onderwijseenheid: 1. kun je reflecteren op Franse literaire teksten; 2. kun verslag doen van je eigen leeservaringen met Franse teksten; 3. kun een verband leggen tussen de gelezen literaire teksten en je eigen leven; 4. heb je kennis gemaakt met eigentijdse literaire teksten; 5. heb je je leesvaardigheid en woordenschat vergroot. Deze onderwijseenheid is opgebouwd rondom een aantal thema s. Aan de hand van fictionele teksten, gedichten en chansons maak je kennis met allerlei aspecten van deze thema s. Je denkt na over de betekenis van de thema s in je persoonlijk leven en in relatie tot het beroep van docent in het voortgezet onderwijs. Aan de hand van (fragmenten van) teksten uit vooral de 20e eeuwse Franse literatuur en jeugdliteratuur maak je ook kennis met socioculturele aspecten van deze teksten en met het literaire begrippenapparaat. Over de thema s maak je een dossier: een verzameling van de opdrachten die je moet doen naar aanleiding van de thema s. Je leest daarnaast ook enkele romans/toneelstukken uit een keuzelijst. De leesverslagen van deze teksten komen ook in je dossier. Bij deze onderwijseenheid worden hoor-en werkcolleges aangeboden nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Basis 1 t/m 10, 1 dec. Dossier: 1 1 Hoger of gelijk aan 5.5 9. Diversiteit en onderwijs (GEN_9) 9.4 Culturen en levensbeschouwingen (GEN_9.4) vak 1. Taalvaardigheden (FR_1) 1.1 Leesvaardigheid (FR_1.1) 2. Taalbeschouwing en vocabulaire (FR_2) 2.4 Lexicale kennis en orthografie (FR_2.4) 3. Socio-culturele kennis (FR_3) 3.1 Kennis van land en samenleving (FR_3.1) 3.3 en cultuur (FR_3.3) Dagopleiding 23

Postpropedeuse Beroepsvoorbereidende leerlijn Onderwijskunde 3 Verkorte naam: EN-VO-ONWK3.V.12 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Onderwijskunde/pedagogiek 3 Na afronding van deze onderwijseenheid: - heeft de student kennis van en inzicht in de adolescentiepsychologie. - heeft de student kennis van een aantal veelvoorkomende ontwikkelingsproblemen en kan de student een hierbij passende interventie uit zijn of haar handelingsrepertoire inzetten in de onderwijspraktijk. - weet de student op welke wijzen scholen en externe instanties aan passende interventies kunnen bijdragen. Kijk voor de verdere uitwerking van de doelstellingen in de toetsmatrijs ONWK3. In deze onderwijseenheid focussen we ons op leerlingen. Hoe ontwikkelen leerlingen zich? Wat kenmerkt de leerling/ student in het voortgezet onderwijs en mbo? Hoe kun je leerlingen ondersteunen als de ontwikkeling niet vanzelfsprekend gaat? Wat betekent dit voor jou als docent? Wat kan je als school hieraan doen? Hoe kan je onderwijs bieden aan alle leerlingen? Passend Onderwijs is een van de speerpunten van deze onderwijseenheid. bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Gevorderd (Advanced) 1 t/m 10, 1 dec. Dossier 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets 1 Hoger of gelijk aan 5.5 4. Ontwikkeling van de adolescent (GEN_4) 4.1 Identiteitsontwikkeling van de adolescent (GEN_4.1) 4.2 Morele ontwikkeling van de adolescent (GEN_4.2) 4.3 Adolescent en seksualiteit (GEN_4.3) 5. Leerlingen met speciale behoeften (GEN_5) 5.1 Leerlingbegeleiding in de school (GEN_5.1) 5.2 Passend onderwijs voor iedereen? (GEN_5.2) 5.3 Leerproblemen (GEN_5.3) 6.2 Praktijk onderzoek (GEN_6.2) 9. Diversiteit en onderwijs (GEN_9) 9.1 Onderwijskansen (GEN_9.1) 9.4 Culturen en levensbeschouwingen (GEN_9.4) vak Dagopleiding 24

Onderwijskunde 4 Verkorte naam: EN-VO-ONWK4.V.13 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Onderwijskunde 4 Tijdens deze onderwijseenheid wordt aan de volgende hoofddoelstellingen gewerkt: 1. Studenten verwerven exemplarische kennis en vaardigheden van ICT leermiddelen in het onderwijsleerproces en ontwerpen hierbij een leerarrangement. 2. Studenten hebben kennis van de functies van toetsing in het onderwijssysteem en kunnen daarbij een kwalitatief goede toets ontwikkelen, afnemen en analyseren. Bij onderwijskunde 4 werken de studenten aan de kennisbasis ICT. Zie voor de exacte uitwerking van de leerdoelen de toetsmatrijs behorend bij deze onderwijseenheid. In deze onderwijseenheid staan een tweetal thema s centraal. Het eerste thema is ICT in het onderwijs. Het is belangrijk dat je als toekomstig docent weet hoe je ICT kunt gebruiken in je lessen. Je wilt dat leerlingen bepaalde dingen leren en dan is het zinvol dat je weet hoe ICT kan worden ingezet als (didactisch) middel om dat doel te bereiken. Het tweede thema is Toetsing, als docent is het belangrijk om te weten waar een goede toets aan moet voldoen. Je moet niet alleen een goede toets kunnen herkennen, maar ook zelf een goede toets kunnen ontwikkelen. Als je leerlingen wat wilt leren, is het goed om te kunnen meten in hoeverre ze de leerstof eigen hebben gemaakt. Werk- en hoorcolleges Digitale leeromgeving nvt door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Gevorderd (Advanced) 1 t/m 10, 1 dec. Dossier 1 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.1 Het concept 'leren' (GEN_1.1) 1.4 Leerlingkenmerken (GEN_1.4) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.1 Model didactische analyse (GEN_2.1) 2.3 Vormgeving van leerprocessen (GEN_2.3) 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen (GEN_2.4) 2.6 Toetsing en evaluatie (GEN_2.6) 6.4 Onderwijsvisie en ethiek (GEN_6.4) vak Dagopleiding 25

Onderwijskunde 5 Verkorte naam: EN-VO-ONWK5.V.13 Studiepunten: 3 ec Doelgroep: Voltijd Omschrijving Onderwijskunde 5 Na afronding van deze onderwijseenheid: heeft de student inzicht in de taken en rollen en het functioneren als mentor/coach in een onderwijsorganisatie; heeft de student kennis van en inzicht in de groepsdynamische processen in de klas; kent de student wegen om studenten te begeleiden ten aanzien van het leren leren, het leren kiezen en het leren leven en kan rekening houdend met de specifieke context een gefundeerde keuze maken voor een bepaalde werkwijze; kent de student verschillende gesprekstechnieken die kunnen worden toegepast bij gesprekken met leerlingen/ deelnemers, ouders, collega s en andere betrokkenen en kan rekening houdend met de specifieke context een gefundeerde keuze maken voor een bepaalde werkwijze; weet de student welke rol ouders hebben in de school en welk belang daaraan wordt toegekend; kan de student verband leggen tussen de identiteit van de school, ouders (thuissituatie), leerling en de leerlingbegeleiding. De doelstellingen worden verder gespecificeerd in de toetsmatrijs van OWK5 in de elektronische leeromgeving. In deze onderwijseenheid richten we ons op begeleiding van leerlingen en/of deelnemers in het onderwijsleerproces. De volgende vier thema s worden hierin onderscheiden: mentoraat en groepsdynamica; studievaardigheden; gespreksvaardigheden; ouders, identiteit en thuissituatie. Bij deze onderwijseenheid worden hoor- en werkcolleges aangeboden. door vakdocent in elektronische leeromgeving en bijeenkomsten. Gevorderd (Advanced) 1 t/m 10, 1 dec. Presentatie 0 Hoger of gelijk aan 5.5 Schriftelijke toets 1 Hoger of gelijk aan 5.5 1. Leren in diverse contexten (GEN_1) 1.2 Visies op leren (GEN_1.2) 1.4 Leerlingkenmerken (GEN_1.4) 2. Didactiek en leren (GEN_2) 2.5 Begeleiden van leerprocessen (GEN_2.5) 3. Communicatie, interactie en groepsdynamica (GEN_3) 3.1 Communicatiemodellen (GEN_3.1) 3.2 Gespreksvoering (GEN_3.2) 3.3 Groepsdynamica (GEN_3.3) 5. Leerlingen met speciale behoeften (GEN_5) 5.1 Leerlingbegeleiding in de school (GEN_5.1) 5.2 Passend onderwijs voor iedereen? (GEN_5.2) 8. Pedagogisch kwaliteit (GEN_8) 8.2 Doel, arrangement en voorwaarden in de pedagogiek (GEN_8.2) 8.4 Pedagogiek van het (voorbereidend) beroepsonderwijs (GEN_8.4) vak Dagopleiding 26