> Lees Beweging. > Lees Bescherming.

Vergelijkbare documenten
Naam: BOTTEN EN SPIEREN Het menselijk lichaam

Hoe zit je skelet in elkaar? In je lichaam zitten 206 botten. Samen vormen ze je skelet.

Beweging. Achtergrondinformatie

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken


PRACTICUM PIEKKRACHT EN DUURKRACHT

Hoe werkt het antwoordblad?

2D/E. T5: Stevigheid en beweging.

Kracht en Beweging. Intro. Newton. Theorie even denken. Lesbrief 4

> Lees Hoe praten we?

bijlagen groep 5 en 6

Samenvatting Biologie Thema 1: stevigheid

Spreekbeurtpakket - het skelet

K 1 Symmetrische figuren

De beenderen in het hoofd vormen samen de schedel. De schedel word gedragen door de wervelkolom die in de romp naar beneden loopt.

5.1 Zes poten en vier vleugels

Werkbladen Webquest Pret met een ballonraket

TRANSPORT 3.5 Krachten

Sa Ta Na Ma Snatam Kaur Feeling Good Today Nr. 7

Archeologen logboek Namen:....

7 HEERLIJKE ONTSPANNINGSOEFENINGEN

Samenvattingen. Samenvatting Thema 8: Stevigheid en beweging. Basisstof 1. Stevigheid bij dieren door:

Oefeningen voor reumapatiënten

Gips-/kunststofverband Oefeningen en adviezen

Krachtpatsers. Primair Onderwijs. Oosterdok VX Amsterdam tel ( 0,10 p/min.) info info@e-nemo.

Samenvatting Biologie H2

Gips-/kunststofverband Oefeningen en adviezen

6,1. Zwemmen, kruipen en kronkelen. Werkstuk door een scholier 2448 woorden 25 maart keer beoordeeld. Inleiding; Lopen

Oefenboekje Arm-hand functie. Algemeen

Oefeningen terwijl u zit. UMC Utrecht oefengids

Gips-/kunststofverband Oefeningen en adviezen

Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg

S C I E N C E C E N T E R

Oefeningen voor patiënten met reumatoïde artritis

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Uw arm of been in het gips

Van je juf of meester krijg je een plaatje. Er zijn vier verschillende plaatjes.

HAVO. Inhoud. Momenten... 2 Stappenplan... 6 Opgaven... 8 Opgave: Balanceren... 8 Opgave: Bowlen Momenten R.H.M.

Lessen in Krachten. Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Lesmateriaal. groep 3-4 van het basisonderwijs

Inlage. Balans & evenwicht

Bovenarmbrace Informatie en adviezen voor het dragen van een bovenarmbrace

Magno-vogel. Notities voor de leerkracht. Wetenschap Eigenschappen van magneten Eigenschappen van materialen Krachten Wetenschappelijk onderzoek

Buikspieroefeningen (basis)

inhoud blz. 1. Drijven of zinken? 2. Lucht is licht 3. De duikboot 4. De zwemles 5. Zout en zoet water 6. Olie en water 7.

Naut. Natuur en techniek WERKBOEK

Plekken waar je extra aan gaat spannen kunnen zijn: andere kant, je nek, je rug en je buik.

Adviezen na een open-hart-operatie. Afdeling Fysiotherapie

Energie in je lichaam

Mens in actie. Zo groot ben jij!

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 1-2. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Oefeningen voor pols en hand

Calcimatics start steeds met een opwarming. Zo is de overgang dan niet-bewegen naar actief worden niet te bruusk en voorkom je letsels.

Fenomena. Jouw werkbladen. In NEMO. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam: Fenomena Groep 7-8 Leerlingen In NEMO versie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Luister naar het lied. Geef aan welke van de onderstaande woorden in het lied voorkomen.

Oefeningen terwijl u staat. UMC Utrecht oefengids

Lesmateriaal Geluid. Tijdsduur: 50 minuten

bijenpad

Spieren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Patiënteninformatie. Oefeningen en instructies bij een bovenarmbrace

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

Samenvatting Mensen ABC

Huppel de pup. Zaag 40 cm rondhout af. Gebruik een verstekbak en een toffelzaag.

Elektriciteit. Inlage

lesbrieven werkbladen Lesbrief 3: avonturenpakket de uitvinders en het

Proefjes. Jouw werkbladen in de klas. In de klas. versie A. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Mijn naam:

Werkbladen In de klas. Proefjes. Naam. groep 7-8. School. Klas. Versie A

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

3,7. Antwoorden door een scholier 706 woorden 15 april keer beoordeeld

Energie. Jouw werkbladen. In de klas. Ontdek zélf hoe de wereld werkt! Naam: Klas: Energie Onderbouw havo/vwo Leerlingen In de klas versie

Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6

Noach. moest een ark gaan bouwen Ans Heij - de Boer /

Sterke staaltjes. Proef Laat het kleine flesje voorzichtig in de grote pot vol koud water zakken.

Mineraal- en kunststof gipsverband

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Werkbladen In NEMO. Fenomena. Naam. groep 7-8 School. Klas

Vrijmaken van geblokkeerde ademhalingswegen. of niet bij bewustzijn is Azië/Pacific

MIND & MOVEMENT COACH. Bewegen

Die wijkt af van de huidige methodes. Begin op tijd met oefenen en doe dit niet meer de dag van te voren.

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten

ZWEMTIPS EN SCHEMA S 11STEDENZWEMTOCHT

Patiënteninformatiedossier (PID) MAMMACARE. onderdeel FYSIOTHERAPIE

Ga je mee om de wonderlijke wereld van de zintuigen te ontdekken? Linda van de Weerd

Masseren ter verlichting van de pijn

Getekende woorden. 1 Bekijk de bladzijde. Welke woorden vallen meteen op?

TRAININGSPLAN. Buikspieren

Voorspellen en tekst lezen

Wat mag u wel en niet doen als uw arm of been in het gips zit

Stap Vooruit 1. Hoe ga jij naar school? Start Veilig lopen. Les 1 Dit ontdek je: groep 4

BEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode

De brace wordt op maat gemaakt door de spoedeisendehulp verpleegkundige of de gipsverbandmeester.

Over de arm en hand wrijven

Het gipsverband. Albert Schweitzer ziekenhuis april 2015 pavo 0228

rekken. Tel tot acht of tien en breng het hoofd weer in de uitgangspositie terug.

Transcriptie:

LB 8-70. Dat is bot! > Lees Beweging. > Lees Stevigheid. Waardoor geven jouw botten stevigheid? Kies twee antwoorden. Botten zijn hard. Ze zijn recht. Veel botten zitten aan elkaar vast. Ze zijn onbreekbaar. Je botten zijn hard. Op veel plekken kun je dat voelen, bijvoorbeeld op je schedel. Kleur op de tekening drie plaatsen geel waar je jouw botten niet zo goed kunt voelen. Gebruik de afbeelding uit de vorige opdracht. Waar heb jij kogelgewrichten? Kleur ze op de tekening rood. > Lees Bescherming. Door welk bot wordt het beschermd? Zet een kruisje onder de juiste botten. hart schedel borstbeen ribben wervelkolom hersenen longen ruggenmerg > Lees Groeiende botten en bekijk afb. op blz. 9 in je boek. a Wie heeft meer botten: jij of een baby? b Hoe kan dat? Vul in. Botten bestaan uit kalk en Bij een baby zit er kalk en lijmstof in de botten. Bij oudere mensen zit er juist lijmstof in. Botten worden harder als je voldoende binnenkrijgt. Dat zit bijvoorbeeld in

7 > Lees Zachte botten. Gebruik de afbeelding van opdracht. Zet pijltjes bij plaatsen waar kraakbeen in je lichaam zit. Vogels moeten kunnen vliegen. Welke twee aanpassingen hebben hun botten daarvoor? > Lees Wat hard is, kan breken. > Lees Vingerbotjes. 8 Welke zin is juist? Gips geneest een botbreuk sneller. Gips houdt gebroken stukken bij elkaar. Gips vervangt gebroken botten. Gips maakt de botten extra sterk. Welke delen van jouw arm en hand herken je bij de vleugel van een vleermuis? Geef ze dezelfde kleur. 9 Denk na. Wat geneest sneller: een botbreuk bij een kind of bij een bejaarde? Hoe komt dat? > Lees Beesten met botten. 0 Zet een kring om de dieren met een wervelkolom. Hoeveel gewrichten heeft je duim? En hoeveel je vingers? Zoek dat uit door te voelen en te kijken. Mijn duim heeft Elke vinger heeft gewrichten. gewrichten.

LB 7-7. Sterke spieren > Lees Vermoeide spieren, Spierpijn en Blessures. > Lees Bewegen met je spieren. Welke zin is juist? Spieren zitten vast aan een bot. Spieren bestaan uit pezen. Je hebt 00 spieren. Spieren zorgen voor beweging. Hoe ontstaan spierpijn en kramp? Zet de zinnen in de juiste volgorde. Schrijf het juiste nummer ervoor. Je spieren verzuren. Bij het verbranden ontstaat afval. Je voelt spierpijn of kramp. Je ziet de spieren van de bovenarm onder het vel. Welke onderdelen herken je? Trek lijnen naar de juiste plek. Je gaat sporten. Je spieren kunnen het niet snel genoeg afvoeren. Je spieren werken hard. > Lees Blessures. [afb. WddN-wb8-..] Deze sporter laat tijdens de wedstrijd zijn spieren masseren. Waarom is dat nodig? bovenarmspieren pees spier die arm weer rechttrekt Welke uitspraken zijn juist? Spieren kunnen duwen. Spieren kunnen zelf langer worden. Spieren kunnen alleen samentrekken. Spieren hebben helpers. 7 a Werk in tweetallen. Laat je arm slap hangen. De ander meet met een centimeterband hoe dik je bovenarm is op het dikste punt. > Lees Zelfwerkende spieren. Noem drie bewegingen in je lichaam die ontstaan door spieren die uit zichzelf bewegen. Mijn spierbal is in omtrek. b Buig je arm en maak je spierbal zo dik mogelijk. Meet opnieuw. Doe dit een paar keer en bereken het gemiddelde. Mijn spierbal is in omtrek. c Doe het ook met je andere arm. Wat zijn de verschillen tussen jouw armen en die van degene met wie je samenwerkt?

LB 7-7. Krachten om je heen > Lees Sterker dan de zwaartekracht. Wat is juist? Kleur het rondje ervoor. Zwaartekracht is: de opwaartse kracht als je schopt. de aantrekkingskracht van de aarde. de kracht waarmee een bal stuitert. a Kijk naar de tekening. Tessa laat een vel papier en een gum tegelijk vallen. Wat gebeurt er, denk je? Het papier raakt als eerste de grond. De gum raakt als eerste de grond. Ze komen tegelijk op de grond terecht. Denk na. Wat is juist? Bij een vogel die zweeft, is de opwaartse kracht: groter dan de zwaartekracht. gelijk aan de zwaartekracht. kleiner dan de zwaartekracht. > Lees Lift. Maak de zinnen af. Een vliegtuig maakt snelheid met zijn Een vogel maakt snelheid door a Onderzoek hoe lift bij een vliegtuig werkt. Neem een strook dun papier en blaas er overheen zoals op de tekening. Wat gebeurt er? b Daarna maakt Tessa van het papier een prop en doet de proef nog eens. Wat gebeurt er nu, denk je? Het papier raakt als eerste de grond. De gum raakt als eerste de grond. Ze komen tegelijk op de grond terecht. b Leg uit hoe dat komt. c Doe deze proeven zelf ook. Streep de foute antwoorden door. De eerste keer valt het papier langzamer even snel sneller dan de gum. Dat komt, doordat het papier > Lees Waterkracht. De tweede keer valt het papier langzamer dan even snel als sneller dan de gum. Dat komt, doordat het papier Je vriend voelt zwaar als hij op de speelplaats op je rug zit. Waarom kun je in het zwembad wel gemakkelijk met hem op je rug door het water lopen? 7

7 > Lees Kracht en beweging. a Neem een bolletje klei of plasticine en gooi dat in water. Wat gebeurt er? Het 0 Wat onderzocht Isaac Newton? a Stel je voor: je zit naast je vader in de auto en draagt geen gordel. Je vader maakt plotseling een noodstop. Wat gebeurt er met jou? b Hoe kun je de klei laten drijven? Probeer het uit. > Lees Zweven in water. 8 > Lees Enorme druk. 9 b Wat stopt jouw beweging? Denk na. Waardoor kunnen een vis en een duikboot allebei in het water zweven? Ze zijn beide gestroomlijnd. Ze regelen dit met een voorraad lucht. Ze kunnen beide in water vooruit komen. > Lees Te zwaar. Welke zaken ontdekte Isaac Newton allemaal? Iets wat in beweging is, wil in beweging blijven. Een bewegend voorwerp stopt vanzelf. Hoe zwaarder het voorwerp, hoe meer kracht het kost om het in beweging te brengen. Auto s die te snel rijden, vliegen uit de bocht. Het kost meer kracht een zwaar voorwerp te stoppen, dan een licht voorwerp. Voorwerpen die in beweging zijn, gaan altijd rechtdoor. Bewegende voorwerpen draaien rond. Laat een balletje over de rand van je tafel rollen. Welke kracht laat het balletje rollen? a Bekijk de tekeningen. Welke manier is voor mensen geschikt om onderzoek te doen in de diepzee? Zet daar een kruisje bij. Welke kracht doet het balletje vallen? Denk na. Welke kracht doet de bal omhoogstuiten van de grond? b Leg je keuze uit. 8 90_WB8_WddN.indb 8-0-009 :7:0

LB 77-79. Veren en vering > Lees Veerkracht. > Kijk naar de afbeeldingen bij Allemaal veren. Waardoor veren een stuiterbal en een elastiek? Vroeger werden er in veel apparaten elastiekjes gebruikt om wieltjes te laten draaien. Ze hadden één groot nadeel. Kun jij bedenken welk nadeel dat was? > Lees Elasticiteit. Bekijk de afbeelding. In welk elastiek zit energie? Zet daar een kruisje bij. Waarvoor zijn elastiekjes handig? Kijk rond in je omgeving en schrijf enkele toepassingen op. Bekijk de afbeelding. Streep daarna de foute woorden door. a Schiet met een dun elastiek een prop papier weg. Meet de afstand die de prop aflegt. Doe hetzelfde met een breed elastiek. Met welk elastiek komt de prop het verst? b Wat is het verschil in afstand? centimeter. Een veer is een metalen / kunststof draad. Hij heeft de vorm van een ovaal / spiraal. Als je erop drukt, stop je er stroom / energie in. Haal je je hand eraf, dan schiet de veer terug in zijn oorspronkelijke / een andere vorm. De kracht die daarvoor zorgt, heet trekkracht / veerkracht. 9

7 > Lees Duw- en trekveren. a Kijk naar de afbeelding. Je ziet een veer in een: Bekijk de afbeeldingen op bladzijde 77 van het boek. Welke voorwerpen veren met een veer? Is die zichtbaar of niet? Moet je de veer duwen of trekken? Vul de tabel in. veer zichtbaar duwen trekken opwinden trampoline wasknijper wipkip elastiek opwindauto fietszadel fietsbel b Het is een duwveer / trekveer. flipperkast c Wat is de functie van de veer? boog crossfiets 8 Kijk naar de afbeelding van de weeghaak op blz. 79 in je boek. Werkt deze met een trekveer of een duwveer? Bekijk hieronder wat je moet doen. Meet het elastiek vanaf de liniaal. Doe er steeds een schaar bij, en meet opnieuw. Heb je lichte scharen, doe er dan twee tegelijk. Noteer steeds wat je meet. Wat valt je op? > Lees Andere veerkracht. 9 De veer van een ouderwetse wekker, noem je een: 0 Wat is het kenmerk van alle soorten veren? Ze zijn allemaal even sterk. Ze zijn van metaal gemaakt. Ze keren altijd terug naar hun oorspronkelijke vorm. 0 Onderzoek op school voorwerpen en apparaten waarin veren zitten. Maak een lijstje en zet achter ieder voorwerp of apparaat of het met een duw- of trekveer werkt.

LB 80-8 Beweging samenvatting Dat is bot! Noem twee functies van de botten in je lichaam. Ze geven Waardoor kunnen blessures ontstaan? Ze je kwetsbare delen. Streep de foute woorden door. Je arm kan buigen door het scharniergewricht / kogelgewricht in je elleboog. Je arm kan ronddraaien door het scharniergewricht / kogelgewricht in je schouder. Botten hebben cement / kalk nodig om te groeien. De botten van ouderen / kinderen groeien. Botten kunnen breken, maar ook weer aan elkaar plakken / groeien. Dieren met botten noem je ongewervelde / gewervelde dieren. Vogels zijn licht, ze hebben holle / bolle botten. Krachten om je heen Streep de foute woorden door. Een vliegtuig gaat omhoog door de zwaartekracht / lift. De vorm / lengte van de vleugels zorgt voor de opwaartse kracht. In het water ben je lichter / zwaarder door de opwaartse kracht. Vissen regelen hun hoogte in het water met gas / water in hun zwemblaas. Hoe dieper je duikt hoe minder / meer waterdruk je voelt. Voorwerpen die in beweging zijn, gaan niet altijd / altijd rechtdoor. Waarvoor is kracht nodig? Om voorwerpen te laten Sterke spieren Is het waar of niet waar? Zet voor iedere zin de W van waar of de N van niet waar. Om bewegende voorwerpen te en te laten veranderen van Je kunt je bewegen, omdat je spieren hebt. Spieren kunnen samentrekken, duwen en ontspannen. Je hebt spieren die bewegen als je het wilt en spieren die vanzelf werken. 7 Veren en vering Vul in. Als je een elastiekjes uitrekt, stop je er in. Veren springen altijd terug in hun Spieren worden nooit moe. vorm. Na lang sporten kun je spierpijn en kramp krijgen. Je spieren verzuren door te veel afvalstoffen. Trainen helpt niet tegen het verzuren van je spieren. 8 De drie soorten veren zijn: Noordhoff Uitgevers bv