Proefverslag 433 Screening van emulgatoren (proeven LPE-33, LPF-33 en PSL-33 ; PV-433; Y1995) auteurs: ir. C. Adams dr. W.A.G. Veen ir. C.H.M. Smits oktober 1995 trefwoorden: emulgatoren, vetvertering Instituut voor de Veevoeding "De Schothorst" Meerkoetenweg 26, Postbus 533 8200 AM LELYSTAD tel.nr. 0320-252294 Summary SCREENING OF EMULSIFIERS The effect of emulsifiers was tested in a range of laboratory trials and a trial with broilers grown in cages. Twelve emulsifiers were subjected to trials LPE-33 and LPF-33 (3 repetitions). The digestion of fats was determined at an age of 8 to 10 days. The emulsifiers did not bring about a significantly better digestion of fats. The five emulsifiers which did show a certain tendency to a better digestion of fats, were then subjected to a trial with broilers in cages at the age of 21 days (PSL-33). An improved digestion of fats or protein retention was not found here. It can be concluded that emulsifiers in healthy broilers have only little effect on the digestion, though at a young age a slight effect may be expected. Clear differences between emulsifiers cannot be indicated on the basis of the method used. Inleiding De toepasbaarheid van emulgatoren in de veevoeding staat in de belangstelling. Gesteld wordt dat de vertering van vet bij gebruik van een emulgator zou verbeteren en daardoor zou resulteren in een betere groei en voederconversie. Er zijn een aantal fabrikanten die hierop inspringen door coöperaties hun producten aan te bieden. Op De Schothorst is een project uitgevoerd waarin de werkzaamheid van emulgatoren in de voeding van eenmagigen werd getest. In de eerste fase van dit emulgatorenproject werd een in vivo-screening uitgevoerd om een keuze te maken uit het grote aanbod van emulgatoren. Hiertoe werd in de laboratoriumstal de invloed van emulgatoren gemeten op de vetvertering bij jonge vleeskuikens. Om een groot aantal emulgatoren te kunnen screenen, werd het aantal herhalingen beperkt. In totaal werden 12 emulgatoren getest, verdeeld over drie ronden (LPE-33 en LPF-33). De emulgatoren met de beste werking in de screeningsronden werden getest in een proef op de batterij (PSL-33). PROEVEN LPE-33 en LPF-33
Proefdoel Het meten van de effecten van emulgatoren op de vetvertering bij jonge vleeskuikens met behulp van een snelle screeningsmethode. Proefopzet Proefbehandelingen (2 herhalingen per behandeling) Ronde 1 (LPE-33) Omschrijving 2. Berol 1 HLB 8-9, hydrofoob 3. Berol 2 HLB 10-11 4. Berol 3 HLB 14, hydrofiel, kunstmelk 5. Sternpur Gezuiverde sojalecithine 6. Cholzuur Galzuur gezuiverd uit gal van schapen Ronde 2 (LPE-33) 2. Berol 4 HLB 9-10 3. Berol 5 HLB 11-12 4. Quest 1 Tween 80 poly-oxy-ethyleen-20-sorbitanmono-oleaat, kunstmelk 5. Quest 2 Admul MG 6404: mono/diglyceride, gemaakt van gedeeltelijk geharde sojaolie, > 60% monoglyceride 6. Quest 3 Admul PGE 1410: polyglycerolester van plantaardige vetzuren, voornamelijk di-, tri- en tetraglycerol Ronde 3 (LPF-33) 2. Quest 4 Admul WOL 1403: mengsel van polyglycerolesters van vetzuren van casteroil, voornamelijk di-, tri- en tetraglycerol 3. Quest 5 Hymono 1103: monoglyceride van eetbare oliën en vetten, > 90% monoglyceride 4. Berol 1 5. Berol 2 6. Berol 4 Proefdieren: 3 x 168 Ross-hennetjes. Proefperiode Ronde 1: 19 april - 29 april 1993. Ronde 2: 3 mei - 13 mei 1993. Ronde 3: 9 augustus - 19 augustus 1993. Huisvesting: per ronde 12 kooien met elk 14 vleeskuikens in de laboratoriumstal. Proefuitvoering Van dag 0 tot dag 10 werden de proefvoeders in meelvorm verstrekt. De samenstelling van het basisvoer is vermeld in tabel 1. De emulgator werd eerst aan het destructievet toegevoegd voordat het vet door het basisvoer gemengd werd. Op basis van de totale hoeveelheid voer werd steeds 0,36% emulgator toegevoegd. Van cholzuur werd 0,04% toegevoegd. De mest werd gedurende 48 uur verzameld (van dag 8-10) voor het vaststellen van de vetvertering. Er werden geen uitbijters verwijderd. Proefmetingen 1. Analyses in mest: HCl-as, rvb.
2. Analyses in basisvoer: HCl-as, rvb, vocht. Tabel 1 Samenstelling en enkele berekende gehalten van het basisvoer grondstof LPE-33 en LPF-33 PSL-33 destructievet 9,95 10,00 erwten 44% zetmeel 15,00 13,00 maïs 5,00 4,85 sojaschroot I/U 47,5% re 22,00 26,00 sojabonen getoost 3,50 - tarwegries 1,20 - tarwe 20,00 23,00 tapioca 66% zetmeel 15,60 15,90 vismeel 2,50 - maïsglutenmeel - 2,00 diamol (indicator) 2,00 2,00 krijt 0,80 0,80 monocalciumfosfaat 1,05 1,10 methionine 393 (10%) 0,30 - lysine 396 (25%) - 0,20 vitaminen/spoorelementenpremix (Mervit 132) 1,00 1,00 zout 0,10 0,15 totaal 100,00 100,00 berekende gehalten (g/kg): linolzuur 16,8 13,9 zetmeel 327 338 OE-kuikens (kcal/kg) 2991 2969 PROEF PSL-33 Proefopzet Proefdoel Het meten van het effect van emulgatoren op de vetvertering bij vleeskuikens op de batterij. Proefbehandelingen (6 herhalingen per behandeling) 2. Cholzuur 3. Sternpur 4. Berol 2 5. Berol 4 6. Quest 5 Proefdieren: 384 Ross-hennetjes. Proefperiode: 1 november - 23 november 1993. Proefuitvoering De dieren werden standaard geënt tegen NCD en Gumboro. De proef werd uitgevoerd in de ruimte met de batterijkooien. De kuikens kregen van dag 0 tot dag 14 standaardvoer. Er werd gestart in 12 elektrisch verwarmde kooien met elk 32 Ross-henkuikens. Op 14 dagen werden de kuikens opnieuw ingeloot en verplaatst naar 36 kooien met elk 10 kuikens. Vanaf dat moment kregen de kuikens
de verschillende proefvoeders. De samenstelling van het basisvoer is vermeld in tabel 1. De emulgator werd eerst aan het destructievet toegevoegd voordat het vet door het basisvoer gemengd werd. Daarna werden de voeders gepelleteerd. Op basis van de totale hoeveelheid voer werd steeds 0,34% emulgator toegevoegd. Van cholzuur werd 0,04% toegevoegd. De mest werd vanaf dag 21 gedurende anderhalve dag verzameld voor het vaststellen van de vetvertering. Proefmetingen 1. Analyses in mest: HCl-as, rvb. 2. Analyses in basisvoer: re, HCl-as, rvb, vocht. Resultaten en discussie De proeven hadden een goed verloop. Er was weinig uitval. In tabel 2 zijn de berekende en bepaalde gehalten aan vocht, ruw vet en ruw eiwit van het basisvoer weergegeven. De bepaalde waarden kwamen goed overeen met de berekende waarden, met uitzondering van het bepaalde ruw vet gehalte van PSL-33 dat beduidend hoger was dan het berekende gehalte. Tabel 2 Berekende en bepaalde gehalten van het basisvoer (g/kg) LPE-33 LPF-33 PSL-33 ber. bep. ber. bep. ber. bep. vocht 111 108 111 106 113 118 rvb 120 124 120 116 113 123 re 202 n.b. 202 n.b. 200 206 n.b. = niet bepaald. Het effect van twaalf emulgatoren op de vetvertering bij jonge vleeskuikens van dag 8 tot 10 is weergegeven in tabel 3. Er waren geen significante verschillen aantoonbaar. De screening was echter ook niet opgezet om significante verschillen te kunnen aantonen, maar om een tendens voor een betere vetvertering vast te stellen die zou moeten leiden tot een nader onderzoek. De emulgatoren die er in de screening relatief het beste uitkwamen waren Sternpur, Cholzuur, Berol 2, Berol 4 en Quest 5. De emulgatoren hadden in de screening geen effect op de voeropname, de groei en de voederconversie. Tabel 3 Het effect van een emulgator op de vetvertering bij vleeskuikens van 8-10 dagen (LPE-33 en LPF-33) Ronde 1 (LPE-33) vetvertering (%) vetvertering (%) Ronde 3 (LPF- 33) 73 80 2. Berol 1 76 2. Quest 4 80 3. Berol 2 73 3. Quest 5 83 4. Berol 3 74 4. Berol 1 80 5. Sternpur 79 5. Berol 2 85 6. Cholzuur 83 6. Berol 4 82 ksv 95% 19 ksv 95% 12 Ronde 2 (LPE-33) 69 2. Berol 4 73 3. Berol 5 70 4. Quest 1 71 5. Quest 2 69 6. Quest 3 70 ksv 95% 11
De emulgatoren die als beste uit de screening kwamen werden getest in een proef op de batterij. De resultaten hiervan zijn weergegeven in tabel 4. Uit gegevens blijkt dat de emulgatoren geen enkel positief effect hadden op de vetvertering of de eiwitretentie. In enkele gevallen waren de vetvertering en eiwitretentie zelfs lager dan bij de controle. De kuikens waren echter wel een stuk ouder dan in de screening. Verder was het voer voor de batterijproef gepelleteerd. Tabel 4 Effect van emulgatoren op de vetvertering en de eiwitretentie bij vleeskuikens op dag 21 (PSL-33) vetvertering (%) eiwitretentie (%) 1. controle 76 53 2. cholzuur 77 50 3. Sternpur 72 46 4. Berol 2 72 52 5. Berol 4 71 50 6. Quest 5 71 50 ksv 95% 5,4 4,0 De resultaten uit zowel de laboratoriumproeven als de proef op de batterij geven aan dat emulgatoren zeker niet altijd een positief effect hebben op de vertering. Uit een coccidioseproef (LPJ-31, PV-356) bleek echter wel dat cholzuur een significant betere vetvertering gaf. Ook uit een aantal proeven met biggen op De Schothorst is gebleken dat emulgatoren een positieve werking kunnen hebben. Concluderend kan worden gezegd dat emulgatoren bij gezonde vleeskuikens weinig effect hebben op de vertering. Op jonge leeftijd is er wel enig effect te verwachten. Duidelijke verschillen tussen emulgatoren onderling zijn met behulp van de screeningsmethode niet aan te geven. Van cholzuur kan echter worden gezegd dat het een significant effect had op het verbeteren van de vetvertering tijdens infectie (LPJ- 31). Cholzuur had in de screening ook nog het meeste effect op de vetvertering. Cholzuur is echter te duur voor een directe toepassing in de praktijk. Samenvatting In een reeks laboratoriumproeven en een batterijproef met vleeskuikens werd het effect van emulgatoren getest. Twaalf emulgatoren werden gescreend in de proeven LPE-33 en LPF-33 (3 ronden). De vetvertering werd vastgesteld op een leeftijd van 8-10 dagen. De emulgatoren hadden geen significante verbetering van de vetvertering tot gevolg. De vijf emulgatoren waarbij wel een zekere tendens tot betere vetvertering werd vastgesteld, werden vervolgens in een proef op de batterij getest op een leeftijd van 21 dagen (PSL-33). Hierbij werd geen betere vetvertering of eiwitretentie vastgesteld. Concluderend kan worden gezegd dat emulgatoren bij gezonde vleeskuikens weinig effect hebben op de vertering. Op jonge leeftijd is er nog wel enig effect te verwachten. Duidelijke verschillen tussen emulgatoren onderling zijn met de gebruikte methode niet aan te geven.