Als u uw antwoord wilt verbeteren dient u een kruis door het foutieve vakje te zetten en een ander vakje ~eer helemaal te vullen.

Vergelijkbare documenten
UMC ttj St Radboud ALGEMENE AANWIJZINGEN EN INSTRUCTIE: Invulinstructie. Correctie-instructie. Het invullen van teveel antwoorden.

Als u uw antwoord wilt verbeteren dient u het vakje helemaal te v ullen en een ander vakje aan te kruisen.

Inhoud. Voorwoord 1 0

Hoogeveen, februari

INTERLINE GYNAECOLOGIE 2014 Concept dd 26 nov 2013 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

INTERLINE GYNAECOLOGIE 2014 januari 2014 ACHTERGRONDEN BIJ DE CASUSSCHETSEN INCLUSIEF LEERDOELEN EN STELLINGEN

Prenatale screening: het berekenen van de kans op aangeboren afwijkingen in het begin van de zwangerschap. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

INVULFORMULIER. Cola spreekuur. B) Voorgeschiedenis en klachten. A) Over uzelf. Rotterdam COLA NR. O niet

Echoscopie tijdens de zwangerschap ONDERZOEK

Onderzoek naar de gezondheid van je kindje... 2 Er zijn vijf soortem prenatale testen:... 2 Combinatietest Down-, edwards-, patausyndroom...

50206 Voortplanting 2 3 november uur

Echo onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo

Onvervulde kinderwens: Wat te doen en vooral wanneer?

Echo onderzoek tijdens de zwangerschap De termijnecho, combinatietest en de 20 weken echo

Inhoud. Combinatietest Structureel echoscopisch onderzoek Geavanceerd ultrageluid onderzoek NIPT Invasieve diagnostiek Vruchtwaterpunctie Vlokkentest

Echoscopie tijdens de zwangerschap

VRAGENLIJST TER VOORBEREIDING PRENATALE SCREENING & DIAGNOSTIEK. van uw partner: Beroep: Gegevens vader van de baby. Voorletter(s): Achternaam:

Auteur: A. Franx Redacteur: dr. E. Bakkum Bureauredacteur: Jet Quadekker

OEFENVRAGEN VERPLEEGKUNDIGE VERVOLGOPLEIDING OBSTETRIE & GYNAECOLOGIE(docent dhr.r.schats)

Naam: Voornaam: Geboortedatum: Adres: Postcode: Gemeente: Land: Taal: Tel.: GSM: Beroep:

SUBFERTILITEIT. 4 december 2018

Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie VERLOSKUNDE PRENATALE SCREENING. Versie 1.5. Verantwoording

PCOS. Wat is PCOS? Bij wie komt PCOS voor? Onderzoek

Wat is normaal? Anatomie en Fysiologie Seksueel functioneren bij vrouwen. Ph Th M Weijenborg, gynaecoloog

Inleiding 2 Wat is prenatale screening? 2 2. Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? Bij welke zwangerschapsduur vindt prenatale

Echoscopie tijdens de zwangerschap

Echoscopie tijdens de zwangerschap

Echoscopie tijdens de zwangerschap

In het kort. Welke testen zijn er mogelijk bij prenatale screening? Wat is prenatale screening?

Er zijn twee onderzoeken mogelijk: 1. Met de combinatietest wordt onderzocht of er een verhoogde kans bestaat dat uw ongeboren kind Downsyndroom

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Regiobijeenkomst. Trisomie 13/18

Vrouwelijke (sub)fertiliteit

Echoscopie tijdens de zwangerschap

Verklarende woordenlijst

Regionaal Protocol Verwijsbeleid 1 e lijn naar VC de Poort

Verklarende Woordenlijst

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Fertiliteitscentrum AZ Nikolaas Afspraken 03/ (ZH) 03/ (Privé) Fertiliteitsverpleegkundige 0473/ Website

Is een goed kind ook een gezond kind, dat blijft altijd een vraag. Dr. P.K. Flu Dr. J.W. de Leeuw Gynaecologen, Ikazia Ziekenhuis

VRAGENLIJST FERTILITEIT Noodzakelijk in te vullen en mee te brengen naar 1 ste raadpleging (zie ook

Is mijn kind gezond? Onderzoeken tijdens de zwangerschap en hun gevolgen

Maatschap Gynaecologie. Nekplooimeting en serumtest

Inhoud VII. Ten geleide V. 1 Gynaecologische anamnese 1

Regionaal protocol: Combinatie test (NT)

Risicoberekening voor TRISOMIE 21 in het eerste trimester

Zwanger worden: via de natuurlijke weg of zijn er andere mogelijkheden?

zwanger worden en zijn

Nekplooimeting. gecombineerd met vroege bloedtest in de zwangerschap mogelijk tot 13 6/7 weken zwangerschapsduur. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Tabel 1: Kans op het krijgen van een kind met het syndroom van Down uitgezet tegen de leeftijd.

Zwanger van een tweeling

Vaginaal bloedverlies

Beleidsadvies Onverwachte bevindingen bij het SEO opgesteld door de Werkgroep Foetale Echoscopie

gynaecologische echoscopie

Tussen de trofoblast en de kiemschijf wordt de navelstreng gevormd.

Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte

Prenataal onderzoek Informatie over de combinatietest, 20 weken echo, vlokkentest, vruchtwaterpunctie en geavanceerd ultra geluid onderzoek (G.U.O.

Prenatale diagnostiek

Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte

Keuzes bij kinderwens onder andere PGD (Preimplantatie Genetische Diagnostiek) Namens de werkgroep PGD azm Congres BVN 18 april 2009

Afwegingen bij de keuze voor ICSI. Polikliniek Gynaecologie Route 48

Partner van. coöperatie van verloskundigen in Leiden en omgeving Brochure VC De Poort.indd 1

Beleidsadvies onverwachte bevindingen bij het SEO opgesteld door de Werkgroep Foetale Echoscopie

Patientenvoorlichting Voortplantingsgeneeskunde (fertiliteit)

De maandelijkse kans. Dr. R. Schats VUmc. Zwanger in de tijd. Diverse aspecten van infertiliteit. De maandelijkse kans en leeftijd

GYNAECOLOGISCH HANDBOEK

VROEGTIJDIGE WEEËN EN DREIGENDE VROEGGEBOORTE

VRAGENLIJST vrouw Oriënterend Fertiliteit Onderzoek

Voorwoord 13. Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15

Eerste bezoek aan de gynaecoloog

Kraamafdeling. Vroegtijdige weeën. gebroken vliezen en vroeggeboorte

NIPT. Nascholing Counseling NIPT

Zwangerschap bij chronische ontstekingsziekten van de darmen

De ins en outs van de. Eerste trimester combinatietest. Drs. Jacqueline Siljee

Het eerste consult bij de gynaecoloog

Prenataal testen met de NIPT

Combinatietest: interpretatie kansuitslagen. Melanie Engels, screeningscoördinator, VUmc

intracytoplasmatische sperma-injectie (ICSI)

AFWEGINGEN BIJ DE KEUZE VOOR INTRACYTOPLASMATISCHE SPERMA- INJECTIE (ICSI)

zwanger worden en zijn

ICSI Intracytoplasmatische sperma-injectie

Prenatale screening. Gynaecologie en verloskunde

Endometriose. Poli Gynaecologie

De onderontwikkelde follikels die bij PCOS ontstaan, worden cysten genoemd.

NIPT. Dr. Diane Van Opstal, Laboratoriumspecialist Klinische Genetica, Erasmus MC. Nascholing Counseling NIPT

Spiralen. Achtergronden

Endometriose. Gynaecologie. Baarmoederslijmvlies buiten de baarmoeder. Inhoud. 1. In het kort. 2. Wat is endometriose?

Vroegtijdige weeën en dreigende vroeggeboorte. Afdeling Verloskunde/Gynaecologie

Aangepaste NVOG SEO modelprotocol & veranderingen in GUO indicaties

Informatie over prenataal onderzoek

Zwangerschap bij chronische ontstekingsziekten van de darm

Jongen of meisje? Variaties in de ontwikkeling van het geslacht

Endometriose. Gynaecologie. Inleiding

Patiënteninformatie. Echoscopie in de gynaecologie en bij vruchtbaarheidsproblemen

Patientenvoorlichting Voortplantingsgeneeskunde (fertiliteit)

IVF- en ICSI-behandeling

Diabetes en zwangerschap.

Endometriose. Patiënteninformatie

Transcriptie:

UMC!.t) St Radboud Bloktoets Datum Aanvangstijd 50296 'Joortplanting 26 november 201 0 10.00uur Deze tentamenset kunt u na afloop meenemen. ALGEMENE AANWIJZINGEN EN INSTRUCTIE: Dit tentamen bestaat uit 60 vragen. Voor elk juist antwoord is één punt te behalen. Controleer of uw tentamenset compleet is. De beschikbare tijd voor het gehele tentamen is 2 uur. Vermeld op het antwoordformulier duidelijk uw naam en studentnummer. Het gebruik van alle audiovisuele en technische hulpmiddelen is niet toegestaan, tenzij expliciet vermeld elders op dit voorblad. Mocht u dergelijke apparatuur toch gebruiken, dan zal dit als fraude worden aangemerkt. Invulinstructie Bij iedere vraag is het aantal gevraagde alternatieven tussen haakjes aangegeven, zowel op uw tentamenset als op het antwoordformulier. Het is mogelijk dat er meer alternatieven juist zijn dan aangegeven tussen haakjes, geef in dit geval niet meer op dan het gevraagde aantal. U geeft uw antwoord door het vakje onder de letter die hoort bij het betreffende alternatief helemaal te vullen. a b c d Voorbeeld D D D Draag er zorg voor dat, als u klaar bent, uw antwoorden op het antwoordformulier staan. De-op het antwoordformulier ingevulde antwoorden worden beschouwd als uw definitieve antwoorden, ongeacht de antwoorden in uw tentamenset Als u een vraag wilt openlaten laat u alle vakjes blanco. Wanneer het antwoord op het antwoordformulier onleesbaar is, zal het als blanco worden geïnterpreteerd. Correctie-instructie Als u uw antwoord wilt verbeteren dient u een kruis door het foutieve vakje te zetten en een ander vakje ~eer helemaal te vullen. a b.c ~ Voorbeeld D D "" Het invullen van teveel antwoorden Draag er zorg voor dat het aantal aangekruiste antwoorden het aangegeven maximum aantal antwoorden NIET overschrijdt. Indien het aantal aangekruiste antwoorden het aangegeven maximum aantal antwoorden overschrijdt, wordt het extra aantal antwoorden genegeerd, te beginnen bij het antwoord het meest achteraan in het alfabet. Studentcommentaar Indien u commentaar heeft op de vragen, noteert u dat op het commentaarformulier (laatste blz.) en levert u dat na afloop van het tentamen in, tezamen met uw antwoordformulier. LET OP!! ZET EERST UW NAAM EN STUDENTNUMMER OP HET ANTWOORDFORMULIER! VEEL SUCCES!

ANATOMIE Antwoord opties-: A. Anus B. Blaas C. Diafragma pelvis D. Diafragma urogenitale E. Labia majora F. Labia minora G. Lieskanaal H. Nier I. Ovarium J. Rectum K. Tuba uterina L. Ureter M. Urethra N. Uterus 0. Vagina Kies het beste antwoord uit bovenstaande antwoordopties A t/m 0 om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het maximale aantal antwoordopties aan. Vul in de hokjes achter de vraag de corresponderende letter(s) in. Vragen: 1 2 3 4 Welke structuur in de vrouw is qua embryologische oorsprong te vergelijken met het scrotum in de man? Welke structuren worden (deels) gevasculariseerd door de arteria uterina? Welke structuren zijn van belang voor de fecale continentie? Welke structuren ontstaan uit de ductus of gang van Müller? (1) (4) (2) (3)

SEKSUOLOGIE Onderstaand volgen een aantal mogelijke oorzaken van seksuele dysfuncties bij vrouwen. A. Angst voor intimiteit B. "Beddedood" C. Communicatieproblemen D. Depressie E. Dopamine, tekort F. Gevoel tekort te schieten G. Hypothyreoïdie H. Oestrogeen, tekort I. Passie uitgedoofd J. Progesteron, tekort K. Prolactine, teveel L. Psychische problemen M. Reflectoire bekkenbodemspanning N. Relatieproblemen 0. Schaamte P. Seksueel misbruik Q. Serotonine, teveel R. Testosteron, tekort S. V aginistisch reageren T. Vaginale atrofie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vraag te beantwoorden. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Op uw spreekuur komt de 45 jarige Ellen de Wijs. Zij heeft 15 jaar een relatie met Marijke, 44 jaar. Ze hebben geen kinderen. Ellen is bij u bekend wegens prematuur ovarieel falen (POF) op haar 35e jaar. Sinds haar te vroege overgang heeft ze geen zin meer in seks. Voor die tijd ging het vrijen probleemloos. Als ze met haar partner vrijt, wordt ze wel opgewonden en komt klaar. Als Marijke haar vingers bij Ellen inbrengt, lukt dat wel, maar Ellen heeft pijn direct bij de ingang van haar vagina. Daarom zijn ze gestopt met vrijen. Ellen vraagt u wat de oorzaak kan zijn van haar afwezige zin in seks en van de pijn bij het naar binnengaan. Vragen: 5 6 Welke oorzaak van haar verminderd seksueel verlangen overweegt u? Welke oorzaken van haar dyspareunie overweegt u? (1) (3)

ANTICONCEPTIE Hieronder worden een aantal omstandigheden genoemd die van belang kunnen zijn bij de het voorschrijven van de orale anticonceptiepil Antwoordopties A. Chlamydia infectie in het verleden B. Gebruik vanacetylsalicylzuur (aspirine) C. Gebruik van een anti-epilepticum D. Hart en vaatziekte in de voorgeschiedenis E. Hyperthyreoidie F. De leeftijd van patiënte G. Een mammacarcinoom in de anamnese H. Menorragieen I. Roken 1. Een trombosebeen in het verleden Instructie Gebruik de hierboven met letters aangeduide omstandigheden om onderstaande vragen te beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Anneke van Lierop is 45 jaar en bezoekt het spreekuur met de vraag om anticonceptie. Ze is de laatste tijd onregelmatig ongesteld en zou graag de pil willen om weer wat meer regelmaat in de cyclus te krijgen. Anneke is bekend met epilepsie waarvoor ze medicatie (anti-epileptica) gebruikt en heeft 3 jaar geleden een mammacarcinoom gehad. Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Vraag: 7 welke omstandigheden zijn redenen om af te zien van een éénfase, sub-50 combinatiepil (bv Microgynon 30) (6) of reden om de vrouw te waarschuwen voor extra ris-ico' s?

F.ERTILITEIT U hebt een keuze-uit de volgende diagnostische methoden: Antwoordopties A. Chlamydia Antistoftiter (CAT) B. Diagnostische laparoscopie met tubatesten C. Transvaginale echoscopie D. Endocrinologisch onderzoek E. Genetisch onderzoek F. Hystero Salpingografie (HSG) G. Semenanalyse Instructie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Vragen:: 8 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur. Bij de anamnese vallen u geen bijzonderheden op. Welke 2 (2) onderzoeken doet u als eerste? 9 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur. De man heeft bij de eerste semenanalyse een ernstige (2) oligoasthenozoospermie. Welke 2 onderzoeken zijn vervolgens geïndiceerd? 10 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur. Het oriënterend fertiliteitonderzoek laat geen bijzonderheden (2) zien. De chlamydia antistoftiter is sterk verhoogd. Welke 2 vervolg onderzoeken zou u nu kunnen ovetweg_en? 11 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur. De vrouw is 38 jaar en heeft een korte cyclus van 24 dagen. (2) Welke 2 onderzoeken vind u bij dit paar nu het belangrijkste? 12 U ziet een paar met onvervulde kinderwens op uw spreekuur. De vrouw heeft hirsutisme en een oligomenorroe. Welke 2 (2) onderzoeken zijn nu geïndiceerd?

FERTILITEIT Hieronder staan een aantal vruchtbaarheidsbehandelingen als-antwoordopties genoemd. A. Expectatief beleid B. ICSI C. ICSI met PESA D. ICSI met TESE E. lntra-uteriene inseminatie (lui) in de natuurlijke cyclus F. Intra-uteriene inseminatie (lui) in de gestimuleerde cyclus G. IVF H. Ovulatie inductie Hieronder volgen enkele korte casus. Kies uit de antwoordopties hierboven welke behandeling de eerste keuze is bij de beschreven casus. Niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Vragen: 13 Primaire fertiliteitstoornis vanaf september 2008 (leeftijd vrouw 24 jaar),waarbij de vrouw een dubbelzijdige hydrosalpinx heeft (1) Primaire fertiliteitstoornis vanaf juni 2007 (leeftijd vrouw 34 14 jaar), waarbij de man een azoöspermie met congenitale (1) afwezigheid van het vas deferens heeft. 15 Primaire fertiliteitstoornis vanafjuni 2009 (leeftijd vrouw 27 jaar), met als enige afwijking een negatieve postcoitum test. (1) Primaire fertiliteitstoornis vanaf september 2006 (leeftijd vrouw 16 26 jaar), waarbij de man een oligozoöspermie heeft op basis van (1) een AZFc deletie op het Y-chromosoom. Primaire fertiliteitstoornis vanafjuni 2009 (leeftijd vrouw 28 17 jaar), waarbij het oriënterende fertiliteitonderzoek en (1) tubadiagnostiek geen afwijkingen heeft laten zien.

FERTILITEIT A. Aïïtibiotica B. Draagmoederschap C. Eiceldonatie D. FSHILH E. Alleen oestrogenen F. Natuurlijke oestrogenen+ progestagenen G. Orale anticonceptiva H. Alleen progestagenen Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Vragen: Geef aan welke behandelingen in aanmerking komen bij onderstaande ziektebeelden: 18 Patiënte met syndroom van Mayer Rokitansky Kuster (1) 19 Patiënte met een follikel persistens (3) 20 Patiënte met endometriose (2) 21 Patiënte met syndroom van Turner (3) 22 Patiënte met PCOS (3)

FERTILITEIT A. 46, XX B. 46,XY C. AGS D. Clitoris E. Epididymis F. Genitaal tuberkel G. Labia maiora H. Labia minara I. Mannelijk I. Mannelijk pseudo-hermafroditisme K. PDES-Inh L. Penis M. PESA N. 0. P. Q. R. S. T. u. V. W. x. Y. z. Primordiaal follikel Prostaat Scrotum SRY TESE Testosteron Tubae Urethra Vagina: bovenste 2/3 Vagina: onderste 113 V as deferens Vrouwelijk Vrouwelijk pseudo-hermafroditisme Instructie Gebruik bovenstaande antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het maximale aantal antwoordopties aan. Vul de corresponderende letters in in de hokjes achter de vraag Vragen 23 V u! onderstaand schema aan Embryonale structuur Vrouwelijk Mannelijk (4) Clitoris Urogenitale wallen 24 Wat is de gender typering (geslachtsimpregnatie) bij mensen met ( 1) Perifere Andro een Resistentie? 25 Wat is het fenotype van een persoon met Turner? (1) 26 Welke organen worden bij jongens aangelegd door Testosteron? (2) 27 Welke vruchtbaarheidsbehandeling is (als eerste keuze) geschikt voor mannen met een FSH = 8 E/1 en azoos ermie? (1) (1)

VROEGGEBOOERTE A. Abruptio placentae N. Intrauteriene infectie B..Bedrust 0. Placenta previa c. Cardiotocogram P. Polyhydramnion n. Cervixinsufficien.tie Q. Ras E. Corticosteroïden R. Roken F. E causa ignota S. Sociale klasse G. Echoscopie, algemeen oriënterend T. Speculumonderzoek H. Echoscopie, cervixlengtemeting u. Stoppen met werken I. Echoscopie, geavanceerd V. Stress ultrageluidonderzoek type I w. Tocolyticum J. Fibronectinetest x. Varentest K. Handgreep van Leopold I Y. Werkomstandigheden L. Handgrepen van Leopold I-IV z. Zwangerschapsdiabetes M. Hospitalisatie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in, in de holges achter de vraag. Casus Een 37-jarige kaukasische vrouw, is na IVF _ICSI zwanger van een eenlingzwangerschap. Zij is een gezonde vrouw, gravida 2 en heeft eerder een miskraam gehad. Zij heeft een drukke baan als medisch specialist, haar vader is terminaal ziek. Haar moeder is 2x te vroeg bevallen. De zwangerschap verliep tot 23 wk ongestoord, de combinatietest toonde laag risico voor Down syndroom, echoscopisch onderzoek bij 20 wk toonde een stuctureel normaal kind conform de zwangerschapsduur. Bij 23 2/7 wk meldt zij zich met klachten. Zij heeft een gespannen gevoel in de buik en (zeer gering) vaginaal bloedverlies. Bij vaginaal toucher een korte weke cervix. De werkdiagnose is dreigende vroeggeboorte. Vragen: 29 Noem de 2 anarnnestische risicofactoren in deze casus die (2) geassocieerd zijn met een toegenomen-kans op vroeggeboorte. Noem de 2 onderzoeken die in deze casus het meest predictief (2) 30 zijn mbt de kans dat de vroeggeboorte echt doorzet. 31 Noem de 2 (werk-)diagnosen die in deze casus het meest (2) waarschijnlijk zijn. 32 Noem de 2 diagnosen die bij vaginaal bloedverlies in de (2) zwangerschap in ieder geval bevestigd of uitgesloten moeten worden. 33 Noem de 2 behandelingen die bij dreigende vroeggeboorte het (2) grootste positieve effect hebben op de overlevingskans voor het kind.

AANGEBOREN AFWIJKGEN I PRENATALE DIAGNOSTIEK Hieronder wordt-een aantal antwoordopties genoemd A. Combinatietest B. Cordocentese (navelstrengpunctie) C. Geavanceerd Ultrageluidonderzoek bij 20 weken (GUO) D. Ontlastende vruchtwaterpunctie E. Structureel Echoscopisch Onderzoek bij 20 weken (SEO) F. Transvaginale echoscopie G. Vlokkentest H. Vruchtwaterpunctie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Vul de corresponderende letters in, in de hokjes achter de vraag. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Casus Mevrouw R., een 39 jarige gezonde primigravida met een blanco voorgeschiedenis en blanco familie anamnese wil graag weten wat de mogelijkheden zijn voor prenatale screening en diagnostiek op Down syndroom. Op het moment dat zij deze vraag stelt bedraagt de zwangerschapsduur 12 weken. In onderstaande vraag wordt gevraagd naar de mogelijkheden van prenatale screening en diagnostiek bij bovengenoemde patiënte. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties die overeenkomen met de gestelde vragen. Benoem de mogelijkheden voor prenatale screening en diagnostiek op Down s ndroom Casus Stel dat patiënte zelf bekend is met een aangeboren hartafwijking en zij graag wilt weten of het hart bij haar ongeboren kind normaal is aangelegd. Welk onderzoek zou u haar dan adviseren. In onderstaande vraag wordt gevraagd naar de mogelijkheden van diagnostiek naar aangeboren hartafwijkingen bij de indicatie bij bovengenoemde patiënte. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties die overeenkomen met de gestelde vragen.

PRE-ECLAMPSIE EN GROEIVERTRAGING Hieronder wordt een aantal antwoordopties genoemd A. >2 miskramen in de voorgeschiedenis B. Antifosfolipidensyndroom C. Chromosomale translocatie bij partner D. Homozygote factor V Leiden mutatie E. Een leeftijd ouder dan 20 en jonger dan 24 F. Sportieve levensstijl G. Norrnatensie H. Obesitas I. Zwangerschap beëindigd met sectio caesarea J. Rheumatoide artritis Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen slechts eenmaal gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Geef per vraag vijf antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in, in de hokjes achter de vraag. Vraag: In onderstaande vraag wordt gevraagd naar factoren en gebeurtenissen die de kans op eerste trimester verlies van zwangerschap niet verhogen. Gebruik de bovengenoemde antwoordopties. die overeenkomen met de genoemde associatie. 136 I De kans wordt niet verhoogd I (S) I I I I I I

TWEELINGZWANGERSCHAP Antwooïdopties: A. Waar B. Onwaar Casus Tweelingen die uit 1 bevruchte eicel ontstaan noemt men monozygote tweelingen. Bij 1/3 van deze monozygote tweelingen deelt het embryo zich vóór de differentiatie tussen toekomstige placenta en toekomstige foetus en bij 2/3 deelt het embryo zich na deze differentiatie. In het eerste geval spreekt men van dichoriale tweelingen en in het tweede geval van monochoriale tweelingen. Instructie Er volgen nu 10 beweringen. Geef aan welke waar en welke onwaar zijn. 37 Monochoriale tweelingen zijn altijd monozygoot. (1) 38 Monozygote tweelingen zijn altijd monochoriaal (I) 39 Dicho.riale tweelingen zijn altijd dizygoot (1) 40 Dizygote tweelingen zijn altijd diehoriaat (1) 41 Met behulp van echoscopie in het eerste trimester van de zwangerschap kan met zekerheid het onderscheid (1) worden gemaakt tussen monochoriale en dichoriale tweelingen 42 Met behulp van onderzoek van de placentaoppervlakte na de geboorte kan met zekerheid het onderscheid (1) worden gemaakt tussen monochoriale en dichoriale tweelingen 43 Met behulp van histologisch onderzoek van het tussenschot tussen beide amnionholtes na de geboorte (1) kan met zekerheid het onderscheid worden gemaakt tussen monochoriale en dichoriale tweelingen 44 Tussen de circulaties van monochoriale tweelingen zijn (1) er voor de geboorte altijd bloedvatverbindingen. 45 Tussen de circulaties van dichoriale tweelingen zijn er (1) voor de geboorte altijd bloedvatverbindingen. 46 Bij Tweeling Transfusie Syndroom is polihydrarnnion (1) een obligaat teken.

ERFELIJKHEIDSADVIES A. Herhalingskans van 1 op 9 B. Herhalingskans van 1 op 10 C. Herhalingskans van 1 op 12 D. Herhalingskans van 1 op 16 E. Herhalingskans van 1 op 24 Instructie Selecteer voor de casus die hieronder wordt beschreven welke herhalingskans geldt. Casus Edo heeft een broer met CF (taaislijmziekte) een autosomaal recessieve ziekte. Edo zelf is gezond. Samen met zijn partner Anne heeft hij kinderwens. Edo heeft Anne ontmoet tijdens een contactdag van de patiënten vereniging, waar Anne met haar zus was die CF heeft. Anne zelf is gezond. Bepaal de hoogte van de herhalingskans op een kind met CF voor Edo en Anne.

NEONATOLOGISCHE PROBLEMATIEK A. Clavicula fractuur B. Erbse parese C. Foetale nood D. Hyperbilirubinemie E. Hyperglycaemie F. Hypoglycaemie G. Intra-uteriene infectie H. Meconiumhoudend vruchtwater I. Perinatale asfyxie J. Vroegtijdig breken van vliezen Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Mevrouw A is een gravida II, para I van 30 jaar oud. Zij rookt 5 sigaretten per dag en er is sprake van intra-uteriene groei achterstand. Mevrouw B is een gravida I, para 0 van 32 jaar oud. Er is sprake van positieve dyscongruentie en haar GIT test is gestoord. Vragen: 48 49 Welke complicaties kunnen zich voordoen bij het kind van mevr. A? Welke complicaties kunnen zich voordoen bij het kind van mevr. B? (4) (4)

ETIDEK A De ingreep is medisch niet noodzakelijk B Vrouwen moeten altijd voor een kind kunnen kiezen C Natuurlijke grenzen voor de voortplanting laten diep gewortelde waarden zien die biologisch, maatschappelijk en moreel relevant zijn D Vrouwen moeten voor hun 35ste een eerste kind krijg~n E Vrouwen hebben recht op kinderen wanneer zij dat wensen F De biologische grenzen van de voortplanting hebben geen morele waarde Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. V raa2: Het laten invriezen van eierstokken door vrouwen teneinde op latere leeftijd 50 nog zwanger te kunnen worden, staat in Nederland ter discussie. Ethische (1) overwegingen die tegen deze mogelijkheid pleiten zijn onder andere:

ETHIEK A Dat de wens van de vrouw prevaleert B Vruchtwaterpunctie medisch niet is geïndiceerd C Een nader gesprek over drie weken noodzakelijk is D Er geen sprake is van een existentiële noodsituatie E Late zwangerschapafbreking valt onder de regeling levensbeëindiging pasgeborenen F Het reeds geboren kind levensvatbaar is Gebruik de hierboven met letters aangeduide bevindingen om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Een echtpaar heeft na een normaal verlopen zwangerschap een emstig mentaal en lichamelijk gehandicapt kind gekregen. Het echtpaar wil graag een tweede kind maar de man wil alles in het werk stellen om het tweede kind gezond te laten zijn. De vrouw aarzelt desgevraagd, zij accepteert kinderen meer zoals ze zijn. Toch verzoekt het echtpaar u eensgezind om een vruchtwaterpunctie. De zwangerschap duurt twintig weken en bij de echo zag alles er normaal uit. De man wil toch extra zekerheid. V raaj?; Gelet op het risico dat is verbonden met een vruchtwaterpunctie in week 20 51 van een overigens gezonde zwangerschap en gegeven het feit dat de vrouw (2) aarzeling vertoont, kent de morele afweging: de volgende elementen

BEKKENBODEM Hieronder worden een aantal antwoordopties-genoemd. A. Cystocele B. Deseending perineum syndroom. C. Descensus uteri D. Elongatio colli E. Enterocele F. Hypermobiele urethra G. Intussusceptie H. Inversio vaginae. I. Rectocele J. Rectum prolaps. K. Totaalprolaps L. Urethrocele Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Hieronder wordt een casus gepresenteerd. Kies voor elke casus de antwoordoptie(s) die het beste past/passen bij de beschreven vorm van verzakking.. 52 53 54 Een patiënte met verzakkingskiachten en een opbolling van de vagina achterwand. Bij een treedt een inwendige verzakking van het rectum in zichzelf Kan alleen optreden bij een patiënte zonder uterus (2) (2) (1)

AB VAGINAAL BLOEDVERLIES Hieronder worden een aantal antwgordopties-geno.emd. A. Amenorroe B. Contactbloeding C. Doorbraakbloeding D. Dysmenorroe E. Hypermenorroe F. Hypomenorroe G. Menarche H. Menoragie I. Metroragie J. Oligomenorroe K. Onttrekkingsbloeding L. Polymenorroe. M. Postmenopausaal bloedverlies. N. Spotting Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Hieronder wordt een casus gepresenteerd. Kies voor elke casus de antwoordoptie(s) die het beste past/passen bij de beschreven vorm van cyclusstoornis of abnormaal vaginaal bloedverlies. 55 Patiënte met koperhoudend TIJD (3) 56 Patiënte met bloedverlies na coitus (1)

GYNAECOLOGISCHE ONCOLOGIE A Abnormale fluor B Bloed bij de ontlasting C Diarree D Langdurig pilgebruik E Levermetastasen F Nullipariteit G Oedeem aan beide benen H Omental cake I Osteoporose J Schouderpijn K Vaginaal bloedverlies L Vroege sexarche Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Bij een zesendertigjarige patiente wordt een cervixcarcinoom stadium IB(l) vastgesteld. Haar moeder is overleden aan een vulvacarcinoom en haar zus is ook bekend met cervixcarcinoom. Vraag: 57 Welke factoren zijn kenmerkend voor genoemde diagnose? (4)

GYNAECöLOGISCHE ONCOLOGIE A Ascitespunctie B Conisatie C Darmspoeling D Debulkingsoperatie E Diathermische lis excisie F Hormonale behandeling G Methotrexaat H Radicale hysterectomie I Radiotherapie + chemotherapie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Casus Bij een zesendertigjarige patiente wordt een cervixcarcinoom stadium IB(l) vastgesteld. Haar moeder is overleden aan een vulvacarcinoom en haar zus is ook bekend met cervixcarcinoom. Vraag: Waaruit kan de primaire behandeling bestaan?

E-ERSTE TRIMESTER SCREENING A 11-13+ 6 weken B 15-20 weken C Aan- of afwezigheid van neusbotje D Alfafoetoproteïne E Congenitale hartafwijking F Foetale hartfrequentie G Foetale nekplooi H Gastroschisis I hcg J Matemale leeftijd K Ongeconjugeerd oestriol L PAPP-A M Serum vrij B-hCG N Spina bifida 0 Trisomie 13 P Trisomie 18 Q Trisomie 21 Instructie Gebruik de hierboven met letters aangeduide antwoordopties om onderstaande vragen te beantwoorden. Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden. Het getal tussen haakjes geeft het aantal antwoorden aan. Vul de corresponderende letters in de hokjes achter de vraag. Vragen: 59 De eerste trimester screening is bruikbaar voor het screenen op (3) 60 De eerste trimester screening zoals dat in Nederland wordt uitgevoerd (4) wordt verricht op basis van:

COMMENTAARFORMULIER van het tentamen: 50206 Voortplanting d.d. 26 november 2010 VRAAG- NR. NAAM: STUD.NR.: