Wmo adviesraad Kaag en Braassem Gruttohof 24 2371 NR ROELOFARENDSVEEN datum ons kenmerk uw brief van uw kenmerk behandeld door onderwerp bijlage(n) 15.06697 17 maart 2015 - - V.E. Schouten - Reactie op uw advies Concept beleidsplan Rijnstreek Werkt 2015-2016 1 Geachte leden van de Wmo Adviesraad, Allereerst hartelijk dank voor de advisering op het beleidsplan Rijnstreek Werkt 2015-2016. Wij zijn onder de indruk van het uitgebreide en inhoudelijk advies en gaan hierbij in op de geschetste adviezen. Met uw adviezen en opmerkingen hebben we een aantal onderdelen van het beleidsplan aangescherpt en verduidelijkt. Dit geldt evenwel voor de adviezen van de Wmo adviesraad van de gemeente Nieuwkoop en van de gemeente Alphen aan de Rijn de clientenraad WWB en de WSW-raad. Het beleidsplan is hierdoor completer en beter geworden. Wij hopen dat u dit herkent in het plan dat wij nu aan de gemeenteraad voorleggen. Over de uitvoering van het plan blijven wij vanzelfsprekend in gesprek. Advies 1 De adviesraad adviseert te bezien of het gestelde in dit stuk daaraan voldoet, waarbij aandacht wordt gevraagd voor een uitgesproken voorkeursscenario B, hetgeen betekent minder aandacht en mogelijkheden voor inwoners met een arbeidsbeperking. In het beleidsplan Rijnstreek Werkt zitten de arbeidsbeperkten in alle groepen 1 tot en met 4, evenals de jongeren. We hebben er juist voor gekozen om de doelgroep arbeidsbeperkten bijzondere aandacht te geven door hen apart in beeld te brengen en te kwantificeren. Dit is ook gedaan voor alle instrumenten die voor deze doelgroep ingezet kunnen worden. Vervolgens is deze gewenste inzet voor de doelgroep arbeidsbeperkten in elk scenario opgenomen. Daarmee zit er voor deze bijzondere doelgroep ook geen verschil in de inzet van instrumenten wanneer er naar de verschillende scenario s wordt gekeken. Oftewel, zowel in scenario A, B, C, D als E is de inzet voor de doelgroep arbeidsbeperkten gelijk. Dit geldt ook voor het beschut werken. De eventuele toekomstige ratificatie van het VN-verdrag komt ons inziens daarmee niet in gevaar. Pagina 1 van 6
Advies 2 De adviesraad adviseert om bij te voegen een gecombineerde verklarende afkortingen / begrippenlijst plus gegevens van genoemde instellingen e.d.( adressen, telefoonnrs. websites enz.). Dit advies voor een verklarende woordenlijst nemen wij over. De contactgegevens van de genoemde instellingen vermelden wij op de gemeentelijke website zodat deze actueel blijven en de toegankelijkheid vergroten. Advies 3 De adviesraad adviseert subgroepen jongeren tot 27 jaar en arbeidsbeperkten te vervangen door doelgroepen 5 en 6. Wij delen uw zienswijze en hebben doelgroepen en subgroepen vervangen door groepen. Advies 4 De adviesraad adviseert op te nemen in dit stuk de procesbeschrijving van de indicatiestelling, met daarbij ook de gang van zaken met betrekking tot bezwaar en beroepsmogelijkheden. Tijdens het intakegesprek kijken consulent en de aanvrager die een beroep doet op de Participatiewet naar waar de mogelijkheden liggen. Hieruit volgt een re-integratieplan. De consulent en de aanvrager bespreken dit plan met de mogelijkheden tot arbeidsinschakeling. Mocht de aanvrager van mening zijn niet te kunnen werken, dan volgt een medische keuring. Voor de toekenning van de uitkering ontvangt de aanvrager een beschikking welke open staat voor bezwaar en beroep. Advies 5 De adviesraad vraagt: wat als de aannames niet blijken te kloppen en negatiever zijn? Is het niet verstandiger om ter voorkoming van problemen nu al die scherpere keuzes te maken? We nemen maatregelen gebaseerd op aannames voor wat betreft de instroom en de uitstroom. Wij gaan werken conform een nieuwe werkwijze. Aannames kunnen afwijken van de werkelijkheid, omgevingsfactoren zoals groei van de werkgelegenheid liggen buiten onze invloedssfeer. Monitoring van het verloop van de instroom, de doorlooptijd van de uitkering en de uitstroom zijn daarom de belangrijkste indicatoren om de prognose te analyseren en bij te stellen. Advies 6 De adviesraad adviseert: Als inderdaad de SWA potdicht zit, maak dan duidelijk in het stuk hoe en waar 'beschut werk' gaat plaatsvinden, (blz.21 vermeldt: Beschutte werkplaatsen kunnen gerealiseerd worden bij het SW-bedrijf, een reguliere werkgever of via aanbesteding.) Hierbij dient ook aangegeven te worden hoe de verantwoordelijkheid wordt geregeld bij realisatie via werkgever en bij aanbesteding. Pagina 2 van 6
De SWA is inderdaad potdicht, maar alleen voor nieuwe instroom. Dit is door de Rijksoverheid zo bepaald, met de komst van de Participatiewet stopt de indicering voor de WSW. Inwoners die voorheen een beroep deden op een dergelijke indicatie doen nu een beroep op de gemeente voor wat betreft een inkomen en ondersteuning richting werk. Een aantal van hen zal geplaatst kunnen worden bij reguliere werkgevers, een aantal van hen zal aangewezen zijn op een beschutte werkplek. Dit noemt men een nieuw beschutte werkplek. Deze nieuwe beschutte werkplekken kunnen door verschillende organisaties worden aangeboden. Wat betreft het aantal arbeidsplaatsen voor nieuw beschut werk kiezen wij voor het model waarbij een derde van de uitstroom uit de SWA ingevuld wordt met nieuwe plekken beschut werk. Hiermee sluiten we aan bij de landelijke systematiek. We realiseren ons dat hiermee niet voor iedereen die wellicht voor een dergelijke plek in aanmerking zou kunnen komen een plek beschikbaar is. Als alternatief zijn er allerlei mogelijkheden voor sociale activering en dagbesteding via Tom in de buurt. Indien we kiezen voor meer plekken betekent dit concreet dat we flink moeten besparen op de re-integratie van anderen. In het beleidsplan hebben we gekozen voor een verantwoorde verdeling van middelen en kansen. Wat betreft het onderbrengen van beschut werk is de SWA een reële optie. Advies 7 Ook dient in het stuk verwerkt te worden hetgeen de SWA doet als 'mensontwikkelbedrijf'. De doorontwikkeling van SWA is geen onderdeel van het beleidsplan Rijnstreek Werkt. Deze doorontwikkeling wordt in afzonderlijke plannen beschreven. Advies 8 Tenslotte wordt een reactie gevraagd op de opmerking met betrekking tot het speciaal onderwijs. Hoe wordt voorkomen dat inderdaad het effect van het speciaal onderwijs verloren gaat? Voor leerlingen die uitstromen uit het speciaal onderwijs zijn er vier opties: 1. instroom in het vervolgonderwijs van de entreeopleiding en MBO 2; 2. de leerling weet na het onderwijs werk te vinden; 3. de leerling weet niet direct (zelfstandig) werk te vinden. Hij/zij meldt zich bij het Serviceplein voor een uitkering. Van daaruit zal de betreffende persoon met ondersteuning worden begeleid naar werk. Vanaf dat moment vallen zij onder dit beleidsplan; 4. de (ex)leerling komt in aanmerking voor dagbesteding. Wanneer komt een (ex)leerling of aanvrager in aanmerking voor dagbesteding? Niet voor alle werkzoekenden is een betaalde baan op korte termijn beschikbaar. Dit geldt met name voor de groep arbeidsbeperkten. Garantiebanen zijn nog schaars en het aantal arbeidsplaatsen nieuw beschut werk is niet voldoende om aan de (potentiële) behoefte te voldoen. Dit betekent niet dat voor deze werkzoekenden geen activiteiten beschikbaar zijn. Via Tom in de buurt zijn diverse activiteiten mogelijk zoals vrijwilligerswerk, sociale activering en dagbesteding. Pagina 3 van 6
Advies 9 De adviesraad verzoekt dit plan, voordat tot uitvoering wordt overgegaan, tijdig voor advies aan de Wmo-adviesraad voor te leggen. Het betreft hier een plan van aanpak, een werkproces. Op dit moment vinden er ook gesprekken plaats over de kostendelersnorm. Hierin wordt het zittend bestand al meegenomen. Advies 10 De adviesraad vraagt zich af of de werkwijze en aandacht van het Serviceplein voor alle drie de gemeentes (Alphen aan den Rijn, Kaag en Braassem, Nieuwkoop) gelijk is? Zo niet wat zijn de verschillen? De taken die voortvloeien uit de uitvoering van de Participatiewet hebben wij ondergebracht bij de gemeente Alphen aan den Rijn via de bestaande Dienst Verleningsovereenkomst (DVO). Alle drie de gemeenten hebben een eigen verordenende bevoegdheid en daarmee kunnen verschillen in beleid zijn. Er wordt echter gestreefd naar één werkwijze en één beleidsplan. De aandacht en daarmee de dienstverlening is voor alle drie de gemeenten hetzelfde. Advies 11 De adviesraad vraag nadrukkelijk te kijken naar extra hulp aan het bedrijfsleven om banen te creëren en daarbij te bezien de mogelijkheid van het creëren van tandembanen. Hierbij denkt de adviesraad aan een vorm van tegenprestatie door een oudere, die dan een jongere in het werk begeleidt en zijn/haar kennis en ervaring overbrengt Via het Werkgeversservicepunt (WSP) is er constant overleg met het bedrijfsleven en MKB om te kijken op welke manier onze inwoners met een uitkering bij reguliere werkgevers geplaatst kunnen worden, bijvoorbeeld via stages, jobcarving, leerwerkplekken of gewoon banen. Voor stages en leerwerkplekken bestaan ook vergoedingen waar een werkgever aanspraak op kan maken. Werkgevers kunnen overigens ook via de sectorplannen cofinanciering aanvragen bij het Rijk om benoemde ontwikkelingen te financieren. Uw suggestie over de tegenprestatie past binnen het mentorproject waarbij jongeren worden gecoacht door een oudere vrijwilliger en zullen wij ter harte nemen. Advies 12 Heeft de uitvoering van Rijnstreek Werkt nog last van de wetwijziging waardoor nog slechts tijdelijk contracten mogen worden afgesloten van 6 maanden? Ook in situaties waarbij de werkgever wel werk heeft voor bijvoorbeeld 9 maanden (seizoenswerk). Nee, de wet heeft geen negatieve gevolgen voor dit beleidsplan Rijnstreek Werkt. Er mogen nog steeds contracten afgesloten worden voor bijvoorbeeld negen maanden. Pagina 4 van 6
Advies 13 In de diverse bijlages worden allerlei zaken benoemd, bijvoorbeeld bijlage IV Instrumenten. Niet duidelijk is wat met het gestelde in die bijlages, bijvoorbeeld met de instrumenten van IV wordt gedaan en of er mogelijkheden zijn om niet alleen in Alphen maar ook in Kaag en Braassem deze in te zetten (bijv. mobiliteitscentrum, stel 1 dag per week bijvoorbeeld bij de Driemaster/Papierwinkel, en/of bijv. zitting van Serviceplein in Roelofarendsveen, enz. Verbindingen per openbaar vervoer met Alphen zijn niet ideaal!) In bijlage IV wordt een overzicht gegeven van alle instrumenten die ingezet kunnen worden ten behoeve van arbeidsinschakeling. Deze instrumenten worden ofwel ingezet binnen het mobiliteitscentrum in Alphen aan den Rijn ofwel ingezet bij een werkgever om een plaatsing van een kandidaat mogelijk te maken. Advies 14 Bijlage VI gaat over het Werkbedrijf Holland Rijnland. De adviesraad vraagt zich af hoe dit zich verhoudt tot Rijnstreek Werkt / Serviceplein enz. Hetzelfde geldt voor de relatie met het Regionaal Platform Arbeidsmarkt Rijn Gouwe. Graag verduidelijking. Gemeenten in de 35 arbeidsmarktregio s in Nederland zijn, vanuit de wet, verplicht om regionaal samen te werken met sociale partners en het UWV. De belangrijkste taak is om het proces rondom de plaatsing van arbeidsbeperkten op de zogenaamde garantiebanen uit het sociaal akkoord mogelijk te maken en dit bestuurlijk te monitoren. Daarover vindt binnen het regionale werkbedrijf afstemming plaats. De uitvoering hiervan vindt binnen de verschillende subregio s plaats. Advies 15 Gemist wordt in het stuk de gang van zaken met betrekking tot de gemaakte afspraken met werkgevers en overheid in het kader van de banen van de 'quotumregeling'. Is al bekend hoe de landelijke verdeling voor Rijnstreek/Holland Rijnland/Kaag en Braassem uitpakt? En hoe hiermee in het kader van Rijnstreek Werkt wordt omgegaan? Er is geen officiële verdeling, er is een landelijke afspraak voor de verdeling gemaakt. In bijlage IV, onder instrument 18, pagina 40, is dit beschreven. Advies 16 Met betrekking tot de tegenprestatie wil de adviesraad aandacht vragen voor het volgende: hierbij dient naar de mening van de adviesraad een uitzondering gemaakt te worden voor mantelzorgers en voor personen die een jong kind verzorgen. Mantelzorg wordt gezien als een vorm van tegenprestatie, vooral omdat mantelzorg geen vrijwilligerswerk is, maar iets wat je overkomt. De wetgever heeft voor jonge ouders bepaald dat er sollicitatieplicht is. Het hebben van (jonge) kinderen is geen belemmering voor arbeid, omdat kinderopvang een instrument is wat de gemeente kan inzetten. Pagina 5 van 6
Advies 17 De adviesraad verzoekt mee te delen of de Rijnstreek gemeenten hiervan meeprofiteren en of dit gevolgen heeft voor de gemaakte keuzes in het conceptbeleidsplan Rijnstreek Werkt 2015-2016? Ja, de gemeente maakt gebruik van de ESF subsidie voor de bestrijding van jeugdwerkeloosheid. Dit doen wij in Holland Rijnland verband. Advies 18 De adviesraad verzoekt te bezien hoe een dergelijke maatregel uitwerkt in de plannen Rijnstreek Werkt 2015-2016. Het gevaar van deze maatregel is, dat hierdoor verdringing van werkloze 55-plussers kan / zal plaatsvinden, aangezien het voor werkgevers voordeliger wordt 65-plussers aan te nemen. Het klopt dat een werkgever minder hoeft te betalen voor een werknemer die de AOWgerechtigde leeftijd heeft behaald, omdat de meeste werknemersverzekeringen niet gelden. Echter, de AOW-gerechtigde leeftijd wordt hoger. Concurrentie is er rondom deze leeftijdsgrens, maar geeft ons geen aanleiding om het beleidsplan aan te passen. Tevens willen wij u meedelen dat er in Alphen aan den Rijn een testpanel is die folders en brochures beoordeelt op duidelijkheid en leesbaarheid. Indien één van uw leden aan wilt sluiten bij dit testpanel is dat mogelijk. Wij hopen uw vragen naar behoren beantwoord te hebben. Mocht een en ander niet duidelijk zijn dan zijn wij te allen tijde bereid u hierover te informeren. Neemt u dan contact op met de gemeente. Met vriendelijke groet, Burgemeester en wethouders van Kaag en Braassem, namens hen, manager Ruimtelijke Ontwikkeling, Samenleving en Belastingen, drs. J.J. Démoed Pagina 6 van 6