Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 2

Vergelijkbare documenten
HRo - Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 2

HRo - Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 2. Versie aug

Belastingplan Vs

1. Wet financiering sociale verzekeringen (Wfsv)

Heffingskortingen 2016

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016

Bijlage bij Algemeen Overleg Partnerbegrip in de fiscaliteit 09/06/10 1

Overzicht Fiscale Cijfers 2013 en 2014 (per januari 2014)

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2015

Aanvullende toelichting Belasting berekenen bij emigratie of immigratie in 2016

Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 1

Als u 65 jaar of ouder bent

PARTICULIEREN: LETOP

Woord vooraf. Tabellen IB/PH VW.5

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2017

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2015

Aanvraagformulier voor heffingskortingen 2006

1. Inkomstenbelasting/premie

Afdeling Samenleving Richtlijn 330 Ingangsdatum:

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2011

Als u gaat scheiden. Let op! PA 960-1Z71FD (1019)

1. Wet Inkomstenbelasting 2001

Kerncijfers Levensverzekering - kapitaalverzekering. 2. Levensverzekering - lijfrente. Kapitaalverzekering Brede Herwaardering

Cijfer- en percentageoverzicht LIJFRENTEVERZEKERING

1. Wet Inkomstenbelasting 2001

Fiscale en sociale cijfers 2012 per 1 januari 2012

HRo - Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 1

HRo - Inkomstenbelasting - Inleiding -- Deel 1

tarief belastingschijf 1 37% 36,25%* (5,1% belastingen en 31,15% premies) tarief belastingschijf 2 42% 42%* (10,85% belastingen en 31,15% premies)

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2013

Als u gaat scheiden. Let op! PA 960-1Z81FD (2126)

Inkomstenbelasting. Fiscale partnerregeling en heffingskortingen. Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2009

Hoofdstuk 52 Wijzigingen 2018 en later

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2014

ALS JE BURGERS HELPT MET HET DOEN VAN AANGIFTE INKOMSTENBELASTING OF AANVRAAG TOESLAGEN. Tips en trucs en de belangrijkste veranderingen in 2018

geen max. 12% van de winst max. dotatie oudedagsreserve

Programma. Inleiding wettenbundel fiscaal. FFP opleiding Fiscaal. Inleiding Wettenbundel IB 2001, IWIB, UBIB, URIB. Box 1.

,15% 27,65% 40,80% ,80% 40,80% % 52% ,15% 9,75% 22,90% 6.

ALS JE BURGERS HELPT MET HET DOEN VAN AANGIFTE INKOMSTENBELASTING OF AANVRAAG TOESLAGEN. Tips en trucs en de belangrijkste veranderingen in 2018

7.7. Samenvatting door een scholier 2041 woorden 26 juni keer beoordeeld

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2012

Info voor gastouders over

Praktisch belastingkompas. Fiscale cijfers

Bijlage Lindenhaeghe Examens 2013 Wft Pensioenverzekeringen

Overzicht tarieven box 1. Belastingjaar 2017

1 Belastingjaar 2016

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2014

Bijlage WFTNIVO examens Bijlage WFTNIVO examens Inhoud. Belastingtarief box 2 en 3

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2016

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2013

ASR Kerncijfers 2013

Belastbaar inkomen Maar niet Tarief premie Heffing over totaal meer dan meer dan Belastingtarief volksverzekering Totaal tarief van de schijven

belastingtarief tarief premie volksverzekeringen

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Wijzigingen in de loonheffingskorting 2019 voor niet-inwoners van Nederland

Bijlage Lindenhaeghe Examens 2013 Wft Hypothecair Krediet Wft Levensverzekeringen

Als u gaat samenwonen

1. Belastingen Schijf: Loon op jaarbasis: Niet meer dan: Totaal tarief: Heffing over totaal van de schijven:

Bijlage WFt Opleidingen

Hoofdstuk 52 Wijzigingen 2019 en later

Als u gaat trouwen. Sommige inkomsten en aftrekposten kunt u verdelen. Let op! PA 940-1Z71FD

Vragen en antwoorden over fiscale partnerregeling en heffingskortingen

ALGEMENE ECONOMIE /04

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2015

Syllabus. IB en het cafetariasysteem - uitwerkingen

1. Kosten kinderen. Netto Gezins Inkomen. Berekend per Besteedbaar tijdens huwelijk / samenwonen. Vrouw 0 0 Gemaximeerd tot 6000

1. Besteedbaar inkomen tijdens Huwelijk/Samenwonen

1. Besteedbaar inkomen tijdens Huwelijk/Samenwonen

1. Besteedbaar inkomen tijdens Huwelijk/Samenwonen

Info voor gastouders over inkomen en belastingen in 2017

Reader Fiscaal J. Clermonts T. Visser

1. Kosten kinderen. Netto Gezins Inkomen. Berekend per Besteedbaar tijdens huwelijk / samenwonen. Vrouw 0 0 Gemaximeerd tot 6000

Aangeven van vermogensbestanddelen. Aanmerkelijk belang. Aanvullende alleenstaande-ouderkorting. Aanvullende combinatiekorting

Fiscaal rapport aangifte inkomstenbelasting 2016

Algemeen deel met partner... 3 Inleiding... 3 Schema belastingheffing... 4 Drempelinkomen... 5 Tarief... 5 Box Middeling... 7 Box 2...

Fiscale cijfers 2008

1. Besteedbaar inkomen tijdens Huwelijk/Samenwonen

UIT inkomstenbelasting

Belastingdienst. Inkomstenbelasting Vragen en antwoorden over de fiscale partnerregeling en heffingskortingen 2016

Belastingveranderingen Alex van Scherpenzeel Manager afdeling Belangenbehartiging

De belastingplichtige krijgt dan een positieve/negatieve aanslag IB opgelegd.

HRo - Loonbelasting -- Deel 4

HRo - Loonbelasting -- Deel 4

Wonen in Duitsland 2016

Voorlichting Low budget, high service

Belastingspecial 2014

Kwalificerende Buitenlandse Belastingplichtige 2015

WELKOM CNV Senioren. Agenda ODP voorlichtingsmiddag

Bijlage: Vaststelling eigen bijdrage en besteedbaar inkomen voor een aantal categorieën.

Inkomstenbelasting. Module 7 hoofdstuk 2

Gids Productfiscaliteiten 2013

Bijlage 2013 (tweede helft) bij het rapport van de Werkgroep Alimentatienormen

Transcriptie:

Inkomstenbelasting inleiding 2 programma Verliescompensatie Heffingskorting Splitsing heffingskorting Middeling Aanslag Verliescompensatie 1 van 2 Binnenjaarse verliescompensatie Binnen een box mogen de positieve en negatieve onbeperkt met elkaar verrekend worden. Buitenjaarse verliescompensatie Als het boxinkomen per saldo negatief is, mag dit verrekend worden met positieve inkomens uit dezelfde box van de drie voorafgaande jaren van de negen komende jaren De verrekening verloopt volgens het fifo-stelsel. Verliescompensatie 2 van 2 Jaar I II III IV V VI VII Inkomen 12.000 uit werk en woning 12.000 9.000 7.000-18.000-5.000-3.000 Carry back jaar III naar jaar I 7.000 -/- 7.000 + Blijft 5.000 0 Carry back jaar IV naar jaar I 5.000 -/- 5.000 + Blijft 0 13.000- Carry back van jaar IV naar jaar II 9.000 -/- 9.000 + Blijft 0 4.000- Carry forward jaar IV naar jaar VI 3.000 + 3.000 -/- Blijft 1.000-0 Carry forward jaar IV naar jaar VII 1.000 + 1.000 -/- Blijft 0 11.000 Carry forward jaar V naar jaar VII 5.000 + 5.000 -/- Belastbaar bedrag 0 0 0 0 0 0 11.000 vergroting 1

Verliescompensatie bij partners Piet en Annie zijn al jaren gehuwd. Zij wonen in een monument. Zij hebben dit monument in 2013 laten restaureren. Hierdoor ontstond in 2013 een PGA van 80% van 200.000 = 160.000. Doordat het inkomen van Piet ( 85.000 per jaar) onvoldoende was voor volledige verrekening via carry back, resteert er een onverrekend verlies van 75.000. Op 2 jan 2014 overlijdt Piet. Omdat Piet en Annie er ook voor hadden kunnen kiezen de PGA ten laste van Annie s inkomen te brengen, gaat het onverrekende deel van het verlies o.g.v. art. 3.150 lid 6 op Annie over. Algemene heffingskorting art. 8.10 Artikel 8.10 1. De algemene heffingskorting geldt voor iedere belastingplichtige. 2. De algemene heffingskorting bedraagt 2.103. Elke binnenlandse belastingplichtige heeft recht op de algemene heffingskorting, dus ook minderjarigen die eigen inkomen uit arbeid genieten. De hoogte van de korting is afhankelijk van het belastbaar inkomen uit werk en woning. Vast bedrag van 2.103 Af: 2% x (inkomen - 19.645) maar min. 0 en max. 737 Algemene heffingskorting Arbeidskorting art. 8.11 1 van 2 Artikel 8.11 1. De arbeidskorting geldt voor de belastingplichtige die arbeidsinkomen geniet. 2. (...) De arbeidskorting ( ) bedraagt: a. 1,807% van het arbeidsinkomen met een maximum van 161, vermeerderd met: b. 18,724% van het arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan 8.913, waarbij de som van de bedragen (...) niet meer bedraagt dan 2.097, en verminderd, doch niet verder dan tot 367, met: c. 4,00 % van het arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan 40.721. Ingeval het arbeidsinkomen niet meer bedraagt dan 40.721, bedraagt de arbeidskorting ten minste de volgens artikel 22a van de Wet op de loonbelasting 1964 toegekende arbeidskorting, maar maximaal het in de eerste volzin, onderdeel b, als laatste vermelde bedrag. 2

Arbeidskorting art. 8.11 2 van 2 en Tot welk bedrag bestaat recht op arbeidskorting? 1. Jan (42) is 60% arbeidsongeschikt en geniet een WIA-uitkering. 2. Idem, maar nu werkt hij 1 dag per week; inkomsten 11.913 per jaar. 3. Piet (63) is ondernemer. Hij behaalde dit jaar een winst van 88.913. Uitwerkingen 1. Jan heeft geen inkomsten uit tegenwoordige arbeid; nihil. 2. Jan heeft recht op ( 11.913 8.913) x 18,724% + 161 = 556. 3. Piet heeft recht op 80.000 x 18.724% + 161 = 15.141 maar nooit meer dan 2.097. Hier moet nog de korting vanaf: 4,00% van (88.913 -/- 40.721) = 1.927. De arbeidskorting is dus 2.097-1.927 = 170 maar minstens 367. Werkbonus artikel 8.12 1 van 2 1. De werkbonus geldt voor de belastingplichtige die arbeidsinkomen geniet en die bij het begin van het kalenderjaar de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt maar nog niet de leeftijd van 64 jaar. 2. De werkbonus bedraagt: a. 58,100% van het arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan 17.327, met een maximum van 1.119, verminderd, doch niet verder dan tot nihil, met: b. 10,567% van het arbeidsinkomen voor zover dat meer bedraagt dan 23.104. Werkbonus artikel 8.12 2 van 2 en Tot welk bedrag bestaat recht op de werkbonus? 1. Jan (42) is 60% arbeidsongeschikt en geniet een WIA-uitkering. 2. Idem, maar nu werkt hij 1 dag per week; inkomsten 11.913 per jaar. 3. Piet (63) is ondernemer. Hij behaalde dit jaar een winst van 88.913. Uitwerkingen 1. Jan heeft geen inkomsten uit tegenwoordige arbeid; nihil. 2. Jan is jonger dan 61 jaar en verdient minder dan 17.327. Hij heeft geen recht op de werkbonus. 3. Piet s werkbonus bedraagt: 58,100% x ( 88.913 -/- 8.913) = 46.480 doch maximaal 1.119 minus 10,567% x ( 88.913-23.104) = 6.954. Zijn werkbonus bedraagt dus 1.119-6.954 = 0 (nihil). 3

Inkomensafhankelijke combinatiekorting verricht tegenwoordige arbeid (arbeidsinkomen); verdient daarmee meer dan 4.814 of heeft recht op zelfstandigenaftrek; tot huishouden behoort min. 6 maanden een kind dat: - op 1 januari jonger was dan 12 jaar en - op hetzelfde adres ingeschreven staat; bel.pl. heeft geen partner of bel.pl. heeft lager arbeidsinkomen dan partner. Korting: 1.024 + 4% van (arbeidsinkomen - 4.814) maar niet meer dan 2.133. Ouderschapsverlofkorting art. 8.14b Er bestaat recht op ouderschapsverlofkorting als bel.pl.: in het belastingjaar (B-jaar) ouderschapsverlof opnam en op dat moment aan de levensloopregeling deelnam. Dit laatste moet worden aangetoond met een door de werkgever te verstrekken ouderschapsverlofverklaring; zie art. 44d Uitv. reg. IB. De korting bedraagt: 50% x minimumuurloon ( 8,57 per 1-1-2014) x aantal uren ouderschapsverlof maar niet meer dan belastbaar loon vorig jaar minus belastbaar loon dit jaar; zie art.44c Uitv. reg. IB. Alleenstaande-ouderkorting art. 8.15 bel.pl. heeft geen fiscale partner; tot huishouden behoort een kind dat: - op 1 jan jonger was dan 18 jaar, - in de GBA op hetzelfde adres staat ingeschreven én - in belangrijke mate door hem wordt onderhouden De korting bedraagt 947. Als het kind jonger is dan 16 jaar bedraagt de korting: 947 plus 4,3% van arbeidsinkomen doch max. 1.319. 4

Jonggehandicaptenkorting art. 8.16a bel.pl. heeft recht op Wajong-uitkering (met arbeidshandicap geboren of op jonge leeftijd arbeidsgehandicapt geraakt) De korting bedraagt 708. Ouderenkorting art. 8.17 op 31 dec of t.t.v overlijden recht op AOW-uitkering. Korting: bij verzamelinkomen tot en met 35.450: 1.032 bij verzamelinkomen groter dan 35.450: 150. Verzamelinkomen art. 2.18 Belastbaar inkomen uit werk en woning Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang Belastbaar inkomen uit sparen en beleggen Verzamelinkomen Dus na aftrek PGA Alleenstaande ouderenkorting art. 8.18 bel.pl. heeft recht op een AOW-uitkering als ongehuwde of als alleenstaande ouder. De korting bedraagt 429. Artikel 9 Algemene ouderdomswet 1. Deze wet kent een bruto-ouderdomspensioen voor: a. de ongehuwde pensioengerechtigde; b. de gehuwde pensioengerechtigde; c. de ongehuwde pensioengerechtigde die een kind heeft jonger dan 18 jaar, dat niet als eigen kind, aangehuwd kind of pleegkind tot het huishouden van een ander behoort en voor wie hij op grond van de Algemene Kinderbijslagwet kinderbijslag ontvangt of zal ontvangen. 5

Korting groene beleggingen art. 8.19 Bel.pl. bezit aandelen in groene beleggingen. Groene beleggingen zijn fondsen die beleggen in projecten voor milieubescherming en als zodanig door de Belastingdienst zijn erkend. De korting bedraagt 0,7% van 56.420. Greet heeft 40.000 belegd in aandelen van een groenfonds. Dit soort beleggingen zijn in box 3 tot max. 56.420 vrijgesteld. De belegging is minder en dus geheel vrij in box 3. Daarnaast bestaat recht op een heffingskorting van 0,7% van 40.000 = 280. Verschuldigde belasting art. 2.7 De standaardheffingskorting wordt verleend op de som van de belasting en premieheffing over de boxen 1, 2 en 3. Belastbaar inkomen box 1 x tarief box 1 Belastbaar inkomen box 2 x tarief box 2 Belastbaar inkomen box 3 x tarief box 3 Premie-inkomen x premietarief + Gecombineerde inkomensheffing Heffingskorting -/- Te betalen belasting + premieheffing Alleen binnenlandse bel.pl. hebben recht op heffingskorting. Splitsing heffingskorting artt. 8.3 t/m 8.7 1 van 2 De heffingskorting geldt voor de som van IB en PH. Als een van beide niet verschuldigd is, korting splitsen: inkomstenbelasting 5,10% premie AOW 17,90% premie ANW 0,60% premie AWBZ 12,65% + totaal 31,15% De splitsing geldt niet voor: de ouderenkorting de alleenstaande ouderenkorting de korting voor groene beleggingen gecombineerde heffingskorting 6

Splitsing heffingskorting artt. 8.3 t/m 8.7 2 van 2 Frits (67) woont samen met zijn 14 jarige zoon. Hij ontving in 2014 17.700 AOW en 13.602 loon. Gevraagd Bereken hoeveel belasting en premieheffing Frits moet betalen. Uitwerking Berekening Standaardheffingskorting Algemene heffingskorting 1.831 x 18,35% / 36,25% 927 [ 2.103-2,0% x 13.602 doch min. 1.366] [0,60% + 12,65% + 5,10% = 18,35%] Arbeidskorting Frits heeft arbeidsinkomen; hij heeft recht op arbeidskorting. Arbeidsink. 13.602 8.913 1,807% 161 4.689 18,742% 879 + max. 1.723 1.040 x 18,35% / 36,25% 527 Ouderenkorting Verzamelinkomen 31.302 35.450 1.032 Alleenstaande-ouderkorting Vast bedrag 947 Arbeidsink. 585 13.602 4,30% max. 1.319 1.532 1.319 2.878 Standaardheffingskorting vergroting Gecombineerde heffingskorting art. 8.8 en 8.9 1 van 3 Verhoging maximum gecombineerde heffingskorting Faciliteit Onbenutte deel van de heffingskorting wordt aan partner overgedragen gedurende meer dan zes maanden fiscale partners inkomen meest verdiende partner is groter dan diens eigen gecombineerde heffingskorting. Gecombineerde heffingskorting art. 8.8 en 8.9 2 van 3 Tomas en Marry (geboren in 1985) zijn al vele jaren gehuwd. Tomas is adviseur. Hij verdient 60.000 per jaar. Marry verzorgt het huishouden. Beide echtelieden hebben recht op de algemene heffingskorting van 2.103. Omdat Marry geen inkomen heeft, is zij geen inkomensheffing verschuldigd. Haar heffingskorting bedraagt daarom volgens art. 8.8 0 (nihil). Omdat Tomas meer inkomensheffing verschuldigd is dan zijn gecombineerde heffingskorting, ontvangt Marry toch (een deel van) haar gecombineerde heffingskorting. Omdat zij van na 31-12-1971 is, geldt een kortingsregel. Marry ontvangt 60% van 2.103 = 1.262. 7

Gecombineerde heffingskorting art. 8.8 en 8.9 3 van 3 Piet en Annie (geboren in 1970) zijn getrouwd. Piet werkt fulltime, Annie 1 dag per week. Piet s gecombineerde inkomensheffing bedraagt 3.750 en zijn heffingskorting 3.000. Piet betaalt dus 750 IB/PH. Annie s gecombineerde inkomensheffing bedraagt 800 en haar heffingskorting 2.100. Haar korting is dus groter dan haar inkomensheffing. Omdat Piet per saldo moet betalen, ontvangt Annie een teruggaaf van 60% van 1.300 = 780. Omdat dit meer is dan Piet per saldo moet betalen, wordt de teruggaaf niet verlaagd tot 750. (De teruggaaf kan dus niet meer zijn dan de partner per saldo nog aan inkomensheffing moet betalen) Middeling art. 3.154 In dit voorbeeld zijn de percentages steeds 37, 42, 42 en 52. In werkelijkheid moet voor elk jaar met de voor dat jaar geldende percentages een berekening worden gemaakt. Middelingstijdvak jaar 1 jaar 2 jaar 3 totaal Belastbaar inkomen werk en woning 76.000 4.000 76.000 156.000 Verschuldigde belasting 1e schijf 0 20.000 37% 7.400 1.480 7.400 2e schijf 20.001 40.000 42% 8.400 0 8.400 3e schijf 40.001 60.000 42% 8.400 0 8.400 4e schijf 60.001 9.999.999 52% 8.320 0 8.320 Af: heffingskorting (max.) 2.550 2.550-1.480-2.550- Verschuldigde belasting voor middeling 29.970 0 29.970 59.940 Herr. Belastbaar inkomen werk en woning 52.000 52.000 52.000 156.000 Verschuldigde belasting 1e schijf 0 20.000 37% 7.400 1.480 7.400 2e schijf 20.001 40.000 42% 8.400 0 8.400 3e schijf 40.001 60.000 42% 8.400 0 8.400 4e schijf 9.999.999 52% 8.320 0 8.320 Af: heffingskorting (max.) 2.550 2.550-1.480-2.550- Verschuldigde belasting na middeling 26.750 2.960 26.750 56.460 -/- Verschil 3.480 Af: drempel 545 -/- Teruggaaf 2.935 vergroting Wel of geen aanslag art. 9.4 1 van 2 Er wordt (wel) een aanslag opgelegd als: verschuldigde IB 10.000 10.000 -/- voorheffingen -9.000-9.000 -/- voorlopige aanslagen -955-956 45 of meer 45 nihil Er wordt geen aanslag opgelegd als bel.pl. aangifte heeft gedaan (T-biljet) en het terug te geven bedrag 14 of minder is art. 9.4 lid 5. 8

EINDE 9