Rapport Gemeentelijke Ombudsman Fietswrak of niet? Gemeente Amsterdam, Stadsdeel Centrum 20 september 2007 RA0714059 Samenvatting De reinigingspolitie van stadsdeel Centrum verwijdert de fiets van een binnenstadbewoner. De fiets zou voldoen aan de criteria voor een wrak. De eigenaar is het daarmee niet eens; bovendien heeft een buurman bij verwijdering tegen de reinigingscontroleur gezegd dat de fiets nog in gebruik was. De ombudsman constateert dat de verwijdering van de fiets niet volgens de procedureregels is gebeurd. Een van de criteria die de reinigingspolitie heeft opgesteld om te bepalen of een fiets een wrak is, luidt namelijk dat er twee of meer basisonderdelen van een fiets moeten ontbreken. Daarvan was hier geen sprake, nu enkel het voorwiel ontbrak. Bovendien blijkt niet hoe de twee andere criteria (de staat van verwaarlozing en economische waarde) zijn beoordeeld. De handelwijze van het stadsdeel is niet behoorlijk, wat de ombudsman aanleiding heeft gegeven om een aanbeveling te doen. Oordeel De onderzochte gedraging is niet behoorlijk Aanbeveling Het Dagelijks Bestuur van stadsdeel Centrum wordt verzocht te bevorderen dat verzoeker alsnog schadevergoeding ontvangt voor zijn fiets.
Aantal pagina s: 2/5 Verzoek Het verzoek tot onderzoek is op 23 februari 2007 schriftelijk ingediend en betreft de Gemeente Amsterdam, Stadsdeel Centrum. Het gevraagde onderzoek heeft betrekking op: de verwijdering van een fietswrak Bevindingen achtergrond van het verzoek De reinigingspolitie van Stadsdeel Centrum verwijdert op 2 juni 2006 verzoekers fiets (volgens verzoeker een oude, maar robuuste Gazelle herenfiets), omdat die aan de criteria van een wrak zou voldoen. Verzoekers buurman, die toevallig aanwezig is bij het verwijderen, protesteert. Hij vertelt de dienstdoende reinigingscontroleur dat de fiets nog regelmatig gebruikt wordt. Verzoeker dient op 4 oktober 2006 een klacht in bij het stadsdeel. Hij kan zich er niet in vinden dat het stadsdeel de fiets verwijderd heeft, zonder dat tevoren met een sticker aan te kondigen. Het stadsdeel stuurt de klacht door naar Verzekeringsbedrijf Groot Amsterdam (VGA) met het verzoek de klacht als schadeclaim te behandelen. In een reactie van 25 oktober 2006 schrijft VGA verzoeker dat niet alleen het voorwiel van de fiets ontbrak, maar dat ook de achterband lek was en de stuurinrichting en het aandrijfmechanisme defect waren. De fiets voldeed daarom aan meerdere criteria van de fietswrakken norm, zodat die volgens het beleid zonder stickeren verwijderd mocht worden. Het verzoek om schadevergoeding wordt daarom afgewezen. Verzoeker kan zich hierin niet vinden. Hij wijst erop dat het voorwiel de dag voor verwijdering gestolen was. Het was weliswaar mogelijk dat het aandrijfmechanisme (de ketting) los zat, maar de stuurinrichting was niet kapot en er zat een nieuwe buiten- en binnen band om het achterwiel. Een lekke band is mogelijk, maar volgens een vriend die de fiets kort voor verwijdering had gebruikt, was de band niet lek. Verzoeker vindt dat de reinigingspolitie de fiets niet op goede gronden heeft verwijderd. daarom wendt hij zich tot de ombudsman. reactie van Stadsdeel Centrum Voor het antwoord op de vraag of een fiets een wrak is, toetst het stadsdeel de fiets op drie punten. Men kijkt naar de staat van onderhoud, de staat van verwaarlozing en de negatieve economische waarde 1. Het stadsdeel erkent dat de definitiebepaling van een wrak nauwkeurig is omschreven in procedureregels voor verwijdering van fietswrakken, maar dat er interpretatieverschillen bestaan. Bij twijfel moet de fiets een sticker krijgen. Door het plakken van de sticker kan de reinigingspolitie controleren of de fiets nog wel gebruikt wordt. De sticker biedt aan de gebruiker, bezitter of eigenaar van de fiets de mogelijkheid om zijn fiets zelf te verwijderen. Over de status van de fiets kunnen reinigingspolitie en fietseigenaar verschillen van mening. Dat kan leiden tot een klacht. Wat betreft de staat van onderhoud had de fiets van verzoeker volgens de betreffende reinigingsagent de volgende gebreken: defecte stuurinrichting, aandrijfmechanisme defect, voorwiel ontbrak, achterband was leeg. Daarvan is aantekening gemaakt op een zogenaamd formulier verwijdering fietswrak. Dat formulier moet ingevuld worden als een fietswrak verwijderd wordt. 1 De uitwerking van die drie punten is hierna opgenomen onder de kop Regelgeving, pag 3 van dit rapport.
Aantal pagina s: 3/5 De staat van verwaarlozing en de negatieve economische waarde zijn niet vastgelegd op het formulier verwijdering fietswrak. Reden hiervoor is dat dit niet in enkele termen afdoende valt te omschrijven. Ten aanzien van de staat van verwaarlozing wordt er enig oordeelsvermogen verwacht van de reinigingsagent. Een foto maken van de fiets geeft geen goede indruk. De lagering van een as of het stuur kan helemaal kapot zijn, wat een erg dure reparatie meebrengt. Op een foto is dat niet te zien. De op het formulier vermelde staat van onderhoud van de fiets maakt duidelijk dat er niet op gefietst kan worden. Als iemand (in dit geval de buurman) heeft gezegd dat er tot voor kort nog op gefietst werd doet dat niets af aan de staat van onderhoud op het moment van de beoordeling en verwijdering. Kennelijk zag deze fiets er zo uit dat de betreffende reinigingscontroleur niet twijfelde aan de economische waarde van het geheel. reacties op bevindingen Het resultaat van het onderzoek is als verslag van bevindingen naar verzoeker en naar het stadsdeel gestuurd teneinde een nadere reactie mogelijk te maken. Beide hebben gereageerd. De reacties zijn, voor zover relevant, in het verslag verwerkt. Verder merkt verzoeker op dat uit het formulier verwijdering fietswrak niet blijkt of en hoe de reinigingspolitie het criterium beoordeling negatieve economische waarde bij zijn degelijke Gazelle fiets heeft beoordeeld. De Gazelle fiets, die hij had, kon na een paar eenvoudige reparaties (opleggen van de ketting, vastzetten stuur, plaatsen nieuw voorwiel en oppompen achterwiel) voor een interessante prijs worden doorverkocht. Regelgeving De reinigingspolitie van stadsdeel Centrum heeft het beleid rond de verwijdering van fietswrakken vastgelegd in de procesketen afhandelen fietswrakken. Of een fiets een wrak is wordt beoordeeld aan de hand van drie punten 2 : Beoordeling van de staat van onderhoud van de fiets De reinigingsagent of de reinigingscontroleur beoordeelt of de fiets volgens artikel 45 Afvalstoffenverordening (ASV) rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud is. Hieronder wordt verstaan het ontbreken van minimaal 2 van de volgende basisonderdelen van een fiets: - wielen; - banden; - stuur; - zadel; -pedalen; -aandrijfmechanisme (ketting). Ontbreekt slechts een onderdeel dan is er op basis van de enkele constatering daarvan reeds geen sprake meer van een wrak. Beoordeling staat van verwaarlozing De reinigingsagent of reinigingscontroleur beoordeelt of de fiets zich volgens art. 45 ASV in kennelijk verwaarloosde staat bevindt. Dit is herkenbaar aan de volgende kenmerken: - stof; - roest; - groei van mos of aanliggende bossages op en rond het rijwiel; - staat van het slot (het is zichtbaar dat het slot lang niet gebruikt is); - toestand van de (aanwezige) banden. Men 2 Zie ook: pag 7 van het Rapport Gemeentelijke Ombudsman Fiets in de Openbare Ruimte, RA0713486 dd 13 juni 2007.
Aantal pagina s: 4/5 moet bij dat laatste denken aan kale banden (waar geen profiel meer op zit), lekke banden of een band die enkel bestaat uit een binnenband. Beoordeling negatieve economische waarde De reinigingsagent of reinigingscontroleur beoordeelt met behulp van de prijslijst of de economische waarde van de fiets minder is dan de herstelkosten. De volgende stappen worden daarbij doorlopen: 1. zijn er onderdelen defect? 2. is er reeds een reparatiepoging in gang? 3. zijn de defecte onderdelen met een geringe vergoeding te herstellen? Daarbij gebruikt de agent of controleur een prijslijst onderdelen fiets als houvast bij de afweging of herstel loont. De op de prijslijst genoemde bedragen zijn gebaseerd op recente kostprijzen voor de diverse fietsonderdelen van twee landelijke fietsonderdeelspeciaalzaken. De reinigingsagent of controleur trekt zijn conclusies uit de drie voorgaande beoordelingen. Een fiets mag pas als wrak worden beschouwd als deze voldoet aan de drie voorgaande criteria. Dit betekent dat de fiets EN - rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud is EN - in kennelijk verwaarloosde staat is EN - een negatieve economische waarde heeft. Behoorlijkheidsvereisten De ombudsman toetst de gedragingen en handelingen van gemeentelijke instanties aan behoorlijkheidsvereisten. In dit onderzoek is getoetst aan het redelijkheidsvereiste. Overwegingen Het redelijkheidsvereiste houdt in dat het bestuursorgaan bij elk handelen (rechtshandelingen en feitelijke handelingen) alle relevante feiten en omstandigheden tegen elkaar afweegt. De uitkomst van die belangenafweging mag niet onredelijk zijn. Ook het vaststellen of een fiets een wrak is moet aan de hand van een redelijke belangenafweging gebeuren. Dat geldt eens te meer nu de gevolgen van die kwalificatie vergaand zijn: namelijk verwijdering en vernietiging. Vast staat dat het stadsdeel procedureregels heeft vastgesteld aan de hand waarvan de medewerkers kunnen beoordelen of een fiets een wrak is. Dat vereist wel dat die medewerkers zich aan deze regels en de daarin voorgeschreven criteria ter beoordeling van een wrak houden. De opmerking van het stadsdeel dat de definitiebepaling van een wrak weliswaar nauwkeurig is omschreven, maar er desondanks ruimte zou zijn voor interpretatie kan de ombudsman niet volgen. Het nut van procedureregels is immers beperkt, als die vervolgens ter vrije interpretatie zijn en niet nageleefd worden. Volgens het stadsdeel ontbrak aan verzoekers fiets slechts één onderdeel. Daarmee voldoet de fiets niet aan de geldende voorwaarden voor een wrak. Bijgevolg kwam de fiets niet voor verwijdering
Aantal pagina s: 5/5 in aanmerking. Door de fiets toch te verwijderen heeft het stadsdeel in strijd met het vereiste gehandeld. Dit is voor de ombudsman aanleiding aan zijn oordeel een aanbeveling te verbinden. Deze casus onderschrijft dan ook de conclusie in het rapport Fiets in de Openbare Ruimte 3 dat onduidelijkheid lijkt te bestaan over de toepassing van criteria ter vaststelling van een wrak, en onderstreept het belang van het maken van deugdelijke aantekeningen over verwaarlozing en waarde van de fiets. Oordeel De onderzochte gedraging is niet behoorlijk. Aanbeveling Het Dagelijks Bestuur van stadsdeel Centrum wordt verzocht te bevorderen dat verzoeker alsnog schadevergoeding ontvangt voor zijn fiets. 3 Rapport Gemeentelijke Ombudsman Fiets in de Openbare Ruimte, RA0713486 dd 13 juni 2007.