Taalbeschouwing OTV1-NDRK1-15 ITT Versnelde deeltijdopleiding bijeenkomst 1, september 2016
Taalbeschouwing Begrijpend lezen Stellen Spellen Technisch lezen Woordenschat Taalbeschouwing & grammatica Jeugdliteratuur
Taalbeschouwing Metalinguïstisch bewustzijn:.... pp. 359 e.v.
Taalbeschouwing Beschouwen van taal op verschillende niveaus: fonologie morfologie Orthografie Syntaxis Pragmatiek Semantiek
Fonologie Medeklinkers: obstruenten: p, b, t, d, k, s, z, f, v, g, ch sonoranten: l, r, j, w, h, m, n, ng labiaal: p, b, f, v, m, w, dentaal: t, d, s, z, n, l, r, palataal: j velaar: k, g, ch, ng
Fonologie: consonanten en vocalen Stemhebbend sonoranten stemloos obstruenten Vormingsplaats Bilabiaal Labiodentaal Dentaal Palataal Velaar lippen onderlip / tanden tongpunt / boventand tong / hard gehemelte tongblad / zacht gehemelte
Fonologie: vormingsplaats consonanten Schrijf de consonanten bij de juiste vormingsplaats (b, z, k, v, ch, l, d, ng, t, p, j, n, v, m, w, f, s)
Morfologie Morfologie = woordvorming Morfeem: Deel van een woord dat betekenis draagt
Morfologische processen Samenstelling Tafel + laken = tafellaken Leid + man = leid-s-man Beeld + houw = beeldhouw Hard + loop = hardloop Stok + oud = stokoud
Morfologische processen Afleiding vrij morfeem + gebonden morfeem (affix) nieuw woord Affix bepaalt woordsoort
Morfologische processen Vervoeging Vormverandering van het werkwoord
Morfologische processen Verbuiging vormverandering van het naamwoord Bijvoeglijk naamwoord groot / grote / groter / grootst / grootste Zelfstandig naamwoord Getal: huis / huizen; lepel/lepels; ei/ eieren Verkleinmorfeem: huisje, kraampje, koninkje Aanwijzend voornaamwoord Deze auto / dit autootje Persoonlijk voornaamwoord Positie in de zin: Ik/me/mij, hen/hun Bezittelijk voornaamwoord Mij/mijn, u/uw, jou/jouw
Syntaxis Woordsoorten (taalkundig ontleden) znw ww lw znw JAN VERFT DE FIETS Ond pv, ww.gez lijd vw Zinsdelen (redekundig ontleden)
Syntaxis: relaties met werkwoord 1. Actor 2. Voorwerpsrelatie 3. Relatie van bepaling Lijdend voorwerp Ondergaat werkwoord Meewerkend voorwerp Ontvanger werkwoord (aan/voor) Onderwerp voert werkwoord uit. 1 2 3 GEVEN Bijwoordelijke bepaling I Tijdsbepaling van het werkwoord Bijwoordelijke bepaling II Plaatsbepaling van het werkwoord
Semantiek: betekenis Antoniem Anti = tegengesteld, noma = naam Synoniem Syn = tegelijkertijd, noma = naam Eufemisme Grieks: ευφημειν (eufemein), = met goede woorden spreken. Hyponiem hypo = onderliggend, noma = naam Polysemie poly = veel, semie (semantiek)= betekenis Homonymie homo = gelijk, noma = naam
Pragmatiek: taalgebruik Jargon Sociale normen Groepstalen Regionale variatie Woordkeus
Pragmatiek: taalgebruik
Orthografie: spelling Ortho (Grieks) = juist, grafeem = teken Spelling o.a. afhankelijk van: - Fonologie Straat - Morfologie Postzegel (possegel) - Semantiek (homofonen) leiden, lijden - Syntaxis Hij verbrandt / hij is verbrand
syntaxis
TAALBESCHOUWING We nemen de opzet van de cursus door. 2 bijeenkomsten taalbeschouwing 3 bijeenkomsten stellen spellen Bron: Hubl > blended learning Toetsing: beroepsproduct > een stelles in de bovenbouw Literatuur Paus, H. (red.) (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs, Bussum 2014 4 e herz. druk, uitgeverij Coutinho pp. 45-47 en hoofdstuk 7: Taalbeschouwing. Paus, H. (red.) (2014). Portaal. Praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs, 4e herz. druk, pp. 33-34, 274-310, 313-315, 322-333 Weerdt, H. de (2011), De Taaltoetspabo haal je zo. Bussum uitgeverij Coutinho Huizenga, H en Robbe,R (Houten 2013), Basiskennis taalonderwijs, 1e druk, hoofdstuk 10.
Wat is taalbeschouwing? vorm inhoud
Dialoog 1 Vader zegt tegen zijn zoon: Wil jij nog wat eten? Wil je nog vlees? Nog wat groenten? Zoon: Ik hoef nog patat! Dialoog 2: Ben jij ook lid van de VPRO? Zeker, de VPRO lijkt nergens op, daarom ben ik lid geworden.
Reflecteren op taaluitingen: Wil je een belegd broodje of liever een belegd brood? Het heelalletje is veel ouder dan je denkt. Je moet je hersen eens laten nakijken. Hij heeft met oudjaar weer heel veel rotten afgestoken. Een jongetje wordt een jongen; een meisje een Wie heeft de president vermoord? Op straat reed een bommelding Op Twitter stond iets over een bommelding
Reclame is een rijke bron voor taalbeschouwingslessen Flexa verven, de langste houtbaarheid van alle verven! Sony is de draad kwijt Hondenbrokken zijn bestemd voor honden; speculaasbrokken zijn voor.
Taalbeschouwing taalbeheersing Het vriest vijf graden onder nul! Ik heb nooit geen geld van hem gekregen. (rond negatie veel merkwaardigheden!) Het kost allemaal verschrikkelijk duur. Wat is het verschil tussen schuifelen en strompelen? Tussen kuieren en schrijden? Tussen rennen en hollen? Wat te denken van: dood - doder - het doodst Draadstaal http://www.youtube.com/watch?v=d4h5o_zrxxw&feature=related 25
Taalbeschouwing taalbeheersing Ik leg in bed? Ik leg de pop in bed. liggen lig lag lagen leggen leg legde legden volt deelw. gelegen gelegd De pop heeft zij in bed De pop heeft in bed gelegd. gelegen. 26
Taalbeschouwen taalbeheersing Tegen meester Jan zeg je u en tegen mij jij. Waarom? Mensen die een dialect spreken zijn dom Praten mannen anders dan vrouwen? Verschillen? 27
De taal beschouwen is ontdekkingen doen meervouden.. - s.. - en vis school glas - vissen scholen glazen veter - vogel - veters vogels enkelvouden verkleinwoorden.. -? heelal?..-? hersenen?.. - eren ei - eieren kind - kinderen.. - s taxi - taxi s vergrootwoorden? Zijn belegde broodjes hetzelfde als een belegd brood? 28
Kijken naar taal. Iemand bij de neus nemen. Zijn neus ergens in steken. Een goede neus voor iets hebben. Zijn neus achternalopen. Even de neuzen tellen. De neuzen dezelfde kant op krijgen. Met zijn neus in de wind lopen. Het neusje van de zalm. 29
Traditionele taalbeschouwing: https://nl-nl.facebook.com/onzetaal/posts/134472773343630 of http://www.vrt.be/taal/taalprof-uit-anonimiteit Paulien Cornelisse Van Kooten en de Bie: http://www.youtube.com/watch?v=gl_rgoj7psw