Extreem veel water en noodweer heeft gezorgd voor extreme schade

Vergelijkbare documenten
Toekomst: Verzekeringen

Om die reden doen wij via deze weg een dringend beroep op u om:

Provincie Noord-Brabant Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 1 juli 2016 Betreft Waterschade in Zuidoost-Nederland

Najaar 1998, kengetall' )0x428

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Dienstverleningsovereenkomst 2017 ter uitvoering van de basistaken en verzoektaken binnen de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord

3 november Inleiding

VERZEKERBAARHEID VAN OVERSTROMINGEN EN WATEROVERLAST IN NEDERLAND

Statenmededeling. Hagelstorm Zuidoost-Brabant. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Kennisnemen van

VASTSTELLINGSOVEREENKOMST (ART. 7:900 BW) tussen. De publiekrechtelijke rechtspersoon Provincie Limburg

Klimaatverandering & schadelast. April 2015

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel I: Algemeen

Eenheid Limburg. Reactietijden politie spoedmeldingen

Centrum voor Maatschappelijke Deelname (CMD) Tel: Brabant Noordoost

Een overstromingsverzekering in Nederland? Saskia van Dijke

Steunmaatregel nr. N 217/ Nederland Vuurwerkramp Enschede - Schadevergoeding aan ondernemers

PRESENTATIE INFOAVOND ZAAL DE VERREKIJKER OP 5 MEI

Ik heb op 30 juni 2016 een verzoek op grond van artikel 41b van de Woningwet ontvangen namens 33 gemeenten, te weten

Schaderegistratie na een ramp

Verzekeren van regenschade

behandeld door telefoonnummer bijlage(n) Zienswijze begrotingswijziging nr

Neimed Krimpbericht. Ontgroening in Limburg. Maart 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

in samenwerking met de 21 gemeenten in de Regio Zuidoost-Brabant Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijdings Procedure

Arbeidsmarktinformatie Zuidoost-Nederland

Zorgnorm overzichten 2010:

Aardbeiendag Impact op agrarisch bedrijf van veranderend weer. Interpolis. 11 januari Willem Snoeker sectormanager

Bestrijding van de zwarte rat in Midden Limburg door de samenwerkende gemeenten Nederweert Weert Leudal Echt-Susteren Maasgouw Roerdalen Roermond

Verzekeraars en klimaatverandering. Timo Brinkman 20 april 2016

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Samenwerken = Samen werken

de naamloze vennootschap Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V., gevestigd te Den Haag, hierna te noemen Aangeslotene.

Mogelijkheden voor verzekeren van schade door wateroverlast 17 september Reinder Kruyt & Timo Brinkman

Informatie over uw Glasdekking. Bij uw woonhuis- of inboedelverzekering in het ZekerheidsPakket Particulieren

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Zwaar onweer in #Asten hagelstenen zo groot als tennisballen enorme schade dakpannen / autoramen /deuken en lekkages

Bevolkingsontwikkeling in 2014: krimp en groei in Limburg

A 2015 N 51 PUBLICATIEBLAD

Bedrijvigheid en Werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant

ZWARTE RAT = RATTUS RATTUS Probleem nu en in de toekomst

De opkomst van structurele bevolkingsdaling

Neimed Krimpbericht. Veel Westerse en weinig niet-westerse allochtonen in Limburg SEPTEMBER 2015

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Limburg, maart 2019

Protocol Grootschalige incidenten

Bedrijvigheid & werkgelegenheid in Zuidoost-Brabant. Tabellenboek Vestigingsregister 2014

De uitkomsten van het onderzoek van TAUW en de toetsing aan het huidige beleid, zijn in deze memo samengevat.

Regionale arbeidsmarktrapportages. primair onderwijs Regio Zuidoost Brabant, Noord-Limburg. December 2012

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 20 februari 2015 (prof. mr. M.L. Hendrikse en mr. E.E. Ribbers, secretaris)

WAAROM DOEN WE ONDERZOEK?

Passend Onderwijs. voor leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis of een gehoorbeperking. Voor ouders en leerkrachten

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Vlaamse brede weerverzekering en Vlaams rampenfonds

Kennisvraag: wat waren de herhalingstijden van de neerslag? In beeld brengen situatie zoals die buiten geweest is.

van de crisis in de bedrijfsverzekeringen

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

1 De coördinatie van de inzet

Tweede Kamer der Staten-Generaal

SVIB Stichting Verzekeringsbelangen Zorginstellingen te Rotterdam.


ZLT0^7. Ingekomen 22 JUL20U. Provincie Noord-Brabant

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 13a Voedselvoorziening

ALGEMEEN KADER A.1 WETTELIJK EN ORGANISATORISCH KADER

Register gemeenschappelijke regelingen

NIEUWE NEERSLAG- STATISTIEKEN VOOR KORTE TIJDSDUREN

Beschrijving operationeel proces politie Ontruimen en evacueren

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

ONTWERPVERSLAG. NL In verscheidenheid verenigd NL 2014/2072(BUD)

Arbeidsmarktinformatie. Limburg, augustus 2013

RISICOSIGNALERING Zware regen

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

1. SO Werkelijke/Beoogde Doelgroep, Restgroep

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Limburg, december 2016

Informatie over uw Glasdekking. Bij uw woonhuis- of inboedelverzekering in het ZekerheidsPakket Particulieren

Rubriek Extra. Deze Rubriek is uitsluitend van toepassing indien hiernaar in de polis wordt verwezen. Polisvoorwaardenblad

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 23 Onderwijs

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

Arbeidsmarktinformatie Zuidoost-Nederland

1. Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Limburg-Noord

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Limburg, februari 2019

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 1 maart 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Asbestdaken vervangen

Verschillenkaart: Verzekering Bedrijfsschade voor het MKB Verschillen tussen voorwaarden BC 07-1 en BC 16-1

Bijlage 3: Overzicht risicoveroorzakers (per gemeente).

Vragen en antwoorden over de Wensbus. Gemeenten Limburg per Mook en Middelaar. Gennep. Bergen. Venray. Horst a/d Maas. Venlo.

Agendapunt: A.3 Bijlage(n): 1. H. Zuidijk (VD) -- Datum: --

Hagelstenen zo groot als tennisballen

Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu

Hoe doen we het nu? Een inventarisatie van het erfgoedbeleid in de regiogemeenten. Ria Berkvens

Afdeling bestuursrechtspraak. nr.: Uw kenmerk

Regeling tegemoetkoming schade bij dijkdoorbraak te Wilnis 2003

Hoofdstuk VI. Bepalingen met betrekking tot interventie bij ongevallen of langdurige blootstellingen alsmede de voorbereiding daarop

Modelconvenant calamiteitenzender

Zondag zeer zware onweersbuien?

Prestaties van Brandweer Limburg-Noord naar verwachting

Het regent harder dan mijn huis aankan!

Samen werken voor regionaal (be)grip

Een zeer lage Rijnafvoer, nog geen problemen met de watervoorziening.

Introductie GRIP GRIP1 GRIP2 GRIP3 GRIP4 GRIP5 + GRIP RIJK

Transcriptie:

De Minister-president Minister van Algemene Zaken Postbus 20001 2500 EA Den Haag Per mail aan: secretariaatmp@minaz.nl Cc aan: Staatssecretaris Martijn van Dam Per mail aan: staatssecretaris@minez.nl 30 juni 2016 Excellentie, Geachte heer Rutte, Woensdag 29 juni bezocht staatssecretaris Martijn van Dam het door het noodweer getroffen gebied in Limburg en Noord-Brabant. Een gebied waar de akkers al wekenlang onder water staan, waar een extreme storm met ijsvorming ernstige schade heeft aangericht aan kassencomplexen, stallen en gewassen op het veld en woningen. En waar boeren en tuinders en ook burgers met man en macht aan het werk zijn om de problemen het hoofd te bieden. Extreem veel water en noodweer heeft gezorgd voor extreme schade De extreme hoeveelheden regen die de afgelopen weken in Limburg en Noord-Brabant is gevallen, heeft ervoor gezorgd dat tienduizenden hectaren percelen met gewassen langdurig onder water hebben gestaan en in veel gevallen nog steeds staan. De extreme situatie wordt het best gekenschetst door een aantal kerncijfers. De neerslag in juni was extreem hoog: 300 tot 400 procent boven de gemiddelde neerslag in juni. Er is sprake van een neerslag die 50% hoger is dan de hoogst gemeten neerslag in Nederland door het KNMI in juni vanaf het moment van de start van de metingen in 1911. De grondwaterstand is op vele plekken hoger dan de hoogst gemeten winterstand in dit jaar. Daarbij komt het noodweer dat op 23 juni 2016 Zuidoost-Brabant en Noord- en Midden- Limburg heeft getroffen. Dit is door het KNMI inmiddels gekwalificeerd als een zogenoemde supercel. Een supercel wordt door het KNMI omschreven als een diep onstabiel buiencomplex met extreme valwinden, extreem grote hagel, zware regenval en buitengewoon veel bliksemontladingen. De uitzonderlijke weersituatie in onze regio én de supercel hebben een spoor van vernieling achtergelaten in de Brabantse en Limburgse gemeenten en de aldaar aanwezige agrarische bedrijven, woningen, andere bouwwerken en voertuigen, met enorme schade tot gevolg. We schatten de directe schade onder alleen al de agrariërs tot nu toe op meer dan een half miljard euro. Het gaat om meer dan 750 agrarische bedrijven in Noord-Brabant en ruim 230 in Limburg. De directe en indirecte schade tekent zich af op vier niveaus: 1. Schade aan kassen: 200-250 hectare is geraakt, waarvan naar verwachting 150 hectare totaal is verwoest. 2. Schade aan schuren en stallen: circa 500.000 vierkante meter aan daken moet per direct worden vervangen. 3. Schade aan gewassen: doordat tienduizenden hectaren percelen met gewassen langdurig onder water staan, sterven ze af. Denk aan aardappels, mais, asperges, bieten, bloembollen, wortels, fruitbomen, et cetera. Denk daarnaast ook aan tekorten aan ruwvoer voor veehouderijen. 4. Gevolgschade: gederfd gewas/gederfde inkomsten ook nog in volgende seizoenen (o.a. bij boom- en fruitteelt), het uit bedrijf zijn. De schade brengt ook directe risico s met zich mee op het gebied van de gezondheid van mens, dier en omgeving. Onder meer door gebroken glas, asbest en gevaar van instorting. Doordat er nauwelijks ongeschonden staldaken zijn (sterk beschadigd, dan

wel geheel weg) worden de dieren blootgesteld aan condities die het risico op de uitbraak van ziektes sterk verhogen. Sociaal gezien hebben de gevolgen van het noodweer grote impact op (familie)bedrijven en op de gemeenschap. Ondernemers die toch al met grote financiële lasten kampen, lopen het gevaar dat de continuïteit van hun bedrijf op het spel komt te staan. Ook de impact in de gehele keten van de voedselvoorziening is groot (toeleveranciers, verwerking). De gevolgen voor de werkgelegenheid zijn ingrijpend. Het betreft duizenden arbeidsplaatsen die per direct en op termijn verloren gaan. Kortom, wij spreken van een situatie van maatschappelijke ontwrichting. Van Dam: samenhangend pakket maatregelen ontwikkelen Bij zijn bezoek heeft staatssecretaris Van Dam aangegeven dat hij op verschillende fronten hulp wil bieden en wil komen tot een samenhangend pakket van maatregelen om bedrijven niet ten onder te laten gaan. Onder meer door in gesprek te gaan met banken over borg- en garantiestelling, met Brussel te kijken naar de voorwaarden van GLB en met Sociale Zaken naar deeltijd-ww en arbeidstijdverkorting. Maar ook dat vanuit het Ministerie van Economische Zaken nu wordt gedacht dat de Wet tegemoetkoming schade bij rampen (hierna: Wts) nog niet van toepassing is. ZLTO en LLTB vragen om heroverweging WTS We zijn positief over de uitspraken van staatssecretaris Van Dam bij het werkbezoek. Maar we zijn van oordeel dat er sprake is van een uitzonderlijk natuurverschijnsel, waarvan de gevolgen in redelijkheid niet enkel voor de getroffen ondernemers en burgers kunnen blijven. Daarom vragen we u het getroffen gebied aan te merken als ramp in de zin van artikel 3 van de Wet tegemoetkoming schade bij rampen, waardoor mogelijkheden ontstaan om de onevenredig getroffen agrarische sector in het gebied financieel tegemoet te komen voor schade die redelijkerwijs niet verzekerbaar was. De Wts is volgens de parlementaire geschiedenis gestoeld op de gedachte dat uitzonderlijke onverzekerbare schade niet, althans niet volledig, voor rekening van gedupeerden dient te blijven. Een tegemoetkoming vanuit de algemene middelen wordt dan ter beschikking gesteld aan de gedupeerden uit onderlinge solidariteit van de Nederlandse bevolking. We zijn van oordeel dat de gebeurtenissen in het getroffen gebied zich bij uitstek kwalificeren als een uitzonderlijke onverzekerbare schade die niet of niet volledig voor rekening van de gedupeerden dient te blijven en waardoor er sprake is van een ramp in de zin van artikel 3 van de Wts. De Wts vereist dat sprake is van een gebeurtenis waardoor een ernstige verstoring van de openbare orde ontstaat, waarbij het leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad. Het uitzonderlijke en extreme noodweer, inmiddels eveneens bekend als de supercel, voldoet aan alle vereisten die door de Wts worden gesteld. De vernieling die de supercel met zich heeft gebracht, heeft ervoor gezorgd dat er in het gehele gebied sprake is van (zeer) gevaarlijke situaties op met name agrarische bedrijven. Onder meer door de verspreiding van asbest afkomstig van asbestdaken, instortingsgevaar van allerlei (agrarische) bouwwerken en vallend glas afkomstig van kassen. De supercel heeft derhalve een zeer ernstige verstoring van de openbare veiligheid tot gevolg. Dit zorgt er voor dat in het gebied de gezondheid van vele personen en het milieu in ernstige mate worden bedreigd of reeds zijn geschaad. Ook is er sprake van grote materiële belangen. Het gaat over het voortbestaan van een belangrijk deel van de agrarische bedrijven in het gebied, veelal familiebedrijven die al generaties lang bestaan. De vernieling is zo groot dat veel agrarische bedrijven momenteel dermate ontwricht zijn dat geen bedrijfsvoering mogelijk is. We zijn van oordeel dat de extreme weersituatie in juni en de supercel boven het getroffen gebied dermate uitzonderlijke weersfenomenen zijn, dat agrariërs zich hier redelijkerwijs niet voor konden verzekeren. Het fenomeen is volgens het KNMI immers

nooit eerder in deze extreme vorm boven Nederland waargenomen. We zijn van mening dat agrariërs in redelijkheid geen rekening konden houden met dergelijke weersexcessen bij de beslissing om bepaalde weersomstandigheden al dan niet te verzekeren, simpelweg omdat er in Nederland nooit eerder sprake was van dergelijke excessen. Conclusie Daarom vragen we u om in overleg met onze Minister van Binnenlandse Zaken het getroffen gebied aan te wijzen als rampgebied in de zin van artikel 3 van de Wts. Hoogachtend, Hans Huijbers Voorzitter ZLTO Leon Faassen Voorzitter LLTB Namens de gedeputeerden, Wim van de Donk Commissaris van de Koning Provincie Noord-Brabant Theo Bovens Gouverneur Provincie Limburg Namens de gemeenten in het getroffen gebied, Alfred Veltman Gemeente Someren Namens de gemeenten: Asten Bergeijk Cranendonck Deurne Eersel Gemert-Bakel Heeze-Leende Helmond-Mierlo Reusel-de Mierden Someren Valkenswaard Waalre Kees van Rooij Gemeente Horst aan de Maas Beesel Bergen Gennep Horst a/d Maas Leudal Maasgouw Mook en Middelaar Nederweert Peel en Maas Roermond Venlo Venray Weert

Bijlagen: Memo Wet tegemoetkoming schade bij rampen BIJLAGE: Memo Wet tegemoetkoming schade bij rampen Achtergrond De Wet tegemoetkoming in de schade en de kosten in geval van overstromingen door zoet water, aardbevingen of andere rampen en zware ongevallen (hierna: WTS) die sinds 1998 van kracht is, is gestoeld op de gedachte dat bepaalde onverzekerbare schade niet, althans niet volledig, voor rekening van de gedupeerden behoort te blijven. Een tegemoetkoming vanuit de algemene middelen vindt zijn grondslag in de onderlinge solidariteit van de Nederlandse bevolking (Kamerstukken II 1996/97, 25159, 3, p. 1). Met de Wet tegemoetkoming schade bij rampen heeft de wetgever getracht om een einde te maken aan de praktijk van het treffen van ad hocregelingen voor tegemoetkomingen in schade en kosten bij rampen. Voorts stoelt de wet op de één loket-gedachte. De uitvoering van de tegemoetkoming van schade bij rampen dient op een eenvormige wijze plaats te vinden door een centrale uitvoeringsorganisatie, met gebruikmaking van de expertise van verzekeraars en lokale besturen. De uitvoeringsorganisatie is werkzaam onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Veiligheid en Justitie. Toepassingsbereik algemeen Rampen die vallen onder het bereik van de WTS zijn kort gezegd aardbevingen en overstromingen door zoet water. De systematiek van de wet gaat uit van een beperkt schadegebied en van aanzienlijke schade en kosten die in meerdere publieke en private sectoren (waaronder ook particulieren) van de samenleving (binnen dat gebied) voelbaar zijn. Er moeten nationale belangen in het geding zijn; de Wet tegemoetkoming schade bij rampen is niet bedoeld voor schade geleden bij lichte rampen. Bij dergelijke rampen hebben gedupeerden een direct recht op tegemoetkoming in schade en kosten. Tot op heden heeft alleen de overstroming van de Maas in januari 2003 zich gekwalificeerd als ramp in hiervoor bedoelde zin (Wet tegemoetkoming schade bij rampen Maas) (Stcrt. 2003, 9). Toepassingsbereik aanvulling De wet kan door middel van een Koninklijk Besluit (KB) ook van toepassing worden verklaard in geval van een andere ramp dan hierboven genoemd. Deze ramp moet ten minste van vergelijkbare orde zijn. Met de woorden vergelijkbare orde wordt vermeden dat de wet zomaar op iedere ramp van toepassing kan zijn. De Wet tegemoetkoming schade bij rampen is viermaal van toepassing verklaard bij KB: vanwege waterschade door enorme hoeveelheden neerslag op 13 en 14 september 1998 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen 1) (Stb. 1999, 33), vanwege waterschade door enorme hoeveelheden neerslag op 27 en 28 oktober 1998 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen 2) (Stb. 1999, 128) en vanwege de kadeverschuiving te Wilnis in augustus 2003 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen Wilnis) (Stb. 2003, 369). De laatste keer is de wet van toepassing verklaard voor het hoogwater in de Maas in januari 2011. Als argumenten bij Wet tegemoetkoming schade bij rampen 1 en Wet tegemoetkoming schade bij rampen 2 golden het uitzonderlijke karakter van het betreffende natuurverschijnsel, de noodzakelijke gecoördineerde inzet van hulpverleningsdiensten, de maatschappelijke ontwrichting in de getroffen gebieden en de dreigende aantasting van grote materiële belangen (Kamerstukken II 1998/99, 24071, 36, p. 1-2). Bij de vuurwerkramp in Enschede en de cafébrand in Volendam is de Wet tegemoetkoming schade bij rampen niet van toepassing verklaard, waarbij werd aangegeven dat die schade in beginsel verzekerbaar was.

Artikelsgewijs Artikel 1 (toepassingsbereik algemeen) Artikel 1 WTS geeft de reikwijdte van de wet weer. De WTS kan van toepassing worden verklaard op overstromingen door zoet water en aardbevingen. De gebeurtenissen in Someren zijn niet vergelijkbaar met de gebeurtenissen die zijn genoemd in artikel 1 WTS, waardoor niet aan de definitie van artikel 1 WTS wordt voldaan. Artikel 3 (toepassingsbereik aanvulling) Artikel 3 WTS biedt echter de volgende mogelijkheid: Bij koninklijk besluit kan deze wet van toepassing worden verklaard in geval van een ramp als bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio s, die van ten minste vergelijkbare orde is als een overstroming door zoet water of een aardbeving. De definitie van ramp zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet veiligheidsregio s (Wvr) luidt als volgt: ramp: een zwaar ongeval of een andere gebeurtenis waarbij het leven en de gezondheid van veel personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate zijn geschaad of worden bedreigd en waarbij een gecoördineerde inzet van diensten of organisaties van verschillende disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken De WTS is vier keer eerder bij koninklijk besluit van toepassing verklaard: - waterschade door enorme hoeveelheden neerslag op 13 en 14 september 1998 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen 1) (Stb. 1999, 33) - waterschade door enorme hoeveelheden neerslag op 27 en 28 oktober 1998 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen 2) (Stb. 1999, 128) - kadeverschuiving te Wilnis in augustus 2003 (Wet tegemoetkoming schade bij rampen Wilnis) (Stb. 2003, 369) - hoogwater in de Maas in januari 2011. Voorwaarden toepassing artikel 3 Er is sprake van een ramp als is voldaan aan de voorwaarden van art. 1 Wvr. Het dient te gaan om een gebeurtenis waardoor een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan, waarbij het leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad. Als aanvullende voorwaarde geldt, dat een gecoördineerde inzet van diensten en organisaties van verschillende disciplines is vereist om de dreiging weg te nemen of de schadelijke gevolgen te beperken. Bij het laatste gaat het niet om de gebruikelijke dagelijkse samenwerking tussen brandweer, politie en overige (geneeskundige) hulpverleningsdiensten. Het gaat dan om de samenwerking die deze gebruikelijke samenwerking ontstijgt, bijvoorbeeld samenwerking die ten tijde van grootschalige gebeurtenissen onder bestuurlijke coördinatie en bevelvoering van één operationeel leider geschiedt (Kamerstukken II 2006/07, 31117, 3, p. 54 en 55). In zijn algemeenheid kan gezegd worden dat de gevolgen van de in dit artikel bedoelde gebeurtenis zo ernstig moeten zijn dat nationale belangen een rol spelen, de totaalschade zeer groot is, dan wel burgers onevenredig zwaar worden getroffen (Kamerstukken II 1996/97, 25159, 5, p. 6).

Droogte als gevolg van een hittegolf of langdurige kou in de winter zullen geen ramp opleveren van vergelijkbare orde als een overstroming of een aardbeving (Kamerstukken I 1997/98, 25159, 140b, p. 4). Bij de heftige regenval in september 1998 en in oktober 1998 golden als argumenten voor de toepassing van de WTSZ: het uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis, de noodzakelijke gecoördineerde inzet van hulpverleningsdiensten die de gebruikelijke samenwerking te boven gaat, de mate van maatschappelijke ontwrichting en het feit dat er sprake was van (dreigende) aantasting van grote materiële belangen (Kamerstukken II 1998/99, 24071, 36, p. 1-2). Argumenten voor kwalificatie als ramp zoals genoemd in art. 1 Wvr Gebeurtenis waardoor een ernstige verstoring van de openbare veiligheid is ontstaan --> ja - vrijkomen asbest, instortingsgevaar bouwwerken, vallend glas (van kassen) het leven en de gezondheid van vele personen, het milieu of grote materiële belangen in ernstige mate worden bedreigd of zijn geschaad --> ja - leven en gezondheid van vele personen --> asbest, instortingsgevaar, vallend glas - het milieu --> asbest - grote materiële belangen --> voortbestaan van een groot deel van de agrarische sector in het gebied inzet van diensten en organisaties van verschillende disciplines is vereist --> ja - belangenorganisaties, gemeenten, provincie, Rijk, verzekeraars, banken, asbestsaneerders, dakdekkers Nationale belangen --> ja - voortbestaan van een groot deel van de agrarische sector in het gebied Totaalschade zeer groot --> ja - 500 miljoen (schatting) Burgers onevenredig zwaar getroffen --> ja - agrarisch grondgebruik is in redelijkheid niet te beschermen tegen dergelijke weersextremen (bijvoorbeeld oogst buiten) Uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis --> ja - supercell, komt slechts zeer uitzonderlijk voor in Nederland (volgens KNMI) Maatschappelijke ontwrichting en aantasting grote materiële belangen --> ja - agrarische bedrijfsvoering in het getroffen gebied ligt (zo goed als) stil en schade loopt in de honderden miljoenen Tussenconclusie Er zijn aanknopingspunten om de extreme weersomstandigheden in Someren te kwalificeren als ramp in de zin van de Wvr. Artikel 4 WTS (uitzonderingen) Artikel 4 WTS bepaalt (onder meer) dat een gedupeerde geen recht heeft op een tegemoetkoming in de schade of kosten, voor zover de schade redelijkerwijs verzekerbaar was.

Redelijkerwijs verzekerbaar betekent dat de hoogte van de premie en de omvang van de dekking in redelijke verhouding tot elkaar moeten staan. In de parlementaire geschiedenis wordt gesproken van redelijkerwijs verzekerbaar indien het risico in het algemeen niet van dekking wordt uitgesloten in polissen van schadeverzekeringen, dan wel het risico verzekerbaar is zonder dat zeer beperkende voorwaarden gelden en/of zonder dat er zeer hoge kosten tegenover staan. Het vorenstaande brengt met zich dat bijvoorbeeld de schade aan motorrijtuigen of schepen ten gevolge van een overstroming niet voor een tegemoetkoming in aanmerking komt (Kamerstukken II 1996/97, 25159, 3, p. 15). Niet ter zake doet of de gedupeerde ook daadwerkelijk een verzekering ter dekking van het risico van de schade en de kosten heeft afgesloten (Kamerstukken II 1996/97, 25159, 5, p. 6). Op dit moment geldt dat materiële schade door storm, ijzel en sneeuw en extreme neerslag redelijkerwijs verzekerbaar is. Men kan daarbij denken aan inboedelschade, opstalschade en opruimingskosten. De risico s van overstroming, aardbeving, molest en nucleaire ongevallen zijn nagenoeg altijd uitgesloten van dekking, zodat de Wet tegemoetkoming schade bij rampen hier soelaas kan bieden (Kamerstukken I 1997/98, 25159, 140b, p. 5). Sinds 1998 is er door de overheid en het bedrijfsleven overleg gevoerd over een structurele voorziening voor oogstschade vanwege zware regenval. Na de regenschade van 2002 kwam dit overleg in een stroomversnelling. Op 19 november 2002 werd er een principeakkoord gesloten tussen de overheid en het bedrijfsleven. De uitwerking van dit akkoord heeft ertoe geleid dat oogstschade door zware regenval vanaf 19 maart 2004 een verzekerbaar risico is. Waren de gebeurtenissen in Someren redelijkerwijs verzekerbaar? Deze vraag is cruciaal, maar onduidelijk. Het argument dat de premie en de omvang van de dekking niet in redelijke verhouding stonden, is veel gehoord. De staatssecretaris stelt echter dat er subsidiemogelijkheden waren die ervoor zorgden dat hagel wel redelijkerwijs verzekerd kon worden. De vraag is echter of de supercell boven Someren is te kwalificeren als hagelbui. Er is naar ons beste weten geen precedent in de rechtspraak dat op voorhand duidelijkheid kan bieden over deze vraag. Het KNMI stelt desgevraagd het volgende: Een supercell is in feite een onweersbui van de zwaarste categorie die zichzelf in stand kan houden. Het fenomeen komt tot stand door een extreem grote hoeveelheid energie in de lucht in combinatie met een grote hoeveelheid wind en een bepaalde windrichting. De luchtcirculatie zorgt ervoor dat de bui zichzelf in stand houdt, terwijl de gemiddelde onweersbui na korte tijd verdwijnt. De kenmerken van een supercell zijn: zware hagel, extreem veel bliksemontladingen en veel water en wind. Door de luchtcirculatie ontstaan grote hagelstenen. Het KNMI geeft aan dat de weersomstandigheden die Someren hebben getroffen, behoren tot de meest extreme, met onder andere extreem harde wind en de grootste hagelstenen ooit in Nederland gemeten (diameter van 7 tot 10 cm). Daarbij stelt het KNMI dat er extreem veel water is gevallen in de regio (ongeveer 75 mm). Het KNMI stelt ten slotte dat er sprake is van een duidelijke toename in weersextremen in de afgelopen jaren. In het licht van schadeverzekering hebben wij gevraagd of een supercell is te kwalificeren als een hagelbui. Het KNMI geeft aan dat uit een supercell hagel voortkomt, maar dat het fenomeen in feite veel zwaarder en extremer is. De extreme weersomstandigheden kwalificeren als een hagelbui, voldoet als het ware niet volgens het KNMI. Hieronder een link waarin het KNMI meer informatie geeft over de weersextremen van afgelopen week:http://www.knmi.nl/kennis-en-datacentrum/achtergrond/zware-onweersbuien-op-22-en-23- juni-vol-extremen