ZORGPROGRAMMA EEN VEILIGHUIS

Vergelijkbare documenten
Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Den Haag

Veiligheid en bescherming bij geweld in relaties

Aanpak huiselijk geweld centrumgemeentegebied Amersfoort

Directe Hulp bij Huiselijk. U staat er niet alleen voor!

llochtone meiden en vrouwen in-zicht

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Convenant Ketenaanpak Eergerelateerd Geweld Twente

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling cent per minuut

Rotterdamse Meldcode. huiselijk geweld en kindermishandeling

Convenant Huiselijk Geweld Integrale Aanpak Geweld in Huis Zuid-Holland Noord Leiden, 25 november Inleiding

Begeleide terugkeer - Blijf van m n Lijf/Femgard/Ambulante hulpverlening

Kindermishandeling. Voor de minderjarige bedreigende of gewelddadige interactievan fysieke, psychische of seksuele aard,

Protocol omgaan met de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling voor vrijwilligersorganisaties

CATEGORALE OPVANG VOOR SLACHTOFFERS MENSENHANDEL

Protocol Huiselijk geweld en Kindermishandeling

Rode draad voor kindveiligheid in Amsterdam

EEN VEILIGHUIS VOOR KINDEREN KINDEREN BINNEN HET ZORGPROGRAMMA RELATIONEEL GEWELD

MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg

Verkeersongeluk. Misdrijf. Calamiteit. Praktisch. Slachtofferhulp Nederland Veelzijdig deskundig

[MELDCODE HG/KM MINTERS] december 2016

Logopedie en Kindermishandeling. Toelichting op de Meldcode en het Stappenplan

Kindspoor, kind als getuige van huiselijk geweld vanuit politiebemoeienis.

Scharlaken Koord: ,00 ( = een gedeeltelijke bijdrage aan het totale programma, zie bijlage offerte Gebaseerd op de werkelijke uren 2011 )

Slachtoffers van mensenhandel en geestelijke gezondheidszorg

v r o u w e n o p v a n g R SA MANUS informatie voor verwijzers

Als opvoeden een probleem is

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling voor de besturen en scholen die vallen onder het SWV primair onderwijs

Redactie M.M. Wagenaar-Fischer, N. Heerdink-Obenhuijsen, M. Kamphuis, J. de Wilde

Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar

Meldcode kindermishandeling en huiselijke geweld

Versie april Cliëntroute Bureau Jeugdzorg Onderzoek Advies- en Meldpunt Kinderbescherming

Als opvoeden een probleem is

De Wet meldcode Hoe zit het?

Meldcode huiselijk geweld & kindermishandeling Kindcheck

Meldcode bij vermoeden van kindermishandeling en huiselijk geweld (KDV/BSO)

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Werktitel: Kindermishandeling.signaleren vermoedens en dan?

Bijlage 1: toelichting op de vijf vragen in het afwegingskader

Meldcode huiselijk geweld en mishandeling

Stelselwijziging & Jeugdzorg

dat MENS De Bilt in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de beroepskrachten en vrijwilligers bij deze stappen ondersteunt;

Literatuur 145. Het Nederlands Jeugdinstituut: kennis over jeugd en opvoeding 173

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling Kindante 2019

af. Met dit protocol, in haar handelen en in haar beleid wil Klik Kinderopvang

Meldcode bij signalen van Huiselijk Geweld en Kindermishandeling SWOM

U heeft een huisverbod... Wat nu?

Veiligheid en bescherming bij geweld in relaties AWARE. Het programma om belaging te stoppen

Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling

ACTIEPLAN VERBORGEN VROUWEN

Ouderenmishandeling. Maartje Willems Verpleegkundig consulent geriatrie

Aandachtsfunctionaris Kindermishandeling

Notitie. Onderwerp. Van: Diana Piek Aan: College van B&W Datum: Doorkiesnummer: (0411)

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Meldcode bij vermoeden van kindermishandeling en huiselijk geweld (KDV/BSO/gastouder)

Themaconferentie kwetsbare ouderen Richtlijn ouderenmishandeling

Registratie Advies- en Steunpunt Huiselijk geweld/ versie

Een Aanpak Seksueel Geweld voor elke regio!

openbare Cees Wilkeshuisschool

Datum 6 januari 2016 Onderwerp Gespreksnotitie Nationaal Rapporteur rondetafelgesprek kindermisbruik. Geachte voorzitter,

SIGNS OF SAFETY EN DE MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD

Meldcode/Werkwijze bij (vermoedens van) huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling bij SZZ

Protocol Meldcode bij vermoeden van kindermishandeling en huiselijk geweld (KDV/BSO)

Versie 14 november 2017 DB 2017/107 bijlage 8. Dienstverleningshandvest Veilig Thuis Haaglanden

Achterblijven na een huisverbod...

Ambulant Integraal Arrangement Hulpverlening AWARE. Aware - Arosa

Praktische informatie voor personen aan wie een huisverbod is opgelegd. U heeft een huisverbod... Wat nu?

Opgenomen kunnen worden: (jonge)vrouwen vanaf 18 jaar, alleenstaand of met kinderen.

PROTOCOL NETWERK JEUGDHULPVERLENING GEMEENTE SON EN BREUGEL

stelt de volgende Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling, uitgewerkt in een stappenplan en geldend voor alle agogische medewerkers, vast:

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Fase I Voorvallen in de huiselijke kring Huiselijk geweld

Crisisopvang en Integrale Arrangementen

Ik sta er niet meer alleen voor!

Hoe regelt Heerlen de toegang tot zorg?

Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stichting Werkplaats Kindergemeenschap. Voortgezet Onderwijs

dat stichting Libertad in deze code ook vastlegt op welke wijze zij de vrijwilligers bij deze stappen ondersteunt;

Basisschool de Bukehof, Oudenbosch

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport

SAMENVATTING VERNIEUWDE MELDCODE HUISELIJK GEWELD & KINDERMISHANDELING

Wat doet NIM Maatschappelijk Werk?

Plan van Aanpak. Project : Toeleiding naar scholing en werk van jongeren met een Roma achtergrond in Lelystad. Aanleiding

Meldcode Excellent Leven Stappenplan Ouderenmishandeling, Huiselijk geweld, Kindermishandeling

Meldcode bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling

Veilig Thuis. 1Gelderland Noord & Midden

Protocol Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Als opvoeden een probleem is

NB: Uit deze omschrijving kan worden afgeleid dat onder kindermishandeling ook ernstige verwaarlozing valt.

Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling SNRC

Samenwerking met de politie. Door Hans Slijpen, Accountmanager gezondheidszorg, Eenheid Midden Nederland, 20 november 2013.

Meldcode huiselijk geweld en (kinder-)mishandeling Groenhorst. Aantal bijlagen: 2 Vastgesteld:

Praktische informatie voor mensen van wie de partner of huisgenoot een huisverbod heeft gekregen. Achterblijven na een huisverbod...

MELDCODE HUISELIJK GEWELD

Centrum Seksueel Geweld Amsterdam-Amstelland. Jaarcijfers 2017

Sociale omgeving. 1. Kindermishandeling

Het tijdelijk huisverbod en Systeemgericht werken; wat houdt het eigenlijk in

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Hoogeveen meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

Transcriptie:

ZORGPROGRAMMA EEN VEILIGHUIS 1

COLOFON 2 Het Zorgprogramma een VeiligHuis wordt gecoördineerd door Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, dat op 1 januari 2002 van start gaat. Advies- en Meldpunt een VeiligHuis is het vervolg van project een VeiligHuis (1998-2002) dat een initiatief was van Vrouwenopvang Utrecht en politie regio Utrecht. Advies- en Meldpunt een VeiligHuis is gefinancierd door de gemeente Utrecht en aangehaakt bij Vrouwenopvang Utrecht. De organisaties die project een VeiligHuis droegen, zullen de samenwerking voortzetten rondom het Advies- en Meldpunt. Deze organisaties zijn: Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Altrecht, Geestelijke Gezondheidszorg Bureau Jeugdzorg Utrecht Centrum Maliebaan, instelling voor verslavingszorg Cumulus, welzijnsstichting Gemeente Utrecht GG&GD, gemeente Utrecht Openbaar Ministerie, arrondissement Utrecht Orthopedagogisch Centrum Utrechtse Jeugdhuizen Leger des Heils Politie regio Utrecht Raad voor de Kinderbescherming, vestiging Utrecht Reclassering Nederland, arrondissement Utrecht Stichting Slachtofferhulp, regio Utrecht Stade Migrantenhulpverlening Vrouwenopvang Utrecht Dit zorgprogramma is mede mogelijk gemaakt door Fonds Sociale Integratie van de gemeente Utrecht. Projectmanager project een VeiligHuis: Anja Kuijper (1998-2002) Zorgprogrammacoördinator Advies- en Meldpunt: Margriet Freeke-Dokter (2002-heden) Tekst zorgprogramma: Mieke de Wit, onderzoek en advies voor de nonprofit sector Vormgeving en druk: Studio Dekker,Waddinxveen Vrouwenopvang Utrecht, 2001 ISBN: 90-803922-5-1 Overname en/of openbaarmaking van (gedeelten van) deze uitgave uitsluitend met bronvermelding. Exemplaren van dit zorgprogramma kunt u schriftelijk bestellen bij: Advies- en Meldpunt een VeiligHuis Postbus 13088 3507 LB Utrecht www.meldpunt-eenveilighuis.nl telefoon: 0900 2300 300 SD/1500-april 2003

VOORWOORD Met enige trots presenteren wij u Zorgprogramma een VeiligHuis. Het zorgprogramma is het resultaat van drie jaar intensieve samenwerking tussen Utrechtse instellingen met een hulpaanbod rondom relationeel geweld. Het voor u liggende programma moet niet als afgerond worden gezien. Het is een werkdocument, waarin beschreven staat wat er op dit moment gebeurt rondom de aanpak van relationeel geweld, maar vooral wat er nog gaat gebeuren in de periode 2002-2006. 3 Dit laatste is wel het belangrijkste resultaat van drie jaar gezamenlijk optrekken.vanuit een gedeelde visie op wat er nog ontwikkeld moet worden, hebben de samenwerkingspartners zich daadwerkelijk gecommitteerd aan de uitvoering. Naast het zorgprgramma heeft deze samenwerking tot meer concrete afspraken geleid, namelijk Protocol een VeiligHuis. Deze strafrechtelijke aanpak bij relationeel geweld voorziet in een hulpverleningstraject voor plegers van dit geweld. Uiteraard draait het in dit zorgprogramma allemaal om de betrokkenen: vrouwen als slachtoffer van relationeel geweld, de mishandelende partner en de kinderen als getuigen. Het is rond de vraag van de vrouw als slachtoffer, dat het programma is opgezet. De samenwerkingspartners hopen dat tijdens de implementatie van het programma hun vragen (nog) scherper in beeld komen en dat het hulpaanbod hierop (nog) beter aan kan sluiten. Het probleem van relationeel geweld zal blijven, maar een effectievere aanpak voorkomt veel maatschappelijke, fysieke en emotionele malaise. Het is vanuit die overtuiging dat wij de komende jaren willen samenwerken. Namens de samenwerkingspartners, Oscar Dros, voorzitter stuurgroep project een VeiligHuis.

4

INHOUD VOORWOORD 1 EEN VEILIGHUIS 5 2 3 ZORGPROGRAMMA EEN VEILIGHUIS 7 ZORGPROGRAMMA S EN DE HULPVERLENER 11 5 4 ROUTE DOOR HET ZORGPROGRAMMA VOOR DE CLIËNT 13 5 WERKORGANISATIE: ADVIES- EN MELDPUNT EEN VEILIGHUIS 2002-2006 16 6 WERKPLAN 6.1 6.2 Projecten die voor 2002 tot stand zijn gekomen 19 De toekomst: 2002-2006 25 LITERATUUR 33 BIJLAGE I MODULES VAN HET ZORGPROGRAMMA NAAR HULPVRAAG 34 BIJLAGE II ADVIES- EN MELDPUNT EEN VEILIGHUIS 85 BIJLAGE III CHECKLIST STANDAARD AANPAK GEWELD IN RELATIES 90 BIJLAGE IV REGIO INDELING BUREAU JEUGDZORG UTRECHT 99

6

1 EEN VEILIGHUIS Een VeiligHuis is een Utrechts samenwerkingsproject dat is opgezet om een aanpak rond relationeel geweld tegen vrouwen te ontwikkelen. Relationeel geweld is een omvangrijk en hardnekkig probleem in onze samenleving. Eén op de vijf vrouwen in Nederland is ooit in een relatie met een mannelijke partner geconfronteerd geweest met geweld. Van deze vrouwen heeft bijna de helft lichte vormen van geweld meegemaakt en ruim de helft heeft herhaalde en ernstige vormen van geweld ondergaan. (Römkens, 1992) EEN VEILIGHUIS 7 Binnen het Zorgprogramma een VeiligHuis wordt de volgende definitie van relationeel geweld tegen vrouwen gehanteerd. Relationeel geweld is eenzijdig uitgeoefend lichamelijk, psychisch en/of seksueel getint geweld, of fysieke dwang tegen een vrouw door haar (ex-)partner, tengevolge waarvan ze tegen haar wil emotionele en/of fysieke pijn of letsel ervaart. Hieronder valt een scala van gedragingen. Een klap geven, schoppen, stompen, gooien met voorwerpen, trekken aan haren, breken en ontwrichten van ledematen, toebrengen van brandwonden, veroorzaken van letsel met behulp van mes en/of vuurwapen, treiteren, vernederen, isoleren, gedwongen deelname aan seksuele handelingen en verkrachting. Er zijn ook vrouwelijke partners die vrouwen mishandelen. Hierover zijn echter geen cijfers bekend. Ook in de Utrechtse wijken signaleren hulpverleners en politie relationeel geweld tegen vrouwen.voor het jaar 2000 schat politie het aantal meldingen van geweld in gezinnen in de stad Utrecht op 1000 tot 1500. In hetzelfde jaar hebben zich bij Vrouwenopvang Utrecht (VOU) 2577 vrouwen gemeld voor opvang en/of informatie. Goede opvang alleen is niet voldoende in de bestrijding van geweld tegen vrouwen, juist omdat het vaak jaren duurt voordat vrouwen besluiten het geweld, soms tijdelijk, te doorbreken door naar een opvangvoorziening te vluchten. Voordat het zover is, komen er via de hulpverlening signalen binnen. Signalen die vaak niet als zodanig onderkend worden, omdat de vrouwen niet expliciet aangeven dat zij mishandeld worden en soms een andere hulpvraag stellen. Het is van cruciaal belang dat hulpverleners bij het eerste contact met een mishandelde vrouw de goede vragen stellen en de goede begeleiding bieden.

Eén van de problemen bij het bestrijden van vrouwenmishandeling is dat het geweld zich in de privé-sfeer afspeelt. Hierdoor zijn hulpverleners en politie alsook de directe omgeving geneigd zich terughoudend op te stellen. Mishandelde vrouwen willen in eerste instantie hulp van ambulante hulpverlening of van politie bij het stoppen van het geweld. De relatie willen zij vaak niet beëindigen. 8 EEN VEILIGHUIS Vrouwen die seksueel misbruikt en mishandeld zijn hebben baat bij vroegtijdige, laagdrempelige vormen van hulp, al dan niet vlak bij huis. Door een multicultureel zorgaanbod op maat te ontwikkelen, kan voorkomen worden dat de instroom van vrouwen in de intramurale geestelijke gezondheidszorg (GGZ) groot wordt (Redmond, 1999). Naast de intramurale zorg is er momenteel in Utrecht een stedelijk aanbod ter ondersteuning van vrouwen die hun gewelddadige partner hebben verlaten. De laatste jaren zijn er op een aantal plaatsen initiatieven ontplooid om de hulpverlening aan slachtoffers van geweld in het gezin te verbeteren. Belangrijke knelpunten daarbij zijn het gebrek aan samenhang in het aanbod. Dit uit zich bijvoorbeeld in het bestaan van lacunes in het aanbod zelf of in het ontbreken van verwijs- en samenwerkingsafspraken. Hierdoor komt de continuïteit van de hulpverlening aan slachtoffers die (meerdere vormen van) hulp nodig hebben in gevaar. Ook komt het voor dat slachtoffers, door gebrek aan informatie, niet goed worden doorverwezen. Dit komt de doelmatigheid en de effectiviteit van de hulp aan slachtoffers van relationeel geweld niet ten goede.

Het Utrechtse Zorgprogramma een VeiligHuis wil een bijdrage leveren aan het oplossen van de gesignaleerde knelpunten. Het zorgprogramma is binnen het project VeiligHuis onderdeel van het deelproject Een integraal sluitend zorgaanbod1). Doel van dit deelproject is te komen tot een sluitend, multicultureel zorgaanbod voor alle vrouwen. Een inventarisatie van het hulpaanbod bij geweld in relaties en de samenwerking tussen (hulpverlenende) instellingen in Utrecht vormden de eerste fase van het project. Het zorgprogramma vormt de tweede fase, waarna in de derde fase het zorgaanbod door de instellingen wordt geïmplementeerd. Niet alleen vrouwen, maar ook kinderen raken beschadigd door ervaringen met relationeel geweld. Deze beschadigingen zijn van invloed op hun verdere leven. Daarom gaat in dit zorgprogramma ook aandacht uit naar kinderen. Het Zorgprogramma een VeiligHuis is een werkdocument voor de jaren 2002-2006. EEN VEILIGHUIS 9 Leeswijzer In paragraaf 2 komen de keuzes aan bod voor wat betreft de visie op relationeel geweld, de aard van het programma en de modules, de doelgroepen en de coördinatie. In paragraaf 3 staat beschreven wat het werken met zorgprogramma s betekent voor de praktijk van de hulpverlener.vervolgens behandelt paragraaf 4 de route door het zorgprogramma voor de cliënt, waarna in paragraaf 5 de organisatie voor de periode 2002-2006 aan bod komt. De laatste paragraaf 6 is gewijd aan het werkplan. In het eerste gedeelte komen de projecten aan bod die tijdens de projectperiode tot stand zijn gekomen. Het tweede gedeelte van deze paragraaf beschrijft de toekomstplannen. De lijst van ondertekenaars die zich hebben verbonden aan het Zorgprogramma een VeiligHuis voor de periode 2002-2006 complementeert het geheel. In de bijlages I en II treft u de beschrijving aan van de afzonderlijke modules. In de eerste bijlage geordend naar hulpvraag, in de tweede geordend naar instelling. Bijlage III geeft een nadere invulling van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis. Bijlage IV is tenslotte de checklist voor een standaardaanpak bij geweld in relaties, waarbij de interventies gericht zijn op het stoppen van het geweld. De andere deelprojecten binnen een VeiligHuis zijn: Een sluitend hulpverleningsaanbod op wijk- een buurtniveau Veiligheid Let op de kleintjes

10

2 ZORGPROGRAMMA EEN VEILIGHUIS Ik word van het kastje naar de muur gestuurd, Ik moet steeds opnieuw het verhaal vertellen, De ene hulpverlener weet niet wat de andere doet. Het zijn welbekende klachten van cliënten die met hulpverlenende instanties te maken hebben. Zorgprogramma s moeten ertoe leiden dat dit soort klachten zo veel mogelijk tot het verleden gaan behoren. Een zorgprogramma is een goed geregeld hulpaanbod voor een groep cliënten met een vergelijkbare hulpvraag. De bedoeling is, dat die cliënten kunnen rekenen op samenhangende hulp, waarbij de verschillende instellingen die die hulp bieden met elkaar hebben afgesproken wie welke hulp levert. (NIZW/VWS, 1999) ZORGPROGAMMA 11 Binnen het Zorgprogramma een VeiligHuis wordt relationeel geweld primair opgevat als een veiligheidsprobleem, analoog aan wat in het Draaiboek voor de aanpak van huiselijk geweld (Ministerie van Justitie, 2000) wordt aangeraden. Daarom zijn de sleutelbegrippen: vroegtijdige signalering, stoppen van mishandeling en voorkomen van herhaling van het geweld, normstellend handelen naar daders, gedegen eerste opvang en gerichte verwijzing aan slachtoffers, alsmede het vergroten van de weerbaarheid van vrouwen. Bovendien wordt relationeel geweld niet als een privé-aangelegenheid, maar als een maatschappelijk probleem gezien, dat samenhangt met de machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen en de daarmee samenhangende beeldvorming in onze samenleving over mannelijkheid en vrouwelijkheid (Ministerie van WVC, 1993). Doelgroepen Zorgprogramma s worden gemaakt voor een groep cliënten met een vergelijkbare hulpvraag. Een vergelijkbare hulpvraag is niet hetzelfde als een vergelijkbare problematiek. Vrouwen die door hun partner worden mishandeld hebben wel hetzelfde probleem, maar de hulp die zij nodig hebben kan heel verschillend zijn. De ene vrouw is wellicht gebaat bij partnerrelatietherapie, terwijl de ander hulp wil hebben bij het ontvluchten van de thuissituatie.

In het Zorgprogramma een VeiligHuis zijn zes groepen vrouwen met zes verschillende hulpvragen onderscheiden: 12 ZORGPROGAMMA 1 2 Vrouw wil over het geweld praten Hulpvragen: Pak de signalen van geweld op; Praat met mij over wat mij overkomt en wat ik kan doen; Help mij het geweld te stoppen. Vrouw wil bij partner blijven Hulpvragen: Help mij het geweld te stoppen; Help mij de cirkel te doorbreken met behoud van mijn relatie; Geef mij bescherming. 3 Vrouw wil (tijdelijk) weg bij haar partner Hulpvragen: Ik wil een time-out; Ik wil veiligheid, dan wel bescherming, dan wel weg; Ik wil dat hij het huis uitgaat, dan wel wegblijft; Ik wil een eigen leven zonder angst opbouwen. 4 Vrouw loopt levensgevaar Hulpvragen: Geef mij bescherming en een veilige plek om te wonen. 5 Vrouw wordt achtervolgd door haar (ex-) partner of zijn familieleden (stalking) Hulpvragen: Hoe bewandel ik de juridische wegen om het stalken te stoppen? Hoe kan ik door een veranderende opstelling bijdragen aan het stoppen van het stalken? Help mij bij het stoppen van het stalken. 6 Vrouw blijft de gevolgen ondervinden van relationeel geweld in het verleden Hulpvragen: Help me het relationeel geweld in het verleden te verwerken.

Soorten programma s Er zijn verschillende soorten zorgprogramma s. Programma s worden gemaakt op basis van het aanbod van de betrokken instellingen. Ook zijn er programma s die uitgaan van doelgroepen, dan wel hulpvragen. In Utrecht is het zorgprogramma gebaseerd op de zes verschillende doelgroepen/hulpvragen van vrouwen. Daarnaast is er een programma voor kinderen als getuige van relationeel geweld. Programma s voor verschillende doelgroepen worden vervolgens onderscheiden in SPECIALISTISCHE EN GENERALISTISCHE programma s. In een specialistisch programma ligt precies vast welke modules moeten worden uitgevoerd. Een generalistisch programma is meer een menu à la carte, waaruit een aantal modules wordt gekozen dat aansluit bij de behoefte van de vrouw en haar eventuele kinderen. ZORGPROGAMMA 13 Het Utrechtse zorgprogramma is generalistisch van aard. Er is een groot aantal modules, waaruit door de casemanager, al dan niet van het Advies- en Meldpunt, in overleg met de vrouw een keuze wordt gemaakt. Modules De hulpvormen, ook wel modules genoemd, zijn in feite de bouwstenen van een zorgprogramma. Het zijn bestaande vormen van hulp die door hulpverleners van de betrokken instellingen worden geleverd, zoals de ambulante hulpverlening, opvang en hulp bij het vluchten. In tegenstelling tot een programma ligt de groep voor wie de module is bedoeld niet vast. Een module kan voor verschillende groepen worden ingezet. Een assertiviteitstraining kan zowel vrouwen helpen die het moeilijk vinden om op hun werk hun mond open te doen, alsook vrouwen die worden gestalkt. De modules die aan een slachtoffer van relationeel geweld worden aangeboden vormen tezamen een afgerond hulpaanbod. Juist door de onderlinge samenhang van de modules is de kans dat de hulp tot goede resultaten leidt groter dan voorheen. Omdat er in Utrecht een groot aanbod bestaat rondom relationeel geweld, staan de modules van het zorgprogramma achterin beschreven. In bijlage I zijn de modules geordend naar doelgroep, c.q. hulpvraag. In bijlage II is het aanbod per instelling geordend. Hieronder volgt een schematische weergave van het aanbod geordend naar hulpvraag per instelling.

Hulpaanbod per instelling geordend naar hulpvraag 1 2 3 4 5 6 PRATEN MET PARTNER ZONDER PARTNER LEVENSGEVAAR STALKING GEVOLGEN ALTRECHT 14 ZORGPROGAMMA BLIJF VOU BUREAU VOU CUMULUS AMW FIOM VOU Centrum Maliebaan MW Politie STADE FIOM STADE Migrantenh. Stichting Slachtofferh. VITA VOU DE WAAG Coördinatie: Advies- en Meldpunt een VeiligHuis Bij sectorale en intersectorale programma s zijn altijd meerdere instellingen betrokken die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de inhoud en de kwaliteit van het programma. Het is van belang dat één instelling of één organisatie de procesbewaking op zich neemt voor het zorgprogramma. In Utrecht is ervoor gekozen een 24-uurs Advies- en Meldpunt een VeiligHuis op te richten dat wordt aangehaakt bij Vrouwenopvang Utrecht. In bijlage III is een uitgebreide beschrijving opgenomen van de toekomstige opzet en werkwijze van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis.

3 ZORGPROGRAMMA S EN DE HULPVERLENER Wat het werken met zorgprogramma s voor de praktijk van de hulpverlener betekent is op een rij gezet door NIZW/VWS (1999). In hun uitgave over zorgprogrammering in de praktijk van de jeugdzorg onderscheiden zij verschillende gevolgen. Hieronder volgt een weergave. 1 De hulpverlener zal zich ervan bewust moeten zijn dat hij of zij niet de enige is die met de vrouw of het gezin bezig is. Een hulpverlener zal zich bijvoorbeeld moeten realiseren dat de partner van de vrouw en het kind andere trajecten volgen. Iedereen draagt iets vanuit zijn of haar deskundigheid bij.als de hulpverlener ziet dat de eigen instelling of organisatie niet de hulp kan leveren die noodzakelijk is, zal de deskundigheid van een andere hulpverlener ingeschakeld moeten worden. En andersom: de eigen deskundigheid zal ingezet moeten worden op de vraag van anderen. DEHULPVERLENER 15 2 Zoals de hulpverlener tot nu toe onderdeel was van een team van de eigen instelling, zo zal hij of zij straks in plaats daarvan, of daarnaast onderdeel zijn van het team van een zorgprogramma. Er zullen regelmatig cliëntbesprekingen zijn. Wellicht zal er tijdens die besprekingen nog wel eens verbazing optreden over de afwijkende werkwijze van de collega s uit andere instellingen. De hulpverlener zal bereid moeten zijn af te stappen van de maar bij ons doen we het altijd zo houding en open moeten staan voor andere, misschien wel betere werkwijzen. 3 De hulpverlener krijgt ook pottenkijkers. In het team van het zorgprogramma zal verantwoording afgelegd moeten worden over de voortgang met de cliënt. Inzicht zal gevraagd worden over wat er tot nu toe gedaan is en met welk resultaat. 4 Het wordt voor hulpverleners ook moeilijker om een cliënt door te schuiven naar een andere instelling. Bij de ontwikkeling van een zorgprogramma zijn immers alle mogelijke vormen van hulp in de stad geïnventariseerd en bij elkaar gebracht. Instellingen die de juiste hulp voor de doelgroep in huis hebben zijn in het programma opgenomen. Blijkt gaandeweg dat de vrouw niet geholpen kan worden met de hulp uit het programma, dan zal er een nieuw hulpaanbod gecreëerd moeten worden. De kans dat de vrouw van het kastje naar de muur wordt gestuurd wordt zo toch aanzienlijk kleiner. 5 Sommige hulpverleners zullen doelgerichter moeten gaan werken dan ze gewend zijn. Een zorgprogramma is ook tijdgebonden. De hulpvormen geven aan binnen welke termijn ze welk resultaat willen bereiken. Er zullen in het algemeen weinig hulpverleners zijn die niet met een bepaald doel voor ogen hun cliënt helpen en dat doel binnen een bepaalde termijn hopen te bereiken, maar een programma stelt toch strengere eisen. De doelen, de omvang van de hulp en de tijdsduur staan op papier en kunnen als ijkpunten worden beschouwd.

16 DEHULPVERLENER 6 7 Een zorgprogramma kan soms een inbreuk op een gangbare werkwijze betekenen. Zo is er bijvoorbeeld een zorgprogramma voor jongens in een jeugdgevangenis. Het doel is om hen zo constructief mogelijk te laten terugkeren naar de maatschappij. Eén van de hulpvormen is dagbesteding. Daarvoor gaan de jongens naar een bestaand centrum waar praktijkscholing wordt gegeven. Voordat het programma er was bepaalde het centrum zelf wie er binnen kwam. Nu het onderdeel is van het zorgprogramma wordt van het centrum verlangd om alle jongens die daarvoor geïndiceerd zijn toe te laten. Dat kan de nodige wrijving veroorzaken. Daarom moet over dit soort zaken goed overleg worden gevoerd. Ingezet worden voor een zorgprogramma kan soms een vrijwel nieuwe werkkring betekenen. Zo bestaat in het hiervoor aangehaalde zorgprogramma voor jongens de belangrijkste hulpvorm uit begeleiding door een coach. De coach, die slechts enkele jongens onder haar hoede heeft, is voor twintig uur per week aan het programma verbonden. De overige uren werkt ze nog in haar oude werkkring, de jeugdreclassering. Zo heeft zij meer contacten met hulpverleners van andere instellingen die voor het programma worden ingezet dan met haar collega s van de reclassering.

4 ROUTE DOOR HET ZORGPROGRAMMA VOOR DE CLIËNT De eerste opvang van slachtoffers van relationeel geweld is een eerstelijnsvoorziening in de hulpverleningsketen, waarin het Algemeen Maatschappelijk Werk,Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, Bureau Vrouwenopvang Utrecht, Stichting Slachtofferhulp en politie een belangrijke rol spelen. Indien een vrouw die als slachtoffer te maken heeft met relationeel geweld bij een hulpverlenende instantie aanklopt, zal zij de volgende stappen doorlopen: Er wordt gelegenheid gegeven over de geweldservaring te praten; Gevraagd wordt of zij schriftelijk toestemming verleent het geweld te melden bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, nadat is uitgelegd waarom dit verzoek wordt gedaan; Er wordt gecheckt of er kinderen bij zijn betrokken en of er sprake is van mishandeling van de kinderen of andere jeugdzorgproblematiek. Indien dit het geval is wordt contact opgenomen met Bureau Jeugdzorg (zie verder in dit hoofdstuk bij de route voor kinderen ; Indien de situatie als zeer complex wordt ingeschat (zie hoofdstuk 5 en werkplan), wordt zij geïntroduceerd bij de casemanager van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis. De casemanager maakt samen met de vrouw een hulpverleningsplan voor haarzelf, haar kinderen en eventueel haar echtgenoot; Indien de situatie minder complex is, zal de instelling zelf op basis van het doorlopen van de checklist standaardaanpak bij geweld in relaties (zie bijlage IV) een hulpverleningsplan opstellen. ROUTECLIËNT 17 HULPVERLENENDE INSTANTIE gelegenheid geven over de geweldservaring te praten schriftelijke toestemming vragen het geweld te melden bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis kinderen? nee ja route voorkinderen situatie complex? opstellen hulpverleningsplan op basis van de checklist nee ja introductie bij casemanager Advies- en Meldpunt een VeiligHuis standaardaanpak bij geweld in relaties Casemanager maakt samen met vrouw een hulpverleningsplan

18 ROUTECLIËNT 1 2 3 4 5 6 Indien een vrouw aanklopt bij de huisarts, zal zij de volgende stappen doorlopen: Er wordt gelegenheid gegeven over de geweldservaring te praten; Gevraagd wordt of zij schriftelijk toestemming verleent het geweld te melden bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, nadat is uitgelegd waarom dit verzoek wordt gedaan; Er wordt gecheckt of er kinderen bij zijn betrokken en of er sprake is van mishandeling van de kinderen of andere jeugdzorgproblematiek. Indien dit het geval is wordt contact opgenomen met Bureau Jeugdzorg (zie verder in dit hoofdstuk bij de route voor kinderen ; Wanneer de vrouw aangeeft dat zij hulpverlening wenst, verwijst de huisarts door naar de dichtsbijzijnde vestiging van een geëigende instelling; Indien de situatie als zeer complex wordt ingeschat (zie hoofdstuk 5 en werkplan), wordt zij geïntroduceerd bij de casemanager van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis. De casemanager maakt samen met de vrouw een hulpverleningsplan voor haarzelf, haar kinderen en eventueel haar echtgenoot; Indien er acuut gevaar dreigt voor de vrouw of de kinderen wordt de vrouw in contact gebracht met de politie. HUISARTS gelegenheid geven over de geweldservaring te praten schriftelijke toestemming vragen het geweld te melden bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis kinderen? nee ja route voor kinderen acuut gevaar? nee ja situatie complex? vrouw in contact brengen met de Politie nee ja verwijzen naar een geeïgende instelling introductie bij casemanager Advies- en Meldpunt een Veilig Huis Casemanager maakt samen met vrouw een hulpverleningsplan

1 2 3 4 5 Indien een slachtoffer zich meldt bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, zal zij de volgende stappen doorlopen: Er wordt gelegenheid gegeven over de geweldservaring te praten; Gevraagd wordt of zij schriftelijk toestemming verleent het geweld te registreren, nadat is uitgelegd waarom dit verzoek wordt gedaan; Er wordt gecheckt of er kinderen bij zijn betrokken en of er sprake is van mishandeling van de kinderen of andere jeugdzorgproblematiek. Indien dit het geval is, wordt contact opgenomen met Bureau Jeugdzorg (zie verder in dit hoofdstuk bij de route voor kinderen ; Indien de situatie als zeer complex wordt ingeschat (zie hoofdstuk 5 en werkplan), maakt de casemanager van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis samen met de vrouw een hulpverleningsplan voor haarzelf, haar kinderen en eventueel haar partner; Indien de situatie minder complex is, zal de casemanager contact opnemen met een geëigende instelling en de vrouw daarnaar verwijzen. ROUTECLIËNT 19 ADVIES- EN MELDPUNT EEN VEILIGHUIS gelegenheid geven over de geweldservaring te praten schriftelijke toestemming vragen het geweld te registreren kinderen? nee ja route voor kinderen situatie complex? nee ja Casemanager neemt contact op met geëigende instellingen verwijst vrouw daarnaar Casemanager maakt samen met vrouw een hulpverleningsplan

20 ROUTECLIËNT 1 2 3 Indien een niet-slachtoffer melding maakt van relationeel geweld bij hetzij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, hetzij politie zal: De melder, indien gewenst, een folder toegestuurd krijgen over relationeel geweld; De melding doorgegeven worden aan de andere partij, zijnde politie als de melding binnenkomt bij Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, en vice versa; Politie neemt de meldingen door met professionele vrijwilligers van Slachtofferhulp. Indien er geen acuut gevaar dreigt, neemt de vrijwilliger van Slachtofferhulp contact op met het gezin. In andere situaties onderzoekt een intaker van politie de melding en neemt hij/zij contact op met het betreffende gezin. De werkwijze is vergelijkbaar met die van het Maatschappelijk Werk van politie (zie hiervoor de beschrijving van hun module, hulpvraag 1). MELDING BIJ ADVIES- EN MELDPUNT OF POLITIE VAN NIET- SLACHTOFFER indien gewenst een folder toesturen melding doorgeven aan andere partij: Advies- en Meldpunt een VeiligHuis geeft melding door aan Politie en vice versa. acuut gevaar? slachtofferhulp neemt nee ja intaker politie onderzoekt melding: contact op met het gezin sprake van relationeel geweld? nee ja intaker bezoekt gezin

1 2 3 4 5 Route voor kinderen Indien er kinderen in het gezin zijn en er een vermoeden of sprake is van jeugdzorgproblematiek, worden de volgende stappen ondernomen: De hulpverlener neemt contact op met de aanmeldingsdienst van Bureau Jeugdzorg van de desbetreffende regio van het Bureau (zie bijlage 4), of belt Bureau Jeugdzorg voor consultatie; Bureau Jeugdzorg biedt onmiddellijk hulp indien er sprake is van een crisissituatie. Indien dit niet het geval is, maar er wel sprake is van jeugdzorgproblematiek, vindt er binnen één à twee weken een screeningsgesprek plaats. In overleg wordt gekeken wie bij dit gesprek aanwezig zijn, bijvoorbeeld de moeder, de hulpverlener en/of de casemanager; In het screeningsoverleg tussen de Raad van de Kinderbescherming, de Jeugd GGZ en Bureau Jeugdzorg wordt beslist over het hulpaanbod of het hulptraject voor het kind. Het vervolg wordt uitgevoerd door één van deze drie instellingen. Deze kan daar weer andere instellingen bij betrekken; Bij vermoedens van kindermishandeling kan ook contact worden opgenomen met een vertrouwensarts of maatschappelijk werker van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK). Indien een hulpverlener sterke aanwijzingen heeft dat er sprake is van kindermishandeling, kan dit bij het AMK worden gemeld. Het AMK stelt dan een onderzoek in. Afhankelijk van de bevindingen wordt getracht de hulpverlening aan kind en ouders op gang te brengen. Ook kan het AMK de Raad van de Kinderbescherming inschakelen; In geval van een levensbedreigende situatie voor het kind kan ook 24 uur per dag contact opgenomen worden met de civiele afdeling van de Raad voor de Kinderbescherming. ROUTECLIËNT 21 KINDEREN MET JEUGDZORGPROBLEMATIEK crisissituatie geen crisissituatie Bureau Jeugdzorg biedt onmiddellijk hulp screeningsgesprek consultatie consultatie of melding bij Bureau Jeugdzorg Bureau Jeugdzorg Advies-en Meldpunt Kindermishandeling screeningsoverleg AMK onderzoekt melding Bureau Jeugdzorg, Jeugd GGZ Raad voor de Kinderbescherming afdeling Vrijwillige Hulp levensbedreigend voor kind: Raad voor de Kinderbescherming, afdeling Civiel

22

5 WERKORGANISATIE: ADVIES- EN MELDPUNT 2002-2006 Het Zorgprogramma een VeiligHuis wordt gedragen door de samenwerkingspartners. Zij zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de inhoud en de kwaliteit van het programma. Het op te richten Advies- en Meldpunt een VeiligHuis, dat aangehaakt wordt bij Vrouwenopvang Utrecht, is verantwoordelijk voor de procesmatige voortgang van het zorgprogramma. Programmacoördinator Binnen het advies- en meldpunt wordt een programmacoördinator aangesteld die de voorwaardenscheppende zaken regelt voor het zorgprogramma. Dit zijn: voortgangsbewaking; het volgen en ondersteunen van de samenwerkende partners; signaleren van knelpunten en lacunes en het nemen van initiatieven voor verbetering; uitschrijven van minstens twee vergaderingen per jaar van de stuurgroep; verzorgen van een inhoudelijk aanbod. WERKORGANISATIE 23 Bij de start van Advies- en Meldpunt een VeiligHuis zijn er middelen voor het financieren van één fte programmacoördinatie. Registratie/documentatiemedewerker Voor het opzetten en verzorgen van de registratie en documentatie van relationeel geweld in het advies- en meldpunt is een registratie/documentatiemedewerker aangesteld met als taken: inventariseren en uitvoeren van de registratie van gezinsgeweld in Utrecht; updaten en onderhouden van de sociale kaart; actualiseren van de web-site; verzamelen van relevante documentatie over relationeel geweld. Casemanager / Consulent relationeel geweld Naast de programmacoördinator wordt er voor elke cliënt die in het programma is opgenomen een casemanager aangewezen, die het vaste aanspreekpunt is. De casemanager: onderhoudt de contacten met de hulpverleners in het programma; houdt in de gaten of verschillende hulpvormen goed op elkaar blijven afgestemd; heeft regelmatig contact met de programmacoördinator, zeker in het geval dat er problemen opdoemen; geeft deskundigheidsbevordering aan hulpverleners; dient als vraagbaak omtrent relationeel geweld voor hulpverleners.