Aanvullend advies over onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers



Vergelijkbare documenten
Verhoogde instroom van kinderen van vluchtelingen in het onderwijs

Regelgeving OKAN secundair onderwijs. Studiedag Wat kan (na) okan? (25 april 2013 Hasselt)

Advies over het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON VOTLIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON VOLTIJDS SECUNDAIR ONDERWIJS

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.5 - Februari

Ondersteuningsaanbod vanuit AgODi

ONDERWIJSWOORDENLIJST VOOR SCHOOLRADERS ALS JE NIET HELEMAAL MEE BENT

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON BASISONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON BASISONDERWIJS

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON BASISONDERWIJS

ADVIES. Algemene Raad. 25 september 2008 AR/PCA/ADV/002

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.6 - Maart

Advies over de instapdata in het kleuteronderwijs

Op Stapel juni Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET GEWOON BASISONDERWIJS

Verslag aan de Provincieraad

Groot gelijk?! Gelijke onderwijskansen in Vlaanderen 23 november 2004

Vraag nr. 525 van 8 mei 2013 van PAUL DELVA

Beleidsaanbevelingen over onderwijs aan kinderen met ernstige en meervoudige beperkingen

Advies over de implementatie van ISCED 2011 in Vlaanderen

Een nieuwkomer onder de toetsen

MOTIE TOEVLOED ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS IN HET ONDERWIJS VAN TURNHOUT

B A S I S O N D E R W I J S

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

Hoe ondersteunde AgODi het werkveld bij de verhoogde instroom van vluchtelingen? Hasselt 29 april 2016 Sara De Meerleer

Departement Onderwijs & Vorming

Leuvenseplein 4 5 juni Brussel AR/RHE/ADV/007

Advies over een voorstel van opleidingsprofiel volwassenenonderwijs Studiegebied Slagerij

Minderjarige nieuwkomers: wie zijn ze en hoe leiden we ze toe naar vrije tijdsinitiatieven?

Advies over de modulaire opleiding NT2 alfa R1, traject 1.2 voor de basiseducatie

Wat kan (na) OKAN? Vervolgschoolcoaches vertellen. 25 april 2013

KORTRIJK HARELBEKE GULLEGEM. Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers OKAN. 21 oktober 2010 Nathalie Vandenameele

Advies over wijzigingen aan besluiten over tijdelijke projecten in het basisonderwijs en het secundair onderwijs

JOKER. 1 Titel. 2 Samenvatting

Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers OKAN

betreffende een nieuw ondersteuningsmodel in het leerplichtonderwijs

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.4 - Januari

Toelatingsvoorwaarden 1STE GRAAD A-STROOM

Op Stapel mei Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Advies BVR duaal leren BuSO

elk kind een plaats... 1

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende het tijdelijk project Leerlingenvervoer buitengewoon onderwijs

Op Stapel mei Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Tijdelijke aanstelling en aanvangsbegeleiding vanaf 1 september 2019

Advies over het voorontwerp van decreet betreffende de scholengemeenschappen in het basis- en secundair onderwijs

J e C L B h e l p t. W a a r v o o r k a n j e b i j o n s t e r e c h t?

Werkgroep / werking Anderstalige Nieuwkomers. LOP Antwerpen Basisonderwijs

Warme overdracht tussen leren en werken en de VDAB: visietekst

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Specifieke lerarenopleiding Maatschappelijk en beroepsgericht handelen in de onderwijspraktijk

ADVIES. Algemene Raad. 27 september 2007 AR/PCA/ADV/003

Advies over het toelatings- en oriënteringsbeleid in het gewoon secundair onderwijs

Aandachtspunten en werkingsmogelijkheden bij het GOK/SES beleid

Inleiding. 1. Opzet van het onderzoek

Wat is nieuw op 1 september?

OPHEFFING VAN HET SYSTEEM VAN VRIJSTELLING VAN LEERPLICHT

Leuvenseplein 4 Dinsdag, 13 mei Brussel RVOL/PCA/ADV/006

Vraag om uitleg over capaciteitsbepaling van Kathleen Helsen aan minister Hilde Crevits

Vooraf. 3 juli 2015: conceptnota bis goedgekeurd VR

ALGEMENE PRINCIPES VAN HET NIEUWE ONDERSTEUNINGSMODEL IN BASIS- EN SECUNDAIR ONDERWIJS

Brussel, 5 februari _Advies_Huizen_van_het_Nederlands. Advies. over het voorontwerp van decreet betreffende de Huizen van het Nederlands

Type basisaanbod: evaluatie terugkeer BuBaO en BuSO

3 Zijn er op regionaal niveau netoverschrijdende afspraken gemaakt over het al dan niet toepassen van één of meerdere flexibele trajecten?

qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty uiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasd fghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx cvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq Zorgplan

Onderwijscentrum Gent Toelichting OKAN-trajecten

ONTWERP VAN DECREET. tot wijziging van het decreet van 28 februari 2003 betreffende het Vlaamse inburgeringsbeleid AMENDEMENTEN

Instrument om de beginsituatie in kaart te brengen op niveau van de leraar eerste graad 3de GOK-cyclus

Brussel, Consciencegebouw. 3 mei 2019

Stelsel van leren en werken. Carl Lamote Departement Onderwijs en Vorming Afdeling Secundair Onderwijs en Leerlingenbegeleiding

Advies over de openbaarheid van financieringskenmerken van leerlingen

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT:

Leerlingenbegeleiding inzake leerplichtcontrole in het secundair onderwijs

Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Artikel 24 - Onderwijs. Schriftelijke communicatie

Leuvenseplein 4 Dinsdag, 16 december Brussel AR/PCA/ADV/008

Expertmeeting Nederland- Vlaanderen

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Tijdens dit proces wordt ook overlegd met de leerling en ouders in kwestie.

Advies over bijkomende opleidingsprofielen voor de studiegebieden Bouw en Hout van het secundair volwassenenonderwijs

Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de vervangingen van korte afwezigheden DE VLAAMSE REGERING,

Reactie op het Groenboek migratie en mobiliteit: uitdagingen en kansen voor Europese onderwijssystemen. Ontwerp

Opleiding voor schoolsecretariaten

Op Stapel mei Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Anderstaligen voorbereiden op het Nederlandstalige hoger onderwijs en de arbeidsmarkt. 15 maart 2016

Een toekomst in Aalst. het minderhedenbeleid van de stad aalst

AFKORTINGEN EN BEGRIPPENKADER Ervaringsbewijs begeleider buitenschoolse kinderopvang

VR DOC.0272/1

BIJLAGE 2: CIJFERMATERIAAL

J e C L B h e l p t. W a a r v o o r k a n j e b i j o n s t e r e c h t?

Advies over het voorontwerp van decreet betreffende het onderwijs XXV

ADVIES. Raad Volwassenenonderwijs. 28 juni 2005 RVOL/MDR/ADV/017

Reactie op het Groenboek migratie en mobiliteit: uitdagingen en kansen voor Europese onderwijssystemen

Doelen. 1. Het onderzoek. 1. Het onderzoek. 1. Het onderzoek. 1. Het onderzoek 2/09/2015. M-decreet: motiveren tot kwaliteitsvolle leertrajecten

Opleiding voor schoolsecretariaten AGODI-Academie

HOORZITTING INSCHRIJVINGSDECREET 24 MAART 2015

Figuur 1. Intelligentiescores (numerieke, spatiale, verbale en algemene) per geslacht

Sectoraal comité van het Rijksregister

Transcriptie:

Vlaamse Onderwijsraad Algemene Raad Leuvenseplein 4 15 mei 2001 1000 Brussel AR/PCA/MSM/ADV/006 Aanvullend advies over onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers 1 Situering In 1997 formuleerde de Vlaamse Onderwijsraad (Vlor) een evaluatie van het onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers en een advies over de toekomst van dat beleid 1. Het is niet de bedoeling dit werk over te doen. De meeste elementen uit dat advies blijven vandaag nog gelden. Enkele evoluties op het terrein hebben aanleiding gegeven tot de formulering van dit aanvullend advies. In zijn advies van 1997 evalueert 2 de Vlor het onthaal in het secundair onderwijs veel positiever dan in het basisonderwijs. Voor het basisonderwijs ging de overheid in ruime mate in op de suggesties van de Vlor. De Vlor evalueert nu het onthaal in het basisonderwijs globaal positief. Voor het secundair onderwijs is de evaluatie nu minder positief. De regelgeving liet het secundair onderwijs niet toe om voldoende soepel in te spelen op de wijzigingen in de instroom van nieuwkomers. De nieuwkomers zijn nu, veel meer dan in 1997, over heel Vlaanderen verspreid. En het is een veel grotere groep. Daarom gaat het grootste deel van dit aanvullend advies over het secundair onderwijs. Nog andere evoluties hebben een invloed op het onthaal in het onderwijs. De samenstelling van de groep is grondig gewijzigd. Onder hen zijn steeds meer Oost-Europeanen en steeds minder nieuwkomers uit gezinsherenigingen. Ingevolge het federaal asielbeleid is de kans groter dat asielzoekers teruggestuurd worden naar hun landen van oorsprong. Enkele grotere gemeenten hebben initiatieven genomen met een gunstige invloed op het onthaal van nieuwkomers in het algemeen. Op sommige punten is het advies van 1997 voorbijgestreefd. In 1997 ontbrak goed materiaal voor het onthaaljaar. Intussen hebben de Steunpunten NT2 en ICO samen met de Vlor meer en beter geschikt materiaal ontwikkeld voor leerkrachten. Op het vlak van ondersteuning van de onthaalscholen hebben de begeleidingsdiensten van het gemeenschapsonderwijs en van de representatieve groeperingen van inrichtende machten sindsdien heel wat werk verzet. De algemene raad van de Vlor keurde dit advies goed op 15 mei 2001 met 21 stemmen voor en één onthouding. 1 2 Vlaamse Onderwijsraad, Anderstalige nieuwkomers, evaluatie en advies, Brussel, 25 maart 1997, AR/PCA/ADV/003 Idem, blz. 10, 2.5 1

2 Verbanden met and ere beleidsdomeinen Het onderwijsbeleid voor anderstalige nieuwkomers hangt zeer nauw samen met het onthaalbeleid voor nieuwkomers in de grotere steden en met het asielbeleid van de federale overheid. De jongste tijd hebben enkele grotere steden voor het onthaal van nieuwkomers samenwerkingsverbanden opgezet tussen verschillende beleidsdomeinen in de gemeente. Dit is een evolutie die de onderwijskansen van leerplichtige nieuwkomers gunstig beïnvloedt. Wijzigingen in het federaal asielbeleid hebben voor gevolg dat voortaan alle legale asielzoekers bij hun aankomst in België in asielcentra terechtkomen en dat asielzoekers gemakkelijker en sneller worden teruggestuurd naar hun land van oorsprong. De informatiedoorstroming van het ministerie van Binnenlandse zaken naar het onderwijs blijft echter een probleem. En bij de inplanting van centra houdt de federale overheid nog steeds geen rekening met het scholenaanbod in de omgeving. Zowel de nieuwe aanpak op federaal niveau als de evoluties in het onthaalbeleid op gemeentelijk niveau bieden kansen voor een nieuwe en meer gecoördineerde aanpak van het leertraject van leerplichtige nieuwkomers. Een gecoördineerde aanpak die leidt tot een echte samenwerking op het terrein tussen onderwijs, welzijn, huisvesting, tewerkstelling. 3 Een nieuw aanpak: het leertraject Het leertraject van elke anderstalige nieuwkomer omvat drie fasen: 1 de eerste 60 dagen 2 het onthaaljaar 3 de opvolging. Elke fase in dit leertraject maakt deel uit van het vormingsproces van de nieuwkomer in het onderwijs in Vlaanderen. Elke stap in dat vormingsproces moet het voorwerp zijn van trajectbegeleiding. Deze trajectbegeleiding moet zijn neerslag krijgen in een begeleidingsdossier voor elke nieuwkomer. Deze neerslag maakt trajectbegeleiding mogelijk tijdens de hele verdere schoolcarrière van de nieuwkomer. Het volgt de nieuwkomer bij elke overstap naar een ander school of naar een andere studierichting. Het begeleidingsdossier kan de leerling ook dienstig zijn bij een eventuele terugkeer naar het onderwijssysteem in zijn land van oorsprong. De Vlor vindt dat deze nieuwe aanpak geen bijkomende planlast voor gevolg kan hebben voor de scholen en dat scholen die zich inzetten voor de opvang van nieuwelingen hierbij recht hebben op goede en professionele begeleiding. Met de personeelsbezetting van vandaag is dit voor de begeleidingsdiensten nog moeilijk waar te maken. 4 De eerste 60 dagen Nieuwkomers hebben recht op onderwijs vanaf de eerste dag dat zij hier verblijven. Zij zijn pas leerplichtig na 60 dagen. De trajectbegeleiding start best de dag dat zij in België aankomen, ofwel in een asielcentrum, ofwel op het meldpunt van de gemeente waar zij aankomen, ofwel in een school. 2

Na zestig dagen zijn alle kinderen en jongeren die geen 18 jaar zijn leerplichtig, en moeten ze in een school terechtkunnen. 4.1 Nieuwkomers in asielcentra Voor nieuwkomers die zich in een asielcentrum bevinden zal de eerste fase, een socialiseringsfase, best zoveel mogelijk in gezinsverband gebeuren, in het centrum. Dit zou systematisch kunnen gebeuren in alle centra. Een deel van die socialiseringsfase moet gericht zijn op omgaan met onderwijs, met regels en met structuren en op bewustmaking van het belang van onderwijs in de Belgische samenleving. Een eerste kennismaking met een concrete school kan daarvan best deel uitmaken. Deze initiatie hoeft niet noodzakelijk te gebeuren door onderwijs. Belangrijk is dat het gebeurt door bekwame mensen en in samenspraak met een centrum voor leerlingenbegeleiding. Het asielcentrum en een CLB kunnen deze periode gebruiken om in het kader van de trajectbegeleiding zich een idee te vormen van de beginsituatie van elke leerling en te zoeken naar de meest geschikte school. Kinderen en jongeren die in een asielcentrum verblijven, maar die voldoende schoolrijp zijn, moeten zo vlug mogelijk naar school. Een socialisatieperiode in het asielcentrum die langer duurt dan nodig, is tijdverlies. Kinderen en jongeren die de school aankunnen, moeten naar school kunnen. Kinderen die de hele periode van 60 dagen nodig hebben om hier te acclimatiseren in een opvang in het asielcentrum, moeten dit ook kunnen. Alle betrokkenen moeten steeds zoeken naar de beste oplossing voor dat bepaalde kind. 4.2 Nieuwkomers die zich aanmelden bij een meldpunt In enkele grotere steden zorgt het gemeentebestuur voor een eerste opvang van minderjarige nieuwkomers in een eigen structuur. Zeker voor getraumatiseerde kinderen die nood hebben aan een opvang die niet onmiddellijk in de school moet of kan gebeuren, is dit een goede oplossing. Deze structuur zorgt later voor de verdeling van de leerlingen over de verschillende scholen in de gemeente. Dit blijkt een zeer vruchtbare piste. Het meldpunt en een CLB kunnen van deze periode gebruik maken om in het kader van de trajectbegeleiding een idee te krijgen van de beginsituatie van elke leerling. Deze beginsituatie is een objectief aanknopingspunt om een geschikte school te zoeken. Ook kinderen van illegalen hebben recht op onderwijs. Deze kinderen en jongeren komen niet in een centrum terecht. De welzijnsorganisaties en, daar waar ze bestaan, de gemeentelijke structuren voor onthaal van nieuwkomers, kunnen ze opsporen en naar scholen toeleiden. 4.3 Nieuwkomers die zich aanmelden in een school Het feit dat kinderen of jongeren nog geen zestig dagen hier verblijven of hier illegaal verblijven, mag voor scholen nooit een motief zijn om een leerling te weigeren. Alle kinderen en jongeren hebben recht op onderwijs, ook al zijn zij volgens de strikte formulering van de Belgische wetgeving nog niet leerplichtig. Alle geledingen van de Vlor scharen zich achter dit principe. Voor de concrete uitvoering van dit principe verwijzen zij naar de uitkomst van het overleg over toelatingsbeleid. 3

Hier blijft trouwens de afspraak gelden dat schoollopen geen middel kan zijn om illegalen op te sporen en het land uit te wijzen. 5 Het onthaaljaar 5.1 Gemeenschappelijke u itzichten 5.1.1 Benoeming van leerkrachten Zowel het basisonderwijs als het secundair onderwijs hebben problemen met de rekrutering van leerkrachten voor het onthaalonderwijs. Bovendien is het verloop in deze groep groot. Daardoor gaat moeizaam opgebouwde expertise steeds opnieuw verloren. In een situatie van schaarste op de arbeidsmarkt veroorzaakt het slechte statuut van leerkrachten die onthaalonderwijs geven een aanzuigeffect naar organieke tewerkstelling. Daardoor zijn scholen dikwijls verplicht deze uren te laten geven door leerkrachten met andere bekwaamheidsbewijzen. Zij vallen in een lagere loonschaal. De Vlor vraagt aan de overheid maatregelen te nemen om de aantrekkingskracht voor leerkrachten om onthaalonderwijs te geven, te vergroten en om deze leerkrachten voldoende perspectief te bieden waardoor ze het willen blijven geven. Volgens de Vlor kan dit best door voor deze leerkrachten een mogelijkheid te creëren voor vaste benoeming. 5.1.2 Opvang in concentratiescholen Het is niet goed dat concentratiescholen het zwaarste deel van deze maatschappelijke opdracht op zich nemen. Daarom is de Vlor geen voorstander om de 50% regel zonder meer los te laten. Alle scholen van een gemeente moeten hun deel opnemen van deze maatschappelijke opdracht. De Vlor ziet een verband tussen dit aspect van het onthaalbeleid en het toelatingsbeleid. Afspraken tussen scholen over de opvang van nieuwkomers horen thuis in het lokaal overleg. Daarom pleit de Vlor voor een band tussen de gemeentelijke structuur die instaat voor het onthaal van nieuwkomers en het plaatselijk overleg over toelating in het onderwijs. Concentratiescholen die nieuwkomers opvangen hebben wel recht op dezelfde ondersteuning als andere scholen die onthaalonderwijs geven of een onthaalklas inrichten. 5.2 Bijzondere uitzichten voor het basisonderwijs In het basisonderwijs is nood aan omkadering voor het onthaal van kinderen van 5 en 6 jaar in het kleuteronderwijs. Basisscholen ervaren de verplichting om de leerlingen twaalf uur afzonderlijk op te vangen en twaalf uur in de gewone klas, als een keurslijf. Zij aanvaarden dat een kind nood heeft aan afwisseling en zijn niet gekant tegen het principe dat deze leerlingen moeten deelnemen aan het gewone schoolleven. Daarom is de Vlor voorstander van een systeem waarbij in het begin van hun verblijf de nieuwelingen meer uren in de onthaalklas zitten en naarmate hun onthaaljaar vordert veel meer uren in de gewone klas doorbrengen. In het basisonderwijs, vooral in regio s waar weinig OVB-scholen zijn, komen veel nieuwkomers in het buitengewoon onderwijs terecht. Onthaalonderwijs is een taak van het 4

gewoon onderwijs. Een school kan een nieuwkomer wel doorverwijzen naar het buitengewoon onderwijs, maar dan op basis van dezelfde criteria die gelden voor andere kinderen en jongeren. Aanpassingsproblemen of taalproblemen kunnen geen criterium zijn. De wijze waarop het onthaalonderwijs georganiseerd is in het basisonderwijs, garandeert voldoende andere mogelijkheden. De Vlor wijst de mogelijkheid om onthaalonderwijs in te richten in het buitengewoon basisonderwijs principieel af. Deze mogelijkheid zou een toestroom van nieuwkomers in het buitengewoon basisonderwijs voor gevolg hebben. 5.3 Bijzondere uitzichten voor het secundair onderwijs 5.3.1 Organisatie van het aanbod De lokalisatie van de onthaalklassen is nu een veel groter knelpunt dan in 1997. De lokaliteit van de onthaalschool stemt niet altijd overeen met de nood aan onthaal. Dit heeft te maken met het federaal beleid voor nieuwkomers. In het secundair onderwijs moeten we afstappen van de aanduiding van scholen. Scholengemeenschappen zouden de mogelijkheid moeten krijgen om, vanaf een bepaald minimum aantal anderstalige leerlingen, een onthaalklas op te richten op basis van afspraken tussen de verschillende inrichtende machten in een lokaal overleg over het toelatingsbeleid in het onderwijs. Hier verwijst de Vlor opnieuw naar de relatie tussen de opvang van anderstalige nieuwkomers en het overleg over toelating in het onderwijs. De afwijkingsmogelijkheden voor concentratiescholen in de grote steden is een verworvenheid die de overheid creëerde naar aanleiding van het advies van de Vlor 3. De Vlor vraagt om die mogelijkheid in de toekomst te blijven voorzien, maar te koppelen aan afspraken in het lokaal overleg. Een groot aantal anderstalige nieuwkomers komt in het BUSO terecht. Een goed onthaalbeleid in het gewoon onderwijs moet dit in de toekomst voorkomen. Het principe is dat het gewoon onderwijs nieuwkomers opvangt. De school kan wel doorverwijzen naar het buitengewoon onderwijs, maar dan op basis van dezelfde criteria die gelden voor andere kinderen en jongeren. Aanpassingsproblemen of taalproblemen kunnen geen criterium zijn. De nieuwe aanpak moet voldoende andere mogelijkheden garanderen. De Vlor wijst de mogelijkheid om een onthaalklas in te richten in het BUSO principieel af. Deze mogelijkheid zou een toestroom van nieuwkomers in het BUSO voor gevolg hebben. Jongeren die ouder zijn dan 15 jaar en die analfabeet zijn of heel weinig schoolse ervaring hebben, zijn nog leerplichtig. Voor hen kan een onderwijsloopbaan in het regulier onderwijs niet meer realistisch zijn. Het deeltijds onderwijs zou een alternatief kunnen zijn. Deze leerlingen hebben nood aan een maatschappelijke en beroepsgerichte taalvaardigheid en een nauwe band tussen opleiding en tewerkstelling. Op plaatsen waar een minimum aantal leerlingen met deze specifieke behoefte zich aandient, zou de overheid best een mogelijkheid creëren om dit soort deeltijds onderwijs te organiseren. 3 Vlaamse Onderwijsraad, Anderstalige nieuwkomers, evaluatie en advies, Brussel, 25 maart 1997, AR/PCA/ADV/003, blz. 12, 3.3 5

In tegenstelling tot het basisonderwijs zijn voor het secundair onderwijs geen extra werkingsmiddelen voorzien voor de onthaalklas. De Vlor vraagt hier dezelfde regeling als voor het basisonderwijs. 5.3.2 Trajectbegeleiding in functie van doorstroming naar het regulier onderwijs Met trajectbegeleiding bedoelt de Vlor de begeleiding van de nieuwkomer in het keuzeproces naar en doorheen het regulier onderwijs. Leertrajectbegeleiding omvat naast het leertraject in verband met taalvaardigheid eveneens een oriëntering voor de doorstroming in het regulier onderwijs. In dit traject moet voldoende ruimte zijn voor proefactiviteiten. De regeling om lessen te volgen in het gewone onderwijs, zoals nu voorzien in de omzendbrief, zou veel soepeler moeten zijn. Nieuwkomers zouden vrij uren in andere klassen moeten kunnen doorbrengen, afhankelijk van wat ze aankunnen. Een flexibel lesrooster zou leerlingen moeten toelaten om van de vakken in het regulier onderwijs te proeven. De school kan best zelf, op basis de mogelijkheden van elke leerling, op het einde van het onthaaljaar bepalen welke studierichtingen en opties een nieuwkomer aankan. Zij zou zelf de gelijkwaardigheid moeten kunnen vaststellen. Op basis van de nieuwe bepalingen van het decreet secundair onderwijs is de school autonoom bevoegd om diploma s af te leveren. De Vlor vindt de afschaffing van de ingewikkelde en remmende administratieve tussenstap voor de bepaling van de gelijkwaardigheid van diploma s tijdens het secundair onderwijs daarvan een logisch gevolg. De school bepaalt welke studierichting(en) de nieuwkomer aankan, de uiteindelijke keuze ligt bij de ouders. 5.3.3 De trajectmentor Een trajectmentor brengt de leerling in contact met de verschillende onderwijsvormen en studierichtingen. De trajectmentor slaat de informatie over de belangstelling van de nieuwkomer, zijn vaardigheden, zijn taalkennis enz. die nodig om het traject van een leerling uit te stippelen, neer in het begeleidingsdossier. De begeleiding van de leerling en de samenstelling van het dossier gebeuren in samenwerking met een CLB-medewerker. De trajectmentor kan contact opnemen met scholen van de scholengemeenschap of regio om de verdere studieloopbaan te bespreken. De trajectmentor houdt na de instap van de nieuwkomer in het gewone onderwijs contact met de nieuwe school om eventueel vanuit de onthaalschool hulp te bieden. Scholen met een onthaalklas krijgen lestijden voor anderstalige nieuwkomers en, voor het aantal nieuwkomers dat op 1 februari in de school aanwezig is, krijgen zij uren voor het lestijdenpakket van het schooljaar dat daarop volgt. Vanuit dit laatste pakket kunnen scholen een trajectmentor aanstellen 4. Deze werkwijze is geen meerkost, maar biedt de garantie dat deze uren echt dienstig zijn voor de onderwijskansen van de nieuwkomers. 4 buiten de 3% BPT-uren 6

6 De opvolging 6.1 Bijzondere uitzichten voor het basisonderwijs Een aantal nieuwkomers in het basisonderwijs heeft na een eerste onthaaljaar nog nood aan opvolging. De vorm en de omvang van deze opvolging zijn afhankelijk van verschillende factoren. Een erg belangrijke factor daarbij blijkt de leeftijd van het betrokken kind. Vooral voor de jongere kinderen houdt dit verband met de mate waarin de betrokken school een traditie heeft in zorgverbredend onderwijs. Maar oudere kinderen, en dan vooral kinderen die hier toekomen net voor het scharniermoment van de overgang naar het secundair onderwijs, vallen al te vaak tussen wal en schip en blijken even weinig onderwijskansen te hebben in het secundair onderwijs als nieuwelingen die hier toekomen op een leeftijd waarop ze naar het secundair onderwijs gaan. Voor hen kan het cliëntvolgsysteem van de meldpunten goede diensten bewijzen. 6.2 Bijzondere uitzichten voor het secundair onderwijs Eén schooljaar in een onthaalklas volstaat niet om een nieuwkomer optimale kansen te bieden op een goede doorstroming in het voltijds secundair onderwijs. Zij hebben nood aan verdere ondersteuning en opvolging. Een vervolg van de leertrajectbegeleiding nadat de nieuwkomer de onthaalklas heeft verlaten biedt hier mogelijkheden. Op basis van het begeleidingsdossier van de nieuwkomer kan de nieuwe school in een overgangsfase een flexibel lessenrooster uitwerken. Dit flexibel lessenrooster zal zo opgevat zijn dat het de leerling helpt om zo vlug mogelijk aan te sluiten bij en zich te integreren in het gewone onderwijs. De trajectmentor uit de onthaalschool kan in overleg met de nieuwe school gedurende die periode de leerling verder opvolgen. administrateur-generaal: Jacques Perquy voorzitter: Louis Van Beneden 7