Voortgangsrapportage Scope 1 en 2, eigen energiegebruik Voorlopige voetafdruk 2015 Autorisatie paraaf datum gecontroleerd prl projectleider Van Auteurs LJV, Milieu & Duurzaamheid G.H.M. Olde Monnikhof Kenmerk Versie V1.0 P20160002-566148323-36 Datum 13 mei 2016 Status Definitief
Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Algemeen 3 1.2 Meerjarenplan Duurzaamheid 3 1.3 Doelstellingen CO 2 -reductie 3 1.4 Emissiefactoren 4 2 Ontwikkeling scope 1 en 2 5 3 Scope 1 (aardgas, benzine, diesel) 7 4 Scope 2 8 Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 2/9
1 Inleiding 1.1 Algemeen ProRail beheert het spoor in Nederland. In 2015 heeft ProRail 135,7 mln. kwh elektriciteit, 3,4 mln. m 3 aardgas en 17,5 TJ warmte (uit stadsverwarming) gebruikt. Qua elektriciteit komt dat neer op ruim 4300 gemiddelde huishoudens, voor gas is dat ruim 2400 gemiddelde huishoudens 1. Daarnaast gebruikt ProRail diesel en benzine voor noodstroomaggregaten, bedrijfs- en leasewagens. ProRail is gecertificeerd op niveau 5 van de CO 2 -Prestatieladder. Dit betekent dat ProRail concrete ambities heeft voor het reduceren van de CO 2 -emissies en rapporteert over het behalen hiervan. In deze rapportage zijn gegevens van voorlopige emissie-inventaris 2015 opgenomen. Deze zijn gebaseerd op de cijfers die eind maart 2016 zijn gebruikt voor de MJA3- rapportage. Omdat pas medio juni de definitieve getallen voor het energieverbruik van de stations en de regiokantoren bekend zijn, wordt de definitieve rapportage in de 2 e helft van 2016 gepubliceerd. 1.2 Meerjarenplan Duurzaamheid In 2012 zijn de vier strategische doelstellingen van ProRail vastgesteld. Het spoor moet veilig, betrouwbaar, punctueel en duurzaam zijn. In het Meerjarenplan Duurzaamheid 2013-2015 (MJPD) is de doelstelling Duurzaam spoor uitgewerkt in concrete doelen. Op dit moment wordt een nieuw Meerjarenplan Duurzaamheid opgesteld voor de periode 2016-2020. Hierin zullen de doelstellingen voor energie- en CO 2 -reductie worden herijkt. Het nieuwe Meerjarenplan wordt naar verwachting rond de zomer ter besluitvorming aan de Directie voorgelegd. Tot die tijd gelden de bestaande doelstellingen. 1.3 Doelstellingen CO 2 -reductie ProRail wil in 2020 jaarlijks 65 kton 2 CO 2 in de spoorketen besparen ten opzichte van 2010. Een CO 2 -emissiereductie van 65 kton staat gelijk aan de uitstoot van 7.500 huishoudens 3 of de totale CO 2 scope 1 en 2 emissies van ProRail in 2010: 50 kton CO2 reductie in 2020 (ten opzichte van het jaar 2010) op het eigen energieverbruik (scope 1 en 2), door middel van de inkoop van duurzame energie en energiebesparing. 15 kton aan CO2-reductiemaatregelen in 2020 (ten opzichte van het jaar 2010) door middel van invloed op het tractie-energieverbruik en materiaalverbruik in de spoorketen. In deze rapportage wordt gerapporteerd over de doelstellingen en maatregelen voor scope 1 en 2. 1 Een gemiddeld huishouden verbruikt 3100 kwh elektriciteit per jaar en 1400m 3 gas 2 Hierbij wordt voor het gedeelte dat over tractie-energie gaat uitgegaan van grijze stroom 3 1 huishouden stoot volgens Milieu centraal 8,5ton CO2 per jaar uit (scope 1 & 2). Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 3/9
Reductiecategorieën emissies door eigen energiegebruik (scope 1 en 2) De scope 1 en 2 emissies zijn grotendeels gekoppeld aan het energiegebruik van ProRail zelf. Als deelnemer aan de MJA3 streeft ProRail er naar om de energie-efficiency jaarlijks met gemiddeld 2% te verbeteren. Hiervoor worden zowel proces- (scope 1 en 2) als ketenmaatregelen (scope 3) genomen. De voortgang hiervan wordt gerapporteerd aan de hand van de ontwikkeling van het energieverbruik en de stand van zaken van de energiebesparingsmaatregelen die in het Energie Efficiency Plan (EEP) en in het CO 2 - Ontwikkelplan staan. 1.4 Emissiefactoren In deze rapportage is gebruikt gemaakt van de emissiefactoren uit het handboek CO 2 - Prestatieladder versie 3.0. Deze zijn gelijk aan de nationale emissiefactoren die zijn gepubliceerd op www.co2emissiefactoren.nl. In dit rapport wordt globaal ingegaan op het effect van de nieuwe emissiefactoren. ProRail laat de emissie-inventarissen van de periode 2010 t/m 2014 herberekenen, zodat het effect van deze nieuwe factoren inzichtelijk wordt. In de definitieve rapportage over het jaar 2015 wordt hierop verder ingegaan. Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 4/9
2 Ontwikkeling scope 1 en 2 Zoals in de prognose van de voetafdruk 2015 4 al was voorzien, zijn de overall CO 2 -emissies scope 1 en 2 in 2015 gestegen naar 17,4 kton. Wanneer we de emissie-conversiefactoren uit Handboek 2.2 gebruiken zou dat 18 kton zijn geweest. Uitgaande van de oude conversiefactoren is dit een stijging van 7,3 kton ten opzichte van 2014. In vergelijking met 2010 is er desondanks een grote daling in de CO 2 -emissie bereikt en zitten we nu op een reductie van 47,5 kton. Hiermee liggen we op koers om onze reductiedoelstelling voor scope 1 en 2 t.o.v. 2010 te behalen. Figuur 1: Voorlopige CO 2 emissie ProRail 2015, scope 1 en 2 (nieuwe factoren, handboek 3.0) De twee voornaamste oorzaken voor de stijging in 2015 zijn: Wisselverwarming: + 1,2 kton Fluctuaties in het weer. De winter in 2015 was kouder dan het jaar ervoor, waardoor de wisselverwarming meer energie heeft gebruikt. Extra branduren voor wisselverwarming. In de prioriteitstelling wordt gekozen voor beschikbaarheid in plaats van duurzaamheid. Bij dreigende kou wordt preventief de wisselverwarming ingeschakeld. Door beide effecten heeft de wisselverwarming circa 100 uur langer gedraaid, waardoor de emissie met 1,2 kton is gestegen. 4 Voortgangsrapportage januari juni 2015 d.d. 27 oktober 2015 Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 5/9
Onderbrenging beheerorganisatie Betuweroute Keyrail- bij ProRail :+ 3.9 kton Keyrail had voor 2015 een eigen energiecontract, waarvoor gerekend moet worden met grijze stroom. Dit jaar gaat Keyrail mee in het ProRail contract, waardoor deze elektriciteit van duurzame herkomst is. Daarnaast gebruikt Keyrail aardgas. Over het gehele jaar gerekend is dat 3,9 kton. Juridisch gezien heeft de fusie met Keyrail op 1 juli 2015 plaatsgevonden, zodat dit getal gehalveerd zou moeten worden. Om in de toekomst een vergelijking over hele jaren te kunnen make, is ervoor gekozen om Keyrail reeds voor geheel 2015 mee te nemen. Ook in de MJA3-rapportage is hiervoor gekozen. Figuur 2: Ontwikkeling CO 2 emissies ProRail vanaf 2010 heden (*2015 is nog niet definitief). Zoals bekend leidt de structurele inkoop van elektriciteit die is geproduceerd door windmolens in Nederland tot de grootste daling in CO 2 -emissie. Een deel hiervan is afkomstig van het contract dat de spoorsector met Eneco heeft afgesloten. Onderzocht wordt met welke conversiefactor voor dit contract gerekend moet worden. In deze rapportage is uitgegaan van de factor voor windenergie. Voor 2020 is de doelstelling om alle energie duurzaam in te kopen. Met NS wordt een aanbesteding voor de inkoop van duurzaam gas voorbereid. Het is nog onzeker of en zo ja hoeveel CO 2 -reductie dit gaat opleveren. Verder zijn er maatregelen genomen die energie besparen. Deze leveren eveneens een CO 2 -reductie op (zie H4). Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 6/9
3 Scope 1 (aardgas, benzine, diesel) Onder de scope 1 emissies vallen alle emissies die veroorzaakt worden door het zelf verbranden van (fossiele) brandstoffen, zoals aardgas, benzine en diesel. Voor 2015 komen de scope 1 emissies uit op ca. 9,5 kton. Op basis van de oude conversiefactoren zou dat 9,3 kton zijn. Dit is een lichte stijging van ruim 1 kton in vergelijking met de emissie inventaris 2014. In de prognose voor 2015 was de verwachting dat de emissies 1,5 ton hoger zouden uitkomen. De stijging is iets lager uitgevallen, doordat november en december veel warmer waren dan normaal en daarmee het uiteindelijke aardgasverbruik is meegevallen. Figuur 3: Voorlopige CO 2-emissie 2015 scope 1 (in ton CO 2). De stijging van scope 1 wordt volledig veroorzaakt door een hogere emissie van de wisselverwarming. In hoofdstuk twee is hier al op ingegaan. De emissies van kantoren is vrijwel gelijk gebleven, van de VL-posten iets hoger en van stations iets lager. Het toevoegen van Keyrail leidt niet tot een noemenswaardig stijging in de scope 1 emissie. Besparingsmaatregelen In 2015 zijn een paar maatregelen genomen die uiteindelijk leiden tot een lagere emissie. Zo is de VL-post in Zwolle beter geïsoleerd (besparing 1,8 ton/jaar; ruim 1000 m 3 gas). In Utrecht zijn er 170 wissels die waren voorzien van wisselverwarming op basis van gasbranderpijpen vervangen door 60 wissels met elektrische wisselverwarming. Daarnaast zijn er op verschillende locaties in totaal 56 wissels gesaneerd. Dit levert een besparing op van 339 kton in scope 1 (-124.000 m 3 gas, +125.000 kwh elektriciteit). Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 7/9
4 Scope 2 Onder de scope 2 emissies vallen het elektriciteitsverbruik, het gebruik van stadsverwarming en personenvervoer onder werktijd, zoals zakelijke kilometers met vliegtuigen, privéauto s en openbaar vervoer. Het laatste is een scopewijziging ten opzichte van de voorgaande jaren. ProRail kan hier niet eenvoudig over rapporteren, vanwege het gebruik van de NS businesscard die ProRail als onderdeel van de cao-eenheid NS heeft 5. In deze rapportage is zakelijk gebruik van het OV niet meegenomen. Er vindt onderzoek plaats of dit in het vervolg wel mogelijk is. Internationale vliegreizen staan onder het kopje overig, net als zakelijk gebruik eigen auto. Beiden zijn nog voorlopige cijfers. Voor 2015 komen de scope 2 emissies uit op ruim 7,9 kton. Op basis van de oude conversiefactoren zou dit 8,8 kton zijn. Dit is ten opzichte van 2014 een stijging van 6,4 kton. De voornaamste oorzaak voor deze forse stijging is dat we in 2014 al onze elektriciteit hebben ingekocht van Nederlandse wind. In 2015 is echter ruim 10% van de elektriciteit van grijze oorsprong. Dit komt doordat Keyrail nog een grijs stroomcontract had. Dit levert een toename van 7,5 mln. kwh op ofwel 3,9 kton CO 2. Figuur 4: Voorlopige CO 2 emissies 2015 scope 2. Daarnaast is het totale elektriciteitsverbruik van ProRail hoger uitgevallen dan verwacht, waardoor ongeveer 7,5 mln. kwh grijs is ingekocht; dit betekent een extra toename van 3,9 kton CO 2 (verdeeld over alle posten). 5 Informatie m.b.t. reizen met de NS-businesscard is privacy gevoelig en daarom niet zomaar in te zien. Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 8/9
Eén van de externe oorzaken hiervoor is dat er bij stations nieuwe kengetallen zijn gebruikt voor het berekenen van het energieverbruik van liften en roltrappen. Dit is dus geen feitelijke toename, maar een rekenkundige. Dit leidt tot een toename van 1,9 mln. kwh. Omgerekend naar grijze stroom is een dergelijke toename bijna 1 kton CO 2. Ook is het aantal m 2 stations in beheer toegenomen, dat eveneens leidt tot een vergelijkbare toename. Tenslotte heeft ook het toegenomen aantal branduren van de wisselverwarming effect op scope 2. Ongeveer een derde van de wisselverwarmingssystemen zijn elektrisch en die hebben in 2015 ongeveer 0,7 mln. kwh meer verbruikt. Dit is omgerekend ongeveer 0,04 kton (grijze stroom). De overige toenames zijn verspreid over een groot aantal verbruikers en kunnen niet volledig verklaard worden. In figuur 4 is dit niet zichtbaar, omdat de inkoop van grijze stroom voor het ProRail domein is verdeeld over alle verbruikers. Het warmteverbruik van de kantoren is eveneens gestegen, ondanks een daling van het verwarmde oppervlak. We gaan onderzoeken waardoor dit is veroorzaakt. In de prognose voor 2015 was de verwachting dat de emissies minder zouden stijgen ten opzichte van 2014 (6 kton). De toename van het energiegebruik van ProRail blijkt nu groter dan eerder werd verwacht. Dit zit hem in het extra verbruik van ProRail zelf, het verbruik van Keyrail is juist lager dan geprognotiseerd. Besparingsmaatregelen ProRail heeft in 2015 het kantoor aan de Arthur van Schendellaan afgestoten. Hierdoor is een besparing van bijna 1 mln. kwh en 2.400 GJ warmte bereikt. Dit komt overeen met 77 ton CO 2. Daarnaast zijn er op verschillende locaties wissels gesaneerd. De grootste hiervan was bij Utrecht Centraal (project DSSU), waarbij de resterende wissels zijn omgebouwd tot elektrische wisselverwarming. Overall (scope 1 en 2) levert dit een jaarlijkse besparing van 336 ton op, maar in scope 2 leidt dit tot een toename in CO 2 emissie van 3,6 kton. De zonnepanelen die op de stations Utrecht Centraal, Zuilen, Amersfoort en Rotterdam, alsmede de VL-post Utrecht staan hebben 284.375 kwh opgewekt. Dit komt overeen met 135 ton CO 2 (o.b.v. vermeden inkoop grijze stroom). Scope 1 en 2, eigen energiegebruik 9/9