DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES

Vergelijkbare documenten
EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004

EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW

VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS

ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999

MEMO. Interpretatie Arbeidsomstandighedenwet V&G-verantwoordelijkheden opdrachtgever en opdrachtnemer

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430)

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Tweede Kamer der Staten-Generaal

VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Projectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ STRATENMAKERS

Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid. Mr. Jan Harmen Kwantes Consultant Work and Health

V E I L I G H E I D S & G E Z O N D H E I D S P L A N

VGM-plan (ontwerpfase)

Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat

Werken met verontreinigde grond Inspectieresultaten 2015

V&G-plan. Onderhoud Beplantingen. Gemeente Krimpenerwaard. Veilig- en Gezondheidsplan, Ontwerpfase. Opdrachtgever: Besteknummer ZK

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Arbeidsinspectie

projectverslag Textiel 2002 A523

Haarlemmerstraat Leiden. veiligheids- en gezondheidsplan. ing. F. (Floris) van Wilgenburg. datum 31 mei 2017

PROJECT Legionella Binnenvaart 2000 A412

Jan Vermeiren inspecteur / projectleider

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN

BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE

Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk

HANDHAVING DOOR INSPECTIE SZW. Jan Vermeiren Inspectie SZW

Basisinspectiemodule Aanrijdgevaar bij werkzaamheden op en langs de openbare weg

V&G Bouwproces. Wettelijk en maatschappelijk kader. V&G Bouwproces / d.d

Kamervraag/vragen van de leden Ulenbelt en Van Huijm

De definities die hier gegeven zijn slaan enkel op deze projecten voor niet particuliere doelen

Voorlichting, onderricht & Toezicht

Veiligheid van speeltoestellen op het schoolplein

EVALUATIEVERSLAG. LANDELIJK INSPECTIEPROJECT THUISWERK IN DE GRAFISCHE INDUSTRIE TEXTIEL INDUSTRIE METAALPRODUKTEN INDUSTRIE

Basisinspectiemodule

Eindverslag inspectieproject OPS 2001 A491

Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie

Openbaar. Opgesteld door: HSE Enexis Procedure eigenaar: Manager HSE Goedgekeurd door: Manager HSE Pagina 1 van 12

Richtlijn voor strafvordering Arbeidsomstandighedenwet 1998

Vakantiewerk (en bijbaantjes) 2005 van 1 juli 2005 t/m 28 februari 2006 A715

Werkvoorbereiding & uitvoering Arbo

Van Kerckhoven Groep. Aan alle bouw relaties van de Van Kerckhoven Groep. Geachte directie,

Projectverslag Schoenbedrijven

De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd

Arbeidsomstandigheden in de Bestrating Inspectieresultaten 2014

Resultaat Atex 137 toezicht in 2007

Veiligheids- en gezondheidsplan

Overzicht beboetbare nieuwe Arbo verplichtingen per

Nieuwe tekst Arbowet na invoering wetswijziging per 1 juli 2017

MASTERCLASS. Effectiviteit van de handhaving in de kinderopvang. Bureau Bartels. 1 oktober beleidsadvies onderzoek

Risico-inventarisatie & evaluatie

U dient binnen 6 maanden na dagtekening van deze brief aan de eisen voldaan te hebben. Hierover leest u meer in bijlage 1.

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen,

Toolbox-meeting Arbeidsinspectie en handhaving

Inspectierapport Project A590. Tillen in de industrie

PROCEDURE-P014: VGM Procedure Revisie- en onderhoudsprojecten

VERSLAG INSPECTIES PROJECT SOCIALE WERKVOORZIENING (A866)

Annex XV - Veiligheid en gezondheid. Tijdelijke parkeervoorziening rechtbank Amsterdam

Samen veilig en gezond bouwen. Het bouwproces in het arbobesluit

Projectverslag. Garagebedrijven Project A660

Projectverslag Metaal 1999-A208 BIK 27 t/m 30, 34 en 352 t/m 355

Eindverslag. Project Onderhoudsstops Projectnummer: A448

Gemeente Heemstede BIJLAGE A. Ontwerp Fase. behorende bij bestek: 672

Colofon. Arbeidsinspectie, Den Haag, mei Afdeling Persvoorlichting, Looptijd project januari 2005 januari 2006.

arboregelgeving Informatiebron Arbo-aspecten bij het gebruiken van biomassa voor energie-opwekking arbowet

Inventarisatie van en oplossingen voor onveiligheid bij het gebruik van steigers

VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN ONTWERPFASE. Project: Verbouwing Spaklerweg 32C te Amsterdam. Schutter-ETH BV V&G-Plan Verbouwing Spaklerweg 32C

VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSPLAN

Arbeidsinspectie. Projectverslag. Vakantiewerk 2001

Projectrapportage Kwarts in de bouw 2007

Projectverslag. Vakantiewerk 2002

Inspectierapport Nader onderzoek

VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN (ONTWERPFASE)

Arbeid door Jongeren -beneden de 18 jaar-

Kinder- en Jeugdarbeid 2006 Vakantiewerk & bijbaantjes. (tussenrapportage)

Inspectierapport Nader onderzoek

Definitief Inspectierapport De Paddestoel (KDV) Ambachtsmark EE ALMERE Registratienummer:

PROJECTVERSLAG INSPECTIEPROJECT PRAKTIJKLOKALEN METAALTECHNIEK

Projectverslag. Vakantiewerk Arbeidsinspectie Den Haag

Factsheet Toezicht kermisattracties

Samen veilig en gezond bouwen. Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Vakantiewerk Colofon:

Eerste aanleg: ECLI:NL:RBSGR:2012:25827, Bekrachtiging/bevestiging

Inspectierapport BSO van Heemskerckschool (BSO) Jan Huitzingstraat AR HOOGEZAND

BOETEBELEIDSREGELS WET KINDEROPVANG EN KWALITEITSEISEN PEUTERSPEELZALEN GEMEENTE WESTVOORNE

Inspecties in de Metaalproductenindustrie 2014

Bladnr. 1 van VOOR HET BOUWWERK: Besteknr. REA Het project bestaat uit de herinrichting van de Noorderweg e.o. te Soest.

Evaluatie van de bestuurlijke boete

Verslag inspecties Sociale werkvoorziening

Inspectierapport Bso Kinderopvang Op Maat - locatie Basisschool De Kreek (BSO) Hinkelenoord NC BERGEN OP ZOOM Registratienummer:

BIJLAGE 2. Handhaving volgens de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen

Overtredingen strenger bestraft. Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving

FEB Middelburg. I februari 201 7

Machineveiligheid 2004 Inspectieproject in de Voeding- en Genotmiddelen en de Metaalsector op het gebied van machineveiligheid.

Transcriptie:

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES VERSLAG VAN PROJECT A455 ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Eindverslag van project A455 DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES Maart 2002 drs. J.R.Boer Arbeidsinspectie, Regio Noord Postbus 30016 9700 RM GRONINGEN (050) 5225322 2

INHOUDSOPGAVE 1. SAMENVATTING 2. INLEIDING 2.1. Aanleiding en achtergrond van het project 2.2. Doelstelling 2.3. Selectie opdrachtgevers 2.4. Inspectieonderwerpen 2.5. De verplichtingen van opdrachtgevers 2.6. Symposium Veilig en gezond ontwerpen, een bijdrage aan het vak 3. DE RESULTATEN 3.1. Algemene informatie over de inspecties 3.2. De gehanteerde handhavingsinstrumenten 3.3. Handhavingsinstrumenten 3.4. Afgelegde bezoeken (interventies) 3.5. Geboekte resultaat handhaving 3.6. Geboekte resultaten handhaving afsluiten 3.7. De belangrijkste groepen van overtredingen. 3.8. Resultaten ten opzichte van de doelstelling van het project 3.9. Opsomming uit de cijfermatige onderbouwing. 3

1. SAMENVATTING Hierbij treft u het verslag aan van het inspectieproject De opdrachtgever in het bouwproces. Dit inspectieproject is uitgevoerd in de periode november 2000 tot september 2001. Centraal stond in dit project de opdrachtgeversverplichting die volgens het Bouwproces Arbobesluit (BPAB) voor de ontwerpuitgangspunten met betrekking tot de veiligheid en gezondheid van werknemers moet zorgen die tijdens de bouw- en gebruikersfase bouwwerkzaamheden gaan verrichten. Belangrijk elementen die in de ontwerpfase zijn geïnspecteerd betreffen de onderwerpen preventie, samenwerking en coördinatie. Er zijn tijdens de uitvoeringsperiode van dit project 199 bedrijven / locaties bezocht. In de meeste gevallen bleef het niet bij één bezoek. Logisch, bij geconstateerde overtredingen moest een hercontrole volgen. In veel gevallen waren meerdere bezoeken (interventies) noodzakelijk. Het aantal bezoeken voor de 199 bezochte bedrijven / locaties is 383. Dat komt neer op een gemiddeld aantal bezoeken per bedrijf van 1,9. Uit de resultaten blijkt dat in 18,5 % van de eerste bezoeken aan bedrijven geen overtredingen van de betreffende artikelen van het Arbobesluit zijn geconstateerd. Dat betekent dat bij de eerste bezoeken in 81,5% van de bedrijven de ontwerpverplichtingen niet in orde waren. Uiteindelijk zijn in totaal 127 waarschuwingen gegeven en 6 boetes aangezegd voor het ontbreken van een V&G-plan. Wat opvalt is het grote aantal tekortkomingen - meer dan eenderde van het totaal - op het terrein van de coördinatietaken in de ontwerpfase. Het gaat daarbij om het aanstellen van een coördinator en de uitvoering van coördinatie taken gericht op het toepassen van: de algemene veiligheid en gezondheid uitgangspunten bij het ontwerpen van bouwwerken; het opstellen van een V&G-plan; het samenstellen van een dossier. De ernst van de overtredingen viel wel mee. In de meeste gevallen werden waarschuwingen gegeven en was het inzetten van een zwaarder instrument niet nodig. Dat komt omdat geïnspecteerd is in de ontwerpfase en in deze fase zich geen ernstig beboetbare feiten voordoen. 4

2. INLEIDING In dit verslag wordt een beeld gegeven van de resultaten en bevindingen naar aanleiding van de inspecties tijdens het inspectieproject "De opdrachtgever in het bouwproces. Dit inspectieproject is uitgevoerd in de periode november 2000 tot september 2001. 2.1. Aanleiding en achtergrond van het project Bij de invoering in 1994 van het Bouwprocesbesluit, thans omschreven als BouwProces Arbo- Besluit (BPAP) 1 koesterden politiek en betrokkenen in het bouwproces hoge verwachtingen met betrekking tot het positieve effect van deze regelgeving op de arbeidsomstandigheden op bouwlocaties. Vooral de nieuwe rol van de opdrachtgever in deze zou van invloed zijn. De Arbeidsinspectie heeft direct na invoering een stimulerende en informerende rol gespeeld, zonder direct tot handhaving over te gaan. Uit verschillende onderzoeken bleek echter dat het BPAB bij een groot gedeelte van de doelgroepen niet leefde. Dit was de belangrijkste reden waarom de Arbeidsinspectie in de jaren 98 en 99 een tweetal inspectieprojecten opstartte en wel het project BPAB en Opdrachtgever en BPAB op Locatie met als doel de regelgeving ten aanzien van het BPAB beter te doen naleven. De belangrijkste conclusies uit deze twee projecten waren dat weliswaar meer betrokkenen op de hoogte zijn van en voldoen aan hun verplichtingen, maar dat op een aantal punten te weinig concrete invulling wordt gegeven aan deze verplichtingen en dat de regelgeving op zich te weinig duidelijk is. Met name geldt dat voor de kwalificaties van de coördinatoren, de omschrijving van hun taken en de concrete invulling van het V&G-plan, zowel voor de ontwerpals de uitvoeringsfase. Ook aan het dossier, het document dat zicht moet geven op risico s bij onderhoud en de instandhouding van het bouwwerk, was tot op het moment waarop dit inspectieproject startte (oktober 2000) door partijen weinig aandacht geschonken. De Arbeidsinspectie heeft samen met de stichting Arbouw op 21 november 2001 een symposium georganiseerd waarbij specifiek aandacht is geschonken aan de opdrachtgever en zijn ontwerpverplichtingen. Op dit symposium is aangegeven dat initiatieven ontwikkeld worden om een en ander middels beleidsregels te verduidelijken. Totdat dit gerealiseerd zal zijn, blijft het nodig om het BPAB onder de aandacht van betrokken partijen te houden en toepassing te stimuleren. Immers, vooral in de ontwerpfase kunnen vele risico s voor de werknemers en anderen worden geëlimineerd. In de uitvoeringsfase besteedt de Arbeidsinspectie reeds aandacht aan het BPAB middels het doorlopende algemene bouwinspectieproject Vinger aan de Pols. Het project De Opdrachtgever in het Bouwproces was vooral bedoeld om de verplichtingen van de opdrachtgever en via deze de verplichtingen van de ontwerper te doen naleven. Met betrekking tot het v&g-plan( 2 ) werd gekozen voor een aanpak, waarbij de Arbeidsinspectie zou nagaan of een aantal met name genoemde items in dit plan waren opgenomen. Bij het 1 Verzamelnaam voor de artikelen van Afdeling 5 van Hoofdstuk 2 van het Arbeidsomstandighedenbesluit, die betrekking hebbende op het bouwproces. 2 Veiligheids- en Gezondheidsplan, zoals bedoeld in artikel 2.27 van het Arbeidsomstandighedenbesluit 5

inspectiepunt v&g-plan was aangegeven op welke items zal worden geïnspecteerd. De handhaving zou in eerste instantie worden beperkt tot het geven van een waarschuwing/eis, later zouden zwaardere instrumenten kunnen worden ingezet. 2.2. Doelstelling De doelstelling van dit project was om opdrachtgevers die zijn vermeld in de artikelen van het Arbeidsomstandighedenbesluit en betrekking hebben op de Bouwproces Arbobesluit (BPAP) structureel te controleren op hun verplichtingen in verband met het ontwerpen van een bouwwerk. Hierbij diende door de opdrachtgever zoveel als mogelijk aandacht te worden geschonken aan het elimineren van arbo-risico s in de bouw- en gebruikersfase. Dit project De Opdrachtgever in het Bouwproces ging uit van bezoeken aan de opdrachtgever. 2.3. Selectie opdrachtgevers De selectie van opdrachtgevers vond plaats middels de ontvangen kennisgevingen. Mochten inspecteurs in het veld evenwel kennis dragen van het feit dat niet-gemelde bouwwerken van enige omvang zouden worden gestart dan moesten deze in overleg met de regionale projectleider zeker bij dit project worden betrokken. Ook konden toekomstige bouwwerken worden getraceerd middels navraag bij grote opdrachtgevers, zoals projectontwikkelaars, architecten, gemeenten, woningbouwverenigingen, provinciale en Rijksinstellingen. Bij de inspecties lag de nadruk op de verplichtingen van de opdrachtgever. 2.4. Onderwerpen De onderwerpen die in dit project centraal stonden waren de coördinator ontwerpfase, het veiligheids- en gezondheidsplan, de stand van de techniek, het aanwijzen van de uitvoerende partij en de verplichtingen met betrekking tot het aanstellen van een coördinator uitvoeringsfase en de taken van deze functionaris. Het doel dat uiteindelijk bereikt moest worden was dat het BPAB op langere termijn beter wordt nageleefd door de opdrachtgevers. In het kader van de landelijke strategie zou hierdoor structureel de aandacht vergroten voor het BPAB door: Het controleren van opdrachtgeversverplichtingen. Dossieropbouw richting opdrachtgevers. Zichtbare toename van de aandacht voor opdrachtgevers uitgedrukt in inspectieresultaten. Stimulans voor inhoudelijke invulling door opdrachtgevers. Met name zou beïnvloeding plaats moeten vinden waarbij rekening werd gehouden met de stand van de techniek betreffende de volgende aandachtsgebieden: a. omgevingsrisico s; b. risico s uit voorgeschreven produkten; c. risico s uit voorgeschreven werkwijzen; d. risico s uit tekeningen en details, vorm; e. risico s voortvloeiende uit de organisatie (waaronder de planning) van het bouwproces. 2.5. De verplichtingen van opdrachtgevers 6

Het zal duidelijk zijn dat de beslissingen van de opdrachtgever direct of indirect van invloed zijn op de risico's die tijdens de uitvoeringsfase voor de veiligheid en de gezondheid van werknemers kunnen ontstaan. Opdrachtgevers en ontwerpers kunnen daardoor mede de ruimte voor werkgevers om tijdens de uitvoeringsfase van het bouwproduct doeltreffende maatregelen ter voorkoming dan wel beperking van deze risico's te kunnen treffen, beïnvloeden. Om die reden is ook aan opdrachtgevers een aantal verplichtingen op het terrein van de arbeidsomstandigheden opgelegd. Deze verplichtingen zijn de inspectiepunten van het project geweest. De verplichtingen van opdrachtgevers met betrekking tot bouwplaatsen in het algemeen en de verplichtingen in verband met het ontwerp zijn, kort samengevat: a. het in bepaalde gevallen vooraf in kennis stellen van een daartoe aangewezen ambtenaar van de Arbeidsinspectie van het voornemen om een bouwwerk tot stand te brengen (artikel 2.26), b. het aanstellen van één of meer coördinatoren voor de ontwerpfase van een bouwwerk in situaties waarin verscheidene werkgevers op de bouwplaats werkzaam zullen zijn (artikel 2.28), c. het (door de coördinator voor de ontwerpfase) doen opstellen van een veiligheids- en gezondheidsplan en een dossier (artikel 2.27 juncto artikel 2.30), d. het bij het ontwerpen van een bouwwerk hanteren van de algemene uitgangspunten inzake veiligheid, gezondheid en welzijn in verband met de arbeid zoals omschreven in de artikelen 3, 4, eerste lid, en 8 van de Arbeidsomstandighedenwet (artikel 2.29), en e. het door de coördinator voor de ontwerpfase doen coördineren van de resultaten van de onder d genoemde verplichting (artikel 2.30). 2.6. Symposium Centraal in de regelgeving staan - met het doel veiligheid en gezondheid van werknemers die de betreffende bouwwerkzaamheden gaan verrichten en later in de gebruikersfase het bouwwerk moeten onderhouden - de elementen: preventie, samenwerking en coördinatie. Bij de implementatie van de Europese richtlijn tijdelijke en mobile bouwplaatsen nu ondergebracht in het Arbobesluit, koesterden politiek en betrokkenen in het bouwproces hoge verwachtingen met betrekking tot het positieve effect van deze regelgeving op de arbeidsomstandigheden op bouwlocaties. De vraag kan gesteld worden wat daar van terecht is gekomen. Daarom is binnen de kader van de strategie bouw en de aanpak in dit project door de Arbeidsinspectie in samenwerking met de Stichting Arbouw op 21 november 2001 een symposium in Amsterdam georganiseerd. Dit symposium waar ruim 300 deelnemers aanwezig waren en de titel had Veilig en gezond ontwerpen, een bijdrage in het vak was gericht op opdrachtgevers, ontwerpers, architecten en ingenieurs. Op deze dag waren een keur van sprekers aanwezig, die vanuit hun eigen praktijk lieten zien dat ook opdrachtgevers en ontwerpers een wezenlijke bijdrage kunnen leveren aan gezondheid en veiligheid van allen die in de bouw en op de bouwplaats hun werk verrichten. 7

3. DE RESULTATEN De resultaten van dit project zijn verdeeld in een aantal onderwerpen. Omdat het hier een landelijk inspectieproject betreft is een totaaloverzicht gegeven van alle inspecties zonder onderscheid in regio s van de Arbeidsinspectie. Achtereenvolgens wordt aangegeven: Algemene informatie over de inspecties. De gehanteerde handhavingsinstrumenten. De belangrijkste groepen van overtredingen. 3.1. Algemene informatie over de inspecties Cijfermatig overzicht Peildatum Totaal aantal bedrijven 199 Totaal aantal interventies 383 In totaal zijn er 199 bedrijven c.q. locaties bezocht. In de meeste gevallen bleef het niet bij één bezoek. Logisch, bij geconstateerde overtredingen moest een hercontrole volgen. In andere gevallen waren meerdere bezoeken (interventies) noodzakelijk. Het aantal bezoeken voor de 199 bezochte bedrijven / locaties is 383. Dat komt neer op een gemiddeld aantal bezoeken per bedrijf van 1,9. 3.2. De gehanteerde handhavingsinstrumenten Gehanteerde handhavingsinstrumenten Aantal per project per bedrijf per interventie Waarschuwing arbo 127 Boeterapport 6 Stillegging 1 Op basis van het vigerend handhavingsbeleid heeft de Arbeidsinspectie verschillende middelen om handhaving van de Arbowet af te dwingen. Bij de inspecties zijn in dit project 3 instrumenten gebruikt, te weten de waarschuwing, stillegging en het aanzeggen van een boeterapport. Het aantal keer dat een dergelijk instrument is gebruikt is in de bovenstaande tabel aangegeven. Dit betekent dat er bij de 199 bedrijven in totaal 134 handhavingsinstrumenten zijn ingezet (67,3 %), te weten 127 waarschuwingen, 6 boetes en 1 stillegging. In één waarschuwing of boeterapport kunnen meerdere overtredingen worden genoemd. In dit inspectieproject zijn 298 overtredingen geconstateerd. Hieruit kan geconcludeerd worden dat in de waarschuwingen gemiddeld 2,4 overtredingen vermeld stonden. De boeterapporten hadden bijna allemaal betrekking op het v&g-plan. De stillegging betrof een handhaving op een bouwlocatie. In de volgende tabel is aangegeven op hoeveel overtredingen de handhavingsinstrumenten zijn ingezet. 8

Gehanteerde handhavingsinstrumenten Aantal per project, bedrijf, interventie en per overtreding Waarschuwing arbo 298 Boeterapport 6 Stillegging 1 3.3. Handhavingsinstrumenten De onderwerpen waarop de handhavingsinstrumenten waarschuwing, boete zijn aangezegd en waarvoor een stillegging heeft plaatsgevonden zijn: Stillegging: Boete: Waarschuwing: Eén stillegging wegens een onveilige en/of niet ordelijke inrichting van de arbeidsplaats (bouwlocatie). De aanleiding van deze stillegging had niet direct een oorzakelijk verband met de rol en positie van de opdrachtgever en ontwerper. Zes boeterapporten opgemaakt wegens het ontbreken van een V&G-plan voor het betreffende bouwwerk, en het feit dat de opdrachtgever er niet voor heeft gezorgd dat het V&G-plan onderdeel uitmaakt van het bestek. Voor alle overige overtredingen (298) zijn 127 waarschuwingsbrieven arbo aan de bedrijven gegeven. Onderwerpen van handhaving Boete Waarschuwing Stillegging Totaal opstellen V&G-plan bouwwerk 5 20 0 25 opdrachtgever zorgt er voor dat V&G-plan 1 23 0 24 onderdeel uitmaakt van het bestek veilige / ordelijke inrichting van de 0 0 1 1 arbeidsplaats overige punten 0 255 0 255 Totaal aantal handhavingsinstrumenten 6 298 1 305 3.4. Afgelegde bezoeken (interventies) In totaal zijn er tijdens de inspectieperiode 383 bezoeken afgelegd. De resultaten van deze bezoeken zijn verschillend. Uit de volgende tabel blijkt dat het merendeel van de bezoeken direct te maken had met de handhaving en de hercontrole op de arbeidsplaats. Deze zijn geboekt onder de resultaten handhaven, onderzoek / horen personen, overleg, boeterapport aanzeggen en handhaven afsluiten. De resultaten geen betreffen zes bezoeken waar de inspecteur onverrichter zake weer is vertrokken omdat het bedrijf, c.q. opdracht is gestaakt of omdat op dat moment geen inspectieactiviteiten konden plaatsvinden. 9

Geboekte resultaten per bedrijfsbezoek Aantal Geen, bedrijf gestaakt 1 Geen, geen activiteit 5 Overleg 82 Onderzoek / horen personen 21 Handhaven 132 Boeterapport aanzeggen 6 Handhaven afsluiten 136 Totaal aantal geboekte resultaten 383 3.5. Geboekte resultaat handhaving De resultaten handhaven en handhaven afsluiten vragen om een nadere uitleg. Uit de onderstaande tabel blijkt dat de inspecteurs tijdens het eerste bezoek in 92 gevallen (46%) direct handhavend hebben opgetreden. In totaal zijn er 199 eerste bezoeken aan bedrijven afgelegd. Daarnaast blijkt dat in het tweede respectievelijk het derde bezoek 31 respectievelijk 9 keer handhavend bij een bedrijf is opgetreden. Geboekte resultaat "Handhaven" per interventie interventie 1e 2e 3 e 4e 5 e 6e 7e 8 e totaal aantal 92 31 9 0 0 0 0 0 132 De handhaving tijdens het tweede of derde bedrijfsbezoek kan veroorzaakt zijn door meerdere factoren die niet specifiek per inspectie zijn na te gaan. Vooralsnog kan er van worden uitgegaan dat in die gevallen er in het eerste bezoek overleg is gepleegd of de verantwoordelijke persoon was niet aanwezig er tijdens het tweede bezoek aan het bedrijf is gehandhaafd. 3.6. Geboekte resultaten handhaving afsluiten Hieronder is de tabel geboekte resultaat met handhaving afsluiting weergegeven. Deze tabel geeft een overzicht wanneer een handhavingstraject naar bedrijven is afgesloten. Een aantal bedrijfsbezoeken zullen na de projectperiode nog plaats moeten vinden. Geboekte resultaat "Handhaven afsluiten" per interventie interventie 1e 2e 3 e 4e 5e 6e 7e 8 e totaal aantal 34 59 29 12 1 0 0 1 136 Uit de tabel handhaven afsluiten is te concluderen dat: in 34 gevallen (18,5% ten opzichte van alle eerste interventies) er geen overtredingen zijn geconstateerd. dat de meeste overtredingen die waren geconstateerd tijdens het eerste bezoek tijdens het tweede en derde bezoek waren opgeheven. van het totaal van de eerste drie bezoeken (132 keer handhaven) blijkt dat in de daaropvolgende bezoeken (2 e t/m 4 e interventies) 100 keer de overtredingen zijn opgeheven (bijna 75%) 10

3.7. De belangrijkste groepen van overtredingen. Wat opvalt is het grote aantal tekortkomingen - meer dan eenderde van het totaal - op het terrein van de coordinatietaken in de ontwerpfase. Het gaat daarbij om het aanstellen van een coördinator en de uitvoering van coördinatie taken gericht op het toepassen van: de algemene veiligheid en gezondheid uitgangspunten bij het ontwerpen van bouwwerken; het opstellen van een V&G-plan; het samenstellen van een dossier. Gesteld kan worden volgens het bouwproces uit het Arbobesluit dat de taken van de coördinator voor de uitvoeringsfase voor een belangrijk deel liggen op het terrein dat klassiek toebehoort aan de aannemer, te weten dat van de uitvoering. De uitvoeringscoördinator dient immers niet alleen de door werkgevers en zelfstandig werkenden in de uitvoeringsfase te treffen beschermende maatregelen op het gebied van de veiligheid en de gezondheid te coördineren, maar hij dient ook de samenwerking tussen tegelijkertijd op de bouwplaats aanwezige werkgevers en tussen elkaar opvolgende werkgevers te organiseren en te coördineren, alsmede aanwijzingen te geven als deze hun desbetreffende verplichtingen niet of onvoldoende nakomen. Daarbij moet echter tevens voor ogen worden gehouden dat de basis voor deze coördinatietaken in de ontwerpfase wordt gelegd, in de vorm van het in die fase op te stellen veiligheids- en gezondheidsplan. De in dit plan vermelde gegevens betreffende de keuze van constructies en materialen, de met betrekking tot het bouwontwerp geïnventariseerde en geëvalueerde risico's op het terrein van de arbeidsomstandigheden en de zo mogelijk daarbij aangegeven beschermende maatregelen, zijn als zodanig medebepalend voor de wijze waarop de coördinatie in de uitvoeringsfase kan worden vervuld. In de onderstaande tabel staan de belangrijkste overtredingen weergegeven. Artikel Omschrijving Aantal Arbobesluit art. 2.26, lid 1 kennisgeving aan toezichthouder voor aanvang bouwwerk 17 art. 2.27, lid 1 opstellen V&G-plan bouwwerk 24 art. 2.28 aanstellen coördinator ontwerpfase bij samenwerking meerdere 32 werkgevers art. 2.29 bij ontwerp bouwwerk arbozorgaspecten in acht nemen 38 art. 2.30 taken coördinator in ontwerpfase, algemeen 20 art. 2.30, sub a coördinatie in de uitvoering in ontwerpfase 12 art. 2.30, sub b opstellen V&G-plan in ontwerpfase 30 art. 2.30, sub c samenstellen dossier in ontwerpfase 18 art. 2.31, sub b-1 opdrachtgever neemt zodanige maatregelen opdat de coördinator 18 voor de ontwerpfase de taken worden uitgeoefend zo- als in art. 2.30 is bedoeld. art. 2.31, sub c opdrachtgever zorgt ervoor dat het V&G-plan onderdeel 25 uitmaakt van het bestek van het bouwwerk art. 2.33 coördinator uitvoeringsfase aanstellen bij samenwerking 11 art. 2.35, lid 1 aanstelling/taken coördinator uitvoeringsfase schriftelijk 33 vastleggen Overige punten 27 Totaal 305 11

Uit het overzicht blijkt dat de artikelen in het Arbobesluit met betrekking tot BPAB de nodige overtredingen heeft opgeleverd, zowel voor de ontwerpfase als de uitvoeringsfase. Toegespitst op de specifieke artikelen kan in de onderstaande tabel percentueel aangegeven worden hoe vaak de overtredingen ten opzichte van het totaal daar betrekking op hadden. Artikel Arbobesluit Omschrijving % van het totaal aantal overtredingen art. 2.26 Kennisgeving (17) 5,6 art. 2.27 Veiligheids- en gezondheidsplan (24) 8,2 art. 2.28 Aanstelling coördinator voor de ontwerpfase (32) 10,5 art. 2.29 Algemene uitgangspunten inzake veiligheid en gezondheid 12,4 bij het ontwerpen van een bouwwerk (38) art. 2.30 Coördinatietaken gedurende de ontwerpfase (80) 26,1 art. 2.31 Verplichtingen opdrachtgever (43) 14,0 art. 2.33 Aanstelling coördinator voor de uitvoeringsfase (11) 3,6 art. 2.35 Verplichtingen opdrachtgever (33) 10,8 Overig (27) 8,8 Totaal 100 3.8. Resultaten ten opzichte van de doelstelling van het project Uit de resultaten blijkt dat in 18,5 % van de bezoeken geen overtredingen van de betreffende artikelen van het Arbobesluit zijn geconstateerd. Dat betekent dat in ruim 80% van de bedrijven de ontwerpverplichtingen niet in orde waren. Gezien het aantal overtredingen per bedrijf is een inspectie met betrekking tot het BPAB zeker gerechtvaardigd. Gebleken is dat de noodzaak aanwezig is dat de branche meer aandacht besteed aan het BPAB. De ernst van de overtredingen viel wel mee. In de meeste gevallen werden waarschuwingen gegeven en was het inzetten van een zwaarder instrument niet nodig. Dat komt omdat in hoofdzaak geïnspecteerd is in de ontwerpfase en in deze fase zich geen ernstig benoembare feiten voordoen. Er zijn uiteindelijk 6 boeterapporten opgemaakt op het ontbreken van een V&G-plan. Ten opzichte van het totaal ingezette handhavingsinstrumenten is dat 4%. 3.9. Opsomming uit de cijfermatige onderbouwing. Er zijn 199 bedrijven / locaties bezocht. In totaal zijn bij deze 119 bedrijven 383 bezoeken gebracht. Uiteindelijk zijn 127 waarschuwingen gegeven, 6 boetes aangezegd en het werk is 1 keer stilgelegd. Bij 34 bezoeken is gebleken dat men zich aan de verplichtingen met betrekking tot het BPAB hield. Ten opzichte van alle eerste bezoeken (199) is dit slechts 18,5%. Dat betekent dat bij 81,5% van de eerste bezoeken er overtredingen zijn geconstateerd met betrekking tot het BPAB. Het grootste deel van de overtredingen (26,1%) had betrekking op artikel 2.30 van het Arbobesluit (de coördinatietaken gedurende de ontwerpfase). Van alle overtredingen had bijna 91,2% betrekking op de ontwerpfase en 8,8% had betrekking op overige overtredingen (uitvoeringsfase). 12