Psalm 90: 17 ds. Dick Schinkelshoek, Zoelen 1 januari 2012, Nieuwjaarsmorgen Gemeente van Christus, 2011 is voorbij. Natuurlijk, die grens tussen 31 december en 1 januari moet je ook niet groter maken dan ze is, die is ook maar door mensen bedacht, Maar toch: er is weer een jaar voorbij. We laten 2011 achter ons, met al de blijdschap en al de verdriet van dat jaar, Al nemen we - zeker van verdriet - vast wel een pakketje mee 2012 binnen. Leer ons zo onze dagen te tellen dat wijsheid ons hart vervult. Daarover ging het gisteravond. Over je dagen tellen en wijs worden. Let us deal with our days, vertaalde een Engelse vertaling. Leer ons omgaan met onze dagen, zo dat wij wijs worden. Misschien kent u het project Psalmen voor Nu. Ik ontdekte namelijk dat die iets raars gedaan hebben met psalm 90. Psalmen voor Nu is een project van een stel dichters en theologen om de psalmen op moderne melodieën te zetten. Vlotte muziek, maar wel met de stevige teksten. En hoe hebben die de tekst van gisteravond vertaald? Leer ons te begrijpen dat U het bent die onze dagen telt. Wacht even: eerst moesten wíj leren om onze dagen te tellen, nu telt Gód opeens onze dagen. Dat klopt niet! Leer ons zo onze dagen te tellen dat wijsheid ons hart vervult. Psalmen voor Nu: Leer ons te begrijpen dat U het bent die onze dagen telt. 1
Of zou het juist kloppen? Betekent je dagen leren tellen, ermee leren omgaan misschien juist dat je doorkrijgt dat Gód jouw dagen telt, dat ze van God zijn, dat God er iets mee aan het doen is? Als het Oude Testament praat over het leven, dan drukt ze dat altijd uit in dagen. Wij doen dat in jaren. Hij is 75 jaar geworden, zeggen we bijvoorbeeld. De Bijbel heeft het over de dágen van ons leven. Want je leeft niet per jaar - al lijkt dat op een dag als vandaag misschien eventjes zo - je leeft per dag. Een nieuw jaar vinden wij heel bijzonder, - we staan er met vuurwerk en appelflappen uitgebreid bij stil; we maken plannen en formuleren goede voornemens - maar een nieuwe dag, een nieuwe zonsopgang, is minstens zo bijzonder. Wat is een dag? Wat is dat nou voor vraag! Een dag is een rondje van de aarde om zijn as. Een deel van dat rondje kijk je naar de zon - dan is het licht - een deel kijk je de andere kant op. Dan is het donker. En zo is een jaar een rondje van de aarde om de zon. Simpel, kun je uitleggen aan een kind. Prima, dat is de natuurkunde. Die kan je precies vertellen wat er gebeurt als je het over een dag hebt, en hoe het gebeurt. Maar waaróm gebeurt het? Waarom zijn er dagen? Dan heb je niks aan de natuurkunde, dan moet je naar Genesis. Genesis 1. De Schepping. Er zij licht. De dagen zijn Góds dagen. Hij maakte ze, Hij draagt ze (zoals Hij ook de aarde draagt en jouw leven; daar kan de natuurkunde je óók niks over vertellen) én Hij deelt die dagen uit. Zes gewone dagen, en één bijzondere, één feest- en rustdag. Die dagen kríjg je. Die héb je niet maar, daar heb je ook geen récht op (of zo), je kríjgt er een stel. En die dagen heb je niet ter vrijer besteding, het is niet jóuw tijd, daar moet je iets mee doen. Leer ons te begrijpen dat U het bent die onze dagen telt. 2
Wat moeten wij dan doen met onze gekregen dagen, En met dit nieuwe jaar? De Bijbel mag in dagen rekenen, wíj denken toch in jaren. En nu staan we aan het begin van een nieuw. Het jaar onzes Heren 2012. Het jaar, niet van Dick, Greet of Annemarie, maar van onze Heer: 2012. Waarvoor moeten we die tijd, Zijn tijd gebruiken? De apostel Petrus heeft voor volgelingen van Christus wel een paar suggesties. U bent tot geloof gekomen, schrijft hij. Dat is geweldig! U hebt vrede met God. Maar misschien - ik geef Petrus maar even vrij weer - zou u in het komende jaar eens híeraan kunnen werken: U zou uw geloof kunnen verrijken met deugdzaamheid. Een beetje een mal woord, maar deugdzaam leven is je aanleren om niet af en toe, maar structuréél het goede te doen. Dat het een gewoonte wordt, bijna zonder dat je erbij nadenkt. Zeg maar zoals nog steeds volksstammen mensen een sigaret opsteken - zo halfautomatisch, zo vanzelfsprekend iets goeds doen. Dat je moeite moet doen om ermee te stoppen. Dat is deugdzaam leven. En als u toch deugdzaam bezig bent, voeg ook een wat kennis toe. Zegt Petrus. Probeer eens wat bij te leren over God en over de Bijbel. Lees eens wat, ga eens naar een kring. Mijn volk gaat ten onder door gebrek aan kennis, zucht de profeet Hosea. Als we nou eens zorgden dat Hosea dat niet van Zoelen en Avezaath kon zeggen! En breid uw kennis dan ook eens uit met zelfbeheersing, uw zelfbeheersing met volharding, uw volharding met vroomheid, uw vroomheid met liefde voor uw broeders en zusters, en uw liefde voor uw broeders en zusters met liefde voor iedereen Nou, u bent wel even bezig, denk ik? Wie met dit huiswerk klaar is, mag iets voor zichzelf gaan doen. De rest gaat volgend jaar gewoon verder. *** En toch wil ik vanmorgen nog ietsje méér zeggen dan dit huiswerklijstje van Petrus. 3
Want ik weet niet of het allemaal wel zo gemakkelijk wordt. 2012 wordt een moeilijk jaar. Dat bedenk ik niet. Dat voorspellen allerlei economen en sociaal geografen en andere wetenschappers. De euro zit nog steeds in de gevarenzone, De problemen met Griekenland en andere Zuid- Europese landen zijn écht nog niet voorbij. We krijgen een recessie, voorspellen ze. Nog meer bezuinigingen, een stijgende werkloosheid, pensioenen die onder druk komen. En dan vergeten we door alle gedoe rond de kredietcrisis en de eurocrisis bijna totaal dat ook de milieucrisis steeds groter wordt, en er - vooral in armere landen - een voedselcrisis aankomt die miljoenen mensen woedend zal maken over wat wíj allemaal op ons bord hebben liggen. Waar dacht u dat de Arabische lente opeens vandaan kwam? Veel van die demonstranten hadden een lege maag; in Egypte hadden ze in drie, vier maanden tijd een brood dubbel zo duur zien worden! Je denkt: hoe komen we daar ooit uit! En wat kun je doen, hè? Wat kan ik nou doen aan die eurocrisis? Hoe kan ik iets doen voor die Egyptenaren en die mensen in India die misschien net een heel klein beetje hadden gespaard en die nu opeens hun hele inkomen aan eten moeten besteden, zodat hun kinderen niet meer naar school kunnen? Ik ga vanmorgen niet met u nadenken over allerlei politieke oplossingen - we zitten niet in een politiek café - en wat betreft de hulpverlening vertrouw ik erop dat de diaconieën van onze gemeenten een vinger aan de pols houden, en dat de diakenen een seintje geven als we ergens kunnen helpen. Maar dat gevoel wil ik wel even genoemd hebben: We hebben het erover hoe we onze van God gekrégen tijd moeten gebruiken, de apostel Petrus somt voor het komende jaar wat huiswerk op met deugdzaamheid en kennis en volharding en liefde. 4
En tegelijk weten we dat 2012 een moeilijk jaar wordt en we weten níet wat wij daaraan zouden moeten doen. Wat heeft het helemaal voor zin - als wij straks allemaal deugdzaam zijn, en volhardend, en vroom, en liefdevol en de wéreld staat in brand!? Ik moet zeggen dat, als je daarover nadenkt, het slotgebed van psalm 90 wel ietsje meer kleur krijgt: Laat ons Uw genáde zien, Heer, onze God Bevestig het werk van onze handen, Het werk van onze handen, bevestig dat. Er moet Iemand zijn die het werk van onze handen, en ook het werk van de handen van beleidsmakers in Den Haag en in Brussel en weet- ik- waar, bevéstigt, sterk maakt, die zorgt dat er écht iets mee gebeurt, dat onze goede werk de tijden doorstaat. Weet u wat er gebeurt als je dat níet gelooft, of als je dat niet beseft? Je ziet het aan best veel vrijwilligers. Jarenlang zetten ze zich in voor de goede zaak, de kerk, een verzorgingshuis, een vereniging, of wat ook. Totdat het op is, en ze er tamelijk gedesillusioneerd mee stoppen. Het heeft toch geen zin, vertellen ze. Mensen luisteren niet. Het wordt allemaal minder. Er verandert niks, wat we ook doen. En vaak hebben ze nog gelijk ook, eerlijk gezegd ook in de kerk. Je zou er cynisch van worden. En dat worden sommige mensen ook. Laat ons Uw genáde zien, Heer, onze God Bevestig het werk van onze handen, Het werk van onze handen, bevestig dat. Weet u, helemaal in het laatste boek van de Bijbel, in het boek Openbaring, in een van de laatste hoofdstukken krijgt Johannes een visioen. Hij ziet het nieuwe Jeruzalem, het beeld van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. De Godsstad is uit de hemel neergedaald, en Johannes ziet van een afstand hoe hele volken samenstromen, en door de paar len poorten naar binnen gaan, en daarbij dragen ze - ziet Johannes - hun schatten met zich mee. 5
Het werk van hun handen, zou je kunnen zeggen. Het goede dat wij deden in 2011, en het goede dat wij zullen doen in 2012, is straks niet weg. Dat vervliegt niet. Dat verdampt ook niet als een druppel op een gloeiende plaat, maar dat blijft. Ik zie het zo vaak mensen denken: waar doe ik het allemaal voor? Je rent je kapot. En het resultaat? Matig. Veranderen zie je nooit iets, en soms krijg je zelfs stank voor dank. Wat u in 2011 hebt gedaan voor God en uw naaste, Uw deugdzaamheid, uw volharding, uw zelfbeheersing, uw liefde voor uw broeders en zusters - ook al werd die niet beantwoord - dat blijft eeuwig van waarde. Het kwade niet. Dat wordt Goddank weggeworpen in de diepste zee. Maar het goede van Zijn kinderen vergeet God niet. Hij bouwt er zijn Koninkrijk mee. Dat is nooit weggegooide moeite, ook als je totaal geen resultaat merkt, ook in een nieuw jaar in een wereld vol crisis - waarbij het lijkt als je niks kunt doen. Misschien moet je ook wel niet zo veel omkijken, en niet zo veel staren, op zoek naar resultaat. Doe wel, luidt het spreekwoord, en zie niet om! Wie de hand aan de ploeg slaat en tegelijk achterom blijft kijken, waarschuwt Jezus, die is niet geschikt voor het koninkrijk van God. Nu je tot geloof bent gekomen, verrijk je geloof eens met deugdzaamheid, en je deugdzaamheid met kennis, en je kennis met zelfbeheersing, en volharding, en vroomheid. En liefde - vooral ook liefde - voor de mensen om je heen, en voor mensen ver weg. God zal dat gebruiken voor iets moois. Is het niet nu, dan is het straks, als steentje van zijn schitterende stad. Gelukkig nieuwjaar! Amen 6