Geluid waar spraak uit ontstond Kru(i/ij)sen door de dialecten

Vergelijkbare documenten
De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 27

Rekenen Groep 7-2e helft schooljaar.

I (I. uitgegeven vanwege de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden. jaargang 121

De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 3. Nicoline van der Sijs (red.) De Kaartenbank. Over taal en cultuur

Brunelleschi. De Dom van Florence

Rekenen Groep 6-1e helft schooljaar.

Geen fabriekswerk. Roeien met de wind mee en de stroom tegen. Jac Willekens

Antwoorden Rekenen Groep 5-1e helft schooljaar

Rekenen Groep 4-1e helft schooljaar.

Rekenen Groep 4-2e helft schooljaar.

Rekenen Groep 4-2e helft schooljaar.

Rekenen Groep 6-2e helft schooljaar.

Taalkundige onderbouwing voor docenten van het lespakket Taalvariatie

Basisbegrippen van de taalwetenschap: Variatielinguïstiek

Toetsvragen bij domein 8 Taalbeschouwing

Ge G sc s h c i h edeni n s s v an a n he h t Ned e er e l r a l n a d n s d Stand n a d ardi d satie

Kaarten in soorten en maten

Breda en Nyeuwervaert

NIEMAND LUISTERT. Lia Lucas

LETTERREGEN Handleiding instellingen

Leven met ADHD. Fiona Kat, Maura Beenackers en Willemijn ter Brugge

Nederlands havo 2019-II

JAARGANG 8 / NUMMER 6 FEBRUARI Mede mogelijk dankzij:

De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 47. Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991.

Thuisloosheid bij jongeren en volwassenen


VOOR HET vfas CONGRES

Groenengrijs. Jong en oud met elkaar in gesprek. Karen van Kordelaar. Astrid Vlak. Yolande Kuin. Gerben Westerhof

Leven met een winterdepressie

Tellen met Taal. Het meten van variatie in zinsbouw in Nederlandse dialecten. Marco René Spruit

Muziek in de renaissance en barok. Renaissance ( ) Belangstelling voor het hier en het nu

Taal en rekenen leren we ongeveer tegelijkertijd, op de basisschool.

Affecten, emoties en expressie

Leven met een alcoholprobleem

5,2. Spreekbeurt door een scholier 1862 woorden 26 februari keer beoordeeld. Nederlands

MUZIEKEDITIE B O E K E N C E N T R U M

Zorg voor de oudere cliënt

POLITIE ALMANAK

Maatschappelijk dienstverlenen in een veranderende omgeving

Leven met angst voor ernstige ziektes

Stap 2 WERKBOEK. door

Dialectsyntaxis in bloei *

8FSLDBIJFS /[EPMJMGEXMIRMZIEY

er schilders katholiek en vervaardigen ze religieuze stukken. Ook is de rol van het hof niet te vergelijken met die van Frankrijk of Engeland.

Sterrenkunde. Govert Schilling AUP

Studiehandleiding. Russisch voor beginners

Informatorium voor voeding en diëtetiek

Sidi Mohamed Ghaneme

Leuke wetenswaardigheden over taal

Psychosociale hulpverlening voor naasten van traumapatiënten

Productbundels. Handleiding Versie

Huis_van_god.book Page 3 Monday, September 21, :49 PM. Dr. Samuel Shem. Het huis van God. De Tijdstroom, Utrecht

Leven met een psychotische stoornis

Toetsvragen bij domein 6 Stellen

Wie heeft de regie? Kwaliteit van bestaan in de praktijk. John Sijnke

Werkwoordspelling 2 Toelichting en Antwoorden

Nederlands. Burgerschap voor AG. M.C. Arnold-Klaarhamer

De huisarts aan de leiding

Oudnederlands. < Jan W. de Vries, Roland Willemyns & Peter Burger. Negen eeuwen Nederlands. Amsterdam (1995), p

De richtprijs voor een lezing is 400,- excl. reiskosten. Voor een workshop zijn de kosten afhankelijk van de invulling van de workshop.

Friese taal en cultuur HAVO. Syllabus centraal examen 2011

Psychosociale problemen

Spojená východoindická společnost. Comenius Státní překlad Bible

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis)

Omgaan met lichamelijke klachten

Sociale psychologie en praktijkproblemen

Taal is geen logica. Dr. Sjef Barbiers over Nederlandse dialecten. Akademie Nieuws december door Liesbeth Koenen

36 zieke kinderen. Een werkboek met patiëntenproblemen voor co-assistenten en basisartsen

Hardware-eisen Programma draait onder Windows 95/98 of hoger, geluidskaart aanbevolen.

Studiehandleiding. Duits voor beginners

Neem de regie over je depressie

Ik en de maatschappij. Reizen

Helpen bij partnerrelatieproblemen

Autismespectrumstoornis

ALGEMEEN RAPPORT Publieksprijs Beste Vastgoedfonds Aanbieder 2011

Voorbeeldvragen capaciteitentest

Omgaan met een seksueel probleem

Stoppen met roken Cursus

Cursus. Begeleiden en zorgen in kleinschalig wonen in GGZ

Oefeningen bij hoofdstuk 2

Emile Bernard: Pont Aven, Gauguin

Kortdurende dynamische psychotherapie

Het DIER is MENS geworden

POLITIE ALMANAK

Onderzoek als project

Tandheelkundige zorg voor kinderen met een handicap

Anne Frank, haar leven

Leven met chronische hoofdpijn

MODERNE VREEMDE TALEN - ASO DUITS Het voorliggende pakket eindtermen beantwoordt aan de decretale situatie waarbij in de basisvorming in de derde

Leven met een afhankelijke persoonlijkheidsstoornis

Maaike Smit en Suzanne Verdonschot. Praktijkonderzoek. Motor voor verandering in organisaties

Informatorium voor Voeding en Diëtetiek

Omgaan met bloosangst

_voorw :47 Pagina I. Een Goed. Feedbackgesprek. Tussen kritiek en compliment. Wilma Menko

Studiehandleiding. Engels voor gevorderden

Transcriptie:

Geluid waar spraak uit ontstond Kru(i/ij)sen door de dialecten Vriendenboek voor Joep Kruijsen ter gelegenheid van zijn afscheid van de Radboud Universiteit Nijrnegen en het Meertens Instituut op 1 april 2005 redactie Roeland van Rout en Jos Swanenberg 2 3

Inhoudsopgave Roeland van Hout en Jos Swanenberg Afdeling Taalwetenschap Radboud Universiteit Nijmegen Postbus 9103 6500 HD Nijmegen ISBN 90-9019231-X RU Nijmegen, Nijmegen, 2005 Illustratie omslag: Nelleke de Laat. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij electronisch, mechanisch, door fotokopieen, opnamen, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van auteurs of uitgever. Gedrukt door Quickprint, Nijmegen Roeland van Hout en Jos Swanenberg Kru(i/ij)sen door de dialecten M.Celeste Augusto De Peul en de Prullenbak Rob Belemans De Zicher connectie Hans f3ennis Standaardtaal als mensenwerk Jan Berns De Koster luidt voor de kruisen Renee van Bezooijen De Gooise erj. Is ie al in Limburjg? HarBrok Achter de geraniums Georg Cornelissen Joep en Joepie in het Rijnland(s) Leonie Cornips Van verzorgd uiterlijk en verzorgd taalgebruik tot hardhandige types en duistere woorden. Over stereotype beelden van sprekers en hun taalgebruik Griet Coupe Kruisen in Brabant Onno Crasborn 39 Gelukkig hebben wij geen dialecten! Herman Crompvoets 41 Klein poerisje poetertje poet. Strakke structuur in poezie gevat Magda Devos 43 Joep is geen tjeef LukDraye 47 Haiku voor Joep Kruijsen Jaap Engelsman 49 Bartje en de bruine bonen: de 'verdrentsing' van een Drents citaat Ad Foolen 51 Joep, ge zalt toch evvel nog nie weggoan? Marinel Gerritsen De status van het Engels in Nederland en Vlaanderen Charlotte Giesbers Taalgrens wordt staatsgrens, staatsgrens wordt taalgrens. Contact op de grens van twee talen Ton Goeman Het Goeman-Taeldeman Project en de ALE: hoe lang? 9 13 15 19 23 25 29 31 33 37 53 57 61 4 5

Hans Bennis Standaardtaal als mensenwerk In zijn terecht lovende bespreking van het boek Taal als mensenwerk; het ontstaan van het ABN van Nicoline van der Sijs (2004) constateert Hugo Brandt Corstius: "In het laatste hoofdstuk komt een aap uit de mouw. Van der Sijs keert zich daar tegen de mening van onder anderen Hans Bennis [... ], die zei: 'Wie de loop van de geschiedenis bestudeert, komt al snel tot de conclusie dat bewust ingrijpen in taal niet lukt'. Van der Sijs: 'Dat is apert onjuist: de spraakkunstenaars hebben gezorgd voor een duidelijke breuk met het verleden, er is vaak geen sprake van "natuurlijke" lineaire taalontwikkeling van de Middeleeuwen tot heden'. Ik denk dat zij aangaande spelling en grammatic a gelijk heeft,... "[H. Brandt Corstius, NRC Handelsblad, 22 oktober 2004, p.24] Hoewel ik het mij niet bewust was, bestaat er een "ruzie tussen Bennis en Van der Sijs". De essentie van het verschil in opvatting lijkt mij na bestudering van het fraaie boek van Van der Sijs vooral te liggen in de begrippen 'taal' en 'grammatica'. Dat spelling bijvoorbeeld bewust ingrijpen door de mens veronderstelt, is volstrekt duidelijk. We hoeven alleen maar te kijken naar de onlogische laatste spellingsverandering om te zien dat dit uitsluitend bedacht kan zijn door een zichzelf te serieus nemende spellingscommissie. De natuurlijke ontwikkeling in de spreektaal is om te zeggen [bessesap], [hondehok], [eende-ei] etc. De tussen-n in de geschreven taal is het product van schoolmeesters, betweters en spellingscommissies. Dat een commissie dan aan het eind van de twintigste eeuw voorstelt om de voorkeur te geven aan de door vrijwel niemand uitgesproken tussen-n, is natuurlijk een typisch voorbeeld van bewust ingrijpen. Het hoofdprincipe van de Nederlandse spelling is de regel der beschaafde uitspraak: "Stel in uw schrift de beschaafde uitspraak voor; d.i. geef door letterteekens al de bestanddeelen op, die in een woord gehoord worden, wanneer het door beschaafde lieden zuiver uitgesproken wordt;... " (De Vries en Te Winkel 1863; deze regel werd eerder ook geformuleerd door Siegenbeek in 1804 en Ten Kate in 1723). Als ook de koningin, de nieuwslezer van het NOSjoumaal, Philip Freriks, bij het voorlezen van het Nationaal Dictee en de leden van de spellingscommissie [bessesap] zeggen en geen [bessensap], dan druist het schrijven van die tussen-n in tegen de wens om de bedachte schrijftaal te laten aansluiten bij de natuurlijke spreektaal. Het zal daarom door niemand worden ontkend dat spelling een bedacht systeem is. Daar zijnvan der Sijs, Brandt Corstius en Bennis het gauw over eens. Geen ruzie over de spelling dus. Maar spelling is dan ook geen taal. Interessanter is de kwestie als het gaat over grammatica. Van der Sijs en Brandt Corstius menen dat ook voor de grammatic a geldt dat bewust ingrijpen een duidelijke invloed heeft gehad op de taal. De vraag is of dat wei klopt. Zeker, 18 19

het verschil tussen hun en hen is een bedacht verschil dat nog steeds een leven leidt in de grammatica. Maar meer dan een vrij marginaal bestaan is het niet. Zo stelt de belangrijkste hedendaagse grammatica van het Nederlandse taalgebied, de ANS: "Bij hen en hun wordt in de geschreven taal soms een syntactisch onderscheid gemaakt, dat overigens in de praktijk zelden consequent wordt toegepast... " (ANS, 1997, 2e druk, 247) [curs. HB]. We kunnen dus vaststellen dat een bewust ingrijpen door taalkunstenaars, zelfs na vierhonderd jaar onderwijs met rode potloden niet heeft geleid tot een algemeen geaccepteerde taal verandering. Hetzelfde geldt voor andere voorgestelde wijzigingen die ingaan tegen het natuurlijke taalsysteem. Een bekend en door Van der Sijs besproken voorbeeld betreft de wens om R-woorden uitsluitend te laten verwijzen naar nietmenselijke objecten. Dit leidt tot een verschil tussen waarmee en met wie. Schoolmeesters keuren de zin "... de jongen waar ik mee naar de film ga... " af vanwege het feit dat waar niet mag verwijzen naar een menselijk antecedent. Heeft dit bedachte onderscheid wei een duidelijk effect gehad op het Nederlands? Als we nogmaals in de ANS kijken, lijkt dit gebod iets sterker te staan dan het artificiele hen-hun onderscheid. Zo stelt de ANS: "Vooral in gesproken taal [curs.h.b.] kan een voomaamwoordelijk bijwoord bovendien worden gebruikt om naar personen te verwijzen." (ANS: 496). Het is echter aantoonbaar dat in onze mentale grammatic a, waar de ANS slechts een beperkte en onvolledige afspiegeling van is, het gemaakte onderscheid geen rol speelt. We kunnen dit zien aan een zin als Dit is een jongen om mee uit te gaan. Dit is een infinitivale relatiefzin. Deze zin kan uitsluitend geanalyseerd worden alsof het betrekkelijk voomaamwoord waar is weggelaten. Dat valt op te maken uit twee verschijnselen: de vorm van het 'voorzetsel' mee en de positie van mee. Het is de jongen MET wie hij uitgaat en niet *de jongen MEE wie / wie MEE hij uitgaat of *de jongen wie hij MET uitgaat, terwijl de vorm mee wei optreedt bij het voomaamwoordelijk bijwoord: waarmee (*met waar of *waarmet). De vorm mee wijst dus op een constructie met een weggelaten voomaamwoordelijk bijwoord, en dat zou een schending zijn van de bedachte regel dat voomaamwoordelijke bijwoorden niet voorkomen bij menselijke antecedenten. De positie van mee in de woordgroep een jongen om mee uit te gaan wijst op hetzelfde. Er is hier sprake van een zg. gestrand voorzetsel (vgl. Van Riemsdijk 1978). In het Nederlands komt voorzetselstranding alleen voor bij R-pronomina en dus moeten we aannemen dat deze zin een onhoorbaar voomaamwoordelijk bijwoord bevat in de functie van betrekkelijk voomaamwoord. Er is echter geen enkele aanwijzing dat woordgroepen als een jongen om mee uit te gaan of een man om op te bouwen in het geschreven Nederlands onwelgevormd zijn. Zo geeft de ANS zonder voorbehoud de zin Iemand om van te houden als grammaticaal (ANS: 856). Dat het weggelaten betrekkelijk voomaamwoord zich aan het rode potlood heeft weten te onttrekken, zegt voomamelijk iets over het ontbreken van diepgang in de analyse van de normatieve taalknutselaars. De conclusie is dat de mensen (spreektaal) en hun grammatic a (mentaal systeem) zich niets aantrekken van het gefrobel van geleerden. Bennis is het in dit opzicht dus niet eens met Van der Sijs en Brandt Corstius. Toch lijkt het niet altijd zo te zijn dat de grammatica van de standaardtaal zich heeft weten te onttrekken aan bewust ingrijpen (zie ook Bennis 2005). Als we kijken naar reflexieve pronomina in de Nederlandse dialecten in de Syntactische Atlas van de Nederlandse Dialecten (SAND deel I, 2005, kaart 69b), dan zien we, sterk versimpeld, dat de vorm zichzeljvooral voorkomt aan de oostgrens van het taalgebied, hemzeljin Friesland en omstreken, zijn zelve in West Vlaanderen, terwijl de rest van het taalgebied - meer dan de helft van de 267 locaties - kiest voor zijn eigen. Hoe kan het dat de standaardtaal rond 1600 de keuze heeft gemaakt voor de oostelijke, aantoonbaar aan het Hoogduits ontleende vorm zich? (zie ook Postma 2004, Van der Sijs 2004: 481 ev). Dat het dominante Hollands sterk onder invloed stond van immigratie uit het oosten valt zeer te betwijfelen. In deze tijd zien we eerder dat het Hollands onder invloed staat van het zuidelijke Nederlands vanwege de immigratie van de culturele elite uit de zuidelijke gewesten (zie Kloeke 1927). Hoewel gedetailleerd onderzoek naar de opkomst van zich in de geschiedenis van het Nederlands en de Nederlandse dialecten nodig is, zouden we de volgende hypothese kunnen formuleren. In de Nederlandse varieteiten van rond 1600 ontstond de behoefte aan een reflexief pronomen voor de derde persoon (bij Ie en 2e persoon ontstaat geen ambiguheit tussen verwijzing binnen de zin en verwijzing buiten de zin). Tot dat moment kende het westelijke Nederlands geen afzonderlijke vorm voor verwijzing binnen de zin en werd het persoonlijk voomaamwoord ook als reflexief gebruikt. In deze periode onstonden de verschillende varianten: het aan het Duits ontleende zichzelf, het met het Engels verwante hemzelj en de Nederlandse varianten zijnzelj of zijn eigen. Al deze vormen voldoen aan de eis dat ze zich manifesteren als specifiek reflexieve pronomina. In dezelfde peri ode werd ook het Nederlands gestandaardiseerd. Het lijkt er op dat de bij de standaardisering betrokken taalkunstenaars hun keus hebben laten vallen op de zich-vorm (zie Van der Sijs). Waarom is mij niet duidelijk. Maar reeds in de vroege 17de eeuw veranderen Amsterdamse schrijvers uit de culturele elite als Hooft en Vondel de reflexief gebruikte persoonlijke voomaamwoorden in reflexieve voomaamwoorden en kiezen voor zich(zelj). Het lijkt er dus op dat bij gelijke geschiktheid van verschillende vormen, de invloed van een bewuste keuze wei degelijk een bepalende rol kan hebben. Dat dit een niet-natuurlijke taalontwikkeling in de standaardtaal was, wordt bewezen door het feit dat ook vierhonderd jaar later de dialecten in grote meerderheid blijven kiezen voor zijn eigen. Dit punt lijkt te demonstreren dat taalkunstenaars wei degelijk invloed hebben gehad op de taal, niet zo zeer door iets te ontwerpen, maar door in een keuzesituatie aan een van de opties de voorkeur te geven in de standaardtaal. Dit is wei degelijk mensenwerk, maar veel meer dan een detail in de ontwikkeling van het Nederlands kan dat toch niet worden genoemd. 20 21

Dat er enige ruimte voor bewust ingrijpen bestaat in situaties waarin de mentale grammatic a meerdere mogelijkbeden biedt, lijkt de visie dat bewust ingrijpen in de taal niet lukt eerder te ondersteunen dan te ontkrachten. Nog steeds zien we dat schoolmeesters en taalbeheersers zich vooral richten op die situaties waarin de grammatic a meerdere mogelijkbeden openlaat, zoals een aantal mensen loopt/lopen, een boek wat/dat..., gekocht heeft / heeft gekocht etc. Net als bij de spelling houden normliefhebbers niet van meerdere mogelijkbeden. Zij worden gedreven door de tweedeling goed of fout, en 0 wee, als de grammatic a geen keuze maakt! Laten zij zich dan maar bezig houden met de vraag welk van de volgende zinnen correct Nederlands is: U hebt U vergist, U hebt zich vergist, U heeft U vergist of U heeft zich vergist. Bennis blijft voorlopig bij zijn mening dat de grammatic a zich weinig of niets aantrekt van taalkonstige vooroordelen. Referenties ANS (Algemene Nederlandse Spraakkunst). W. Haeseryn e.a. (1997), 2e druk. Groningen. Bennis, H. (2005) 'Een Hoogduitse expansie'. Te verschijnen in TNTL: Kloeke-nummer. Brandt Corstius, H. (2004) 'Ret leevt, leefd, leevd of leeft; Hoe de Nederlanders met het Algemeen Beschaafd Nederlands hun eigen ziel maakten'. NRC Handelsblad, 22 oktober 2004.25. Kloeke, (1927) De Hollandsche expansie in de zestiende en zeventiende eeuw en haar weerspiegeling in de hedendaagsche Nederlandsche dialecten. Den Haag. Postma, G. (2004) 'Structurele tendensen in de opkomst van het reflexief pronomen 'zich' in het 15de-eeuwse Drenthe en de Theorie van Reflexiviteit'. Nederlandse Taalkunde 9:2. 144-168. Riemsdijk, H. van (1978) A case study in syntactic markedness. Dordrecht. SAND (Syntactische Atlas van de Nederlandse Dialecten.) Deell: Barbiers, S., H. Bennis, M. Devos, M. van der Ham & G. de Vogelaer (2005) Amsterdam. Sijs, N. van der (2004) Taal als mensenwerk; Het ontstaan van het ABN. Den Haag. Vries, M. de & L.A. te Winkel (1866) Woordenlijst voor de spelling der Nederlandsche Taa!. Den HaagILeidenJ Arnhem. 22