Investeren in duurzame groei



Vergelijkbare documenten
Investeren in duurzame groei

Investeren in. duurzame. groei

Helmonds Energieconvenant

Investeren in duurzame groei

Investeren in. duurzame. groei

Green Deals gesloten voor stimuleren groene economische groei

ENERGIE-INFRASTRUCTUUR IN HET ROTTERDAMSE HAVENGEBIED. Maart 2019

Investeren in duurzame groei

Rotterdam, 23 mei Geachte heer Van der Touw, beste Ab,

Duurzaamheidsmonitor 2017 Voorbeeld

Praktische voorstellen voor energiebesparing in haven en industrie. Alex Ouwehand Directeur NMZH

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

input voor programma duurzaamheid

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

Industrie koppelen aan het warmtenet Rotterdam. Verkenning van kansen voor aansluiting van acht bedrijven in Botlek/Pernis op het warmtenet

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

Rotterdam CCUS Project Porthos: transport en opslag van CO2

Rabin Baldewsingh. 27 juni SBR congres

Energieakkoord voor duurzame groei. Juli 2014 WERK IN UITVOERING. Ed Nijpels. Wie zaten aan tafel tijdens de onderhandelingen?

H-vision Blauwe waterstof voor een groene toekomst Alice Krekt, programmadirecteur Deltalinqs Cimate Program

Elektrisch rijden in de praktijk

Investeren in duurzame groei

Energieakkoord voor duurzame groei

Elektrisch rijden is de toekomst

volgens HbR zelfs verder Rotterdam

Biomassa. Pilaar in de energietransitie. Uitgangspunt voor de biobased economie

Het KlimaatAkkoord (ieder z n opinie; hier is de mijne)

Paragraaf duurzaamheid

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten

Meer grip op klimaatbeleid

NAAR EEN GROENE WATERSTOFECONOMIE IN ZUID-HOLLAND EEN VISIE VOOR 2030

Startnotitie Energietransitie. November 2018

Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen

B-85 Green Deal verduurzamen dierenbeschermingcentra

Groeiplan voor warmte. een initiatief van provincies, gemeenten en sector

Zon Op School. Initiatiefvoorstel 1 7 APR Initiatiefvoorstel aan de Raad GROENLINKS NIJIVIEGEN ~- INQEKDMEN. GEMEENTE NUMEQEN clas8.nr.: oy..

Raadsakkoord energietransitie. Februari 2019

Presentatie SIM MEA-Industrie & LEA. Ron Bissels 16 april 2018

Maak werk van zon & wind Schone energie voor heel Tynaarlo. Tynaarlo

DUURZAME MOBILITEIT IN TERMEN VAN CO2

Raadsakkoord energietransitie. April 2019

WELKOM BIJ PORT OF ROTTERDAM! Remco Neumann en Ankie Janssen 19 April 2018

B-140 Green Deal: Groene Gevangenis Veenhuizen: naar een gevangenis voorzien van duurzame energie uit de regio

1 Nederland is nog altijd voor 92 procent afhankelijk van fossiele brandstoffen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ENERGIE BESPAREN EN VERDUURZAMEN IN DE GLASTUINBOUW

Energie efficiënte ruimtelijke ordening: hoe passen we energieopwekking uit hernieuwbare bronnen ruimtelijk in? Anders gezegd : welke plek geven we

Mainport en blueports: samenwerken aan multimodaal netwerk

Wat vraagt de energietransitie in Nederland?

28 december Subsidieaanvraag Stadsinitiatief Rotterdam. Solar Green Point

Nieuwsbrief Energie april 2013

Samen Duurzaam DOEN! Stap 1 // Welkom en inleiding. Stap 2 // Voorstelronde aanwezigen. (5 minuten) (10 minuten)

Ik ben als bestuurder in deze provincie bijzonder geïnteresseerd in de kansen van nieuwe energie voor onze kenniseconomie.

Goevaers Consultancy. Geluid Trillingen en luchtkwaliteit Wat kan de Green Deal aanpak doen? 9 november 2016

Bijlage: Green Deal Sun Share Breda

Energievoorziening Rotterdam 2025

Sterker, Slimmer, Schoner

delft energieneutraal delft smart city thema

NEW BUSINESS. Guy Konings

Overijssel maakt werk van nieuwe energie!

De Europese lidstaten in het kader van de Lissabon-afspraken de EU tot de meest innovatieve economie ter wereld willen maken;

Eneco Groep. Duurzame energie voor iedereen

WARMTE IS HOT VISIE, KANSEN EN ONTWIKKELING. Sjaak Verburg Pipeliner terugkomdag, 18 november 2015

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

B-96 Green Deal de winst van paardenmest

Ontwerp Gezonde Systemen

Factsheet CO2-Prestatieladder 2018

Green Deal van Sublean Group B.V. met de Rijksoverheid

1. Hoe dringend vindt u het klimaatprobleem? Helemaal niet dringend, we 1% Er is helemaal geen klimaatprobleem. Weet niet / geen mening

Duurzaamheid.. the key for future success!

Lijst Lammers. Papendrecht 21 januari 2013

Sámen werken aan. Voor gemeenten en MKB. erduurzaming

PROEFTUIN VOOR HET EUROPESE ENERGIESYSTEEM VAN DE TOEKOMST

Overijssel maakt werk van nieuwe energie!

Lijst Lammers. KORTE SAMENVATTING Papendrecht, 22januari Persbericht. Wordt Papendrecht de derde stadin Nederland met een zonatlas?

Perspectief voor klimaat neutraal en hernieuwbaar gas

Energieconvenant bedrijfsleven Veenendaal en gemeente Veenendaal

Energietransitie Glastuinbouw en warmte

Duurzame Industrie. De ombouw van energie-intensief naar energie-efficiënt

Zou het niet prachtig zijn als

Initiatieven CO2 reductie MVOI BV.

Rotterdam Climate Proof

Wereldklasse doen! Havenbedrijf Rotterdam. Henk de Bruijn 25 september Copyright - Port of Rotterdam

Green Deal Elektrisch vervoer

100% groene energie. uit eigen land

Symposium De Groene Delta van Nijmegen. Dag van de duurzaamheid 10 oktober 2014

Voordracht aan Provinciale Staten. van Gedeputeerde Staten. Watt anders, Energieagenda Ontwerpbesluit

Warmtetransitie en het nieuwe kabinet. Nico Hoogervorst

CO2 prestatieladder. Het CO2-verbruik reduceren binnen de gehele organisatie. Inzicht. Doelstelling CO2-reductie

Uitkomsten van de zoektocht naar dé klimaatneutrale gemeente in Flevoland 2014

Betekenis Energieakkoord voor Duurzame Groei voor de Installatiebranche. Teun Bokhoven Duurzame Energie Koepel 3 februari 2014 / VSK beurs

Wat zijn voor Nederland de argumenten voor en tegen CO2-afvang en -opslag (CCS*)?

CO 2 -uitstootrapportage 2011

Geachte commissarissen, leden van het Europees Parlement, collega s,

De Energietransitie van de Elektriciteitsproductie

Any color so long as it is green

Clean Tech Delta. Innovative solutions to climate and energy challenges

LNG en Scheepvaart. Martin Quispel. Zwijndrecht 24 februari 2017

Transcriptie:

Investeren in duurzame groei

De Rotterdamse aanpak Met het Programma Duurzaam 2010-2014: Investeren in duurzame groei werkt Rotterdam aan een schone, groene, gezonde en economisch sterke stad. Als daadkrachtige en innovatieve wereldhavenstad neemt Rotterdam samen met bewoners, bedrijven en instellingen haar verantwoordelijkheid voor een duurzame toekomst. Door zowel de oorzaken als de gevolgen van de klimaatverandering aan te pakken, de luchtkwaliteit te verbeteren en de geluidoverlast te beperken, werkt Rotterdam voortvarend aan het totale duurzaamheidsdossier. De ambities en resultaten op het gebied van milieu, klimaat, energie en water maken van Rotterdam de duurzaamste wereldhavenstad. Door deze unieke aanpak is Rotterdam een inspirerend voorbeeld voor andere steden. Het publiekprivate samenwerkingsverband Rotterdam Climate Initiative (RCI) maakt onderdeel uit van dit programma en richt zich op 50% CO 2 -reductie ten opzichte van 1990 en 100% klimaatbestendigheid in 2025. Het RCI is een initiatief van de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs, de koepel organisatie van de Rotterdamse haven en industrie.

Inhoud Leeswijzer... 4 Voorwoord.... 5 Managementsamenvatting.... 6 Activiteiten, resultaten en effecten 2011... 9 Het kader: Programma Duurzaam 2010-2014... 10 Algemene resultaten... 11 Opgave 1 Vooroplopen bij het verminderen van CO 2 -uitstoot... 13 Opgave 2 Verbeteren van de energie-efficiency.... 17 Opgave 3 Omschakelen naar duurzame energie en biomassa als brandstof.... 21 Opgave 4 Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport... 26 Opgave 5 Verminderen geluidsoverlast en bevorderen van schone lucht... 29 Opgave 6 Groener maken van de stad... 33 Opgave 7 Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen van duurzame producten... 36 Opgave 8 Duurzaamheid in onderwijs en onderzoek... 39 Opgave 9 Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering... 42 Opgave 10 Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling.... 46 Transitiemonitor duurzaam Rotterdam 2011............................................................................. 49 Organisatie en financiën... 54 3

Leeswijzer In mei 2011 werd het Rotterdamse Programma Duurzaam 2010-2014: Investeren in duurzame groei gelanceerd. In deze eerste Rotterdamse Duurzaamheidsmonitor zetten we de resultaten uit 2011 van dit gemeentelijke programma op een rij. Hierin zijn ook de resultaten verwerkt van het publiek-private samenwerkingsverband Rotterdam Climate Initiative (RCI), een initiatief van de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs, de koepelorganisatie van de Rotterdamse haven en industrie. Het Rotterdam Climate Initiative maakt met ingang van 2011 onderdeel uit van het Programma Duurzaam. De indeling van deze rapportage is gebaseerd op de tien Rotterdamse duurzaamheidsopgaven van het Programma Duurzaam. Dit programma wil uiteindelijk de transitie naar een duurzame stad en haven voor elkaar krijgen. Jaarlijks rapporteren we over de voortgang in de tien opgaven en in deze transitie. Deze Rotterdamse Duurzaamheidsmonitor 2011 bestaat dan ook uit verschillende onderdelen. Voor elk van de tien duurzaamheidsopgaven beschrijven we allereerst onze activiteiten en de bereikte resultaten in het afgelopen jaar. Daarnaast gaan we in de effectenmonitor per opgave in op de effecten van onze inspanningen, in relatie tot de doelstellingen. Dit doen we aan de hand van indicatoren die voor iedere opgave zijn vastgesteld. In de transitiemonitor geven we antwoord op de vraag in hoeverre we op de goede weg zijn naar de finishlijn: een duurzame wereldhavenstad. Aan het einde gaan we in op de organisatie en de financiële verantwoording. Onze bevindingen zijn op hoofdlijnen samengevat in de Managementsamenvatting. 4

Voorwoord Op 11 mei 2011 namen Lena Pegas Silva en Miryam el Addouti van het kinderklimaatteam uit de Schieveenstraat, een van de Rotterdamse klimaatstraten, het eerste exemplaar van het Programma Duurzaam 2010-2014: Investeren in duurzame groei in ontvangst. Een kleine handeling, maar als we over een paar jaar onze doelstellingen hebben gehaald, is er wéér een stap gezet in de richting van een schone, groene en gezonde stad waarin duurzaamheid bijdraagt aan een sterke economie. Duurzaamheid bereik je niet in één keer. En zeker niet als overheid alleen. Het is de optelsom van tal van initiatieven, acties en interventies, van tal van partijen, die samen uiteindelijk voor een enorme verandering kunnen zorgen. Dat blijkt ook uit deze Rotterdamse Duurzaamheidsmonitor. Daarin staan we stil bij de vele grote en kleine ontwikkelingen en bereikte resultaten in 2011. Deze komen allemaal voort uit het gemeentelijk Programma Duurzaam dat we in mei presenteerden. Ik ben trots op dit programma, waarin we de vele bijdragen van inwoners, bedrijven, instellingen, gemeente en partners aan een duurzame stad hebben gebundeld in tien opgaven en 89 concrete actiepunten. Met een betere leefkwaliteit voor Rotterdammers, een aantrekkelijkere vestigingsstad voor bedrijven en een sterkere regionale economie als doel. De investering van 27,5 miljoen euro om onze gezamenlijke groene ambities te realiseren, zal een veelvoud van minimaal 350 miljoen euro aan duurzame investeringen opleveren. Ik ben ervan overtuigd dat investeren in de groene economie ons als stad sterker maakt. Dat lukt alleen via een gezamenlijke ambitie en met sterke partners. Gelukkig hebben we die partners. Ik denk aan de RCI-initiatiefnemers Havenbedrijf Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs, koepelorganisatie van de Rotterdamse haven en industrie en aan de nationale overheid. Met in hun kielzog een groeiende reeks scholen, kennisinstellingen, woningcorporaties, ontwikkelaars, bedrijven, ziekenhuizen en horecagelegenheden. Maar ik denk ook aan al onze internationale samenwerkingspartners, zoals de wereldsteden New Orleans, Jakarta en Melbourne. Deltasteden die van ons kunnen leren, en wij van hen. De Green Deal met het Rijk en de samenwerking met Ho Chi Minh City op het gebied van watermanagement zijn zeer inspirerend. Zowel op lokaal niveau als op wereldschaal. Samenwerking werpt ook hier vruchten af en leidt tot inspirerende voorbeelden. Zoals het besluit van netwerkbeheerder Stedin, afvalverwerker AVR en chemiebedrijf EKC om te investeren in een groot stoomnetwerk in de Botlek. Fabrieken die stoom over hebben, leveren die aan fabrieken die voor hun productieproces stoom nodig hebben en deze nu nog opwekken met fossiele brandstof tegen hoge kosten. In deze Rotterdamse Duurzaamheidsmonitor 2011 vindt u nog veel meer voorbeelden. Zoals het nieuwe Rotterdam Centraal met het grootste zonnestationsdak van Europa. En de 56.000 vierkante meter groen dak waarvoor het afgelopen jaar subsidie is aangevraagd, dat zijn ruim zes voetbalvelden. En onlangs bereikten we de mijlpaal van 90.000 vierkante meter! Dit laatste voorbeeld laat zien dat we ook in 2012 blijven werken aan voorbeelden en initiatieven die van Rotterdam de duurzaamste wereld havenstad maken. Met de nadruk op we. Want ook u, als lezer, bent voor het Rotterdam Climate Initiative een belangrijke partner in het werken aan duurzaamheid! Alexandra C. van Huffelen Wethouder Duurzaamheid, Binnenstad en Buitenruimte foto hannah anthonysz 5

Managementsamenvatting Rotterdam wil de duurzaamste wereldhavenstad zijn. En daar werkten we ook in 2011 hard aan. In mei 2011 werd het Programma Duurzaam 2010-2014: Investeren in duurzame groei gepresenteerd waarin de weg naar een schone, groene, gezonde en economisch sterke stad wordt geschetst. Het Rotterdam Climate Initiative, een initiatief van de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs, maakt hiervan deel uit. De ambities voor 2025 zijn stevig: 50% CO 2 -reductie ten opzichte van 1990 en 100% klimaatbestendigheid. In het Programma Duurzaam staan het verminderen van geluidshinder en het verbeteren van de luchtkwaliteit centraal, in relatie tot de gezondheid. Het programma moet bovendien tot een versterking van de Rotterdamse economie leiden, met in de periode tot 2014 minimaal 350 miljoen euro aan duurzame investeringen als resultaat. Die moeten ook bijdragen aan meer werkgelegenheid en een betere leefkwaliteit voor de Rotterdammers en een nog aantrekkelijker vestigingsklimaat voor bedrijven. Tien duurzaamheidsopgaven Door zowel de oorzaken als de gevolgen van de klimaatverandering aan te pakken, werkt Rotterdam aan het totale duurzaamheidsdossier. De Rotterdamse aanpak is vertaald in tien duurzaamheidsopgaven: 1. Vooroplopen bij het verminderen van CO 2 -uitstoot 2. Verbeteren van de energie-efficiency 3. Omschakelen naar duurzame energie en biomassa als grondstof 4. Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport 5. Verminderen van geluidsoverlast en bevorderen van schone lucht 6. Groener maken van de stad 7. Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen van duurzame producten 8. Duurzaamheid in onderwijs en onderzoek 9. Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering 10. Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling Activiteiten en resultaten De partners van het Rotterdam Climate Initiative bereikten in 2011 diverse resultaten die bijdragen aan het realiseren van de Rotterdamse klimaatdoelstellingen. In oktober ondertekenden het Rijk en het RCI de Rotterdamse Green Deal, dat met een streven naar groen én groei nauw aansluit bij de ambities van het Programma Duurzaam. Het Rijk steunt hiermee met meer dan twee miljoen euro aan subsidie zeven Rotterdamse projecten voor energiebesparing en duurzame energie in stad én haven. Met het bedrijfsleven werden in december 14 Letters of Cooperation ondertekend die moeten leiden tot nieuwe investeringen in duurzame en efficiënte processen, grondstoffen en logistiek. Minister Verhagen diende het Green Hydrogen Project van Air Liquide in bij de Europese Commissie voor de NER-300, een subsidieregeling voor duurzame energie- en CO 2 -opslagprojecten. Het OCAP-netwerk werd uitgebreid, zodat de glastuinbouw nu ook CO 2 geleverd krijgt van de nieuwe biobrandstoffenfabriek van Abengoa Bioenergia. De opening van Plant One, het besluit van Stedin, AVR en EKC om te gaan investeren in het stoomnetwerk in de Botlek en de ontwikkelingen in de Rotterdamse aanpak Groene Gebouwen zijn belangrijke activiteiten die de energie-efficiency verbeteren. Daarnaast had Rotterdam een primeur met de eerste handelsbeurs voor biomassa. Op het gebied van duurzame energie kunnen we onder meer het zonnedak van Rotterdam Centraal met 10.000 vierkante meter aan zonnecellen en het convenant over windenergie in de haven noemen. De opening van het nationaal Elektrisch Vervoer Centrum voor zowel consumenten als bedrijven was een belangrijk resultaat op het gebied van duurzame mobiliteit. Dit is de eerste locatie in Nederland waar alles op het gebied van elektrisch vervoer beschikbaar is. Ook werd de eerste oplaadpaal voor elektrische auto s geplaatst en stapte de Rotterdamse Mobiliteit Centrale voor het vervoeren van leerlingen over op aardgasbussen. En het Havenbedrijf Rotterdam startte een proef met Neste Oil s hernieuwbare biobrandstof NExBTL voor patrouillevaartuigen. Een rode draad in het Programma Duurzaam is de aandacht voor de gezondheid van de Rotterdammers. De aanleg van stille wegdekken is een van de belangrijkste maatregelen om het geluid van wegverkeer te verminderen. In 2011 zijn de Brede Hilledijk, de Laan van Avant Garde, de Burgemeester Baumannlaan en de Groene Kruisweg voorzien van stil asfalt. Ook viel het besluit om een geluidsscherm te plaatsen langs de A20. In de aanpak van de luchtkwaliteit werden stappen gezet op het gebied van dynamisch verkeersmanagement. Ook het ombouwen van sleepboot Adriaan van het bedrijf Kotug tot de eerste volledig geclassificeerde groene sleepboot in Europa, de installatie van walstroom (voor de binnenvaart en zeeschepen) en het toepassen van de Environmental Ship Index in de Rotterdamse haven, waarmee schone schepen korting op de havengelden krijgen, droegen bij aan een schonere lucht en daarmee aan een betere gezondheid voor de Rotterdammers. Ook de vergroening van de stad draagt bij aan een betere leefomgeving. In 2011 heeft de gemeente samen met geïnteresseerde partijen de beleidsnotitie over stadslandbouw Food in the City opgesteld en in de tien 6

Het ontwerp voor de herontwikkeling van het Rotterdamse Stadskantoor heeft het label Breeam Excellent behaald. meest stenige wijken van Rotterdam zijn bijna zeventig bomen bijgeplant. In 2011 werd door Rotterdammers subsidie aangevraagd voor 56.000 vierkante meter groen dak en kwam het totaal aantal groene schoolpleinen op tien. In 2011 viel ook het besluit om het Zadkine Koudecentrum uit te breiden tot een compleet kennis- en expertisecentrum voor het bedrijfsleven. Onderwijs én bedrijfsleven spelen hiermee in op duurzaamheid en innovatie. Op het gebied van klimaatadaptatie werd de samenwerking tussen Rotterdam en Ho Chi Minh City opgestart. Deze samenwerking, maar ook die met andere deltasteden als Jakarta en New Orleans, levert Rotterdam internationale exposure op en daarmee samenhangend economisch spin-off. Mede door de Rotterdamse inzet gaan regionale bedrijven aan het werk in Nederlandse consortia elders in de wereld. Zowel op gebouw- als gebiedsniveau speelt duurzaamheid in Rotterdam een rol. Zo werden het waterplein Kleinpolderplein en de ondergrondse waterberging onder de Museumparkgarage met een waterbergingscapaciteit van tien miljoen liter geopend. Daarnaast wordt via het Rotterdamse Warmtebedrijf industriële restwarmte ingezet voor de verwarming van gebouwen in de stad. In 2011 steeg dit aantal naar 2771 woningen; op termijn zullen dat 50.000 wooneenheden zijn. Het ontwerp voor de herontwikkeling van het Rotterdamse Stadskantoor kreeg het predicaat BREEAM Excellent. En de Rotterdamse binnenstad laat een aantal voorbeelden van duurzame gebiedsontwikkeling zien met het Rotterdam Central District waarin energie-efficiency en duurzame energie centraal staan en de upgrading van het Plaza-complex. Niet alleen overheid en RCI-partners werken aan een duurzaam Rotterdam. Het MKB leverde een bijdrage aan de Rotterdamse klimaatdoelstellingen door het verder verduurzamen van hotels en congrescentra, 15 locaties behaalden het Green Key-keurmerk. Ziekenhuizen in de regio Rijnmond volgden energiemasterclasses. En tot slot mogen we de Rotterdammers niet over het hoofd zien. Zo was de Rotterdamse Schieveenstraat de beste Rotterdamse klimaatstraat en nummer twaalf van Nederland. Het ontwerp van het waterplein Benthemplein kwam met nadrukkelijke inbreng van omwonenden en studenten tot stand. En op Heijplaat wordt de energieneutrale gebiedsontwikkeling met en door bewoners opgepakt. Effectenmonitor Het gaat niet alleen om de resultaten en activiteiten die we in 2011 hebben neergezet, maar ook om de effecten van onze inspanningen en wat deze bijdragen aan het behalen van onze doelstellingen. Uit de effectenmonitor blijkt dat diverse opgaven al in 2011 een aanzienlijk effect van onze inspanningen laten zien. Voor een aantal opgaven geldt dat de effecten nog niet duidelijk waarneembaar zijn. Vaak echter is dit conform verwachting. Dat geldt bijvoorbeeld voor de reductie van de CO 2 -uitstoot (zie de toelichting hieronder) of windenergie in het havengebied. Door de aanleg van Maasvlakte 2 zijn op een aantal locaties windmolens verwijderd, maar met onze plannen voor nieuwe windmolens wordt deze (tijdelijke) daling in de jaren hierna ruimschoots gecompenseerd. Hieronder enkele conclusies uit de effectenmonitor. Verminderen van de CO 2 -uitstoot De totale CO 2 -uitstoot in Rotterdam lag in 2011 op 29.565 kton. Dat is zo n 150 kton minder dan in 2010. De afname is vooral zichtbaar bij de chemie en bij de huishou- 7

dens. De daling van de CO 2 -uitstoot door een lagere productie bij een aantal energiecentrales werd teniet gedaan door de uitstoot van ruim 400 kton van het in 2011 gestarte energiebedrijf Enecogen. Als we kijken naar de inzet van het Rotterdam Climate Initiative, dan begint het CO 2 -effect van de inspanningen zichtbaar te worden. De hoeveelheid CO 2 die vanuit de industrie in de Rotterdamse haven aan de glastuinbouw wordt geleverd nam in 2011 verder toe. Door een proef met biobrandstoffen voor vrachtverkeer en de uitbreiding van het aantal oplaad palen voor elektrisch vervoer op groene stroom zijn de eerste kilotonnen CO 2 -reductie door duurzame mobiliteit gerealiseerd. De gemeentelijke zwembaden zijn onder handen genomen met een unieke aanpak om de energie-efficiency te verbeteren. Voor MKB en voor grootverbruikers als ziekenhuizen is een intensief voorlichtingstraject uitgevoerd. Ook is een start gemaakt met het geven van energieadviezen aan lagere inkomens. De jaren 2015 en verder laten zien dat de CO 2 -reductie als gevolg van de RCI-aanpak steeds meer toeneemt. Indien we de uitvoering van het huidige pakket aan RCI-maatregelen voortzetten, is 27 Mton CO 2 -reductie te realiseren in 2025. Het doel is daarmee nog steeds haalbaar. Klimaatbestendigheid In 2011 steeg het aantal vierkante meter groen dak waarvoor subsidie werd aangevraagd met 56.000, dat is meer dan een verdubbeling ten opzichte van 2010. Eind 2011 stond de teller op 90.000. De waterbergingscapaciteit werd het afgelopen jaar uitgebreid met ruim 19.000 kubieke meter, waarvan 1.000 kubieke meter in de vorm van tijdelijke waterberging via waterpleinen, zoals bij het Kleinpolderplein, en 10.000 kubieke meter via de ondergrondse waterberging bij het Museumpark. De overige capaciteit is ontstaan door nieuw open water (onder meer bij het Spinozapark) en door de aanleg van groene daken. In totaal is sinds 2010 bijna 30.000 kubieke meter extra waterberging gerealiseerd. Versterking van de Rotterdamse economie Het Programma Duurzaam moet onder andere leiden tot een versterking van de Rotterdamse economie, met in de periode tot 2014 minimaal 350 miljoen euro aan duurzame investeringen als resultaat. De teller stond eind 2011 op 235 miljoen euro, 60 miljoen meer dan het afgesproken doel voor 2011. Het gaat dan om investeringen in maatregelen die bijdragen aan het halen van de doelstellingen voor CO 2 -reductie en klimaatbestendigheid. Daarmee liggen we voor deze doelstelling ruim op koers. Onze duurzaamheidsaanpak valt ook internationaal op met als gevolg dat er steeds meer internationale delegaties en conferenties naar Rotterdam komen. Rotterdam Climate Proof is koploper op het gebied van klimaatadaptatie. Via onze internationale profilering op dit gebied zijn inmiddels bedrijven uit deze regio actief in Ho Chi Minh City, Jakarta, New Orleans en Sao Paulo. Overige effecten Het aantal gereden fietskilometers is toegenomen ten opzichte van 2010 en laat al geruime tijd een stijgende lijn zien. Ook het aantal elektrische auto s nam toe. Tot 2011 reden er in Rotterdam incidenteel elektrische voertuigen rond; in 2011 werd de aanleg van laadpunten structureel opgepakt en groeide het aantal elektrische auto s op de weg naar 61. Naar verwachting neemt het aantal elektrische auto s en het aantal laadpunten de komende jaren met minimaal enkele honderden per jaar toe. Door bezuinigingen bij het wegonderhoud wordt er minder stil asfalt aangelegd dan gepland, waardoor het onzeker is of we de collegetarget op het gebied van geluid gaan halen. Er wordt gezocht naar alternatieven om het oorspronkelijke doel, 15.000 Rotterdammers met minimaal 3 db minder geluidhinder, toch te realiseren. Transitiemonitor De transitiemonitor geeft antwoord op de vraag in hoeverre wij op de goede weg zijn naar een duurzaam Rotterdam. Het Rotterdamse streven naar duurzaamheid betekent dat economische ontwikkelingen gepaard moeten gaan met een steeds lagere CO 2 -uitstoot. Hiervoor zijn fundamentele veranderingen, transities, nodig in de manier waarop energie gebruikt wordt in de sectoren gebouwde omgeving, verkeer en vervoer en industrie en energieopwekking. De transitie is in beeld gebracht door de CO 2 -uitstoot te koppelen aan indicatoren die de economische ontwikkeling in deze sectoren weergeven: CO 2 -uitstoot per vierkante meter vloeroppervlak (gebouwde omgeving), CO 2 -uitstoot per gereden kilometer (verkeer en vervoer) en CO 2 -uitstoot per eenheid elektriciteitsproductie (industrie en elektriciteitsopwekking). Het realiseren van een duurzaamheidstransitie in Rotterdam vraagt inzet over vele jaren. Het resultaat zal daarom op de lange termijn pas echt goed zichtbaar zijn. Omdat het gaat over meer dan alleen technologische innovatie, maar ook om veranderingen in beleid, gedrag en cultuur, is een echte versnelling pas bereikt als er op voldoende schaal sprake is van nieuwe manieren van denken, werken en organiseren. De transitiemonitor laat zien dat we op belangrijke onderdelen de kiemen voor deze omslag hebben gelegd. In termen van structuur zijn de uitbreiding van het warmtenet, de infrastructuur voor elektrisch rijden en de voor bereiding voor CO 2 -afvang en -opslag (CCS) duidelijke voorbeelden die een schaalsprong in de nabije toekomst mogelijk gaan maken. 8

Activiteiten, resultaten en effecten 2011 9

Het kader: Programma Duurzaam 2010-2014 Naar een duurzame wereldhavenstad De partners van het Rotterdam Climate Initiative werkten in 2011 met het Programma Duurzaam 2010-2014: Investeren in duurzame groei aan een schone, groene, gezonde en economisch sterke stad. De twee hoofddoelstellingen voor 2025 zijn: het halveren van de CO 2 -uitstoot ten opzichte van 1990 en het 100% klimaatbestendig maken van de regio. Daarnaast staan het verminderen van geluidshinder en het verbeteren van de luchtkwaliteit centraal, in relatie tot de gezondheid van de Rotterdammers. Het programma moet bovendien tot een versterking van de Rotterdamse economie leiden, met in de periode tot 2014 minimaal 350 miljoen euro aan duurzame investeringen als resultaat. Die investeringen moeten ook bijdragen aan meer werkgelegenheid voor Rotterdammers. Rotterdam wil met het programma een betere leefkwaliteit realiseren voor haar bewoners en een nog aantrekkelijkere vestigingsstad worden voor bedrijven. Duurzaamheid als gezamenlijke uitdaging Meer dan zestig partijen droegen bij aan de inhoud van het Programma Duurzaam. Zo is ook de realisatie van de doelstellingen in het programma een gezamenlijke uitdaging. Niet alleen van de partners van het Rotterdam Climate Initiative: de gemeente Rotterdam, het Havenbedrijf Rotterdam, DCMR Milieudienst Rijnmond en Deltalinqs, de koepelorganisatie van de Rotterdamse haven en industrie. Ook andere partijen dragen hieraan bij. Van individuele bewoners tot verenigingen en instellingen. Van scholen en woningcorporaties tot MKB-ondernemers en multinationals. Van vervoersbedrijven en mede overheden tot aan automobilisten en kennisinstellingen. De tien Rotterdamse duurzaamheidsopgaven Door zowel de oorzaken als de gevolgen van de klimaatverandering aan te pakken, werkt Rotterdam aan het totale duurzaamheidsdossier. In het Programma Duurzaam zijn voor de periode tot en met 2014 tien Rotterdamse duurzaamheidsopgaven en 89 concrete actiepunten geformuleerd. De tien Rotterdamse duurzaamheidsopgaven zijn: 1. Vooroplopen bij het verminderen van CO 2 -uitstoot 2. Verbeteren van de energie-efficiency 3. Omschakelen naar duurzame energie en biomassa als grondstof 4. Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport 5. Verminderen van geluidsoverlast en bevorderen van schone lucht 6. Groener maken van de stad 7. Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen van duurzame producten 8. Duurzaamheid in onderwijs en onderzoek 9. Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering 10. Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling De indeling in deze tien opgaven vindt u terug in deze Rotterdamse Duurzaamheidsmonitor 2011. FOTO JAN VAN DER PLOEG FOTO JAN VAN DER PLOEG Het Programma Duurzaam werd in mei gepresenteerd tijdens een bijeenkomst in het Drijvend Paviljoen. Lena Pegas Silva en Miryam el Addouti van het kinderklimaatteam uit de Schieveenstraat namen het eerste exemplaar van het Programma Duurzaam in ontvangst. 10

Algemene resultaten In het vervolg van deze Rotterdamse Duurzaamheids monitor 2011 leest u per opgave de belangrijkste activiteiten en resultaten uit het afgelopen jaar. Een aantal resultaten is niet onder te brengen bij één bepaalde opgave. Deze algemene resultaten hebben betrekking op de duurzaamheidsopgave in de breedte. Ze staan hieronder vermeld. Rotterdamse Green Deal In oktober ondertekenden het Rijk en het RCI de Rotterdamse Green Deal. Het Rijk steunt hiermee zeven Rotterdamse projecten voor energiebesparing en duurzame energie in stad én haven en geeft daarmee de Rotterdamse klimaatdoelstellingen een impuls. Bij sommige Rotterdamse initiatieven staan knelpunten een vlotte uitrol in de weg. Bijvoorbeeld de huidige invoerheffingen op biologische grondstoffen, waardoor het op dit moment nog erg duur is om deze groene grondstoffen te gebruiken in de chemie. Ook zijn er nauwelijks prikkels voor de industrie om te investeren in energiebesparings-maatregelen die verder gaan dan de eigen locatie, de zogenaamde over the fence-investeringen. Met de ondertekening van de Intentieverklaring Green Deal geeft het Rijk aan actief mee te werken aan het wegnemen van deze knelpunten. Het Rijk en het RCI gaan onder meer samen de uitwisseling van restwarmte in de industrie bevorderen. Daarnaast wordt Rotterdam een focusgebied binnen de nationale aanpak elektrisch vervoer. Ook kijkt het Havenbedrijf Rotterdam naar mogelijkheden om al in 2014 een windturbinepark van 100 MW of meer op de zeewering van Maasvlakte 2 te realiseren. Verder ondersteunt het Rijk de Rotterdamse Bioportambities, de uitrol van de Rotterdamse Groene Gebouwen Aanpak (retrofit), energiebesparing bij het MKB en de ontwikkeling van de klimaatneutrale wijk Heijplaat, met en door bewoners. Als gevolg van deze Green Deal is aan Rotterdamse projecten voor meer dan 2 miljoen euro aan subsidie toegezegd. Hiervan is 1 miljoen euro bestemd voor de verdere uitrol van de Rotterdamse groene gebouwen-aanpak (retrofit), met een focus op scholen. Letters of Cooperation De toekomst van de Rotterdamse haven en industrie is duurzaam. Dat bedrijven deze doelstelling serieus nemen, werd in december nog eens bevestigd toen 14 Letters of Cooperation werden ondertekend voor projecten die moeten leiden tot nieuwe investeringen in duurzame en efficiënte processen, grondstoffen en logistiek. Voorbeelden daarvan zijn benutting van industriële restwarmte, optimale efficiëntie in het gebruik van energie en grondstoffen, groene grondstoffen voor de productie van biomaterialen, centrale slibverwerking, schone energie voor vrachtwagens, scheepvaart en terminals, en een Biofuel Pilot Center voor algen. Lokale Klimaatagenda Met het Rijk is de Lokale Klimaatagenda opgesteld. Deze beschrijft de onderwerpen waarmee Rijk en lokale overheden met elkaar willen samenwerken om de duurzame transitie te versnellen. Rotterdam heeft hard gewerkt om de regelgeving rondom warmtelevering en het onderwerp zelflevering van zonne-energie op deze agenda te krijgen. Dit is gelukt. Hierdoor is de regelgeving zodanig aangepast dat lopende projecten voor aansluiting op collectieve restwarmte (Warmtebedrijf Rotterdam) niet in gevaar komen. De oplossing voor zelflevering die het Rotterdam Climate Initiative bepleit houdt in dat fiscale voordelen van het zelf produceren van elektriciteit via zonnepanelen (geen BTW en energiebelasting) ook gaan gelden voor mensen die zelf geen geschikt dak hebben voor zonnepanelen. Het gaat dan bijvoorbeeld om bewoners van appartementen of monumenten. Wij zijn van mening dat de fiscale voor delen ook zouden moeten gelden bij deelname aan een collectief project. De Rotterdamse wethouder Duurzaamheid Negen Rotterdamse zwembaden zijn in 2011 vergroend in het kader van de Rotterdamse groene gebouwen-aanpak (retrofit). FOTO Roy Borghouts Fotografie De Rotterdamse wethouders Alexandra van Huffelen (Duurzaamheid) en Jeanette Baljeu (Haven, Verkeer en Regionale Economie), RCI-ambassadeur Ruud Lubbers en Deltalinqsvoorzitter Wim van Sluis ondertekenden 14 Letters of Cooperation met het bedrijfsleven. 11

foto Aeroview rotterdam Duurzaamheid is een vanzelfsprekend en integraal onderdeel van de groei en ontwikkeling van de Rotterdamse haven. Alexandra van Huffelen is ambassadeur van de Lokale Klimaatagenda voor de bedrijven. Havenvisie 2030 In december is de Havenvisie 2030 vastgesteld. Deze visie is opgesteld door het Havenbedrijf en de gemeente Rotterdam en beschrijft de ontwikkeling van de Rotterdamse haven tot 2030. Er wordt een groeiscenario geschetst voor de komende periode, waarin duurzaamheid een vanzelfsprekend en integraal onderdeel is van de ontwikkeling in de Rotterdamse haven op het gebied van opslag, overslag en industrie. Alle relevante thema s uit de aanpak van het Rotterdam Climate Initiative, komen terug in het groeiscenario in deze Havenvisie 2030. Denk bijvoorbeeld aan de afvang, opvang en het transport van CO 2, de plannen met Rotterdam-Bioport, ontwikkelingen op het gebied van LNG, ketenvorming, warmte-uitwisseling en walstroom. Internationale activiteiten Ook in 2011 werden diverse internationale activiteiten ondernomen, met name op het gebied van klimaatadaptatie. Het door Rotterdam opgerichte kennisnetwerk Connecting Delta Cities (CDC) zorgt voor de export van Rotterdamse kennis en innovaties. Inmiddels heeft dit geleid tot opdrachten voor consortia waarin bedrijven en kennisinstellingen uit de Rotterdamse regio participeren. In 2011 betrof dit opdrachten in Jakarta ( 4 mln), New Orleans ( 1,5 mln) en Ho Chi Minh City ( 1 mln). Meer informatie hierover staat vermeld bij opgave 9. Daarnaast participeert Rotterdam in het internationale netwerk van lokale overheden, ICLEI, dat zich inzet voor duurzame ontwikkeling wereldwijd. Mariette van Empel, directeur Klimaat en Emissies ministerie Infrastructuur en Milieu Rotterdam is koploper in haar streven een duurzame wereldhavenstad te zijn. Dat zie ik terug in de vele innovatieve (klimaat)initiatieven in de stad. Lokale en regionale initiatieven zoals die door Rotterdam in gang zijn gezet, zijn de motor van de transitie naar een duurzaam Nederland. Juist lokaal kunnen grote stappen worden gezet op weg naar een klimaatneutrale en klimaatbestendige samenleving. 12

Opgave 1 Vooroplopen bij het verminderen van CO 2 -uitstoot Rotterdam wil de transitie naar een CO 2 -arme economie versnellen en daarmee een concurrentievoordeel creëren. In 2025 moet de CO 2 -uitstoot gehalveerd zijn ten opzichte van 1990 toen dit 24 Mton was. In 2025 mag dit dus hooguit 12 Mton zijn. Zonder maatregelen zal deze uitstoot in 2025 mogelijk kunnen stijgen tot meer dan 40 Mton. Op de kortere termijn streven wij naar een CO 2 -reductie van 4,2 Mton (in 2015). Het overgrote deel (88%) van de CO 2 -uitstoot in Rotterdam komt voor rekening van de industrie en energieopwekking in het havengebied. Verkeer en vervoer (7%) en de gebouwde omgeving (5%) stoten ook CO 2 uit. Wij streven voor al deze sectoren naar een CO 2 - reductie van 50%. Daarbij wordt maximaal ingezet op efficiënter gebruiken van energie en stimuleren van duurzame energie opwekking. Dit komt bij de volgende opgaven aan de orde. Bij deze opgave 1 worden de vorderingen beschreven op het gebied van CO 2 -afvang,-transport en -opslag (CCS). Activiteiten en resultaten Doorbraak voor schonere industrie Minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) diende in mei het Rotterdamse Green Hydrogen Project van Air Liquide in voor de NER300, een Europese subsidieregeling voor duurzame energie en CO 2 -opslagprojecten. In het project, onderdeel van de nieuwe waterstoffabriek van Air Liquide die eind mei in Rozenburg werd geopend, wordt de CO 2 die vrijkomt bij de productie van waterstof afgevangen en opgeslagen. Dit levert een belangrijke bijdrage aan de verduurzaming van de Rotterdamse haven. Het is ook een cruciale schakel in de totstandkoming van de CO 2 -hub die Rotterdam hier voor ogen heeft, met gezamenlijke transport-, verzamel- en opslagmogelijkheden. Deze hub maakt het voor bedrijven op termijn mogelijk om op een kosteneffectieve manier van hun CO 2 -emissies af te komen. Het project is innovatief: zowel door de methode om CO 2 af te vangen en vloeibaar te maken als het concept met een CO 2 -hub, genaamd Rotterdam Cintra (Carbon in Transport). Air Liquide ontwikkelt Cintra samen met Vopak (tijdelijke opslag), Anthony Veder (transport per schip) en Gasunie (pijpleiding infrastructuur). Het Green Hydrogen Project is het tweede ruud van leeuwen Jaap Hoogcarspel, managing director Air Liquide Nederland BV Een deel van de CO 2 kan en zal uiteindelijk worden ontwikkeld tot belangrijke grond- en hulpstoffen. Een grootschalige CO 2 - infrastructuur is daarvoor onmisbaar. Air Liquide heeft voor haar CCS-project gekozen voor het Rotterdamse havengebied, omdat Rotterdam als frontrunner wil acteren in de aanleg van een ambitieus CCS-netwerk. In het Green Hydrogen Project van Air Liquide wordt de CO 2 die vrijkomt bij de productie van waterstof afgevangen en opgeslagen. 13

FOTO OCAP In 2011 is in totaal 334 kton afgevangen CO 2 vanuit de industrie in de Rotterdamse haven geleverd aan de glastuinbouw. grootschalige Rotterdamse demonstratieproject naast ROAD (de technologiedemonstratie van afvang en opslag van CO 2 van de nieuwe E.ON-centrale op Maasvlakte I). In dit project doet ook GDF-SUEZ mee. Dankzij de demonstratieprojecten voor de energiesector én de industriesector, inclusief bijbehorende infrastructuur, is Rotterdam klaar voor de ontwikkeling van een totaalaanpak voor CCS in deze regio. Door de afvang van CO 2 zo kosteneffectief mogelijk te maken, slaan we twee vliegen in één klap. We maken de haven duurzamer én we maken het voor bedrijven aantrekkelijker om er hier mee aan de slag te gaan. In 2012 zal de Europese Commissie een besluit nemen over de subsidieaanvraag van Air Liquide. Dan verwachten we ook de investeringsbeslissing van ROAD. CO 2 -levering aan de glastuinbouw Met ingang van 2011 betrekt OCAP naast CO 2 van Shell ook CO 2 van bio-ethanolproducent Abengoa voor levering aan de glastuinbouw in de regio rondom Rotterdam. Het gaat hierbij om zo n 30 kton. Circa 500 tuinders die hun CO 2 van OCAP betrekken, krijgen door de start van de nieuwe biobrandstoffabriek van het Spaanse Abengoa Bioenergia meer leveringszekerheid. Tijdens onderhoudsstops of storingen van de ene bron kan met de andere bron de levering in elk geval doorlopen. Daarnaast kan OCAP met deze CO 2 de levering uitbreiden aan kwekers in de Zuidplaspolder. In totaal is in 2011 334 kton afgevangen CO 2 vanuit de industrie in de Rotterdamse haven aan de glastuinbouw geleverd. Economische effecten In mei werden economische effectenstudies afgerond. Eén van de voornaamste conclusies van deze studies was dat CCS en de clustereffecten daarvan bij volledige inzet van CCS zo n 1900 banen kan opleveren in de regio Rotterdam. Het RCI ondersteunt CCS-projecten onder andere door de uitvoering van dit soort studies. Ook op het gebied van strategisch omgevingsmanagement en opslagscenario s werden onderzoeken uitgevoerd. Aangezien CCS een technologie in ontwikkeling is, is er geen wetgevend kader en is het van belang dat er vanuit de praktijk in Rotterdam input geleverd wordt om wet- en regelgeving aan te passen. Regionale samenwerking Noordzee Naast het regionale netwerk is het ook van belang dat Rotterdam gehoord wordt bij het overleg van de nationale overheden rond de Noordzee verenigd in de NSBTF, de North Sea Basin Task Force. Dit leidde onder meer tot de organisatie van een NSBTF-bijeenkomst in Nederland door het RCI. Daarbij werd vastgesteld dat NSBTF zich zal concentreren op een Noordzee-brede analyse van opslagpotentieel, een paper over langetermijnliabilities en het grensoverschrijdend transport van CO 2. Het Rotterdamse belang hierbij is een grotere rentabiliteit van Nederlandse investeringen in CCS. En verder Het Havenbedrijf werkt met OCAP, Gasunie en Stedin in het R3CP-project aan de ontwikkeling van een CO 2 -pijpleiding in het havengebied waar meerdere bedrijven op kunnen aansluiten voor de afvoer van hun CO 2. EU Commissaris Hedegaard, verantwoordelijk voor het Europese klimaatbeleid, bezocht Rotterdam. Zij werd door de RCI-partners ingelicht over de Rotterdamse ambities en projecten op het gebied van energie-efficiency, duurzame energie en CCS. Hedegaard is verantwoordelijk voor de NER-subsidieregeling. Omdat Rotterdam een voorlopersfunctie op dit gebied heeft, steunt het Australische Global CCS Institute (GCCSI) een aantal projecten financieel en heeft het instituut in mei 2011 de jaarvergadering in Rotterdam gehouden. Met financiële steun van het GCCSI is een casestudie over CCS uitgevoerd om lessen te trekken uit de Rotterdamse CCS-aanpak, die nuttig zijn voor andere CCS-projecten wereldwijd en voor aanscherping van de eigen aanpak. 14

Mogelijk CCS-netwerk Rotterdam 2015 e lin pe i -p to greenhouses in region South Holland to greenhouses area Lansingerland 2 P CA O 6 3 4 R3 CP 1 5 2025 e in el p pi to greenhouses in region South Holland to greenhouses area Lansingerland P- 2 CA O 6 3 4 R3 CO2 from Antwerp CP 1 5 7 1 Shell Pernis 4 Abengoa 2 E.ON-ROCA 5 3 E.ON CO2-Catcher 6 CO2 Hub CINTRA (CATO-2 pilot project) 3 ROAD 7 Maasvlakte II, in aanbouw Air Liquide Transport via pijpleiding Transport via scheepvaart Air Products Verbinding industrie met CCS-netwerk C02-afvang Glastuinbouw Energie-intensieve industrie C02-hub afvang transport 15 hergebruik en opslag

Effectenmonitor In deze gaan we in de effectenmonitor per opgave in op de effecten van onze inspanningen, in relatie tot de doelstellingen. Dit doen we aan de hand van indicatoren die voor iedere opgave zijn vastgesteld. Doel: CO 2 -uitstoot ligt in 2025 50% lager dan in 1990. Indicator: De jaarlijkse CO 2 -uitstoot van alle bronnen in Rotterdam. De CO 2 -uitstoot in Rotterdam lag in 2011 op 29.565 kton. Dat is zo n 150 kton minder dan in 2010. De afname is vooral zichtbaar bij de chemie en bij de huishoudens. De afname bij de huishoudens heeft hoofdzakelijk te maken met de gemiddeld hogere temperaturen in 2011 ten opzichte van 2010. De daling van de CO 2 -uitstoot door een lagere productie bij een aantal energiecentrales werd teniet gedaan door de uitstoot van het nieuwe energiebedrijf Enecogen (met in 2011 een uitstoot van ruim 400 kton; deze uitstoot zal bij volle productie de komende jaren nog fors kunnen toenemen tot ruim 2 Mton). De uitstoot door verkeer en vervoer was nagenoeg onveranderd. Overigens betreft het voorlopige cijfers: voor sommige bronnen waren nog geen cijfers over 2011 beschikbaar. Deze zijn geschat op basis van externe bronnen of inschattingen van experts. Tot zover het algemene beeld van de ontwikkelingen in de CO 2 -uitstoot. Wat het CO 2 -effect van de inspanningen van het RCI betreft, begint de uitvoering van een groot pakket aan maatregelen langzaam zijn vruchten af te werpen. Voor 2011 bedraagt de bereikte CO 2 - reductie door RCI-inspanningen zo n 50 kton. Eind 2011 is een start gemaakt met extra CO 2 -afvang (bij Abengoa) die via de OCAP-leiding aan de glastuinbouw geleverd wordt. Dit betrof zo n 30 kton. De verbetering van de energie-efficiency bij de industrie heeft vooralsnog geen aanvullende CO 2 -reductie opgeleverd. De besparing door de Deltalinqs-leden werd teniet gedaan door de resterende Rotterdamse industrie (zie ook opgave 2). Bij het wegverkeer (zie ook opgave 4) begint het elektrisch vervoer voet aan de grond te krijgen door onder meer de aanleg van oplaadpunten. Eind 2011 waren dat er tachtig. Ook de inzet van biobrandstoffen voor het vrachtverkeer levert een reductie op van de CO 2 -uitstoot. De bereikte reductie in de sector verkeer en vervoer wordt geschat op enkele kilotonnen CO 2. Bij de gebouwde omgeving zijn inmiddels bij vele corporatiewoningen energiebesparende maatregelen uitgevoerd. Datzelfde geldt voor veel MKB-branches en voor grootverbruikers als ziekenhuizen. Ook zijn energie-adviezen verstrekt aan huishoudens met lage inkomens, waarmee zowel energie als kosten worden bespaard. De geschatte CO 2 -reductie in de gebouwde omgeving bedraagt 15 kton. In 2011 is het effect door inspanningen van het RCI nog relatief beperkt; dit in tegenstelling tot het beeld dat de jaren 2015 en verder laten zien waarin de reductie door de RCI-aanpak steeds meer toeneemt. De komende jaren zal de CO 2 -uitstoot nog fors gaan toenemen als onder meer de twee nieuwe kolencentrales van E.ON en Electrabel in bedrijf gaan. Naar verwachting neemt de uitstoot in 2015 hierdoor toe tot bijna 40 Mton. Door de RCI-maatregelen is dan een reductie van ruim 4 Mton realiseerbaar. Indien we de uitvoering van het huidige pakket aan RCI-maatregelen voortzetten, is 27 Mton CO 2 -reductie te realiseren in 2025. Het doel voor 2025 is dus nog steeds haalbaar. CO 2 -emissie 50 45 40 35 30 25 20 Onzekerheidsmarge Reductie door aanpak RCI CO 2 -uitstoot Prognose Doel RCI 15 10 Mton 5 0 1990 2005 06 07 08 09 10 11 2015 2020 2025 16

Opgave 2 Verbeteren van de energie-efficiency Een belangrijk Europees en nationaal klimaatdoel is een energiebesparing van 20% van het huidige jaarlijkse verbruik in 2020. Dat is nodig om klimaatverandering tegen te gaan en om de afhankelijkheid van ingevoerde fossiele brandstoffen te verminderen. Wij willen dit doel onder meer bereiken door omvangrijke vervangings- en innovatieinvesteringen bij bedrijven, ontwikkeling van warmte- en stoomnetwerken, technologische innovaties in de processen van bedrijven en beïnvloeding van gedrag. De inzet van burgers en bedrijven is voor deze opgave van belang. Daarom stimuleert het RCI lokale initiatieven. Activiteiten en resultaten Minister Verhagen opent Plant One Minister Verhagen van EL&I opende in mei een nieuwe testfaciliteit voor duurzame procestechnologie in de regio Rijnmond: Plant One. Deze faciliteit vult het gat tussen laboratorium en full scale productie. Procesverbeteringen die op laboratoriumschaal veelbelovend zijn, kunnen hier op productieschaal worden getest en doorontwikkeld voor industriële toepassing. De initiatiefnemers (RCI, Havenbedrijf Rotterdam, Deltalinqs en TNO) willen met Plant One duurzame ontwikkeling stimuleren en versnellen. Inmiddels zijn de eerste pilots gestart. Energie onderzoek Centrum Nederland (ECN) ontwikkelt een technologie om complexe scheidings processen efficiënter te laten verlopen. De pilot van TNO is ACCU, een installatie die CO 2 uit de lucht haalt. Stoomnetwerk Eind 2011 besloten netwerkbeheerder Stedin, afval verwerker AVR/Van Gansewinkel en chemiebedrijf en stoomgebruiker Emerald Kalama Chemical (EKC) te investeren in het stoomnetwerk in de Rotterdamse Botlek. De foto jacqueline de haas Karin Husmann, directeur Plant One: Minister Verhagen opende in mei een nieuwe testfaciliteit voor duurzame procestechnologie in de regio Rijnmond: Plant One. De Rotterdamse industrie streeft naar efficiëntere processen. Plant One helpt daarbij door een oplossing te bieden voor het op industriële schaal testen van duurzame procestechnologie. Wij hebben alle nodige voorzieningen en vergunningen om dit snel en efficiënt te kunnen doen. De pilotlocatie onderscheidt zich van andere initiatieven door de grootschalige aanpak en de focus op meerdere technieken. 17

Final Investment Decision werd officieel in februari 2012 ondertekend, mede dankzij de inzet van de RCI-partners. Het doel van het netwerk is de stoom van de ene fabriek te transporteren naar omliggende fabrieken, die stoom als productiemiddel nodig hebben. Deze fabrieken wekken hun stoom nu tegen hoge kosten op met fossiele brandstof. Het eerste deel van het netwerk wordt aangelegd in het westelijk deel van het industrie gebied, maar het doel is om op afzienbare termijn het netwerk in de Botlek door te trekken. Fabrieken langs het tracé kunnen dan stoom invoeren of afnemen, al naargelang hun behoefte. Met het gehele stoomnetwerk wordt de CO 2 -uitstoot met meer dan 200.000 ton per jaar teruggedrongen. Dat zorgt ook voor een betere luchtkwaliteit. Hotels en congrescentra gaan voor duurzaam In 2011 werd concreet vervolg gegeven aan de onder tekening van de overeenkomst Duurzame Hotels en Congreslocaties Rotterdam door 29 hotels en congreslocaties. Vijftien locaties die aan de slag gingen met het verminderen van hun milieubelasting en het verduurzamen van hun bedrijfsvoering, behaalden het Green Key-label, waarvan elf in de hoogst haalbare categorie goud. Het totaal komt daarmee eind 2011 op 21 locaties. De bedrijven zijn gedurende het traject ondersteund met themabijeenkomsten om ze in de opstartfase op weg te helpen naar de certificering. Hierin werden ervaringen tussen de deelnemers uitgewisseld en kreeg het informeren over door bedrijven zelf aangedragen onderwerpen aandacht. Ziekenhuizen Rijnmondgebied volgen energiemasterclasses Van alle gebouwen in de gemeenten Rotterdam, Spijkenisse, Capelle aan den IJssel en Schiedam nemen ziekenhuizen circa 4% van het energieverbruik voor hun rekening. De Rijnmondziekenhuizen stoten hiermee jaarlijks circa 125.000 ton CO 2 uit. Uit onderzoek blijkt dat ziekenhuizen gemiddeld 12% energie kunnen besparen. Alle negen ziekenhuizen in het Rijnmondgebied deden daarom in 2011 mee aan vier energie masterclasses, bedoeld om kennis en ervaring over energiebesparing uit te wisselen. Duurzame Daden In de periode december 2011 - december 2013 worden door onder meer de Rotter- Wethouder Van Huffelen en samenwerkingspartners (VvE010, Warmtebedrijf Rotterdam, WAIFER, corporaties Woonbron, Woonstad Rotterdam, Havensteder en de Woningbouwvereniging Hoek van Holland) tekenden de samenwerkingsovereenkomst Duurzame Daden. damse woningcorporaties, WAIFER Nederland BV en de gemeente Rotterdam 2500 bestaande Rotterdamse woningen gerenoveerd en verduurzaamd met minimaal twee energielabelstappen. Dat is de kern van de samenwerkingsovereenkomst Duurzame Daden, die op 14 december werd getekend. Duurzame Daden gaat Rotterdamse burgers en marktpartijen faciliteren en verbinden om zo de verduurzaming van de bestaande woningvoorraad te versnellen, te verbeteren en goedkoper en leuker te maken. De aanpak leidt tot minder energieverbruik en kostenbesparing voor eigenaren en bewoners. Het verduurzamen van de bestaande woningvoorraad in Rotterdam is onderdeel van het rijksprogramma Blok voor Blok. Duurzame Daden strekt zich uit naar zowel huurders in corporatiewoningen als particuliere eigenaren, al dan niet verenigd in VvE s. Beurs-WTC Congress & Event Center behaalde in 2011 het gouden Green Key-label. Vergroening vastgoed via unieke constructie De Rotterdamse groene gebouwen-aanpak maakt de gemeentelijke vastgoedportefeuille per gebouwgroep duurzamer door energiebesparende maatregelen. De gemeente Rotterdam is in april 2011 een openbare aanbesteding gestart om de komende jaren haar vastgoed te verduurzamen en zo de CO 2 -uitstoot sterk te verminderen. Omdat gemeentelijke zwembaden groot verbruikers zijn van energie en water, is begonnen met deze gebouwgroep als pilot. De pilot leidt tot 18

34% besparing op de energiekosten van de zwembaden, wat neerkomt op een bedrag van 3,4 miljoen euro, een vermindering van de CO 2 -uitstoot van bijna 2.000 ton per jaar en een betere water- en luchtkwaliteit in de baden. De energiebesparing wordt uiteindelijk gerealiseerd door een partij die hiervoor specifiek als opdrachtnemer verantwoordelijk is, een zogenaamde Energy Service Company (ESCo). De ESCo sluit hiervoor een Energie Prestatie Contract (EPC) af met de gemeente Rotterdam en is tevens verantwoordelijk voor de benodigde investeringen. Rotterdam is hiermee de eerste gemeente in Nederland die gebruikmaakt van deze manier van publiekprivate samenwerking. Het Rijk kende op 28 november via de Green Deal een financiële bijdrage toe van 1 miljoen euro voor de verdere uitrol van de Rotterdamse groene gebouwen-aanpak (retrofit), met een focus op scholen. Klimaatstraatfeest Het Klimaatstraatfeest is de grootste energiebesparingswedstrijd van Nederland. Ook Rotterdam deed in 2011 mee aan deze klimaatcompetitie. De Rotterdamse Schieveenstraat werd uitgeroepen tot beste klimaatstraat van Rotterdam en werd nummer twaalf van Nederland met 68.802 punten. Op 14 mei werden de bewoners gehuldigd met de officiële overhandiging van het bord met het opschrift Beste Klimaatstraat van Rotterdam. In totaal meldden 155 Rotterdamse straten zich aan, 31 hiervan belandden uiteindelijk in de top-500 van Nederland. Scheidingstechnologie heeft in de procesindustrie een belangrijk aandeel in het totale energieverbruik. Nieuwe inzichten in De Rotterdamse Schieveenstraat werd uitgeroepen tot beste klimaatstraat van Rotterdam en nummer twaalf van Nederland. bijvoorbeeld pervaporatie vinden inmiddels hun weg naar de Deltalinqs-leden. En verder Eneco heeft in september met wooncorporaties Havensteder, Vestia, Woonbron en Woonstad een raamovereenkomst gesloten voor de levering van industriële restwarmte aan woningen op de noord oever van Rotterdam. In 2011 zijn energieadviezen gegeven aan circa 8.000 huishoudens met lage inkomens. Voor deze 8.000 huishoudens levert dat naar verwachting 10% CO 2 -reductie en jaarlijks circa 100 euro aan besparing op. Behalve hotels, congrescentra en ziekenhuizen hebben twaalf bedrijven in de kantorenbranche (makelaars en beheerders) voorlichting gehad over energiebesparing; zij gaan hiermee in hun bedrijfs voering rekening houden. Met 13 partijen kwam een concrete businesscase voor de centrale verwerking van zuiveringsslib tot stand. De realisatie is voorzien voor 2012. Holland Container Innovation heeft het ISO-certificaat gekregen voor zijn gepatenteerde klapcontainer. Vanwege de grote ruimtebesparing bij het transport van lege containers draagt deze klapcontainer bij aan een betere luchtkwaliteit en een vermindering van de CO 2 -uitstoot. Om die reden is deze ontwikkeling gesteund door het RCI. Scheidingstechnologie heeft in de procesindustrie een belangrijk aandeel in het totale energieverbruik. Daarom stond dit thema ook in 2011 tijdens een Deltalinqs Energy Forum-workshop centraal. Nieuwe inzichten in membraantechnologie, kristallisatie (en de relatie met restwarmte), contactdrogen en pervaporatie vinden inmiddels hun weg naar de Deltalinqs-leden. Vanuit het Deltalinqs Energy Forum is in 2011 een postacademische cursus energie-efficiëntie in de industrie aangeboden. Deze Engelstalige cursus bestaat uit videocolleges van de universiteit Gent, met een sterke relatie naar de industriële praktijk. Voorjaar 2012 start de volgende cursus. Het Innovatie Centrum Duurzaam Bouwen was in september gastlocatie voor de Dutch Green Building Week. Deze werd georganiseerd door de Dutch Green Building Council. Het doel was om Nederland te inspireren om actief met duurzaam bouwen en ontwikkelen aan de slag te gaan. 19

Effectenmonitor Doel industrie: Jaarlijkse verbetering van de energie-efficiency met 2%. Indicator: Jaarlijkse energie-efficiency voor de industrie. Begin 2012 heeft Agentschap NL de resultaten voor de energie-efficiency (EE), het energieverbruik per eenheid product, van de Rotterdamse industrie bepaald1. Voor de jaren 2006, 2009 en 2010 waren gegevens beschikbaar. Voor de totale Rotterdamse industrie is het resultaat van 0,9% jaarlijkse EE-verbetering voor de periode 2006-2010 vergelijkbaar met de Nederlandse industrie. De bij Deltalinqs aangesloten leden behaalden een betere score: gemiddeld 1,6% per jaar. Uitgaande van 1,6% besparing per jaar en een autonome winst van 1%, betekent dit dat door de Deltalinqsleden, die 84% van het totale energieverbruik van de Rotterdamse industrie omvatten, jaarlijks al 125 kton CO 2 -uitstoot extra bespaard wordt. Toch heeft de verbetering van de energie-efficiency bij de industrie vooralsnog geen aanvullende CO 2 -reductie opgeleverd. De besparing door de Deltalinqsleden werd teniet gedaan door de resterende Rotterdamse industrie. Het energiecluster heeft een energiebesparing van 2,9% behaald, vooral door de bouw van nieuwe installaties met een hoger rendement (WKK s). Voor het behalen van het doel van jaarlijks 2% verbetering van de energie-efficiency is nog aanvullende inzet nodig. 1 Energie-efficiency in de Rotterdamse industrie, AgenschapNL, maart 2012. Tabel Energie-efficiency Rotterdamse industrie 2006-2010 Cluster Energieverbruik 2006-2010 Productie 2006-2010 Efficiencywinst 2010 (tov 2006) Besparing per jaar (gemiddeld) Energie +29% +45% 11% 2,9% Industrie totaal -1,4% +2,0% 3,4% 0,9% MEE1-0,8% +2,6% 3,3% 0,8% MJA2-7,1% -3,3% 3,9% 1,0% DEF-leden (ex energie) -3,4% +2,9% 6,1% 1,6% 1 MEE: Meerjarenafspraken Energie Efficiëntie voor de bedrijven die onder het Europese emissiehandelsysteem (ETS) vallen. 2 MJA: Meerjarenafspraken tussen overheid en bedrijven over energie-efficiency. 20