Studiegids 2015 2016 hbo bachelor Verloskunde propedeutische fase post propedeutische fase



Vergelijkbare documenten
Hbo-bachelor verloskunde

Studiegids hbo bachelor Verloskunde propedeutische fase post propedeutische fase

Kwaliteitsprofiel Verloskundige Echoscopist maart 2011

Landelijk Opleidingscompetentieprofiel. Master Physician Assistant

Beroepssituaties. A. Beroepssituaties eerstelijns praktijk. Beroepssituatie 1: Telefonisch consult (prenataal, nataal, postnataal)

KORTE PRAKTIJK BEOORDELING STAGE. Augustus Samen willen groeien

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

Bij de MSF (verwijzers) is het verplicht minimaal 3 verwijzers een vragenlijst te sturen, voor de

Competentieprofiel van de opleider CHVG

Programma Startassessment. Kort overzicht met Kerncompetenties. Herregistratie Wet BIG

Gedragsindicatoren HBOV cohort

Instituut voor Gezondheidszorg

Studiegids hbo bachelor Verloskunde propedeutische fase post propedeutische fase

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Competentieprofiel kaderhuisarts

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

Visie Preall Auteur: Kerngroep/MR januari 2016 Definitief 1.0

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde

Stagedoelstelling exploratiestage

Instituut voor. Gezondheidszorg. Naam student. Studentnummer. Jaar. Praktijkbeoordelingsformulier Opleiding Verpleegkunde Hogeschool Rotterdam

Gedragsindicatoren HBOV cohort en VMH

Instituut voor Gezondheidszorg

Beleidsplan VSV Kracht

Toelichting De kerncompetentie vakinhoudelijk handelen vormt de rode draad van elke leerweg. De andere kerncompetenties zijn daarbij ondersteunend.

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Verzamelen en interpreteren van gegevens

Gespreksdocument Inleiding Doel Werkwijze

1.4. De kinderverpleegkundige organiseert en coördineert de verpleegkundige zorg rond het zieke kind.

Checklist Coachingscompetenties t.b.v. Sociaal Emotionele Accreditatie

gestructureerd activiteitenprogramma, zodat dit goed leesbaar en hanteerbaar is.

Competentieprofiel van de genetisch consulent

Standaard-actieplan stage 2 (PL2)

ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Bijlage, Bachelor Opleiding Docent Muziek

Functionele omschrijving van de voedingsprofessional BeweegKuur

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

Amsterdam School of Health Professions (ASHP) Opleiding Verpleegkunde. Stagegids Jaar 4. Jaar 4, Blok 3 & 4 Semester II

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Verzorgende IG. Werkversie /9 Verzorgende IG v0.1

1. Interpersoonlijk competent

Verkorte blauwdruk WO-masteropleiding Verloskunde

Medical Imaging/ Radiation Oncology Masteropleiding Haarlem

In de praktijk wat kan, op school wat moet

Samen werken aan betere geboortezorg voor moeder en kind!

Tijd Doel Werkvorm Benodigdheden

Profiel. Opleidingsmanager HBO-Rechten. 10 mei Opdrachtgever Hogeschool van Amsterdam Faculteit Maatschappij en Recht

Studiegids hbo bachelor Verloskunde propedeutische fase post propedeutische fase

Informatie voor assessoren bij het 2 e jaars gedragsassessment

KNMG opleiding SCEN-arts

Zorginnovaties en technologie

Competentie 1 Ondernemerschap Initiëren en/of creëren van producten en/of diensten, zelfstandig en ondernemend.

Visie op verpleegkundige professionaliteit

Raamplan Artsopleiding 2009

Thema: Cliënt centraal

Gespreksdocument Handleiding Eindgesprek

KWALIFICATIESTRUCTUUR SPORT 2012

Begrippenlijst. Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden. Register Zorgprofessionals. Uitvoeringsregelingen

Begrippenlijst. Kwaliteitsregister Verpleegkundigen & Verzorgenden. Register Zorgprofessionals. Uitvoeringsregelingen

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

ALGEMENE INSTRUCTIE EXAMINERING BEROEPSOPDRACHT A (BOL)

Inleiding. Eerstelijns verloskundigen en praktijkhouders Regio Leeuwarden, -juni 2017-

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Standaard-actieplan stage 4 (PL4)

Amsterdam School of Health Professions (ASHP) Opleiding Verpleegkunde. Stagegids Jaar 4. Jaar 4, Zomerstage (7-7-14/ )

BPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie

Opleiding: Eerst Verantwoordelijke Verzorgende met plus (EVV met plus)

Wielertrainer 2 Kwalificatieprofiel

Bijlage Beroepscompetenties Verloskundigen

Voor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.

Competentie- en indicatorenoverzicht Masteropleiding Leren en Innoveren Hogeschool Rotterdam IVL/Kenniskring Versterking Beroepsonderwijs

Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving

WORKSHOPHANDLEIDING Het Verbeterplan

Mensen met licht verstandelijke beperking met moeilijk verstaanbaar gedrag

Toetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie

Toelating tot de opleiding

Competentieprofiel arts Maatschappij en Gezondheid

Standaard-actieplan stage 1 (PL1)

Opleidingsstatuut Bacheloropleiding Automotive Studiejaar Regeling Externe toezichthouders bij examens

Slaagt erin om met de verschillende rollen van de IPS-trajectbegeleider binnen de IPS-praktijk om te gaan

Herregistratie BIG-register

1. Algemene informatie over kwalificatie

Midwifery Science. onderzoeksprogramma AVM. Marianne Nieuwenhuijze RM MPH

kempelscan K1-fase Eerste semester

Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017

Visie Dimence Groep op VerpleGinG en VerzorGinG

Academiejaar 2013/2014. navorming. Mentor Klinisch Onderwijs. Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen

Teamscan op accreditatiewaardigheid

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk BOL Leerjaar 3 Praktijk

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Leraar basisonderwijs LB

INHOUDSOPGAVE ALGEMEEN Aard van dit document Informatie en communicatie Inwerkingtreding en duur

Handleiding Kwaliteitszorg BOL, tweede jaar, periode 3

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017

Standaard-actieplan stage 3 (PL3)

Transcriptie:

Studiegids 2015 2016 hbo bachelor Verloskunde propedeutische fase post propedeutische fase Toekomstgerichte verloskunde op hoog niveau

Het is nadrukkelijk verboden zonder schriftelijke toestemming van de Academie Verloskunde Maastricht/Zuyd Hogeschool materiaal te kopiëren of te verspreiden. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 2

Inhoudsopgave 1. Voorwoord 8 2. Organisatie 9 2.1. Missie en Visie 9 2.2. Organisatiestructuur 9 2.3. Commissies 10 2.3.1. Opleidingscommissie 10 2.3.2. Examencommissie 11 2.3.3. Curriculumcommissie 12 2.3.4. Centrale Toetscommissie 12 2.3.5. Werkveldcommissie 12 2.4. Kwaliteitsbewaking 13 2.4.1. Evaluatie theorie onderwijs 13 2.4.2. Evaluatie praktijk onderwijs (stages) 14 2.4.3. Nationale Studentenenquête 14 2.5. Studievereniging HERA 14 3. Opleiding Verloskunde: de uitgangspunten 16 3.1. Beroeps- en opleidingskaders 16 3.1.1. Verloskunde in Nederland 16 3.1.2. Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) 17 3.1.3. Beroepsprofiel verloskundige 18 3.2. Didactische concept: probleemgestuurd onderwijs 18 3.3. Visie op verloskunde 19 3.4. Visie op onderwijs en leren 21 3.5. Toelating tot de Opleiding Verloskunde 22 4. Curriculum 24 4.1. Algemene indeling curriculum 24 4.2. Einddoelen en competenties 24 4.2.1. Verloskundig handelen binnen verloskundige domeinen 25 4.2.2. Beschrijving werkprocessen per verloskundig domein 26 4.2.3. Competenties 29 4.2.4. Competenties met bijbehorende gedragsindicatoren per cursusjaar 30 Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 3

4.3. Professioneel gedrag 63 4.4. Onderwijsvormen 64 4.4.1. Casuïstiek 64 4.4.2. Colleges 65 4.4.3. Journal Clubs 65 4.4.4. Onderwijspoli 67 4.4.5. Onderwijsgroepen 67 4.4.6. Vaardigheidsonderwijs 69 4.4.7. Workshops 70 4.5. Organisatie van het onderwijs 70 4.5.1. Organisatie onderwijsperiodes 70 4.5.2. Indeling in onderwijsgroepen 70 4.5.3. Vaardigheidsmaterialen en oefenfantomen 71 4.6. Tentamens 72 4.6.1. Tentamens gebonden aan een blok/periode/themaweek 72 4.6.2. Tentamens overstijgend aan een blok/periode/themaweek 74 4.6.3. Locatie tentamens 75 4.7. Minors 76 4.8. Honoursprogramma Research 79 4.9. Studieloopbaanbegeleiding 79 4.10. Studentendecaan 80 5. Stage 81 5.1. Overzicht stageperiodes en stagegesprekken 82 5.2. Beschrijving handelingsniveaus stageperiodes 83 5.3. Schriftelijke verslaglegging 86 5.3.1. Beschrijving beginsituatie 86 5.3.2. Voorbereiding introductiegesprek 87 5.3.3. Persoonlijke leerdoelen formuleren: SMART 87 5.3.4. Logboekformulieren 90 5.3.5. Consultformulieren 91 5.3.6. Syntheseformulieren 91 5.3.7. Evaluatieverslag 91 5.3.8. Beoordelingsformulieren 92 Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 4

5.3.9. Verrichtingen 93 5.3.10. Partusverslagen tijdens de stages 95 5.3.11. Het logboek 95 5.3.12. Inleveren formulieren 96 5.4. Gesprekken tijdens de stage 97 5.4.1. Docentbegeleidergesprek 97 5.4.2. Het introductiegesprek 98 5.4.3. Dagelijkse evaluatiegesprekken 99 5.4.4. Synthesemoment (SM) 99 5.4.5. Tussenbeoordelingsgesprek (TB) 100 5.4.6. Eindbeoordelingsgesprek (EB) 100 5.4.7. Aanwezigheid docentbegeleider stagegesprekken 101 5.5. Rol en taken van de betrokken stagepartijen 102 5.5.1. Rol en taken van de docentbegeleider 102 5.5.2. Rol en taken van de stagebegeleider 102 5.5.3. Rol en taken van de student 102 5.6. Rol en taken van de opleiding 104 5.6.1. Stage-informatie op Blackboard en AVMS 104 5.6.2. Extra stagebegeleiding 104 5.6.3. Terugkombijeenkomsten (TKB s) 106 5.6.4. Vrijstelling stage voor TKB en tentamen 107 5.7. Beoordelen stages 107 5.7.1. Stagebeoordelingscommissie (SBC) 107 5.7.2. Beoordeling professioneel gedrag (BBP) 107 5.8. Herkansingen van stage 108 5.8.1. Propedeutische fase 108 5.8.2. Postpropedeutische fase 108 5.8.3. Herhaalde herkansing 109 5.9. Volgtijdelijkheid stages 112 5.10. Voortijdig staken van de stage 112 5.11. Deelnameplicht stages 112 5.12. Aanwezigheid van studenten gedurende de stage 112 5.13. Extra stage hechten/ zetten episiotomie 113 Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 5

5.14. Bevoegd en bekwaam tijdens de stages 113 5.15. Stage in vrije tijd 118 5.16. Vrijwillige stage in ontwikkelingslanden 118 5.17. Werken in de kraamzorg tijdens de opleiding 119 5.18. Stagevergoeding 120 5.19. Stageplanning met AVMS 120 5.20. Stagevoorkeursplaats 122 5.21. Tegemoetkoming in de stagekosten 123 6. Praktische zaken-abc 126 6.1. AVM-card 126 6.2. Beëdiging 126 6.3. Bereikbaarheid AVM (fiets, auto, trein) 127 6.4. Bereikbaarheid teamleiders 127 6.5. BIG-registratie 128 6.6. Blackboard 130 6.7. Bureau Inschrijving 130 6.8. Bureau Onderwijs 130 6.9. Collegegeld 131 6.10. Communicatie 131 6.11. Communicatie en Social Media 132 6.12. DUO 133 6.13. Eigen bijdrage 133 6.14. Hardheidsclausule OV-kaart 133 6.15. Hepatitis B vaccinatie 134 6.16. Huisvesting tijdens stages 135 6.17. ICT-voorzieningen 135 6.18. Inzet studenten bij (onderwijs)activiteiten en werkzaamheden AVM 137 6.19. Klachtencommissie en vertrouwenspersoon 137 6.20. Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV) 138 6.21. Mantoux 138 6.22. Mensa 139 6.23. MRSA 139 6.24. Ombudsman 140 Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 6

6.25. Onderwijsruimtes 140 6.26. Ongevallenverzekering en WA-verzekering 141 6.27. Openingstijden AVM gebouw en overige universiteitsgebouwen 142 6.28. Osiris 142 6.29. POI s 143 6.30. Postvakken en lockers 143 6.31. Prikaccident 143 6.32. Privacyreglement 144 6.33. Receptie 145 6.34. Spatbril 145 6.35. Stichting Bijzondere Voorzieningen Moederschapszorg 145 6.36. Studentenvoorzieningen Maastricht 146 6.37. Symposiumbezoek 146 6.38. Universiteitsbibliotheek (UB) en studielandschap 146 6.39. Vrije feestdagen tijdens stage 147 6.40. Ziekmelding 148 7. Lectoraat Midwifery Science 149 7.1. Lectoraat Midwifery Science 149 7.2. Onderzoeksomgeving lectoraat Midwifery Science 149 7.3. Onderzoeksthema s 150 7.4. European Master of Science in Midwifery 150 8. Leven Lang Leren 152 8.1. Op het snijvlak van verloskunde en onderwijs 152 8.2. Producten 152 9. Bijlagen 153 9.1. Procedure wijziging studiebegeleider (SB)/ docentbegeleider (DB) 153 9.2. Procedure aanvraag vrijstelling 154 9.3. Procedure symposiumaanvraag 156 9.4. Procedure vaardigheidsmaterialen 158 9.5. Procedure tegemoetkoming onderzoekskosten minor 160 Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 7

1. Voorwoord Beste studenten, (gast)docenten en stagebegeleiders Dit is de studiegids 1 van de Academie Verloskunde Maastricht (AVM) voor het studiejaar 2015-2016. De AVM is onderdeel van de faculteit Gezondheidszorg van Zuyd Hogeschool en bestaat uit de hbo-bachelor Verloskunde, het lectoraat Midwifery Science en Leven Lang Leren. Deze studiegids is het spoorboekje van de opleiding verloskunde aan de AVM en biedt veel praktische informatie over de inhoud en organisatie van de opleiding. Naast deze studiegids is er een Onderwijs- en Examenregeling (OER) met de uitwerking op opleidingsniveau van de Model Onderwijs- en Examenregeling (MOER) van Zuyd Hogeschool. We hopen dat deze studiegids een goede wegwijzer is voor iedereen die bij de opleiding betrokken is. Willeke Boom en Korine Meulepas, Teamleiders hbo-bachelor Verloskunde 1 Deze studiegids is zo zorgvuldig mogelijk samengesteld; desondanks zou er in de weergave van regelingen of de interpretatie ervan sprake kunnen zijn van onjuistheden. Te allen tijde blijven de oorspronkelijke en formele regelingen van kracht. Aan de inhoud van deze studiegids kunnen daarom geen rechten worden ontleend. Voor alle gegevens uit deze gids geldt het voorbehoud van wijzigingen (zoals data) en kennelijke drukfouten. Ingrijpende wijzigingen zullen altijd zo snel mogelijk worden bekendgemaakt. In deze studiegids is gekozen voor de vrouwelijke vorm, de meeste studenten zijn vrouwen. Daar waar zij staat kan ook hij worden gelezen. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 8

2. Organisatie 2.1. Missie en Visie De missie van de AVM is Creating the future of Midwifery. Dit doen wij volgens onze visie: AVM leidt studenten op tot toekomstbestendige verloskundigen die als hoogopgeleide professionals functioneren in de geboortezorg. AVM is het kenniscentrum van Zuyd voor de fysiologische verloskunde en heeft (inter)nationale impact. Onderzoek, academisering en verloskundige expertise zijn nauw met elkaar verweven in de onderwijsprogramma s op (post)bachelor-, master- en PhD-niveau. Deze ontwikkelen we in co-creatie met professionals in de geboortezorg, andere onderwijsinstellingen en de cliënt. 2.2. Organisatiestructuur De AVM is ingericht volgens drie inhoudelijke pijlers; de hbo-bachelor Verloskunde, het lectoraat Midwifery Science en Leven Lang Leren. De activiteiten van de hbo-bachelor Verloskunde zijn gericht op de organisatie, uitvoering en optimalisering van de opleiding Verloskunde. Het lectoraat Midwifery Science ontwikkelt en implementeert activiteiten die bijdragen aan de verwetenschappelijking van de opleiding Verloskunde en het wetenschapsdomein Midwifery, zowel op het gebied van onderwijs als op het gebied van onderzoek. Leven Lang Leren richt zich op de organisatie, uitvoering en ontwikkeling van bij- en nascholingen voor het werkveld: verloskundigen en andere verwante beroepsbeoefenaren. De dagelijkse leiding van de AVM is in handen van de drie teamleiders; Willeke Boom, Korine Meulepas en Marianne Nieuwenhuijze. Samen vormen zij het Kernteam. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 9

CvB Zuyd Hogeschool Directeur Faculteit Gezondheidszorg Bedrijfsbureau Facultaire Medezeggenschapsraad (FMR) HR Directiesecretariaat Finance & Control Academie Verloskunde Maastricht Overige opleidingen faculteit Gezondheidszorg Managementondersteuning Kernteam AVM Lectoraat Midwifery Science Bachelor Verloskunde Leven Lang Leren Secretariaat Lectoraat Studenten- en examensecretariaat Onderwijssecretariaat Secretariaat Leven Lang Leren Stage secretariaat Onderzoekers en docenten Onderzoekers en docenten Onderzoekers en docenten Organogram AVM 2.3. Commissies Ten behoeve van de organisatie van het onderwijs is een aantal commissies ingesteld. Deze commissies hebben taken die liggen op het terrein van onderwijsbeleid en het creëren van randvoorwaarden waarbinnen de voorbereiding, coördinatie en uitvoering van het onderwijs optimaal kunnen verlopen. 2.3.1. Opleidingscommissie In de Regeling Opleidingscommissie Zuyd Hogeschool, zijn de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de Opleidingscommissie vastgelegd. Deze regeling is in te zien op Zuydnet. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 10

De Opleidingscommissie is samengesteld uit vier docenten, vier studenten (1 per leerjaar) en 4 plaatsvervangende studenten (1 per leerjaar) van de opleiding. In 2015-2016 is de samenstelling als volgt: Han Hensen, docent lid; Astrid Merkx, docent lid; Jeannette Osterhaus, docent lid; Kiki Tillmann, docent lid; Anke ten Barge Coes, student lid cursusjaar 4; vacature, student lid cursusjaar 4; Tessa Verbeek, student lid cursusjaar 3; vacature, student lid cursusjaar 3; Jori van Oosterhout, student lid cursusjaar 2 Evi Vlassak, student lid cursusjaar 2 vacature, student lid cursusjaar 1; vacature, student lid cursusjaar 1. Student-leden krijgen vrijstelling van het onderwijs ten tijde van de vergaderingen van de opleidingscommissie en een financiële vergoeding voor de bijgewoonde vergaderingen. 2.3.2. Examencommissie In de Regeling voor de Examencommissies van Zuyd Hogeschool zijn de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de Examencommissie vastgelegd. Deze regeling is in te zien op Zuydnet. De Examencommissie bestaat uit 6 leden, 5 docenten van de AVM en één extern lid: Marjolein Gravendeel, lid; Emer Hageraats, lid; Irene Korstjens, voorzitter; Anny Kuypers, lid; Reny Thoren, secretaris; Myrto Motten, extern lid. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 11

De vergaderdata van de Examencommissie staan in het jaarrooster (Blackboard) vermeld. Verzoeken aan de Examencommissie kunnen schriftelijk gedaan worden aan het secretariaat van de examencommissie door middel van een bijlage bij een e-mail aan het secretariaat van de examencommissie (examencommissie@av-m.nl). 2.3.3. Curriculumcommissie Deze commissie is verantwoordelijk voor de inhoud van het curriculum. De curriculumcommissie bestaat uit: Willeke Boom, voorzitter; Els Bosch; Darie Daemers; Simone Mets; Korine Meulepas; Marianne Nieuwenhuijze. 2.3.4. Centrale Toetscommissie Deze commissie is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit en samenhang van alle tentamens van de gehele opleiding. De centrale toetscommissie bestaat uit: Luc Budé; Xandra Janssen; Simone Mets; Reny Thoren. 2.3.5. Werkveldcommissie De werkveldcommissie heeft de taak om de AVM gevraagd en ongevraagd te adviseren over de aansluiting van de opleiding op het werkveld. De samenstelling van de werkveldcommissie is zodanig dat een zo goed mogelijke afspiegeling van het werkveld wordt gevormd. De werkveldcommissie van de AVM bestaat uit: Manon Aué, zelfstandig kraamzorgondernemer Laren Robert Aardenburg, gynaecoloog Zuyderland Ziekenhuis Sittard/Heerlen Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 12

Marjolein Gravendeel, docent AVM Dieuwke Ottens, eerstelijns verloskundige Haarlem Irma Stegeman, klinisch verloskundige Radboud Medisch Centrum Nijmegen Femke Wasscher, eerstelijns verloskundige Wijchen Vacature, klinisch verloskundige 2.4. Kwaliteitsbewaking Niet alleen door de hogeschool zelf, maar ook door externe partijen, wordt geregeld onderzoek gedaan om een beeld te krijgen van de kwaliteit van een opleiding. Zuyd Hogeschool zelf legt de lat hoog. Zeventig procent van de opleidingen moet uiteindelijk tot de besten van het land gaan behoren of op zijn minst beter scoren dan gemiddeld. Tien procent moet zelfs bij de absolute top zitten. Uitgangspunt van de kwaliteitszorg binnen de AVM is dat we met kwalitatief goed onderwijs de kwaliteit van de verloskundige zorg en daarmee de toekomst van de verloskunde willen waarborgen. Daarom besteden we veel aandacht aan de kwaliteit van het onderwijs. De AVM heeft de kwalificatie excellente opleiding gekregen. 2.4.1. Evaluatie theorie onderwijs Aan het eind van elke blokperiode wordt aan iedere student gevraagd om, aan de hand van een digitaal vragenformulier, haar mening te geven over de betreffende periode. Na verwerking en analyse van de gegevens worden de resultaten besproken en vastgelegd in een kwaliteitsverslag van de periode. Het kwaliteitsverslag bevat ook de eventuele verbeterpunten die gerealiseerd moeten worden. In het daaropvolgende jaar wordt nagegaan in hoeverre actiepunten hebben geleid tot verbetering van het onderwijs. Voor de bewaking van de totale kwaliteit van het onderwijs zijn diverse commissies verantwoordelijk (o.a. Curriculumcommissie, Opleidingscommissie, Jaarplanningsgroep en Examencommissie). Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 13

2.4.2. Evaluatie praktijk onderwijs (stages) De AVM verzamelt regelmatig diverse gegevens over de gang van zaken tijdens de stages van studenten. Met behulp van een vragenlijst wil de opleiding een indruk krijgen van de mening van studenten over een aantal aspecten van de stages. Na afloop van elke stage wordt aan studenten gevraagd om de digitaal beschikbare vragenlijst in te vullen. De antwoorden worden vanzelfsprekend vertrouwelijk behandeld. Programmaevaluatiegegevens worden niet gekoppeld aan en zijn op geen enkele wijze van invloed op de stage beoordeling. 2.4.3. Nationale Studentenenquête Naast de evaluatie van de diverse onderwijsactiviteiten wordt jaarlijks onder alle studenten de Nationale Studenten Enquête (NSE) gehouden. Door deze resultaten krijgen Zuyd Hogeschool en de AVM een goed beeld van de tevredenheid van de studenten over de opleiding als totaal. Samen met de resultaten van de tweejaarlijkse enquête onder de afgestudeerden worden deze gegevens, naast de gegevens uit andere evaluaties, gebruikt om zo de kwaliteit van de opleiding verder te verbeteren. Er wordt veel gedaan om de gestelde kwaliteit te realiseren en deze goed te bewaken. We zijn van mening dat we daar goed in slagen. Dat blijkt niet alleen uit de eigen evaluatiegegevens. Zo scoort in de onafhankelijke Nationale Studenten Enquête 2015 de AVM met betrekking tot kwaliteit wederom als beste opleiding Verloskunde van Nederland. 2.5. Studievereniging HERA De AVM heeft een eigen studievereniging, genaamd M.S.V. Hera. Een studievereniging is een vereniging die opleidingsgebonden is. Dat wil zeggen dat Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 14

alleen studenten van de AVM lid kunnen worden. M.S.V. Hera is het overkoepelende orgaan tussen studenten en docenten. De studievereniging dankt haar naam aan de Griekse godin Hera. Hera is de beschermgodin van het huwelijk en als vruchtbaarheidsgodin begeleidt zij de geboorte van een kind. Zoals ze haar naam eer aan doet waakt Hera over de AVM-familie en helpt zij om je de weg te wijzen bij de AVM en stimuleert ze je persoonlijke ontwikkeling. Als lid profiteer je van enorm veel voordelen. Denk hierbij aan korting op boeken, instrumentarium en disposables. Naast deze voordelen organiseert M.S.V. Hera allerlei leerzame en sociale activiteiten zoals gastcolleges, ledenuitjes en borrels. M.S.V. Hera is opgericht door studenten en wordt onderhouden door studenten. Zij wordt bestuurd door een jaarlijks bestuur en ondersteund door enthousiaste studenten in commissies. Buiten een functionele en leerzame taak, helpt Hera jou om alles uit je studententijd te halen. Want, je studeert maar 1 keer! Contact: msvhera@outlook.com of www.msvhera.nl. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 15

3. Opleiding Verloskunde: de uitgangspunten 3.1. Beroeps- en opleidingskaders Tijdens de opleiding Verloskunde aan de AVM worden studenten opgeleid tot toekomstbestendige verloskundigen die als hoogopgeleide professionals functioneren in de geboortezorg. Zij worden primair opgeleid om te gaan werken binnen het Nederlands verloskundig zorgsysteem met als expertise het normale verloop van de zwangerschap, de bevalling en het kraambed (de fysiologische verloskunde). De kaders van het beroep en de opleiding worden gesteld door de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) en de Wet op het Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW). De einddoelen van de opleiding Verloskunde van de AVM zijn geborgd binnen de volgende (landelijk) vastgestelde eisen aan het beroep: o Beroepsprofiel Verloskundige (2014 KNOV, Bilthoven), hierna genoemd het beroepsprofiel. o Landelijk opleidingsprofiel o Besluit van 23 mei 2014, houdende regels inzake de opleiding tot en de deskundigheid van de verloskundige (Besluit opleidingseisen en deskundigheidsgebied verloskundige 2014). Daarnaast is de inhoud van de opleiding geborgd binnen de EUregelgeving (directive 2005/36/EC, Section 6, Article 40). Ten slotte is, om het hbo-bachelorniveau van de opleiding te waarborgen, de inhoud van de opleiding afgestemd op de Europees vastgestelde zogenaamde Dublin-descriptoren. 3.1.1. Verloskunde in Nederland Een verloskundige begeleidt zwangere vrouwen voor, tijdens en na hun bevalling, en steeds vaker ook al voor de zwangerschap. Zij is verantwoordelijk voor de gezondheid van moeder en kind. Verder biedt ze de vrouw (en haar partner) informatie en ondersteuning. De verloskundige is in de eerste plaats een medisch professional. Op grond van Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 16

haar medische kennis is de verloskundige in staat de juiste onderzoeken te doen, adviezen te geven en te beslissen wanneer ze een vrouw moet verwijzen naar een gynaecoloog of andere specialist. Ook werken veel verloskundigen in de klinische setting. Binnen deze setting zijn zij de professionals die, zelfs wanneer er sprake is van verhoogd risico, de normalty of birth bewaken en in samenspraak met de gynaecoloog verloskundige zorg te verlenen. Maar een verloskundige is meer dan een medisch professional; zij is ook een coach tijdens de hele periode van zwangerschap, bevalling en kraambed. In haar rol van coach is de verloskundige iemand die goed bereikbaar is en die tijd uittrekt voor haar cliënten. Zij is een bron van informatie op allerlei gebieden, van erfelijkheidsonderzoek tot het regelen van kraamzorg. Daarnaast is zij een vertrouwenspersoon. Een goede vertrouwensband tussen cliënt en verloskundige kan het verschil uitmaken tussen een positief en negatief ervaren bevalling. Ook bij de begeleiding tijdens de zwangerschap is die vertrouwensband belangrijk, bijvoorbeeld wanneer er intieme of moeilijke kwesties rondom de zwangerschap moeten worden besproken. (Bron: www.knov.nl) 3.1.2. Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG) De Wet BIG regelt de zorgverlening door beroepsbeoefenaren. Het beoogt de kwaliteit van de beroepsuitoefening in de individuele gezondheidszorg te bevorderen en te bewaken en de patiënt/cliënt te beschermen tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen. De wet regelt onder meer de bevoegdheid, voorbehouden handelingen en het deskundigheidsgebied van zorgverleners in de gezondheidszorg. Dit wordt geregistreerd in het zogenoemde BIG-register. Verloskundigen kunnen zich alleen in dit register laten inschrijven als zij voldoen aan de wettelijke opleidingseisen tot verloskundige. Dit kan als zij een getuigschrift hebben van een Nederlandse Opleiding tot Verloskundige of een daaraan gelijkgesteld diploma. Het deskundigheidsgebied volgens de Wet BIG is: Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 17

Het verrichten van handelingen op het gebied van de verloskunde en andere handelingen, gericht op het bevorderen en bewaken van het normale verloop van de zwangerschap, de bevalling en de kraambedperiode, evenals op het voorkomen van afwijkingen bij de vrouw of het kind, door een inschatting te maken van het verloskundige risico bij een vrouw gedurende haar zwangerschap, bevalling en kraambedperiode, het vertalen van het verloskundige risico in verloskundig beleid en het op basis daarvan verlenen van raad en bijstand, alsmede het waar nodig consulteren van dan wel verwijzen naar een arts. 3.1.3. Beroepsprofiel verloskundige In het beroepsprofiel (KNOV, 2014) staan het profiel van de verloskundige, de nieuwe ontwikkelingen binnen het vakgebied, de vereiste zorg tijdens het reproductieve proces, de kernkwaliteiten van de verloskundige en de verschillende rollen van een verloskundige beschreven. Het beroepsprofiel is ontwikkeld in opdracht van de KNOV. Op de website van de KNOV (www.knov.nl) kan de volledige tekst van het beroepsprofiel geraadpleegd worden. 3.2. Didactische concept: probleemgestuurd onderwijs Het onderwijs aan de AVM is al sinds het studiejaar 1988-1989 vormgegeven volgens de principes van het probleemgestuurd onderwijs. De basisgedachte van probleemgestuurd onderwijs is dat studenten actief bezig zijn met de leerstof: zij stellen zichzelf en medestudenten vragen, ze ontdekken waar hiaten aanwezig zijn in kennis, welke onderwerpen nader dienen te worden bestudeerd en ze geven elkaar uitleg over datgene wat ze tijdens de zelfstudie hebben bestudeerd. Een belangrijk voordeel van probleemgestuurd onderwijs is daarmee, dat nieuwe kennis beter wordt verwerkt en onthouden. De verworven kennis zal later ook beter kunnen worden toegepast tijdens de beroepsuitoefening, doordat studenten studeren aan de hand van problemen die afkomstig zijn uit de beroepspraktijk: studenten oefenen tijdens hun studie al in het aanpakken en oplossen van praktijkproblemen. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 18

Bij probleemgestuurd onderwijs wordt het leren van studenten gestuurd door taken (problemen) die grotendeels ontleend zijn aan de verloskundige beroepspraktijk. Deze taken staan beschreven in een periodeboek/blokboek, een 'spoorboekje' voor de studie tijdens een onderwijsperiode. Studenten werken aan de taken in kleine groepen, van ca. 12-14 studenten, in zogenaamde onderwijsgroepen (OWG s). 3.3. Visie op verloskunde Zwangerschap en geboorte is de start van nieuw leven, ouderschap en het gezinsleven. De AVM bachelor verloskunde leidt toekomstige verloskundigen op met de wetenschap dat optimale zorg in deze levensfase, levenslang gunstige effecten heeft op de gezondheid en het welzijn van moeder en kind. De AVM bachelor leidt toekomstige verloskundigen op die hun cliënten centraal stellen die respect hebben voor de achtergrond, waarden, voorkeuren en behoeften van de vrouw en haar omgeving. die vrouwen te allen tijde met persoonlijke aandacht, empathie en gedegen kennis tegemoet treden. die vrouwen relevante en volledige voorlichting bieden zodat deze in staat zijn verantwoorde keuzes te maken ten aanzien van hun eigen zorgproces. die erkennen dat vrouwen zelfbeschikkingsrecht hebben in het maken van keuzes over dit zorgproces en die daarnaast hun eigen professionele grenzen hanteren. die in samenspel met andere zorgverleners naar een optimale beleving van het geboorteproces streven die in samenspel met de vrouw en andere zorgverleners naar een optimale beleving van zwangerschap geboorte en kraambed streven en een optimale start van een nieuw leven. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 19

De AVM bachelor leidt toekomstige verloskundigen op tot bekwame beroepsbeoefenaren die verloskundige zorg verlenen in de directe leefomgeving van de zwangere en in de klinische setting. die deskundig zijn in de begeleiding van zowel fysiologisch verlopende zwangerschappen en baringen als situaties waarbij sprake is van een verhoogd risico op complicaties en niet-complexe afwijkende bevindingen conform de geldende richtlijnen en / of zorgpaden (zorg in geval van daadwerkelijke complicaties en/of pathologie, complexe afwijkende bevindingen en gespecialiseerde interventies behoort niet tot hun deskundigheidsgebied). die in alle settings waarin zij werken (thuis of in het ziekenhuis, alleen of in samenwerking met de gynaecoloog) de normaliteit van zwangerschap, baring en kraambed herkennen, benoemen en bewaken. De AVM bachelor leidt toekomstige verloskundigen op die integrale zorg verlenen en die nauw samenwerken met andere ketenpartners (geïntegreerde zorg). die vrouwen ondersteuning gedurende het hele proces bieden, knelpunten signaleren, die weten wanneer de expertise van een andere zorgverlener nodig is, die afstemming bewaken en als casemanager verantwoordelijk zijn voor de coördinatie van de zorg. die zich niet alleen sterk maken voor de bevordering van de gezondheid en het welzijn van de vrouw en haar kind, maar ook oog hebben voor gezondheidsbevordering en health counseling op gemeenschapsniveau. die basisbegeleiding bij psychosociale problematiek leveren en indien nodig andere zorgprofessionals inschakelen. De AVM bachelor leidt toekomstige verloskundigen op die zich bewust zijn van hun eigen leiderschapskwaliteiten, expertise en rol binnen de gehele geboortezorg, die weerbaar zijn en assertiviteit tonen. die naar een goede interprofessionele samenwerking streven. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 20

die een academisch denkniveau hebben, die klinisch redeneren, conceptueel denken en het wetenschappelijk onderbouwen van hun handelen in hun dagelijks werk hebben geïntegreerd. Zwangerschap en geboorte is de start van nieuw leven, ouderschap en het gezinsleven, nu en in de toekomst. Toekomstige verloskundigen dragen bij aan de juiste condities voor langdurige gezondheid en welzijn voor nieuwe generaties moeders en baby s. 3.4. Visie op onderwijs en leren De opleiding maakt gebruik van competentiegericht en probleemgestuurd onderwijs. Dit betekent dat de competenties een belangrijke rol spelen bij de invulling van het curriculum. Het gaat er uiteindelijk om dat de student deze competenties bezit. Dit betekent dat de nodige kennis, vaardigheden en attitude geïntegreerd worden aangeboden en geleerd. De belangrijkste uitgangspunten zijn: het onderwijs gaat uit van de beroepspraktijk. De taken die de verloskundige in de beroepsuitoefening moet kunnen uitvoeren vormen het uitgangspunt, waarbij een gedegen theoretische basis van belang is en waarbij Evidence Based Medicine (EBM) een grote rol speelt. Competent handelen impliceert een professionele beroepshouding; het leerproces van de student staat centraal. De student stuurt haar eigen leerproces, waarbij de docent een ondersteunende en faciliterende rol vervult als inhoudsdeskundige, coach, studiebegeleider en assessor; de principes van leven lang leren zijn onmisbaar voor een blijvende competente beroepsuitoefening; de opleiding streeft naar een studeerbaar curriculum; de student leert in een krachtige en authentieke leeromgeving. Ruim 40% van de opleiding bestaat uit stages en bij het theorie onderwijs vormen beroepsrelevante taken de basis; de student wordt getoetst op een manier die aansluit bij competentiegericht onderwijs. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 21

De AVM speelt in op een aantal belangrijke ontwikkelingen in de verloskundige zorg door in het onderwijs door middel van de minors extra aandacht te besteden aan vier deskundigheidsgebieden. Dit zijn gezondheidsbevordering, implementeren van innovaties, research in midwifery en klinische verloskunde. Hierdoor krijgen studenten de kans zich te onderscheiden en te specialiseren. 3.5. Toelating tot de Opleiding Verloskunde Om toegelaten te worden tot de Opleiding Verloskunde zijn er specifieke vooropleidingseisen en vindt er een selectieprocedure plaats. Deze staat beschreven op de site van de AVM www.av-m.nl. Kandidaten die 21 jaar of ouder zijn en niet voldoen aan de toelatingseisen voor de Opleiding tot Verloskundige, kunnen alsnog aan de toelatingseisen voldoen door het met een voldoende resultaat afleggen van het 21+ onderzoek. Het 21+ onderzoek bestaat uit een capaciteitenonderzoek. Afhankelijk van het tijdstip van aanmelding zijn er voor het afleggen van het onderzoek twee mogelijkheden. 1. Aanmelding tussen 1 oktober en 15 januari voor de Opleiding Verloskunde (Zuyd Hogeschool) via Studielink: Aanmelding via Studielink, http://zuyd.studielink.nl. De kandidaat wordt uitgenodigd voor de eerste ronde van de selectie die in februari plaatsvindt. Indien de score van de eerste selectieronde hoog genoeg is, wordt de kandidaat uitgenodigd voor de tweede ronde van de selectie die in maart plaatsvindt. Aansluitend aan de reguliere selectie van deze dag neemt de kandidaat deel aan het 21+ onderzoek. De uitslag van het 21+ onderzoek volgt één week na afname van dit onderzoek en voorafgaand aan de uitslag van de selectie. Copyright Academie Verloskunde Maastricht Zuyd Hogeschool 22