Maandag 21 februari 2011 Toespraak van JOKE SCHAUVLIEGE VLAAMS MINISTER VAN LEEFMILIEU, NATUUR EN CULTUUR 100 jaar Landelijke Gilde - Laarne Goedenavond dames en heren, Welkom op deze honderd jaar viering, op deze prachtige locatie. Toen 100 jaar geleden in Laarne de Landelijke Gilde gesticht werd, was Laarne nog een echte landbouwgemeente in de schaduw van een feodale burcht die toen veel minder praal en pracht uitstraalde dan ze vandaag doet. De zaaier die een prominente plaats inneemt op de stichtingsvlag van de gilde spreekt voor zich: de akkers liepen tot aan de kerk en handenarbeid was troef. De landbouw stond centraal in het dagelijkse leven van dit dorp. 1
Wie zelf geen landbouwer was, was er in veel gevallen om den brode nauw mee verbonden. De smid, de veehandelaar, de lokale melkerij,.. ja ook de herbergier, allen leefden intens mee met wat op het land en in de stallen gebeurde. Niet voor niets verwijst jullie stichtingsvlag naar de Boerengilde Laarne. De voorbije decennia hebben ook hier geknaagd aan het landbouwkarakter van het dorp. De vele kleine landbouwbedrijfjes omringd door kleine akkers en met knotbomen omringde weiden kwamen stuk voor stuk leeg te staan. Of ze kregen een andere bestemming als soms bescheiden, soms riante huisvesting voor wie de stad ontvluchtte. Ondanks alles bleven - gelukkig maar - de landbouw en niet in het minst de sierteelt hier hun stempel drukken op het buitengebied. Laarne kan uitpakken met gezonde en levenskrachtige land- en tuinbouwbedrijven. Sierteeltbedrijven die hun producten afzetten tot ver over de eigen landsgrenzen. Bleef Laarne gespaard van grote industriële ontwikkelingen, dan kende de gemeente wel een belangrijke inwijking van zowel 2
jongere als oudere gezinnen. Zij zochten naar de rust van het platteland in de schaduw van de stad. De inname van het landelijk gebied door bewoning, de komst van heel wat nieuwe bewoners heeft ook een diepgaande invloed op het socio-culturele leven in de meeste Vlaamse dorpen. Laarne vormt daar zeker geen uitzondering op. Jullie Landelijke Gilde is, zoals honderden andere Landelijke Gilden in Vlaanderen, daar een mooi voorbeeld van. Gegroeid vanuit een eerder gesloten groepering van lokale landbouwers, in eerste instantie aangevuld met supporters van de landbouw en tenslotte uitgegroeid tot een vereniging waar iedereen uit de gemeente zich thuis voelt. Ongetwijfeld het resultaat van een ruime waaier aan initiatieven en activiteiten waarin iedereen zijn goesting vindt. Als minster van Cultuur kan ik dit alleen maar toejuichen en hecht ik heel veel belang aan de uitbouw en vooral actieve werking van lokale verenigingen, zoals de Landelijke Gilden. Zij bieden in de eerste plaats 3
kans tot ontmoeting in een gemeente waar meer inwoners elkaar misschien minder snel leren kennen uit zich zelf. Een gevarieerd programma-aanbod voor het hele gezin biedt kansen op ontmoeting, maar ook op culturele ontplooiing en ontspanning. Zo koppel je het nuttige dikwijls aan het aangename. Dames en heren, Neem het van mij aan: het traditioneel verenigingsleven is bijlange niet dood. Dit blijkt ook uit een recent onderzoek van de Katholieke Hogeschool Leuven naar de socio-culturele verenigingen in plattelandsgemeentes. Het onderzoek formuleerde ook enkele aanbevelingen voor het verenigingsleven die ik u hier graag meegeef: organiseer brede gezinsactiviteiten waar jong en oud tegelijk en samen aan bod komen en laat voldoende keuzevrijheid (verplicht mensen niet om een heel vormingspakket te volgen maar laat hen kiezen naargelang ieders interesse en tijd); 4
kies thema s en activiteiten waar je doelgroep in het bijzonder mee bezig is (bv. 26- tot 40-jarigen over opvoeding), dat kan heel gevarieerd zijn; houd ook rekening met de timing (bv. overdag in het weekend met minstens parallel aanbod voor kinderen zodat ouders niet voor een oppas moeten zorgen) en probeer op maat te communiceren: maak je persoonlijk kenbaar op de ontmoetingsplekken van de ander, Ik sta achter die aanbevelingen en de Landelijke Gilden ook, denk ik, want jullie passen ze al grotendeels toe. Maar ik weet ook dat ze in een kleine gemeente niet evident zijn om waar te maken. Wat doe je bijvoorbeeld als vereniging als je een activiteit moet kiezen maar geen grote gemene deler vindt, omdat je de doorsnede van je inwoners niet zo goed kent? Landelijke Gilde Laarne toont het voorbeeld, door in tegenstelling met sommige socio-culturele verenigingen, hun ledenaantal te handhaven en zelfs licht te doen groeien. Dat is te danken aan de 5
inzet van een actieve bestuursploeg die een heel divers activiteitenaanbod organiseren: feesten, daguitstappen, een zonnebloemwedstrijd, een paasontbijt, De Landelijke Gilden hebben niet alleen veel ervaring, ze zorgen ook voor een belangrijk maatschappelijk draagvlak. Ze vormen een gespreksforum voor al wie met het gemeentelijk beleid begaan is. Dat kwam trouwens ook uit het onderzoek voort: bewoners voelden zich verantwoordelijk voor het reilen en zeilen in het dorp. Als overheid mag je dat niet afwijzen, integendeel je moet het waarderen en stimuleren. Ook vanuit de gemeente dient men dit ten volle te beseffen en de Landelijke Gilde als gesprekspartner te erkennen. Met de Vlaamse Regering hebben we dat eerder al gedaan. Jullie zijn namelijk ook een gesprekspartner op landbouwsyndicaal vlak. De Bedrijfsgilde Laarne heeft zo zijn sporen verdiend als volwaardige gesprekspartner in het kader van de uitvoering van het Sigmaplan. Niet onbelangrijk omdat Laarne en meer concreet de Kalkense 6
Meersen een beetje als proeftuin dienden voor de uitbouw van een degelijk flankerend beleid bij de inrichting van de verschillende gebieden van het Sigmaplan. Het was bij wijlen een harde discussie die geleid heeft tot bijkomende maatregelen, zoals een omvormingsbeheer tegen vergoeding, ook nadat de gronden door de overheid verworven zijn. Zoals aangekondigd zijn voor eind 2010 de inrichtingswerken gestart. Het komt er nu op aan het uitgezette tijdspad te volgen, ook voor de aanpalende Weymeers. Op die manier kunnen we voldoen aan de afspraken inzake de natuurinrichting, met maximaal respect voor de zittende landbouwers. Al ben ik er mij goed van bewust dat een aantal onder hen node hun gronden laten liggen. Het is overigens jammer dat de Grondenbank hier zo moeilijk van de grond komt en er daardoor weinig ruilgronden ter beschikking komen. Dames en heren, beste inwoners van Laarne, Dat jullie in 2011 door de Landelijke Gilden uitgeroepen zijn als een van de vijf Vlaamse Dorpen in de kijker is voor de gilde een extra 7
kers, of zeg maar een hele tros, op de 100 jaar feesttaart. Jullie misstaan zeker niet in het rijtje van Vissenaken, Meeswijk, Mol en Stavele, de andere Vlaamse gemeenten die deze titel mogen dragen. Dat Laarne iets te bieden heeft aan de 70.000 leden van de Landelijke Gilden lijdt geen twijfel. Voor velen zal de ontdekking van het kasteel van Laarne, het enige slot in Vlaanderen dat zo mooi zijn feodaal karakter behouden heeft, een ware belevenis zijn. Het kasteel zal ongetwijfeld ook één van de attractiepolen zijn in de lichtjeswandeling die jullie op 9 april in het kader van Dorp in de Kijker organiseren. En wie weet botsen de nachtelijke wandelaars dan op één of meer heksen die hier zouden ronddwalen. Dames en heren, Ik denk dat er in Laarne en omstreken maar weinig verenigingen zijn die zich eeuweling kunnen noemen! Dit alles is slechts mogelijk dankzij de inzet van de vele bestuursleden die zich al die jaren voor hun gilde vrijwillig hebben ingezet. De ene meer als organisator, de 8
andere eerder als manus-van-alles, nog een andere als promotor. Ik wil dan ook in de eerste plaats al deze bestuursleden, die de voorbije 100 jaar het beste van zichzelf gegeven hebben om de Boerengilde en nadien de Landelijke Gilde uit te bouwen tot wat ze nu is, van harte danken en proficiat wensen met deze honderdste verjaardag. Maar wat is een vereniging zonder leden! Daarom wil ik bij deze felicitaties ook alle leden betrekken. Met veel plezier zal ik straks alle leden die al 25 en 50 jaar een lidkaart van de Landelijke Gilde hebben - voor de vijftigers waarschijnlijk ook nog een lidkaart van de Boerengilde - in de bloemetjes zetten. Van harte gefeliciteerd en bedankt voor jullie jarenlange engagement! Joke Schauvliege Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur & Cultuur 9