Bijlage bij BURAP 216-1 - Monitor sociaal domein gemeente Cranendonck Inleiding De monitor is een instrument waarmee gevolgd kan worden of de transformatie gerealiseerd wordt en of de gestelde doelen worden bereikt. Met de monitor wordt de samenhang / integraliteit tussen de verschillende pijlers in het sociaal domein in beeld gebracht. De monitor geeft inzicht in mate van realisatie van de beoogde effecten, de realisatie van de gestelde doelen, gerealiseerde aantallen en kosten. Er wordt dus gestreefd naar een monitor die enerzijds de beweging in het sociaal domein laat zien (beleidsinformatie) en anderzijds sturingsinformatie. De monitor geeft dus inzicht in waar de gemeenten staan en waar aandachtspunten liggen om te sturen of beleid te wijzingen. Eerste monitor Deze eerste monitor is ontwikkeld in A2-verband en bevat met name financiële informatie over de uitgaven en gerealiseerde aantallen binnen het Sociaal Domein. Op dit moment wordt op basis van de lokale ervaringen in Cranendonck onderzocht of de volgende monitor op basis van dit model kan worden doorontwikkeld tot de A2 standaard. Nieuwe items zullen worden toegevoegd zoals gegevens uit cliëntervaringsmetingen en kengetallen (bedragen en aantallen uitgedrukt per inwoners) met betrekking tot bereikte effecten en gerealiseerde doelen. In deze monitor ontbreken nog vergelijkende cijfers van eerdere jaren omdat deze niet beschikbaar zijn (nieuwe taken met ingang van 215). Vanaf 216 kunnen ontwikkelingen vergeleken worden met eerdere jaren (in dit geval 215). Daarnaast zullen relatieve kengetallen (kosten en aantallen uitgedrukt per inwoner) in de monitor opgenomen worden zodat er een vergelijking binnen de A2-gemeenten gemaakt kan worden. De cliëntervaringsgegevens zijn medio augustus 216 voor het eerst beschikbaar. De cliëntervaringscijfers Wmo uit het onderzoek 215 (gaat over 214) zijn in deze monitor niet opgenomen omdat deze cijfers door de grote veranderingen in het sociaal domein niet meer helemaal representatief zijn. Over de eerste 4 maanden van 216 zijn nog geen realisatiecijfers op te leveren. In de eerste maanden van het jaar is veel tijd gestopt in de afrekening en verantwoording 215. Daarnaast zijn regionaal de contracten 216 pas laat getekend, waardoor de facturering van de ingekochte zorg wederom laat op gang komt. Bronnen In de monitor worden gegevens uit verschillende bronnen samengebracht. Het gaat om de volgende gegevens: Informatie van de gemeente zelf (Jeugd & Wmo); Informatie van de A2-samenwerking voor de participatie (W&I); Informatie van waarstaatjegemeente/king/ CBS (gebaseerd op gegevens van zorgaanbieders, gemeenten en overige geografische en demografische gegevens) ; Informatie van Bizob (contractbeheer inkoop Wmo, KPI s); Informatie van Eindhoven (contractbeheer en KPI s inkoop Jeugd); Informatie van derden (zorgaanbieders, ketenpartners). GGD Zorgmonitor Cliëntentevredenheidsonderzoeken Jaarlijks onderzoek Sociaal Cultureel Planburo Effecten De te bereiken effecten met de bijhorende norm en prestatie-indicatoren moeten nog door de raad worden vastgesteld. Na vaststelling worden deze aan de monitor toegevoegd. 1
Kosten De totale kosten van de Wmo waren begroot op 4,9 miljoen. De realisatie is 3,7 mln. De realisatie is 1.2 mln lager dan de begroting. Dit komt met name door: Daling kosten PGB (,2 mln) Lagere kosten begeleiding Wmo (,6 mln) Lagere kosten huishoudelijke hulp (,1 mln) Lagere kosten sociale teams (,2 mln) Lagere kosten Wmo preventie (,1 mln) In de onderstaande grafiek zijn de gerealiseerde kosten 215 Wmo vergeleken met de begroting. 5.. 4.. 3.. 2.. 1.. Totaal uitgaven WMO 215 begr. 215 realisatie 215 WMO - Begeleiding in natura WMO - overige voorzieningen WMO - PGB WMO preventie Als extra informatie zijn de kosten nader uitgesplitst naar soort voorzieningen. In de volgende grafiek zijn de begroting en realisatie van de begeleiding in natura en PGB in beeld gebracht. specificatie WMO begeleiding (ZIN/PGB) WMO begeleiding PGB WMO begeleiding natura 4. 8. 1.2. 1.6. realisatie 215 begr. 215 De overige voorziening geven het volgende beeld. 2
Specificatie WMO overige voorzieningen WMO Woonvoorzieningen WMO Hulpmiddelen WMO Vervoersvoorziening: CVV medisch WMO vervoersvoorzieningen WMO HHT WMO: huishoudelijke hulp zonder Bes. WMO: Financieringsregeling 25 5 75 1 realisatie 215 begr. 215 Overige bestedingen Wmo Subsidies WMO Sociaal team 1. 2. 3. 4. 5. 6. realisatie 215 begr. 215 Kosten jeugd De kosten voor Jeugdhulp waren begroot op 2,9 miljoen. De realisatie ( 2,9 mln) is in totaal nagenoeg gelijk aan de begroting. De begroting is gebaseerd op de financiële middelen die de gemeente van het Rijk heeft ontvangen. Het is bekend dat de financiële verdeling van de totale kosten van jeugdhulp over gemeenten gebaseerd is op oude cijfers uit 213. Daarnaast is de omvang van de zorg niet te voorspellen. De gemeente is afhankelijk van de aanvragen die binnen komen en kan hier nauwelijks op sturen. De totale realisatie is gelijk aan het totaal van de begroting, binnen de onderdelen zijn er wel verschuivingen: Net zoals bij de Wmo zijn de kosten PGB lager (-,2 mln). ). De gewijzigde regelgeving heeft geleid tot lagere kosten. Er zijn clienten overgestapt naar de Wet Langdurige zorg (WLZ), waardoor ze niet meer onder de Jeugdwet vallen. De kosten van jeugdzorg zonder verblijf zijn fors dan begroot (,2 mln). Medici zoals huisartsen kunnen, naast het CJG, rechstreeks verwijzen naar specialistische voorzieningen. Dit geldt ook voor het justieel kader zoals rechter of OM, waarbij de kosten voor rekening van de gemeente komen. De kosten van jeugdzorg met verblijf zijn ook hoger dan begroot (,2 mln). De trajecten met verblijf zijn kostbaar. Vaak worden deze trajecten toegewezen de rechterlijke macht, zonder tussenkomst van de gemeente. De kosten van het CJG en preventie zijn lager (,2 mln). 3
3.. Totaal uitgaven Jeugdhulp 215 2.5. 2.. 1.5. 1.. 5. begr. 215 realisatie 215 Jeugdhulp begeleiding ZIN Jeughulp PGB Jeugdhulp Preventie Als extra informatie zijn de kosten nader uitgesplitst naar soort voorziening. 1.. 8. 6. 4. 2. Budgetbesteding Jeugdhulp per type begr. 215 realisatie 215 Overige Budgetbesteding Jeugdhulp 45. 4. 35. 3. 25. 2. 15. 1. 5. CJG / A2-team begr. 215 realisatie 215 Subsidies 4
In onze gemeente kunnen ouders en jeugdigen voor (de toeleiding naar) jeugdhulp terecht bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Het CJG is een netwerkorganisatie waarin verschillende organisaties werkzaam zijn. Om het CJG qua expertise en deskundigheid te versterken hebben we in 215 in A2- verband een A2-team (jeugdzorgwerkers en een GZ-psycholoog) opgezet voor het oppakken van complexe problematiek. De medewerkers van het A2-team maken lokaal vast onderdeel uit van de CJG s binnen de drie A2-gemeenten. Hierdoor zijn er meer mogelijkheden ontstaan om vanuit het CJG zelf hulpverlening te bieden. De zorgvragen die niet binnen het CJG opgepakt kunnen worden, worden na een intake, doorgeleid naar specialistische jeugdhulp (voorzieningen). De kosten voor het CJG bestonden al voor de decentralisatie en bestaan voornamelijk uit subsidie-kosten jeugdmaatschappelijk werk (Lumens), consultatiebureau -4 jaar (Zuidzorg), inzet jeugdverpleegkundige GGD, kosten mbt registratiesystemen, kosten voorlichtingsbijeenkomsten etc. De kosten voor het A2- team zijn nieuw als investering binnen het CJG. Kosten Participatie 26 Participatiebudget 25 24 23 22 Participatiebudget 21 2 real. 214 begr. 215 realisatie 215 De lasten voor participatie zijn 28. hoger dan begroot door een hogere bijdrage aan het werkleerbedrijf en maak punt van je leeftijd. Ook zijn de kosten van losse trajecten hoger dan verwacht. Dit tekort wordt gedekt van de reserve Sociaal Domein. In 215 hebben 125 personen een reintegratietraject gevolgd. Werkleerbedrijf (17) en de inkoop van maatwerktrajecten (43) waren in omvang de belangrijkste. Het participatiebudget voor de klassieke doelgroep en de nieuwe doelgroepen bedraagt in 216 voor de gemeente Cranendonck 232.128 (bron decembercirculaire 215). Hiervan wordt door de gemeente Cranendonck 5% afgeroomd ter bekostiging van de lokale pilot Totale kosten Sociaal Domein In de volgende grafiek zijn de totale kosten van het sociaal domein in beeld gebracht. Totaal was er 8,1 mln begroot. De uitgaven ( 6,8 mln ) waren 1,3 mln lager. De afwijkingen zijn bij Wmo en jeugd toegelicht. De kosten van participatie waren bijna gelijk aan de begroting. 5
9.. 8.. 7.. 6.. 5.. 4.. 3.. 2.. 1.. Totale kosten Sociaal Domein begr. 215 realisatie 215 Participatie Jeugdhulp Wmo In de volgend versie worden relatieve kengetallen opgenomen van de A2-gemeenten. Uitgedrukt per inwoner bedragen de kosten voor 215: Wmo 178,93 Jeugd 14,23 Participatie 12,2 Prestaties Prestaties Wmo Er waren in 215 totaal 232 aanvragen en 63 herbeoordelingen. In de onderstaande grafiek zijn de aanvragen en herbeoordeling uitgesplitst naar soort voorziening. 41% hiervan had betrekking op begeleidingstrajecten. Wmo - aantal aanvragen /herbeoordlingen 3 25 2 15 1 5 Aanvragen Heronderzoek 6
In 215 zijn er 63 herbeoordeling gedaan. Hiervan leidde 17 (18%) tot beeindiging van de voorziening. Wmo - Herbeoordelingen 7 6 5 4 3 2 1 Aantal herindacities Herindicaties beeindiging Op 31 december 215 had de gemeente 1.561 lopende voorzieningen Wmo. In de onderstaande grafiek zijn de voorzieningen uitgesplitst naar soort. Wmo - Uitstaande voorzieningen 4 35 3 25 2 15 1 5 per 31-3 per 31-12 Er zijn in 215 1.811 contacten geweest. Het grootste gedeelte daarvan (79%) was telefonisch Wmo contacten Sociaal Team 27 Telefonisch 1.428 Mail 113 Totaal 1.811 Er zijn 282 meldingen gedaan bij het sociaal team. Hiervan hebben er 11 geleid tot een aanvraag van een voorziening (39%). 7
Aantal meldingen met vervolgacties Actief 19 beeindiging 5 intrekking 2 niet geleid tot aanvraag 67 geleid tot aanvraag voorziening 171 Totaal 282 Prestaties Jeugdhulp Er waren in 215 totaal 18 aanvragen en 147 herbeoordelingen. 16 14 12 1 8 6 4 2 Jeugdhulp - aantal aanvragen /herbeoordlingen Begeleiding Aanvragen Heronderzoek In 215 zijn er 147 herbeoordeling gedaan. Hiervan leidde 54 (37%) tot beëindiging van de voorziening. Jeugdhulp - Herbeoordelingen 16 14 12 1 8 6 4 2 Aantal herindacities Herindicaties beeindiging Op 31 december 215 had de gemeente 119 lopende voorzieningen Jeugdhulp. In de onderstaande grafiek zijn de voorzieningen uitgesplitst naar soort. 8
Jeugdhulp - uitstaande voorzieningen 5 45 4 35 3 25 2 15 1 5 per 31-3 per 31-12 Er zijn in 215 255 contacten geweest. Het grootste gedeelte daarvan (71%) was telefonisch. Contacten jeugd CJG Telefonisch 182 Email 69 Balie 3 faceboek 1 Totaal 255 Prestaties Participatie Lopende trajecten per 1-1 nieuw afgesloten per 31-12 75 5 nnb nnb Klantprofielen werkklant Zorgklant Rustkant totaal 19 18 65 282 In 215 hebben 125 personen een re-integratietraject gevolgd. Werkleerbedrijf (17) en de inkoop van maatwerktrajecten (43) waren in omvang de belangrijkste. 9