MINISTERIE VAN ONDERWIJS, KÜNSTEN EN WETENSCHAPPEN. < /^y^~^- N. /^f \,AFDEELING :_^ / ^ De Minister van OnderwijjrKunsten en Wetenschappen heeft.de eer aan ^c ^22-*-»^.,ä?? ^ nevensgaande y^t^a^c^ stuj^^ te doen Joekomen met verzoek -0?y ^jfz**^«^\i 'S-GRAVENHAGE, Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, 192 L. 132-7846 - '26
4Ê rbnderwijsraad. XT0,~ 'S-GRAVENHAGE, J4fcPBil 1928 N. ESEEL*: Bericht op schrijven van Frankenstraat 39. Men gelieve bij het antwoord dagteekening '4$...3fëfe&rt X928».H0» 10Ql5i»Afd»I f 0» en nummer van dit schrijven te vermelden. Betreffende: Instelling van. een candidaatsegsamefii is...de fiw.flkia-.on geschiedenis der muziek» In antwoord op net aan den kant vermeld schrijven en onder wederaanbieding van den daarbij gevoegden brief van het Hoofdbestuur der läaatschappij tot Bevordering der ïooïakunst(iaet bijlage) heeft de Berste Afdeeling van den Onderwijsraad de eer Uwe Excellent ie het navolgende te berichten» Volgens artikel 4, 43 van het Academisch Statuut kan» zoodra de bee hoefte zich voordoet» door de Kroon* op voorstel der betrokken faculteit» die daarbij tevens het ontwerp-prograinraa overlegt» door aanvulling van het Academisch Statuut» een candidaatsexamen» als door het Hoofdbestuur der ïfeatschappij tot Bevordering der Toonkunst bedoeld, worden ingesteld» Het programma voor het daarbij aansluitende doetoraal examen wordt» ingevolge het bepaalde in f 48 van het Statuut» door de betrokken faculteit ontworpen en aan Uwe Excellentie aangeboden ter aanvulling van het Statuut. Voorts geeft 56 van het Statuut aan de faculteit de bevoe&dheid» behalve de doctorale examens in 45-55 omschreven» ook in andere studie«vakken» die tot de faculteit der letteren en wijsbegeerte behooren»doctorale examens af te nassem en te bepalen, welke van de kandidaatsexamen^ vermeld in 42 of afgelegd in andere faculteiten dan de litterarische» als gkond^saarvoor kunnen dienen* in de noot bij deze paragraaf is AAN...Zi^ne Excellentie den..minister van Qtederwijs*Ku»s.ten en Wetenschappen L. 5-11553 - '26 te \B~$m^ffl$k&gQ.m -»theorie-
theorie en geschiedenis der muziek* ast name genoemd» In verband met het vorenstaande meent de Af deeling Uwe excellent ie te moeten adviseer en aan de laat schappij tot Bevordering der Toonkunst in overweging te geven zich met haar verzoek te wenden tot de faculteit» bij welke de bijzondere leerstoel voor de theorie en geschiedenis der muziek zal worden ingesteld» Hamens de Afdeeling voornoemd» f/tyl^s^w*^ Voorzitter.»Secretaris»
HAATSVHAPPIJ TOT BEVORDERING DER TOONKUNST. 2ijne Excellentie den Minister van Onderwijs, Kunst en en Wetenschappen» 3 Maart 1928» Het Hoofdbestuur der Maatschappij tot Bevordering der Toonkunst a de vrijheid H»M<,de Koningin eerbiedig te verzoeken» haar te wila veroorloven een LeersGi«ß>Ä'l voor de Theorie en geschiedenis der /izielc te Utrecht te mogen vestigen«/ In verband daarmde veroorlooft het zich Uwe Excellentie verzoeken iel te willen overwegen een wijziging te brengen in het.academische 'Statuut waardoor de studenten gelegenheid gegeven zal worden een candidaatsexamen in deze wetenschap af te leggen, terwijl eenige aanvulling van 47 gewenscht geacht wordt 0 Een en ander moge Uwe Excellentie aantreffen in een hierbijgaand wijzigingontwerp» Samens het Hoofdbestuur vnd» (weg.) E van Berensteyn,Voorzitter, Academisch Statuut» 42» Een candidaatsexamen kan worden afgelegds n»in de theorie en geschiedenis der muziek» 44 0 Het candidaaatsexamen omvati n«. Theorie en geschiedenis der muziek. loalgemeene kennis van de theorie en geschiedenis der muziek? t»w»in haar verschillende tijdperken, de Oudheid, de Middeleeuwen en de nieuwere tijd"; 2»de geschiedenis, met name die van de landen en tijdperken,,die voor de muziek van belang zijn geweest; 3ode interpretatie van Middelnederlandsche of zestiende-en zeventiende eeuwsche Nederlandsche teksten, bf van teksten in een andere taal»asq ter keuze van den candidaat, behoudens goedkeuring der faculteit, S 47» Wat betreft de keuze van het hoofdvak, gelden, voor zoover de. studiën aangaat, waarvan het candidaatsexamen is omschreven in 44 onder a - k en n, de navolgende bepalingen: n 0 Theorie en geschiedenis der muziek* -Als-
p lis hoofévak kan worden gekozen* 1»Theórie en muziekgeschiedenis der Oudheid, daaronder begrepen aie van W est-azië en Egypte; 2.theorie en muziekgeschiedenis der a^ Middel eeuwen; 3. theorie en muziekgeschiedenis van den nieuwenen 5 i tijd; 4» theorie en muziekgeschiedenis van eenig zelfstandig beschavingsgebied buiten Europa«52» Als grondslag voor het doctoraal examen in de theorie en. geschiedenis der muziek kan, behalve het candidaatsexamen,vermeld _ in 42 onder n, ook dienen, behoudend goedkeuring der faculteit«elk der candidaats-examens, vermeld in 42 onder a - m, alsmede, onder gelijke goedkeuring, elk ander nieuw in te stellen candidaats examen van taal-en letterkundigen aard* m ar i*t«r van schappen