Pedagogisch beleidsplan



Vergelijkbare documenten
Kinderdagopvang ZoWieZo Langedijk

Pedagogisch beleidsplan

Kerkstraat AL Wognum T: E:

Pedagogisch beleidsplan Kinderdagopvang ZoWieZo Hoorn

Kinderdagopvang ZoWieZo Langedijk

Kerkstraat AL Wognum T: E:

Kinderdagopvang ZoWieZo Langedijk

Kerkstraat AL Wognum T: E:

Visie (Pedagogisch werkplan)

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleid Kinderdagverblijf de Harlekijn

Pedagogisch beleidsplan

Observeerbare Termen. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid 2

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan Kinderopvang De Cirkel KDV Den Ham Zuidmaten

Wenbeleid Voor de kinderopvang van KieKeBoe

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne

Pedagogisch Beleid. Nanny Association

Pedagogisch beleidsplan

Inhoudsopgave Pedagogische Visie

Kerkstraat AL Wognum T: E:

Pedagogische Visie en Beleid

Kerkstraat AL Wognum T: E:

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Knuffel

ZoWieZo kinderopvang Langedijk. Peuterschool De eerste stap

Pedagogisch beleid House & Kids

Pedagogisch werkplan Peuterspeelzaal Knuffel

werkplan Peuterspeelgroep Trompie

PEDAGOGISCH BELEID KINDERDAGVERBLIJF HOJPIEPELOJ TE BREDA

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke

PEDAGOGISCH BELEID HUMMELTJESHOEK

KINDERDAGVERBLIJVEN BLUB, ZEGT DE VIS

Inleiding. Pedagogische verantwoordelijkheid van Regionaal Gastouderbureau Harlekijn. Pedagogische visie en doelstellingen

Pedagogisch Beleidsplan Kinderopvang de Tantie`s.

Ouderbeleid van BSO De Bosuil

Pedagogisch werkplan peuteropvang Morgenster

werkplan kinderdagverblijf

Informatiebrochure. Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleid Gastouderbureau Nederland

Pedagogisch werkplan Gastouderopvang Leuk enzo!

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan Peuterspeelzaal Kweenie

Pedagogisch plan Bengels kinderopvang

Pedagogisch werkplan. peuteropvang Morgenster. Pedagogisch werkplan de Morgenster 2018

Een tijd om nooit te vergeten!

Pedagogische werkwijze op de locatie (

Pedagogisch beleidsplan.

Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde

Pedagogisch Beleidsplan Kinderdagverblijf Het Pleintje

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Groen Knollenland

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan Peuterspeelzaal Kweenie

Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Doel Doelstelling Doelgroep

Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf Kameleon & peutergroep t Snuffeltje

Dubbeldamseweg-Zuid 97, 3314 JC Dordrecht,

Het pedagogisch beleidsplan zorgt ervoor dat vraagouders de gastouder kunnen aanspreken op haar beloften.

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal t Klinkertje

Informatieboekje van. Peuterspeelschool Haaften

Pedagogisch beleidsplan. (Beknopte versie)

Pedagogisch beleid gastouderbureau OOK-Thuis

Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang

Pedagogisch beleid Flexkidz

Hoofdstuk II: 2Penselen

Pedagogisch beleidsplan

Kinderopvang Het Kinderpaleis is een particuliere organisatie. In dit boekje willen we u informeren over onze Kinderopvang.

Pedagogisch beleidsplan van. Kinderopvang Pippi Langkous

Pedagogisch beleidsplan. Buitenschoolse Opvang Goirle

Algemene informatie kinderdagverblijf DE COMPANY

Kinderdagverblijf t Kruimeltje. Informatie Boekje. Oude Arnhemseweg 234, 3705 BJ Zeist Tel

Pedagogisch Werkplan gastouder

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Groenknollenland

opvang 0-4 jaar STICHTING KINDEROPVANG BARENDRECHT

Samenvatting pedagogisch beleidsplan Trias Kinderopvang, waar kinderen zich thuis voelen

Pedagogisch werkplan Peuteropvang t Wakertje

Ons pedagogisch handelen buitenschoolse opvang De Zevensprong, Weezenhof 30

Pedagogisch werkplan. Kinderdagverblijven

E: Adres: Scheepmakersstraat 4,2515VC Den Haag T: +31 (0) KVK:

Pedagogisch Beleidsplan

Pedagogisch plan van aanpak Kinderdagverblijf. Samen op reis worden we Wereldwijs Respect

Versie oktober Schelpen

Informatieboekje van. Peuterspeelschool Opijnen

Praktische informatie

Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid

Ons pedagogisch handelen buitenschoolse opvang Kompas

Informatiebrochure Hoera Maasbree. Locatie Rabobank

Pedagogisch beleidsplan 2016

Pedagogisch beleid. kinderdagverblijf

Pedagogisch beleidsplan. De Avonturiers BSO

Pedagogisch kader Kinderdagverblijf Filios

Pedagogisch Beleidsplan CKO De Herberg

Pedagogisch werkplan. Peutercentrum t Kwetternest

Pedagogisch Beleid Gastouderopvang

Pedagogisch werkplan gastouder

Bijlage bij Pedagogisch overleg 0-4 jaar. Locatie-specifieke informatie over KDV Minoes

Pedagogisch werkplan. Peuterspeelzaal Pippeloentje. Pedagogisch werkplan peuterspeelzaal Pippeloentje SPL / SJWB februari 2019

Informatieboekje voor Mix & Match Kinderdagverblijf

Pedagogisch Beleidsplan. Fris! Kinderdagverblijven

Transcriptie:

Pedagogisch beleidsplan Kinderdagopvang ZoWieZo Heerhugowaard 24 02 2016 Naam organisatie: Kinderopvang ZoWieZo Kerkstraat 35 1687 AL Wognum T: 0229 574885 E: info@zowiezo.nu Doel van het beleidsplan: Handleiding en naslagwerk voor directie en medewerkers om kwalitatief hoogwaardige en verantwoorde kinderopvang te kunnen bieden aan de deelnemende kinderen. Dit plan is openbaar en ligt altijd ter inzage voor ouders. 1

Inhoudsopgave Voorwoord 4 Hoofdstuk 1 Opvoedingsdoelen 1.1 Het opvoedingsdoel 5 1.2 Vier pedagogische basisdoelen 5 1.3 Hoe werken wij aan deze pedagogische doelen 6 1.4 Hoe worden de pedagogische doelen bereikt 6 Hoofdstuk 2 Plaatsing 2.1 Groepsindeling 12 2.2 Stamgroepen 13 2.3 Personeel 15 2.4 Plaatsingsbeleid 15 2.5 Plaatsingsmogelijkheden 15 2.6 Plaatsingscriteria 16 2.7 Opzegtermijn 16 Hoofdstuk 3 De dag 3.1 Dagindeling 17 3.2 Intake 17 3.3 Wennen 18 3.4 Slapen en rusten 18 3.5 Spelen en activiteiten 18 3.6 Brengen en halen 18 3.7 Extra dag of wijziging 19 3.8 Feestdagen 19 3.9 Uitstapjes 19 3.10 Milieu en natuur 19 Hoofdstuk 4 Eten & drinken 4.1 Eten en drinken 20 4.2 Dieet, allergie, andere culturen 20 4.3 Feesten en trakteren 21 4.4 Voedingsmiddelen inkoop, bereiden en bewaren 21 Hoofdstuk 5 Kind 5.1 Observeren en signaleren 22 5.2 Corrigeren en belonen 22 5.3 Puk training 23 5.4 Samen opvoeden 23 5.5 Verschonen en zindelijkheidstraining 24 5.6 Ziektebeleid kinderen 24 5.7 Kinderparticipatie 24 2

Hoofdstuk 6 Ouders/verzorgers 6.1 Individuele contacten 25 6.2 Schriftelijke informatie 25 6.3 Oudercommissie 26 6.4 Ouderbijeenkomsten 26 6.5 Klachtenprocedure en verbeterformulieren 26 Hoofdstuk 7 Ruimte indeling 7.1 Binnenruimten 27 7.2 Buitenruimten 27 Hoofdstuk 8 Veiligheid en gezondheid 8.1 Brandprotocol en ontruimingsplan 28 8.2 Bedrijfshulpverlening en EHBO 28 8.3 Vierogenprincipe 28 8.4 Veiligheid en gezondheid 29 8.5 Meldcode kindermishandeling 30 8.6 Ongevallenverzekering 30 Hoofdstuk 9 Huisregels Specificaties kinderopvang 31 32 3

Voorwoord Als directie en medewerkers van Kinderdagopvang ZoWieZo, leveren we kwalitatief goede kinderopvang en dat willen we, ook in de toekomst, blijven bieden. Dat betekent dat wij eisen stellen aan het pedagogisch beleid en de uitvoering daarvan. Het kinderdagverblijf ZoWieZo is tevens gericht op verbetering van de pedagogische kwaliteit. Dit doen wij door kritisch te blijven kijken naar ons pedagogisch handelen. Wij evalueren het pedagogisch beleid en stellen het bij als daar aanleiding toe is. In het pedagogisch beleid komt tot uitdrukking hoe wij met kinderen omgaan en waarom wij dat zo doen. Het pedagogisch beleid is daarom gebaseerd op een visie, op de ontwikkeling van kinderen en op opvoeden. Vanuit dit richtinggevende kader hebben we ons Pedagogisch Beleidsplan geschreven. In dit plan wordt beschreven hoe wij werken aan de vier competenties, genoemd in de Wet Kinderopvang, namelijk de emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie en de overdracht van waarden en normen. Daarnaast is ons algemeen beleid voor kinderopvang hierin beschreven. Het Pedagogisch Beleidsplan ligt voor ouders ter inzage op het kinderdagverblijf. Ouders kunnen via de website de meest recente versie downloaden. Alle protocollen waar in dit Beleidsplan naar verwezen wordt, liggen ter inzage (elke pedagogisch medewerker reikt het u graag aan) op de locatie en bij de directie op kantoor. Uiteraard blijft dit Pedagogische Beleidsplan altijd in ontwikkeling. Het wordt aangepast zo gauw er nieuwe afspraken gemaakt worden. Ik wens u veel leesplezier. Susan Veldink, directeur Kinderopvang ZoWieZo 4

Hoofdstuk 1 Opvoedingsdoelen 1.1 Het opvoedingsdoel Het opvoedingsdoel is: de kern tot bloei laten komen. Wat in potentie aanwezig is in het kind, wordt door ons gestimuleerd. Zo kan een kind zijn en verder groeien tot wie hij werkelijk is. Om dit te bereiken, kijken en luisteren wij goed naar kinderen. Onze visie op opvoeden is dat wij aansluiten bij het kind en zijn mogelijkheden. De ouders dragen de zorg voor en opvoeding van hun kind(eren) tijdelijk aan ons over. Daarom hebben de kinderen bij Kinderopvang ZoWieZo te maken met professionele opvoeders: de pedagogisch medewerkers. Zij zijn zich bewust van hun (grote) verantwoordelijkheid en nemen deze taak met veel plezier, positieve energie en deskundigheid op zich. 1.2 Vier pedagogische basisdoelen Het pedagogisch beleidsplan is gebaseerd op de vier pedagogische basisdoelen die in de Wet Kinderopvang zijn omschreven. Deze doelen zijn gericht op het geven aan kinderen van: een gevoel van emotionele veiligheid; gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie; gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie; de kans om zich waarden en normen, de cultuur van een samenleving, eigen te maken. 1. Geven van emotionele veiligheid; een thuis waar kinderen zich kunnen ontspannen en zichzelf kunnen zijn: Het bieden van een gevoel van veiligheid zien we als het belangrijkste opvoedingsdoel. Als een kind zich emotioneel veilig voelt draagt dat in positieve zin bij aan een gevoel van welbevinden. Het vormt bovendien de basis voor de overige opvoedingsdoelen. Wij zien het als een voorwaarde voor een kind om zelfstandig te kunnen worden en zich optimaal te ontwikkelen. 2. Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van een persoonlijke competentie: Met persoonlijke competenties bedoelen we persoonskenmerken als veerkracht, zelfstandigheid en onafhankelijkheid, zelfvertrouwen, flexibiliteit en creativiteit. Competenties waarmee kinderen verschillende problemen kunnen oplossen en zich leren aan te passen aan veranderende omstandigheden. Kinderen ontwikkelen deze vaardigheden door ontdekkingen te doen en door te spelen. Ze ontdekken nieuwe handelingsmogelijkheden die vervolgens tijdens het spelen worden geoefend, uitgebouwd, gevarieerd en geperfectioneerd. 3. Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van een sociale competentie: De belangrijkste voorwaarde voor een optimale sociale en emotionele ontwikkeling is een omgeving waarin het kind zich gewaardeerd en geliefd voelt. Een ander belangrijk aspect van de sociale ontwikkeling vinden wij de ervaring hoe het is om samen te zijn met andere kinderen en volwassenen. Door de omgang met leeftijdsgenootjes en pedagogisch medewerkers leert het kind de uitwerking van zijn gedrag kennen op andere mensen. Tevens leert het kind al vroeg de betekenis van delen, troosten, helpen, rekening houden met anderen en omgaan met conflicten. 5

4. Waarden en normen, cultuur : Het overbrengen van waarden en normen speelt in de opvoeding van kinderen voortdurend een rol. Waarden geven een uitdrukking aan de betekenis die mensen hechten aan bepaalde gedragingen of gebeurtenissen. Het zijn ideeën of opvattingen die aangeven hoe belangrijk mensen iets vinden. Kinderen komen in de kinderopvang in aanraking met meer of andere aspecten van de cultuur dan thuis. In een groep doen zich relatief veel leermomenten voor, bijvoorbeeld bij conflicten tussen kinderen, bij verdriet of pijn, maar ook bij rituelen en feesten. De groep biedt mogelijkheden om zich de algemeen geldende waarden, normen en regels van de samenleving eigen te maken. 1.3 Hoe werken wij aan deze pedagogische doelen Wij vertalen deze pedagogische opvoedingsdoelen aan de hand van vijf aandachtsgebieden: De leidster kind interactie; Fysieke omgeving; De groep; Het activiteitenaanbod; Het spelmateriaal; Al deze middelen zetten wij op een bewuste manier in, om de vier pedagogische doelen in de opvoeding en ontwikkeling te ondersteunen en te bereiken. Op de volgende pagina s gaan wij uitgebreider in op iedere doelstelling. Op basis van bovenstaande opvoedingsdoelen en middelen geven wij concrete voorbeelden van hoe wij in de dagelijkse praktijk met de situaties rondom de kinderen omgaan. 1.4 Hoe worden de pedagogische doelen bereikt 1. Het bieden van een gevoel van veiligheid: emotioneel, veilig en thuis kunnen voelen. Onder het begrip emotionele veiligheid verstaan wij een veilige basis: een thuis waar kinderen zich kunnen ontspannen en zichzelf kunnen zijn. Wij zien het als de basis voor kinderen om zich te kunnen ontwikkelen. Wanneer kinderen die veiligheid daadwerkelijk ervaren, durven zij op onderzoek uit te gaan en willen zij gaan ontdekken. Als een kind zich veilig voelt en weet dat hij op de pedagogisch medewerker kan terugvallen, kan het zijn aandacht richten op zijn omgeving en is hij vrij om nieuwe indrukken op te doen. Voor de pedagogisch medewerker betekent dit onder andere dat ze betrokken is bij wat de kinderen beleven, voelen en ervaren. Praktijkvoorbeeld baby s; Wij kijken en luisteren naar wat de kinderen beweegt en bezighoudt en hierop inspelend. Wij bieden een vertrouwde omgeving (vaste pedagogisch medewerkers) qua ruimte en de mogelijkheden zodat de kinderen de wereld kunnen ontdekken, onderzoeken en uiting kunnen geven aan de ervaringen en belevingen die ze bij ons op doen. Wij vinden dat ieder kind uniek is waardoor we rekening houden met ieders persoonlijk aanleg en temperament. Bijvoorbeeld we gaan op de grond zitten met de kinderen waar de kinderen zelf kunnen aangeven wat ze willen doen, spelen, kruipen of knuffelen. Op de groepen vinden wij als pedagogisch medewerkers het van belang om een sfeer van warmte en geborgenheid te creëren zodat de kinderen zich veilig voelen. Behalve de interactie met de pedagogisch medewerkers zijn er ook andere factoren die kinderen helpen om een gevoel van veiligheid en vertrouwen te geven. Door bijvoorbeeld de contacten met andere kinderen, wordt er emotionele veiligheid ervaren. Het kind zal geleidelijk de pedagogisch medewerkers, andere kinderen en de ruimte leren kennen. Kinderopvang ZoWieZo past de opbouw aan de leeftijd, ontwikkeling en situatie van het kind. 6

Duidelijkheid en structuur vinden wij belangrijk om een veilige basis te creëren binnen het kinderdagverblijf. Elk kind heeft nodig wat wel en niet kan. Dit geeft de kinderen rust en veiligheid. De pedagogisch medewerker is verantwoordelijk voor het bieden van een dagelijks ritme waarbij er afwisseling plaats vindt in rust en actie, stilte en geluid, alleen en samen, zodat kinderen de benodigde tijd krijgen om opgedane kennis en ervaringen te verwerken. Praktijkvoorbeeld peuters; Wij zoeken naar geschikte momenten voor activiteiten buiten de stamgroep. Door bijvoorbeeld de deur naar een andere groep open te zetten. Hierdoor worden er mee ontdekkingsmogelijkheden gecreëerd. Zo is er voor de kinderen meer te beleven; en op deze manier leren de kinderen elkaar op een andere mogelijkheid kennen. Dit gevoel van veiligheid is te bereiken wanneer het dagprogramma van de kinderen volgens een vaste structuur is opgebouwd. Kinderopvang ZoWieZo brengt structuur aan in de dagdelen. Structuur draagt immers bij aan het dagritme en zorgt voor continuïteit. Let wel, het kind blijft voor ons centraal staan. Wij vinden dat ieder kind zijn eigen karakter en talenten heeft. De pedagogisch medewerker is zich hiervan bewust en kijkt van daaruit wat het kind nodig heeft. Wij vinden het belangrijk dat het kind gewaardeerd wordt om wie hij is. Zo kan ieder kind het beste tot ontwikkeling komen. Ook het gebruik van rituelen en vaste punten in het dagprogramma zijn belangrijk om een groepsgevoel en een gevoel van vertrouwdheid te creëren. Dat kan door met elkaar rituelen te maken en ervaringen te delen. Maar als een kind juist graag zijn eigen gang gaat en op zichzelf wil spelen, dan krijgt het daarvoor eveneens de ruimte. Bij de baby s proberen wij aan te sluiten op het ritme van het kind. Uiteraard voor zover dit volgens ons haalbaar is omdat dit per kind en leeftijd verschilt. Bij de baby s staat centraal dat de pedagogisch medewerkers rekening houden met slaaptijden, voedingstijden en vaste gewoontes van het kind. We kijken en luisteren met aandacht naar elk kind en letten op verbale en non verbale signalen, houden goed in de gaten hoe het kind zich voelt en de pedagogisch medewerker past haar pedagogisch handelen aan wat het kind nodig heeft. Praktijkvoorbeeld baby s; Wij bieden een veilige basis en een thuis waarin de kinderen de ruimte krijgen. Wij zijn er ons van bewust dat baby s nog veel behoefte hebben aan regelmaat en het volgen van hun eigen ritme. Daarom bestaat de babygroep uit een vaste ruimte voor de dagelijkse vaste activiteiten. Wij scheppen een balans in de ruimte door rust en actie gescheiden te houden. Het creëren van een sfeer, waarbij de baby s zich prettig voelen en hun gang kunnen gaan, is van belang. Bij de peuters staat centraal dat wij ruimte bieden aan het kind om zichzelf te zijn, met in achtneming van de grenzen en kunnen van ieder kind. Spel en activiteitenaanbod zijn van invloed op de emotionele veiligheid. Bij de peuters brengen wij ook een bepaalde structuur aan in de dagindeling. Daarnaast maken we afspraken met de kinderen over gebruik van de ruimte en het speelmateriaal zodat de kinderen weten waar ze aan toe zijn en wat kan en mag. De pedagogisch medewerkers hebben een regelmatige samenwerking wat zich uit in het samen organiseren van activiteiten, zowel binnen als buiten activiteiten zodat het kind in zijn spel de andere kinderen en pedagogisch medewerkers leert kennen. 7

Praktijkvoorbeeld peuters; Doordat wij positief in gaan op de verschillende emoties zoals blijdschap, verdriet, woede of angst vinden wij dat hier een basis wordt gelegd voor het leren kennen van zijn gevoelens. We leren de peuters om met zijn eigen gevoelens om te gaan en staan we er samen bij stil hoe de peuters dit aan de andere kinderen duidelijk kunnen maken. Wij nemen de gevoelens van de peuter serieus, wij als pedagogisch medewerker, luisteren en wordt mee geleefd. Wij denken vanuit het kind en laten aan de peuter merken dat wij hem begrijpen. Door vooral complimentjes en kijken naar de peuter als een kind met een eigen persoonlijkheid en identiteit wordt een positief zelfbeeld ontwikkeld. Kinderopvang ZoWieZo maakt gebruik van een bewuste kleur en materiaal keuze. Wij vinden dit belangrijk omdat het bijdraagt aan een prettige en gemoedelijke sfeer in ons kinderdagverblijf. Wij willen een uitnodigende ruimte creëren waardoor kinderen zich op hun gemak kunnen voelen. De inrichting van de verschillende ruimtes is binnen ons kinderdagverblijf zo ingedeeld dat we hoekjes hebben weten te creëren waar kinderen zich kunnen terugtrekken wanneer hier behoefte aan is. Praktijkvoorbeeld peuters; Wij dragen zorg bij de inrichting van de ruimtes op de groep. Zo hebben wij ruimte voor een bouw/speel hoek en een ruimte voor de poppen/ verkleedhoek. Ook hebben we een speelruimte waar de kinderen kunnen klauteren of muziek kunnen gaan maken. De ruimtes zijn zo ingericht dat wij een balans weten te creëren tussen rust en actie, stilte en geluid of alleen en samen spelen. 2. Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van de persoonlijke competentie In onze samenleving gaan wij ervan uit dat elk kind een individu is met eigen mogelijkheden, afhankelijk van aanleg en ontwikkelingsfase. Voor een goede ontwikkeling is het belangrijk dat we rekening houden met het ontwikkelingsstadium en tempo van het kind. Of wanneer kan een kind wat aan. Wij creëren een sfeer waarin ieder kind de kans krijgt om te zien wie het is, met zijn kwaliteiten en grenzen van wat het kan en wil. Wij benaderen het kind respectvol en positief en geven het de ruimte om zelf of met elkaar kleine probleempjes op te lossen. Wij vinden dat de pedagogisch medewerkers een voorbeeld zijn voor de kinderen bij het ontwikkelen van deze competentie. Hun gedrag bij leuke en minder prettige momenten, de manier waarop zij problemen aanpakken, kortom hun eigen persoonlijke competenties zijn van grote invloed op de ontwikkeling bij kinderen. Praktijkvoorbeeld baby s; Wij observeren de baby s regelmatig. Hierdoor spelen wij in op de behoefte van de kinderen en weet je waar de mogelijkheden liggen. Om dit verder te ontwikkelen gaan we in op het gedrag van de baby's. We belonen door complimentjes, een knuffel of een glimlach om zo de baby's het vertrouwen te geven in datgene wat hij al bereikt heeft. Praktijkvoorbeeld peuters: Wij sluiten aan bij wat het kind kan en stimuleren daar waar het nodig is. Wij blijven aandacht houden voor ruimte van eigen initiatieven van het kind. Door dingen zelf te laten maken of ontdekken zodat ze leren inzien waar ze goed in zijn. De pedagogisch medewerker creëert mogelijkheden in het spel door het aanbod van materialen en activiteiten aan te bieden dat aansluit bij het ontwikkelingsniveau van het kind. Er is een evenwicht tussen veiligheid en uitdaging in de omgeving van activiteiten en spelmaterialen die aansluiten bij leeftijd, karakter en interesse van het kind. De inrichting van de ruimtes is zodanig ingericht dat een kind zich veilig voelt en ongestoord kan spelen. 8

Praktijkvoorbeeld baby s; Wij stimuleren de ontwikkeling van persoonlijke competenties bij baby s door een uitdagende inrichting van de binnenruimte, gebruik te maken van uitdagen spelmateriaal en een gevarieerd aanbod van activiteiten. Activiteiten zoals zingen, boekjes (voor) lezen of persoonlijke/ individuele aandacht. Praktijkvoorbeeld peuters; Wij stimuleren de ontwikkeling van de creativiteit door het aanbod van verschillende activiteiten en materialen. We hebben iedere maand een thema en hier passen wij ons aanbod van activiteiten op aan. Bijvoorbeeld met een bezoekje aan de kinderboerderij, of met groente en fruit thema een bezoekje brengen aan de groenteboer. De aanwezigheid van leeftijdsgenootjes biedt het kind de mogelijkheid om emoties en behoeften te leren communiceren met anderen. Ook het oefenen van persoonlijke mogelijkheden als: elkaar troosten, met elkaar plezier maken en elkaar helpen. Zo leert een kind ervaringen te delen met een of meerdere leeftijdsgenootjes. Pedagogisch medewerkers bieden activiteiten aan die mogelijkheden bieden tot het verder ontwikkelen van de persoonlijke competentie, zoals winnen en verliezen, spelen en meespelen, dingen zelf knutselen/ maken en hiervoor complimenteren. Zo vinden wij dat kinderen leren wat zij kunnen en wie ze zijn. Praktijkvoorbeeld peuters: Wij ervaren dagelijks dat de aanwezigheid van leeftijdsgenootjes het kind de mogelijkheid biedt om emoties te leren en te communiceren met anderen. Het kind kan ervaringen leren delen met een of meerdere kinderen, elkaar troosten en met elkaar plezier maken. Ons uitgangspunt blijft: wij observeren de kinderen en bieden ondersteuning waar dit nodig is of geven een nieuwe uitdaging om een stapje verder te komen. 3. Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van de sociale competentie Het leren om te gaan met andere kinderen en volwassenen is essentieel voor iedereen om zich staande te kunnen houden in de samenleving. Je moet kunnen samen spelen en werken, kunnen delen, anderen helpen, in anderen kunnen verplaatsen, kunnen communiceren, conflicten kunnen voorkomen en oplossen, vriendschappen sluiten en onderhouden. In de interactie met andere kinderen en volwassenen doen kinderen ervaring in het deel uit maken van een groep en hier een eigen weg in te vinden. Kinderen ervaren en ontdekken op deze manier wat wel en niet werkt in de omgang met elkaar. Kinderen ontwikkelen op deze manier hun sociale vaardigheden en kennis. Wij vinden dit een belangrijke competentie zodat de kinderen goed kunnen functioneren in de huidige maatschappij. Wij bieden mogelijkheden voor interacties en groepsprocessen. Soms spelen we met de kinderen in een grote groep, soms in een klein groepje of met zijn tweetjes. Dit zijn rituelen die wij op de groep vormen, betrokkenheid geven en een gevoel van gezamenlijk doet ontstaan. Kinderen zullen tijdens hun bezigheden ervaren hoe het is om bijvoorbeeld speelgoed te delen, op elkaar te wachten, samen spelen, praten en luisteren, maar ook plezier maken. Op deze momenten leren de kinderen omgaan met emoties die zich kunnen gaan voordoen in die situaties als plezier, grapjes, een conflict, boosheid of verdriet. Praktijkvoorbeeld baby s; Wij besteden aandacht aan de baby s voor ontwikkeling van de sociale competentie. Dit bevorderen we door de kinderen met elkaar te laten spelen en samen te zijn. Zodat in de groep de baby s belangstelling gaat ontwikkelen voor andere kinderen. Zo kunnen ze op hun eigen manier met elkaar kletsen, elkaar nadoen of uitdagen en het hebben van plezier staat hier voorop! 9

Bij het ontwikkelen van de sociale competentie heeft de pedagogisch medewerker een voorbeeldfunctie. Haar houding in bijvoorbeeld conflictsituaties, haar relatie met de kinderen, haar manier van communiceren met de kinderen en ouders/ verzorgers, is en vormt haar eigen sociale competentie. Deze vinden wij zeer bepalend voor de ontwikkeling hierin van het kind. De sociale competentie en de omgeving van de kinderen uit zich in het maken van heldere en begrijpelijke afspraken over wat wel en niet mag op de groepen. Ook vinden wij het verwoorden van mogelijke risico s in spelsituaties van belang om een kind leren om te gaan met dergelijke situaties. Kortom het betekent veel voor ons om met kinderen te praten over verantwoordelijkheden, omgang met anderen en zijn omgeving. Praktijkvoorbeeld peuters: Wij vinden het belangrijk dat de kinderen tijdens hun bezigheden kunnen ervaren hoe het is om speelgoed te delen, op je beurt te wachten, samen spelen, luisteren en plezier maken. Daarnaast vinden wij het van belang dat kinderen leren omgaan met emoties tijdens hun bezigheden zoals het hebben van plezier, grapjes, boosheid, een conflict of verdriet. Daarnaast maken we heldere en begrijpelijke afspraken met de kinderen over wat wel en niet mag op de groep. Waardoor de kinderen leren met afspraken om te gaan met respect voor zichzelf en de anderen. Kinderopvang ZoWieZo draagt zorg voor de inrichting van de ruimtes en aanbod van het spelmateriaal dat opnieuw zal uitnodigen tot sociale interacties. Zo richten wij hoeken in waar kinderen min of meer ongestoord kunnen spelen, maar ook dat ze kunnen blijven zien wat andere kinderen doen. 1.4 De kans om zich waarden en normen eigen te maken; de cultuur Wij vinden dat kinderen een kans moeten krijgen om zich de waarden en normen eigen te maken van de samenleving. We dragen waarden en normen over aan de kinderen om ze te leren hoe we met elkaar om kunnen gaan. Dit achten wij noodzakelijk voor de kinderen om die waarden en normen van de maatschappij waar zij deel van uit maken leren kennen en eigen te maken. Waarden en normen reflecteren wij in rituelen en gewoonten, regels op de groep, in het handelen van de pedagogisch medewerker en in de manier van omgaan met elkaar. Wij maken heldere afspraken over hoe er wordt omgegaan met verschillende ruimtes en speelgoed (zoals juist gebruik van het speelgoed en het opruimen hiervan). Tijdens spel en activiteiten doen kinderen ervaring op met normen en waarden in relatie tot andere kinderen. De pedagogisch medewerker ziet er op toe dat kinderen spelen met respect voor ieders eigenheid en ruimte. Wij vinden het belangrijk om kinderen te leren respect te hebben voor ieders eigendommen of bezigheden, dus niet zomaar iets van een ander pakken zonder het te vragen. Daarnaast uit respect hebben voor anderen zich ook in elkaar niet bijten, te slaan of uitschelden. Praktijkvoorbeeld baby s en peuters; Ons gedrag als baby en pedagogisch medewerk(st)er speelt een belangrijke rol bij de morele ontwikkeling van kinderen. Door onze reacties ervaren kinderen de grenzen van wat goed of wat slecht is, wat kan en mag of niet kan en mag. Wij vinden het daarom belangrijk dat kinderen vanuit een positieve benadering worden begeleid bij het eigen maken van de waarden en normen. Dit uit zich in door uitleg te geven over gemaakte afspraken, zo wordt inzicht geboden wanneer een kind een afspraak overtreedt. Pedagogisch medewerkers hebben een belangrijke rol in het uitdragen, voorleven van waarden en normen. Wij zijn hier ons van bewust. In de bejegening van kinderen, ouders/ verzorgers, omgaan met de omgeving, gewoontes op de groep en het kinderdagverblijf ziet u terug wat wij belangrijk en goed vinden. We leven voor, geven het goede voorbeeld, en leggen uit wat er van een kind verwacht wordt. Ons uitgangspunt hierbij is een positieve houding tegenover de kinderen. Praktijkvoorbeeld baby s en peuters; 10

Tijdens spel en activiteiten laten we de kinderen ervaring op doen met waarden en normen in relatie tot andere kinderen. Wij zien er op toe dat kinderen spelen met respect voor ieders eigenheid en ruimte. 11

Hoofdstuk 2 Plaatsing 2.1 Groepsindeling Er wordt op deze locatie gewerkt met twee stamgroepen, genaamd de baby en peutergroep. In de paragraaf stamgroep wordt uitleg gegeven over wanneer er wordt afgeweken van de vaste stamgroepen en hoe wij hiermee omgaan. Wij hanteren te allen tijde de beroepskracht kindratio (BKR)en berekenen deze via de rekentool www.1ratio.nl. In de praktijk komt dit neer op: 1 pedagogisch medewerker per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; 1 pedagogisch medewerker per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; 1 pedagogisch medewerker per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; 1 pedagogisch medewerker per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar; 1 pedagogisch medewerker per 10 aanwezige kinderen van 4 tot 12 jaar; Bij de planning en plaatsing streven we naar een evenwichtige leeftijdsopbouw op de groepen. Hierbij kan het voorkomen dat broertjes, zusjes, vriendjes en vriendinnetjes bij elkaar op de groep geplaatst worden. Onderstaand zullen we per ruimte uitleg geven over de mogelijkheden van de verschillende groepen en over de werkwijze, maximale omvang en de leeftijdsopbouw: Babyruimte: Deze ruimte bevindt zich op de begane grond, aan de linkerkant van het pand. In deze ruimte wordt één stamgroep gedraaid, genaamd de babygroep. Hieronder zal per groep uitleg worden gegeven: Babygroep Op de stamgroep worden baby s vanaf 10 weken tot 2 jaar opgevangen. Wij vangen op deze groep maximaal 9 kinderen op, waardoor er niet meer dan twee pedagogisch medewerkers op een dag werken. De pedagogisch medewerkers van deze groep zijn verantwoordelijk voor de kinderen en inrichting van de groep. Het kan voorkomen dat een kind al eerder in de ontwikkeling, dan de leeftijd van twee jaar, klaar is voor de volgende groep. In overleg met ouders en de pedagogisch medewerkers kan dan besloten worden om een kind al eerder naar de volgende stamgroep over te plaatsen. Met bovenstaande uitzondering houden we uiteraard rekening met de beroepskracht kindratio. Peuterruimte Deze ruimte bevindt zich op de begane grond, aan de rechterkant van het pand. In deze ruimte kunnen meerdere groepen gedraaid worden, maar er bevindt zich één stamgroep, genaamd de peutergroep. Vanwege het vierogenprincipe is dit de ruimte waar een camera geplaatst is. Als er één pedagogisch medewerker in het pand aanwezig is, zal de medewerker de kinderen hier opvangen. Voor verdere uitleg verwijzen wij door naar de paragraaf vierogenprincipe. 12

Hieronder zal per groep uitleg worden gegeven: Peutergroep Op deze stamgroep worden kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar opgevangen. De peutergroep hanteert een maximaal van 16 kinderen, waardoor er niet meer dan twee pedagogisch medewerkers op een dag werken. De peutergroep heeft maximaal 13 kinderen in de leeftijd van 1,5 tot 4 jaar met twee pedagogisch medewerksters per dag en drie vaste pedagogisch medewerksters per week. Verticale groep Door een kleine terugloop van het aantal kinderen is het werken met twee groepen soms overbodig, waardoor wij in de peuterruimte een verticale groep maken. Uiteraard kan dit ook te maken hebben met de vrije dagen van de ouder(s), waardoor het kind niet opgevangen hoeft te worden. Op deze groep worden kinderen opgevangen van 0 tot 4 jaar. Op deze groep houden we een maximum aantal kinderen aan van 12, waardoor er niet meer dan twee pedagogisch medewerkers tegelijk op de groep staan. Wij zullen uiteraard kijken naar de behoefte van de verschillende leeftijden en zullen het speelgoed en de activiteiten hierop aanpassen en zo nodig meenemen uit andere ruimten. Bovenruimte Deze ruimte bevindt zich op de eerste verdieping van het pand, de trap bevindt zich direct bij binnenkomst aan de rechterkant. In deze ruimte wordt één groep gedraaid, genaamd de peuter plusgroep. Op dit moment maken wij geen gebruik van deze ruimte. Hieronder zal uitleg worden gegeven over deze groep: Peuter plusgroep Onze peuter plusgroep starten wij op als er meer dan 16 kinderen op de peutergroep aanwezig zijn of als er beneden een verticale groep van 12 kinderen wordt gerealiseerd. De oudsten kinderen, in de leeftijd van 3 tot 4 jaar, zullen dan in deze groep verblijven. We vangen deze kinderen op in de bovenruimte, wat zich op de eerste verdieping vestigt. Voor deze groep organiseren we speciaal voor kinderen vanaf 3 jaar activiteiten toegespitst op hun leeftijd. Kinderen krijgen moeilijkere en uitdagende speelmogelijkheden. Op deze groep worden er maximaal 16 kinderen opgevangen, met een maximum van twee pedagogische medewerkers. 2.2 Stamgroepen In paragraaf 2.1 is beschreven welke verschillende groepen wij op deze locatie hebben. Ieder kind heeft zijn of haar eigen vaste stamgroep (baby of peutergroep) met de vaste pedagogisch medewerkers die bij deze groep horen. Dit biedt veiligheid, geborgenheid en biedt een rustige veilige basis voor het kind. Incidenteel zullen de vaste stamgroepen (baby en peutergroep) om planningsmatige redenen niet in de vaste samenstelling draaien. Hier gaat het om de verticale groep en/of de peuter plusgroep. Hieronder zullen we uitleg geven over wanneer we afwijken van de stamgroep: Als wij met meerdere groepen draaien, dan voegen we in de pauzes de kinderen samen. De meeste kinderen liggen tijdens de pauzes te slapen. De resterende groep wordt door middel van activiteiten of vrij spel opgevangen, waardoor de pauzes van de pedagogisch medewerkers kunnen worden ingezet. Dit gebeurt meestal in de gezamenlijke hal, tussen de twee ruimten in op de begane grond. Hiermee houden we rekening met de 3 uurs norm en met het vierogenprincipe. Door een kleine terugloop van het aantal kinderen is het werken met twee groepen soms overbodig, waardoor wij in de peuterruimte een verticale groep maken. Als kinderen bijna naar de basisschool gaan, laten we ze wennen bij de BSO. 13

Het kan zijn dat ouders een dag willen ruilen of een extra dag willen komen, maar de eigen groep hier geen ruimte voor heeft. Als er buiten wordt gespeeld. De groepen kunnen op hetzelfde tijdstip gebruik maken van de buitenruimte, maar je kunt na overleg een paar kinderen buiten laten spelen met de groep die buiten is. Aan het begin en het einde van de dag, als de pegagogisch medewerker haar dienst nog niet is begonnen of heeft volbracht op het tijdstip dat er kinderen worden gebracht/gehaald. Hiermee voldoen we aan de 3 uurs norm en aan het vierogenprincipe. Bij ziekte of vrije dagen van de vaste pedagogisch medewerkers van de groep. Er tijdelijk geen plaats is op de eigen stamgroep kan in overleg met de ouders een kindje ook op een andere groep geplaatst worden. Kinderen hebben de behoefte om de wereld om hen heen te verkennen, waardoor wij regelmatig de deuren van beide stamgroepen open zetten. Op deze manier creëren we voor de kinderen meer bewegings en speelruimte. Het wordt aan het inzicht van de pedagogisch medewerkers overgelaten wanneer zij de deuren openzetten. Wanneer de sfeer op de groep(en) het niet toelaat zal besloten worden het samen spelen moment niet te laten plaatsvinden. Wij zien het kinderdagverblijf als een samenleving in het klein waar kinderen kunnen oefenen. Het werkt positief voor de sociale ontwikkeling, de kinderen wennen aan meerdere medewerkers en gaan spelenderwijs relaties aan met andere kinderen. Hieronder zullen we uitleg geven over hoe we omgaan met het afwijken van de stamgroep: We kijken altijd naar de individuele behoeften van het kind, en of zij in staat zijn de stamgroep te verlaten. We houden er rekening mee of het kind aansluiting kan vinden bij andere kinderen. Mocht dit niet zo zijn, zullen we een vriendje laten meegaan naar de andere groep. Als er alsnog geen aansluiting gevonden kan worden, zal de overplaatsing niet plaatsvinden. We zullen kijken en overleggen met de kinderen, in hoeverre het speelgoed uitdaging biedt. Mocht dit niet zo zijn, zullen wij speelgoed van de vaste stamgroep meenemen. Met de planning zal altijd de rust voor het individuele kind en de groep belangrijk blijven We waarborgen te allen tijde de beroepskracht kindratio. We werken met vaste pedagogisch medewerkers en hebben een nauwe samenwerking tussen de groepen, waardoor kinderen niet bij onbekende medewerkers opgevangen zullen worden. Dit komt omdat wij relatief een kleine locatie zijn, waardoor iedereen elkaar kent. De nauwe samenwerking komt voort uit het feit dat wij regelmatig de deuren van beide stamgroepen open hebben, waardoor onze pedagogisch medewerkers alle kinderen op het kinderdagverblijf leert kennen. Ouders hebben een toestemmingsformulier ondertekend, dat zij akkoord gaan met het feit dat hun kind incidenteel niet op de eigen stamgroep wordt opgevangen. Als kinderen overgaan naar een volgende stamgroep, zullen we dit altijd in overleg met de ouders doen en het kind laten wennen aan de nieuwe omgeving. Een kind zal nooit in meer dan twee verschillende groepen worden opgevangen gedurende de week. We blijven altijd voldoen aan de eis van het aantal vierkante meter van de ruimten in verhouding met het aantal kinderen. 14

2.3 Personeel We zorgen voor continuïteit op de groepen door zoveel mogelijk vaste personeelsleden op vaste dagen te laten werken. We werken met pedagogisch medewerkers die verantwoordelijk zijn voor hun eigen ruimte en locatie onder leiding van een leidinggevende. Zij bieden veiligheid en vertrouwen voor kinderen en ouders. Omdat Kinderdagopvang ZoWieZo werkt met verschillende groepen wordt het aantal pedagogisch medewerkers volgens een rekenkundig gemiddelde berekend, waarbij naar boven kan worden afgerond. Alle pedagogisch medewerkers beschikken over een diploma dat vereist is voor het werken in de kinderopvang (conform de CAO Kinderopvang). Ook hebben alle medewerkers, stagiaires en invalkrachten een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). De sector kinderopvang werkt met een beroeps en meldcode waar alle medewerkers zich aan dienen te houden. Binnen het kader van de deskundigheidsbevordering van onze medewerkers organiseren wij regelmatig bijeenkomsten voor ons personeel. Door het aanbieden van cursussen, workshops of trainingen houden wij de expertise van onze medewerkers op peil en wordt die waar nodig verbeterd. Binnen de diverse vestigingen bestaat een uitwisseling van kennis en ervaring tussen medewerkers. In dit pand is er gemiddeld 3 dagen per week en kantoormedewerker aanwezig, voor vragen en/of opmerkingen van ouders en pedagogisch medewerkers. Daarnaast zijn wij een door SBB erkend leerbedrijf. Dat betekent dat er bij ons beroepskrachten in opleiding stage kunnen lopen, die een opleiding tot pedagogisch medewerker volgen. Zij volgen een Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) via het Horizon College. In geval van calamiteiten zal de eerste opvang door de leidinggevende zelf worden waargenomen. Onmiddellijk zal dan ook een oplossing worden gezocht wie er op dat moment kan invallen. Hierbij wordt het huidige personeel geraadpleegd of eventuele oproepkrachten. 2.4 Plaatsingsbeleid Inschrijving gebeurt door middel van het gebruikelijke inschrijvingsformulier van ZoWieZo via de website. Zodra de inschrijving bij ons binnen is, wordt het nieuwe kind toegevoegd in ons systeem en krijgen de ouders/verzorgers een bevestiging. Ouders/verzorgers ontvangen van ons een plaatsingsvoorstel zodra wij de opvang van uw kind(eren) kunnen garanderen. Zodra hier akkoord op is, zullen wij het contract toesturen. 2.5 Plaatsingsmogelijkheden Plaatsing is mogelijk variërend van 1 tot 5 dagen per week. Opvang vindt in principe plaats gedurende vaste dagen per week, zoals in het contract staat opgenomen. Wij bieden ook flexibele opvang aan. 15

2.6 Plaatsingscriteria Kinderopvang ZoWieZo stelt zich in principe ten doel kinderopvang te verzorgen voor alle kinderen van 0 tot 4 jaar. Hoewel ons kinderdagverblijf niet is ingericht op specifieke opvangtaken voor kinderen met een verstandelijke en of lichamelijke handicap(s), kinderen met ontwikkelingsachterstanden en gedragsproblemen, wordt individueel gekeken naar de mogelijkheden. Hierbij staat het belang van het betreffende kind, de groep en de pedagogisch medewerker van ZoWieZo centraal. Voor de plaatsing van (elk) kind wordt onder andere gekeken of: Het team het betreffende kind kan begeleiden, zonder dat het betreffende kind of de andere kinderen daardoor tekort komen Het betreffende kind, de andere kinderen en het team zich veilig kunnen voelen Het betreffende kind de structuur van ervaringsgerichtheid aankan Het betreffende kind goed mee kan draaien in een groep Het betreffende kind goede aansluiting vindt bij de andere kinderen Het betreffende kind mee kan doen aan de georganiseerde activiteiten De bijzonderheden omtrent het betreffende kind, het kind zelf, de andere kinderen en de groepsleiding niet negatief beïnvloedt. 2.7 Opzegtermijn Op basis van onze plaatsingscriteria kan ZoWieZo op gegronde redenen afzien van plaatsing of de plaatsing beëindigen. Dit gebeurt slechts in nauw overleg met de directie en de ouder(s)/verzorger(s). Conform afspraak houden wij een opzegtermijn van 1 maand voorafgaande aan de eerste van de maand. Opzegging dient schriftelijk of per mail bij ZoWieZo te worden ingediend. De eerste maand van plaatsing geldt bij ons als proefmaand, waarin opzegging zonder opzegtermijn mogelijk is. Voldoet de opvang van uw kind tijdens deze proefmaand aan uw verwachtingen, dan continueren we de plaatsingsovereenkomst automatisch. Bevalt de opvang u niet, of is er een andere reden waarom u besluit (toch) geen gebruik te maken van onze opvang, dan staat het u vrij de overeenkomst te ontbinden. De afgenomen uren worden wel in rekening gebracht. Na deze proefmaand geldt de gebruikelijke opzegtermijn van 1 maand voorafgaande aan de eerste van de maand. 16

Hoofdstuk 3 De dag 3.1 Dagindeling Bij Kinderopvang ZoWieZo vinden we het belangrijk dat kinderen regelmaat in de dagindeling ervaren. Regelmaat geeft veiligheid voor kinderen, daarom hanteert elke groep een vaste dagindeling. De kinderen raken vertrouwd met de steeds terugkerende vaste momenten op de groep. Aan tafel zitten waarbij er gelegenheid is om wat te eten en te drinken, maar ook om liedjes te zingen of actuele onderwerpen te bespreken, zijn een vast onderdeel in de ochtend en de middag. Na dit moment wordt er overleg gepleegd wat de kinderen voor activiteiten willen gaan ondernemen. 6.30 : ontbijt 7.30 : vrij spelen 09.00 : tafelmoment met drinken en fruit 10.00 : vrij spelen/ activiteit 11.30 : lunchen met drinken 12.30 : slapen/ rustmoment 15.00 : tafelmoment, drinken en cracker 15.30 : vrij spelen 17.00 : tafelmoment met tussendoortje/avond eten 18.00 : afsluiting Op de groepen wordt themagericht gewerkt: de thema s worden in onderling overleg gekozen en regelmatig afgewisseld. Thema s sluiten aan bij de seizoenen, maar ook bij de diverse feesten en onderwerpen als circus, dieren, etc. door het jaar heen. De spelmaterialen en het speelgoed passen we aan bij het gekozen thema. Ook het knutselen is gericht op het betreffende thema. Deze materialen worden bewaard in speciale opbergkisten die, behalve thematisch speelgoed, ook allerlei ideeën voor activiteiten bevatten. Voorbeelden van deze thema s zijn: boerderij, muziek, circus en kerst. Activiteiten zijn, behalve vrij spelen waarin de fantasie en het samenspelen belangrijk zijn, ook gerichte opdrachten. Deze opdrachten zijn nooit verplicht: kinderen worden niet gedwongen om iets te maken of te doen. De pedagogisch medewerkers maken het werk ook niet af. Het is niet belangrijk dat het product iets voorstelt; veel belangrijker is dat kinderen kennismaken met diverse materialen en leren om hun creativiteit te uiten. Het aanbod van speelgoed varieert per dag. De groepen wisselen soms ook onderling materialen uit. Er wordt zoveel mogelijk buiten gespeeld; bij kinderen van alle leeftijden is water en zand favoriet. 3.2 Intake De leidinggevende van het kinderdagverblijf (of een aangewezen pedagogisch medewerker) heeft voor de startdatum een intakegesprek met de nieuwe ouders. Tijdens dit gesprek wordt er uitleg gegeven over de dagelijkse gang van zaken en worden er afspraken met de ouders gemaakt over bijvoorbeeld eten, slapen, halen en brengen. De pedagogisch medewerker maakt gebruik van een checklist zodat alle relevante onderwerpen zoals dagindeling, huisregels, ziektebeleid en wenprogramma aan de orde komen. Er wordt samen met de ouders een gegevensformulier ingevuld, waarin o.a. afspraken over eten, slapen, adresgegevens en bijzonderheden van het kind worden genoteerd. Dit formulier komt in een map op de groep waar het kind wordt opgevangen, zodat het voor de pedagogisch medewerkers altijd bij de hand is. 17

3.3 Wennen Als een kind op een nieuwe stamgroep terecht komt, zal in samenspraak met de ouder(s), worden afgestemd hoeveel wenmomenten er zullen plaatsvinden. Meestal is dit twee keer een dagdeel. Pedagogisch medewerkers bieden tijdens de wenmomenten vertrouwen en ondersteuning aan het kind, zodat het zich veilig en vertrouwd gaat voelen in de groep. Een kort en duidelijk afscheid van de ouders, biedt de meeste duidelijkheid voor het kind, waardoor het kind sneller kan wennen. 3.4 Slapen en rusten Tijdens de intake wordt er met de ouders een afspraak gemaakt over het slaapritme van hun baby of jonge peuter. Baby s slapen wanneer zij behoefte hebben om te slapen. De peuters worden na de lunch op de slaapkamer te slapen gelegd. Heeft een kind een andere slaapbehoefte, zoals minder of niet meer slapen, dan wordt dit met de ouders afgestemd. Kinderen kunnen, als zij moe zijn, ook op de bank of in een hoekje met kussens uitrusten. 3.5 Spelen en activiteiten Jonge kinderen De baby s staan voor een groot deel van de dag in het teken van verzorging. Tijdens de verzorging wordt er met de kinderen gepraat. Er wordt regelmatig gezongen en geknuffeld. Zodra de baby s kunnen zitten, nemen ze deel aan de kring waarin liedjes worden gezongen. Het aanbod van speelgoed wordt aangepast op de leeftijd. Er wordt voldoende variatie aangeboden. Bij mooi weer wordt er buiten gespeeld; er is (veilig) water en zand om mee te spelen, evenals rijdend materiaal. De allerkleinsten worden in de kinderwagen gelegd. Indien de mogelijkheid zich voordoet, wordt er gewandeld met de baby s. Als het regent, worden er binnen activiteiten met de kinderen gedaan. De pedagogisch medewerkers doen regelmatig leeftijdsgerichte activiteiten, bijvoorbeeld een poppenspel en kiekeboe. De speelkussens lenen zich goed voor het stoeien. Oudere kinderen In het dagritme zijn enkele vaste activiteiten opgenomen, zoals het samen zingen en eten aan tafel. Daarnaast is er veel ruimte voor de peuters om zelf te spelen. Het is niet nodig, en zelfs niet gewenst, om kinderen de hele dag bezig te houden. Op vaste tijden worden activiteiten aangeboden om bezig te zijn, maar ook om kennis te maken met allerlei materialen en spelletjes. De uitdaging zit in de variatie van het aanbod. 3.6 Brengen en halen Kinderopvang ZoWieZo is geopend van 06:30 uur tot 18:30 uur. Op de breng en haalmomenten wordt belangrijke en leuke informatie over het kind door de pedagogisch medewerkers en de ouders uitgewisseld. Ouders kunnen tijdens brengmomenten praktische informatie over het kind of leuke anekdotes aan de pedagogisch medewerkers vertellen. Op het moment dat ouders hun kind komen halen, geven de pedagogisch medewerkers belangrijke informatie over het kind, zoals de activiteiten die het kind ondernomen heeft tijdens de opvangdag. Bij de jongste kinderen t/m 2 jaar (als ouders de voorkeur geven aan een langere periode, is dit geen probleem) wordt gebruik gemaakt van een heen en weer schriftje, waarin zowel ouders als pedagogisch medewerkers leuke zaken rondom het kind kunnen opschrijven. Voor de peuters wordt een plakboek bijgehouden van werkjes met verschillende thema s. Bij het verlaten van onze kinderopvang krijgt elk kind het plakboek mee naar huis. Omdat de contactmomenten kort zijn, is het altijd mogelijk om een gesprekje met de pedagogisch medewerkers aan te vragen, zodat op een rustiger moment uitgebreid overlegd kan worden. 18

3.7 Extra dag of wijziging Mocht u incidenteel uw kind een dag extra naar de opvang willen brengen, dan kunt u dit aanvragen. De leidinggevende van het kinderdagverblijf zal bekijken of de groepsomstandigheden het toelaten, waarna u telefonisch of per mail wordt bericht. Éen keer per kwartaal zullen deze extra opvanguren in rekening worden gebracht. 3.8 Feestdagen Het kinderdagverblijf is gesloten op de officiële feestdagen. Op 5, 24 en 31 december hanteren we een afwijkende sluitingstijd. Hierover worden de ouders vroegtijdig over bericht. 3.9 Uitstapjes Af en toe gaan de kinderen met de pedagogisch medewerkers een uitstapje maken. Bijvoorbeeld brood halen bij de bakker of een boodschap doen bij de supermarkt. Ouders geven hier toestemming voor. Als een groep gaat wandelen in de wijk dan mogen de pedagogisch medewerkers het aantal kinderen meenemen dat volgens de beroepskracht kindratio is toegestaan, zie protocol Uitstapjes. 3.10 Milieu en natuur Kinderen leren met vallen en opstaan en hun nieuwsgierigheid ontwikkelt zich steeds verder. Kinderen wordt geleerd de natuur te respecteren en tegelijkertijd ook de leuke dingen van de natuur te zien. Dit kan variëren van een bak met kikkervisjes op de locatie, tot het spelen met kastanjes. 19

Hoofdstuk 4 Eten & drinken 4.1 Eten en drinken Op Kinderdagverblijf ZoWieZo wordt er met elkaar als groep gegeten en gedronken, omdat dit gezamenlijk eten meerdere functies heeft. Behalve dat eten en drinken goed voor de ontwikkeling van het kind is, heeft het ook een sociale functie, een sfeerfunctie en een moment van rust. De medewerkers van Kinderdagverblijf ZoWieZo verzorgen de broodmaaltijden, het drinken, fruit en de tussendoortjes. De BSO verzorgt het avond eten en wordt iedere middag gebracht. Uiteraard wordt bij het eten en drinken de hygiëne in acht genomen. Kinderen hebben goede voeding nodig om te groeien en zich te ontwikkelen. Er zijn verschillende tafelmomenten waarbij de kinderen verschillende soorten voeding en drinken aangeboden krijgen. De kinderen eten samen met de pedagogisch medewerkers aan tafel. De kinderen krijgen eerst een boterham met hartig beleg en mogen vervolgens ook kiezen voor een boterham(men) met zoet beleg. Soms krijgen de kinderen iets extra s, dit kunnen verschillende producten zijn. Enkele voorbeelden hiervan zijn: knakworstjes, pannenkoeken, poffertjes, of een eitje. Dit gebeurt door de week heen zodat alle kinderen een keer een lekker extraatje krijgen. Kinderen worden nooit gedwongen hun bord leeg te eten. Ze krijgen kleine porties op hun bord en ze worden gestimuleerd voldoende te eten. Bij een afwijkend eetpatroon of andere bijzonderheden zullen de ouders door de pedagogisch medewerkers worden ingelicht. De pedagogisch medewerkers zien erop toe dat de baby s en peuters goed drinken. s Morgens rond 09:00 uur en tijdens de lunch wordt er gedronken. In de middag en aan het eind van de middag krijgen de kinderen nogmaals iets te drinken. De kinderen krijgen melk, diksap, water, thee en/of limonade te drinken. Kinderen kunnen altijd water drinken als zij willen. De ouders brengen flesvoeding en eventueel de warme maaltijd zelf mee voor hun kind. Het is altijd mogelijk om borstvoeding te geven of mee te brengen in een koeltas of ingevroren. Om de gezondheid van kinderen te kunnen waarborgen zijn een aantal maatregelen rondom voedingsverzorging getroffen die er toe leiden dat de veiligheid van kinderopvang ZoWieZo verstrekte voeding gegarandeerd is. Wij houden ons aan de Warenwet Hygiëne van levensmiddelen. In het protocol Hygiëne en gezondheid wordt dit nader behandeld. 4.2 Dieet, allergie, andere culturen Ouders zijn verantwoordelijk om de pedagogisch medewerkers op de hoogte te stellen van bijzonderheden en wensen rondom de voeding van het kind. Bijzonderheden zoals een allergie, dieet of wensen vanuit een geloofsovertuiging worden tijdens het intakegesprek op het intakeformulier genoteerd. De pedagogisch medewerkers proberen een alternatief voedingsmiddel te geven (zoals een rijstwafel) als dit eenvoudig door de pedagogisch medewerkers kan worden aangeschaft. Indien dit niet mogelijk is, of in geval van traktaties bij festiviteiten, zorgen de ouders voor een alternatief. Op elke groep wordt duidelijk een zichtbare mededeling opgehangen over wat het betreffende kind niet mag eten of drinken plus de eventuele vervangingsmogelijkheden. (bijv. Mag niet: worstjes met als ingrediënt varkensvlees. Mag wel: knakworstjes met rundvlees). Als er een kans is op een heftige allergische reactie van het kind op een voedingsmiddel, dan geven de ouders op het intakeformulier aan, welke stappen in een dergelijke situatie ondernomen moeten worden. Speciale voeding bij een bepaald dieet, wordt door de ouders zelf meegenomen. 20

4.3 Feesten en trakteren Bij een verjaardag mag een kind een traktatie uitdelen. De pedagogisch medewerkers vieren samen met het jarige kind zijn/haar verjaardag. In overleg met de ouders en pedagogisch medewerkers kijken we welke dag de verjaardag gevierd wordt. De pedagogisch medewerkers zorgen voor een feestmuts en een feeststoel. De kinderen mogen trakteren op de groep. Niet alle traktaties zijn echter geschikt om uit te delen. Zo gaat onze voorkeur bijvoorbeeld uit naar een hartige i.p.v. zoete traktatie. Ouders kunnen altijd overleggen met de pedagogisch medewerkers over een geschikte traktatie. Natuurlijk zingen de medewerkers en de kinderen voor de jarige. 4.4 Voedingsmiddelen inkoop, bereiden en bewaren De voedingsmiddelen worden wekelijks gehaald of besteld bij de locale supermarkt. We zien er op toe dat beperkt houdbare levensmiddelen tijdig weggegooid worden. Flesvoeding wordt één keer opgewarmd en na 1 uur weggegooid. In het protocol Hygiëne en gezondheid wordt dit nader behandeld. 21