Grond of aarde weghalen door te graven. Graven is een gat in de grond maken. De plaats waar de grond wordt weggenomen.



Vergelijkbare documenten
Woordenschat les 8.1. Vervuilde grond?

De bodemverontreiniging

Grond onder je voeten

Zand en klei 1. Van veen tot weiland 2. Blad 1. Heide Een lage plant met paarse bloemen.

Werkboek van: Den Haneker Educatie Streekonderwijs

LEVEN IN HET DONKER LES 1. Dagdieren en nachtdieren

Bijlage VMBO-KB. biologie CSE KB. tijdvak 2. Deze bijlage bevat informatie.

Wat weet jij over biologisch en over de bodem?

Bodem. Bodemleven. Bodemverzorging. Gevorderdencursus dl 1 TT Boxtel Volkstuinvereniging Ceres

1.0INLEIDING. Als we over natuur hebben waar denk je dan aan? Schrijf dit hier nu eens op:

inhoud Zee, strand en duin 1. Zand 2. Zon en wind 3. Het duin 4. Dieren in het duin 5. Eb en vloed 6. De jutter 7. Schelpen 8.

2 Bemesting Meststoffen Soorten meststoffen Grondonderzoek Mestwetgeving 49

Flora en fauna. Flora

Opdrachten Jaar van de Bever voor groep 3,4,5 van de basisschool

1 Grond Bodem Minerale bestanddelen Organische bestanddelen De verschillende grondsoorten 16 1.

Bijlage VMBO-GL en TL

BIOBOER. Maar vandaag is het aardoliealarm. Kijk op je aardoliekaart of er voor jou een probleem is.

Aardoliealarm in het bos

Onderzoeksopdracht. Bodem en grondstaal

= een beestje met 8 poten. Een spin kan een web maken. = een plant met scherpe stekels.

Groei voorbereiden. -voetafdruk van dit drukwerk is berekend met ClimateCalc en gecompenseerd bij: treesforall.nl. De CO 2

Regenwormen Tijdstip: in september, oktober en november, na een regenbui.

BODEMLEVEN, GROND & BEMESTING

Les 5 Een goede bodem

Woordenschat blok 03 gr4 Les 1 De bodem: de grond waarin planten kunnen groeien. De duinen: heuvels van zand langs de zee. De plant: een stengel met

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 8 Les 1

3. Van wie is de kreet? 4. Wat wil Albor met het zwijntje doen?

Bijlage VMBO-GL en TL-COMPEX 2006

De landbouwer als landschapsbouwer

Ontwikkeling en beheer van natuurgraslanden in Utrecht: Kruiden- en faunarijk grasland

Het is winter. op Landgoed Schothorst

inhoud 1. Inleiding 3 2. Schimmel 4 3. De paddenstoel 5 4. Uit het leven van een paddenstoel 7 5. Soorten paddenstoelen 6.

Vind de schat van Het Vinne!

ligt. Druppelen: als ergens druppels vanaf vallen. Je haar druppelt bijvoorbeeld als je net uit het zwembad komt. Gieten: heel hard regenen.

Lang bloeiende inheemse vaste planten voor bijen en vlinders

Steen-0-loog aan de Maas. middenbouw

Je kunt nu de heesters snoeien die al zijn uitgebloeid. Ook buxushaagjes kun je alvast knippen. Geef ze daarna extra mest voor goede hergroei.

HET STOKSTAARTJE. Aardmannetje

Bodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1

Werkblad Naut Thema 2: Planten en dieren

Instructieblad Aarde Activiteit 1.01: Grondsoorten

EEN APPELTJE VOOR DE DORST

Oerboeren in de Friese Wouden.

Wat gebeurt er met de blaadjes die in de herfst van de bomen vallen? En wat doen onze tuiniers met dode of planten of afgesnoeide takken?

Praktijk Netwerk Niet Kerende Grondbewerking

Een gedeelte van een stad of een groter dorp. Een wijk bestaat uit meerdere buurten.

inhoud Het konijn 1. Bos en duin 2. Het hol 3. Keutels 4. Gevaar 5. Een huisdier 6. Rassen 7. Filmpje Pluskaarten Bronnen en foto s

Groenten onder glas 1. Op het land 2. Blad 1. Verbouwen (van groente) Iets laten groeien. Insect Een klein diertje met zes poten.

Jouw idealen in Utrecht Verkiezingsprogramma. Provinciale Staten 2015 in eenvoudige taal

Weg met dat vieze water! Alles wat je moet weten over afvalwater

HANDIG VOERSPELLETJES VOOR KONIJNEN EN KNAAGDIEREN

Tuin- en keukenresten composteren? Dàt is kinderspel!

Inhoud. Inleiding blz. 3. Wat is een fossiel? blz. 4. Hoe fossielen ontstaan blz. 5. Fossielen van zacht weefsel blz. 6. Zeedieren blz.

Voorbereiding post 2. Rovers op (het) pad Groep 6-7-8

Herfstwerkboekje van

Samenvatting Aardrijkskunde Hoofdstuk 2

Klimaatadaptatie. Opdracht: Maak ruimtelijke scenario s voor de regio West-Brabant waarin wordt ingespeeld op de gevolgen van klimaatverandering.

Thema 2 Bewaren. Weinig te eten. Opdracht: zoek met je groepje een ramp en beschrijf de ramp met gebruik van bovenstaande woorden.

Bijlage VMBO-KB 2006 BIOLOGIE CSE KB. tijdvak 1. Deze bijlage bevat informatie b

inhoud blz. Klei 1. Hoe is klei ontstaan? 2. Wat is er bijzonder aan klei? 3. Klei in vroeger tijd 4. Gebruik in onze tijd 5.

Bermenplan Assen. Definitief

Opdrachten over de Hooge Boezem achter Haastrecht. Op de kaart hierboven zie je het hele gebied.

DASSENWERK. werkbladen opdrachten Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen. Locatie De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen

Welk woord hoort bij de betekenis? Vul het woord in en zoek het in de puzzel.

Een bovenbouwproject van het IVN Veldhoven Eindhoven Vessem Najaar 2014

4 Gazonaanleg en -onderhoud

inhoud 1. De mier 2. De teek 3. De regenworm 4. De pissebed 5. De hoofdluis 6. De vlieg 7. De mug 8. De vlo 9. Filmpje Pluskaarten Colofon

Antwoordenboekje Lespakket bezoek rioolwaterzuivering Juni 2016

De composthoop Een composthoop bij school

Een kreeft in de klas

Vandaag is het Nationale Boomfeestdag en gaan jullie één of meerdere bomen planten.

LESBLAD WATERKRINGLOOP GROEP 5-6

Encyclopedie. Avontuur. van het. Voor avontuurlijke kids met veel vragen

WERKBLAD OPDRACHTEN. Locatie: De Drie Linden Giersbergen 8 Drunen Nationaal Park De Loonse en Drunense Duinen

Bosopdrachten. Praktijkopdrachten groep 7/8

De familie schaap. Praat eens zoals een schaap Welke dierengeluiden ken je nog? Doe ze eens na?

Start: Welk dier hoort bij...?

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 7 Les 1

Regenwater leid je niet om de tuin!

COMPOSTEREN MET KINDEREN WERKBLAD 24. Duizendpoot in bed

inh oud 1. Leven onder water 3 2. Dieren en planten 3. Vissen 4. Kwallen 5. Zoogdieren 6. Schaaldieren 7. Stekelhuidigen 8. Zeewier 9.

Opdrachtkaarten Lente

Les 1 Ontstaan aardgas

Materiaal Groen. Deel 3: Groen groeit

inhoud blz. 1. Prikken en steken 2. De bij 3. De brandenetel 4. De mug 5. De kwal 6. De pieterman 7. De rode mier 8.

inhoud Herfst 1. Het weer 2. Overal blad 3. Zaden 4. Paddenstoelen 5. De eekhoorn 6. De egel 7. Insecten 8. Vogels op reis 9. Filmpje Pluskaarten

Thema 2 Planten en dieren

Winterboek. Met filmpjes, werkblad en puzzels. Groep 3/4. uitgave januari 2013

De grond waarop wij wonen.

Afdrukken pagina 2-19 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd

NIEUW NATUURGEBIED DE KEUZEMEERSEN

Samenstelling en eigenschappen

Meer theorie over bodem & compost

Oefeningen niveau 2 Reeks 1

Smakelijke biologische kazen. Van drie bijzonder eigenwijze boeren

Loof-en naaldbomen. Naam :

inhoud DEZE ZANDBAK IS TE GEK!

Post I. A: Oude duinen B: Zeekleilandschap. Bodemgebruik: A: Bos. B: Grasland

Transcriptie:

Les 1 De bodemverontreiniging. afgraven Grond of aarde weghalen door te graven. Graven is een gat in de grond maken. De afgraving De plaats waar de grond wordt weggenomen. De bodemverontreiniging De grond of de bodem is vervuild. boren Met een boor een gat ergens in maken. Het gesteente Met gesteente worden grondsoorten bedoeld. Het grondonderzoek Grond die onderzocht wordt in een laboratorium. Ze zoeken uit of er vuile, vieze stoffen in de grond zitten. De kluit Een brok of een klont. Het laboratorium Een plaats waar proeven worden gedaan. Er worden allerlei stoffen onderzocht.

Les 2 De boer. bemesten Mest strooien over het land. Mest zijn de uitwerpselen van dieren. De fauna Alle dieren die in een gebied leven. De flora Alle planten die ergens groeien: bloemen, bomen, grassen, gewassen. Het gewas Alles wat er aan planten groeit. De humus Grond waar veel resten van dode planten in zitten; humus is erg voedselrijk. ploegen De aarde omkeren met een ploeg. Ploeg is een werktuig met scherpe ijzers. De veeteelt Een boer die vee houdt. Vee zijn alle dieren op een boerderij. De boer laar het vee opgroeien en verdient geld door het vlees, de eieren, de wol of de melk te verkopen. voedselarm Dat er weinig voedsel in de grond zit, weinig stoffen waardoor planten kunnen groeien. voedselrijk Er zit veel voedsel in de grond.

Les 3 Grondsoorten. Het duinzand Zand dat dicht bij de zee ligt op lage bergen, de duinen. de kalkgrond Grond waarin veel kalksteen voorkomt. Kalkgrond is licht van kleur en een beetje steenachtig. De kleigrond Kleigrond is heel voedselrijk, op kleigrond groeien de gewassen goed. De leisteen Donker grijze steensoort, een gesteente dat uit dunne laagjes bestaat. De rivierklei Bruine, een beetje vette grond die bij de rivieren ligt. Het stuifzand Droge grond dat gemakkelijk door de wind meegenomen wordt. De veengrond Vochtige grond die voornamelijk bestaat uit plantenresten die helemaal verteerd zijn. De plantenresten zorgen voor veel voedsel in de veengrond. De verspreiding Verdeling. De zeeklei Grijze en natte grond. Kleigrond is heel voedselrijk, op kleigrond groeien de gewassen goed.

Les 4 Onder de grond. De boomwortel Wortel van een boom. Met een wortel haalt een plant of een boom water en voedsel uit de grond. Het hol Een ruimte onder de grond. Hert wordt gegraven door het dier. De mol Zwart diertje met grote graafpoten dat onder de grond leeft en daar tunnels graaft. De molshoop Een hoopje aarde dat de mol door het graven omhoog heeft gebracht. De planteneter Een dier dat planten eet. De verzakking Grond die naar beneden gezakt is. De woelmuis Een soort muis, een diertje met een lange staart dat knaagt aan planten en wortels. Een woelmuis is ongeveer zeven tot tien centimeter lang en meestal roodbruin van kleur. De worm Een diertje met een lang, dun, rond en heel buigzaam lichaam; een worm heeft geen pootjes, maar komt kruipend vooruit.

Les 5 De overstroming. drassig Zacht en week door veel water. Het klimaat Het soort weer dat bij een land of een streek hoort. Het monster Een klein beetje van iets onderzoeken. De riolering Alle rioolbuizen samen. Het riool Buis onder de grond waarin het water uit wasbakken, wc s en douches, en vaak ook regenwater wordt afgevoerd. Het vocht Vocht is nat, nattigheid, vocht zit ergens in of op. De vochtigheid Nattigheid. Tegenovergestelde van droogte. waterrijk Veel water.

Les 6 Licht in de tuin. bedekt Verborgen. fijn Klein. grof Groot. De lichtval Hoe het licht ergens opvalt. omhakken De stam van een boom met een bijl doorslaan, zodat de boom omvalt. sorteren Uitzoeken en bij elkaar leggen wat bij elkaar hoort. verbrokkelen In kleine stukjes uit elkaar vallen. Het breekt in kleine stukjes. zeven Iets door een zeef laten lopen; een zeef is een voorwerp waarin kleine gaatjes zitten. De grote brokken blijven in de zeef liggen. obs De Peperklip