Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2012 - I

Vergelijkbare documenten
Eindexamen vwo natuurkunde I

Correctievoorschrift VWO 2012

Correctievoorschrift VWO 2012

Examen VWO. natuurkunde (pilot) tijdvak 1 maandag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Gebruik het tabellenboekje.

Eindexamen vwo natuurkunde pilot I

4) De verhouding bereken van de straal en de ringen van Saturnus en dus is het veel kleiner dan een DVD => 1punt analoog antwoordmodel.

Eindexamen natuurkunde pilot havo I

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II

Eindexamen vwo natuurkunde I

Eindexamen natuurkunde vwo II

Eindexamen vwo natuurkunde 2013-I

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2001-I

Eindexamen natuurkunde pilot vwo II

Opgave 1 Koolstof-14-methode

Examen VWO. natuurkunde. tijdvak 1 maandag 21 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Gebruik het tabellenboekje.

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2004-I

Eindexamen natuurkunde pilot vwo I

Eindexamen natuurkunde havo I

Eindexamen vwo natuurkunde II

Eindexamen natuurkunde vwo I

Opgave 1 Millenniumbrug

Vraag Antwoord Scores

Eindexamen natuurkunde pilot havo I

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2004-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2002-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2001-I

natuurkunde bezem vwo 2016-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo I

natuurkunde vwo 2016-II

natuurkunde havo 2017-II

Correctievoorschrift VWO 2013

natuurkunde havo 2019-II

Opgave 1 Millenniumbrug

Eindexamen natuurkunde vwo I

natuurkunde vwo 2016-I

Eindexamen havo natuurkunde pilot 2013-I

natuurkunde vwo 2017-II

natuurkunde havo 2018-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2000-II

natuurkunde havo 2017-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2003-II

Eindexamen havo natuurkunde II

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 2014-II

natuurkunde havo 2018-II

Eindexamen havo natuurkunde pilot I

Correctievoorschrift VWO

Eindexamen natuurkunde 1-2 compex havo 2008-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2006-I

voorbeeld van een berekening: Uit de definitie volgt dat de ontvangen stralingsdosis gelijk is aan E m,

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2003-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2004-II

Compex natuurkunde 1-2 havo 2003-I

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2001-I

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2003-I

natuurkunde vwo 2017-I

Eindexamen natuurkunde pilot havo II

Eindexamen havo natuurkunde pilot II

Eindexamen natuurkunde pilot havo II

natuurkunde havo 2016-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2004-II

natuurkunde vwo 2018-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2001-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2006-I

Correctievoorschrift VWO 2012

Eindexamen natuurkunde pilot vwo I

Uitwerking examen e tijdvak

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2001-I

Vraag Antwoord Scores. Aan het juiste antwoord op een meerkeuzevraag wordt 1 scorepunt toegekend.

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2002-II

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2002-I

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2004-II

Eindexamen moderne natuurkunde 1-2 vwo II

Vraag Antwoord Scores

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo II

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2007-I

natuurkunde vwo 2019-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2008-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2002-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2005-II

De hoeveelheid lucht die elke dag onderzocht wordt bedraagt 5,0 cm 3. Op dag 40

Eindexamen natuurkunde havo I

natuurkunde oud programma havo 2015-I

Eindexamen natuurkunde havo II

Opgave 1 Koolstof-14-methode

Correctievoorschrift HAVO

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2007-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2002-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-II

2. (regulier vraag 3) 10-6 vergeten bij opzoeken ρ: eerste bolletje weg. bij werken met de dichtheid kan de berekening nog wel worden gecompleteerd.

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2005-I

natuurkunde vwo 2018-I

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2006-I

Eindexamen natuurkunde havo II

Eindexamen natuurkunde 1 havo 2003-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2001-II

Eindexamen natuurkunde 1-2 havo 2005-I

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

formules havo natuurkunde

Eindexamen natuurkunde 1 vwo 2002-I

Transcriptie:

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I Opgave Lichtpracticum maximumscore De buis is aan beide kanten afgesloten om licht van buitenaf te voorkomen. maximumscore 4 De weerstanden verhouden zich als de spanningen over de weerstanden. Omdat de som van twee spanningen gelijk is aan de batterijspanning, is hiermee de weerstand van de LDR te bepalen. tekenen van een circuit met een spanningsbron, de weerstand en de LDR in serie tekenen van de spanningsmeter parallel aan de weerstand of de LDR inzicht dat de weerstanden zich verhouden als de spanningen over die weerstanden completeren van de uitleg Opmerkingen De LDR hoeft niet met het juiste symbool uit Binas getekend te worden. Als er meer elementen in de schakeling gebruikt zijn: maximaal scorepunten toekennen. www. - -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 3 maximumscore 4 Bij x = 4 cm geldt voor de weerstand van de LDR: R 4 = 4,0 k Ω. Uit de ijkgrafiek volgt een verlichtingssterkte van 60 lux. Bij x = 8 cm volgt voor de weerstand van de LDR: R 8 = 0,5 k Ω. Uit de ijkgrafiek volgt een verlichtingssterkte van 40 lux. De afstand is keer zo groot dus de verlichtingssterkte zou volgens de kwadratenwet = 0, 5 keer zo groot moeten zijn. Uit de metingen volgt 40 voor de verhouding van de verlichtingssterkten: 0,5. 60 = (Dus klopt de kwadratenwet voor deze metingen.) aflezen van de weerstand van de LDR bij x = 4 cm en x = 8 cm (met een marge van 0, kω) aflezen van de bijbehorende verlichtingssterkten uit de ijkgrafiek (met een marge van 5 lux) inzicht in de kwadratenwet completeren van het antwoord www. - -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I Opgave Ringen van Saturnus 4 maximumscore 6 r r DVD ring 6,0 0 37 0 8 Er geldt: = = diktedvd = 4, 4 0 m. dikte dikte dikte 00 DVD ring DVD Dit betekent dat een DVD in verhouding slechts enkele tientallen atomen dik zou zijn. gebruik van de straal van de ringen in combinatie met een redelijke schatting van de straal van een DVD completeren van het antwoord 5 maximumscore De aarde bevond zich in 6 in het draaivlak van de ringen, waardoor Galilei precies tegen de dunne zijkant aankeek en deze door het geringe oplossende vermogen van zijn telescoop niet kon onderscheiden: inzicht dat de aarde in het draaivlak van de ringen ligt, waardoor men alleen de zijkant waarneemt schets 6 maximumscore 4 uitkomst: d = 75 m voorbeeld van een berekening: x x d 59 ( ) = (0) 7 = 00 = 5 m I x I x d = xsinθ = 5sin(30) = 75 m gebruik van de formule I( x) = I(0) berekenen van x o gebruik van de factor sin(30 ) completeren van de berekening x d www. - 3 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 7 maximumscore Beide stellingen zijn juist. Als de deeltjes in de ring stil zouden staan, zouden ze door de zwaartekracht naar Saturnus vallen, maar als ze voldoende snel draaien, levert de zwaartekracht de benodigde middelpuntzoekende kracht. De deeltjes bewegen net als de manen in een cirkel om Saturnus heen. Dit gebeurt ook bij een stilstaande Saturnus. De draaiing van de ringen is alleen afhankelijk van de gravitatiekracht en onafhankelijk van de draaiing van de planeet. inzicht dat stilstaande deeltjes door de gravitatiekracht naar Saturnus zouden vallen inzicht dat de deeltjes ook bij een andere rotatie van Saturnus (zoals stilstaan) op dezelfde manier om de planeet cirkelen, omdat onafhankelijk daarvan de gravitatiekracht gelijk blijft 8 maximumscore 3 Uit T = kr volgt dat de omlooptijd T naar buiten toe groter wordt en de π hoeksnelheid ω = daardoor kleiner. T Het juiste antwoord is dus c. inzicht dat de omlooptijd naar buiten toe toeneemt waardoor buitendeeltjes meer tijd nodig hebben voor één omloop keuze antwoord c www. - 4 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 9 maximumscore 4 tekenen van de krachtpijl van de benodigde middelpuntzoekende kracht in N groter dan de krachtpijl van de benodigde middelpuntzoekende kracht in M tekenen van de krachtpijl van de gravitatiekracht in L groter dan de krachtpijl van de gravitatiekracht in M en tekenen van de krachtpijl van de gravitatiekracht in N kleiner dan de krachtpijl van de gravitatiekracht in M constateren dat in L de gravitatiekracht groter is dan de benodigde middelpuntzoekende kracht en dat in N de gravitatiekracht kleiner is dan de benodigde middelpuntzoekende kracht completeren van het antwoord www. - 5 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I Opgave 3 Absorptie van gammastraling 0 maximumscore 3 Het eerste plaatje absorbeert 5% van de inkomende straling. Er komt dus 95% door het eerste plaatje. Het tweede plaatje absorbeert 5% van de overgebleven straling en dat is minder dan 5% van de beginstraling. Dus na 5 plaatjes is minder dan 5% geabsorbeerd. inzicht dat elk plaatje 5% van de inkomende straling absorbeert inzicht dat elk volgend plaatje dus absoluut minder straling absorbeert completeren van de uitleg maximumscore [ Z ] Er geldt: n e = [ ρ]. ρ m at 3 3 Invullen levert: n e = kgm = m. kg 3 Hierbij is [ ] =, [ ] www. - 6 - kg m Z = en m at = kg. invullen van de eenheden in de formule completeren van de uitleg maximumscore 4 uitkomst: σ =, 0 m 9 voorbeeld van een berekening: ln Er geldt: d = σ n en: Z n e = ρ. e mat Invullen van de gegevens voor aluminium levert: 3 3 9 3 ne =,70 0 = 7,83 0 m. 7 7,0,66 0 ln Uit d = σ n volgt: ln σ =. e d ne ln 9 Invullen levert: σ = =, 0 m. 9 0,04 7,83 0 Z 3 3 invullen van de formule ne = ρ met ρ =,70 0 kg m mat inzicht dat mat = Au opzoeken van Z en A van aluminium completeren van de berekening

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 3 maximumscore 3 Uit tabel 8E van Binas blijkt dat de halveringsdikte afhangt van de energie ln van de gammafotonen. Er geldt: d =. σ ne De elektronendichtheid n e hangt niet af van de energie van de gammafotonen. Dus hangt de trefoppervlakte σ wel af van de energie van de gammafotonen. inzicht dat de halveringsdikte afhangt van de energie van de gammafotonen inzicht dat de elektronendichtheid niet afhangt van de energie van de gammafotonen completeren van de uitleg 4 maximumscore 3 De helling van de trendlijn is gelijk aan ln. Deze helling is gelijk voor σ elke waarde van d. Dus is ook σ gelijk voor elke waarde van d. Dus is de juiste bewering. inzicht dat ln σ overeenkomt met de helling van de trendlijn constateren dat deze helling constant is completeren van de uitleg www. - 7 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I Opgave 4 Getijdenresonantie 5 maximumscore 3 uitkomst: v = 3,7 (centimeter per minuut) (met een marge van 0,5 (centimeter per minuut)) max voorbeelden van een antwoord: methode u Er geldt: v =. t Aflezen uit de grafiek levert: u 0 v = = =, mh = 3,7 centimeter per minuut. t 6 7 inzicht dat de snelheid overeenkomt met de helling van de grafiek tekenen van de raaklijn bij u = 0 completeren van de bepaling methode Voor de maximale snelheid geldt: πa π 4, 4 vmax = = =, 3 m h = 3, 7 centimeter per minuut. T, 4 πa inzicht dat vmax = T aflezen van A en T completeren van de berekening www.

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 6 maximumscore 3 de grafiek gaat op dezelfde tijdstippen door de nul als de gegeven grafiek de grafiek heeft de toppen op dezelfde tijdstippen als de gegeven grafiek de grafiek heeft een grotere amplitude dan de gegeven grafiek Opmerking Als de grafiek niet sinusvormig is: niet aanrekenen. 7 maximumscore De baailengte is gelijk aan de afstand tussen een knoop en een buik en deze afstand komt overeen met een kwart golflengte. Dus is de golflengte 4 maal de baailengte inzicht dat de afstand tussen een knoop en een buik gelijk is aan een kwart golflengte completeren van de uitleg www. - 9 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 8 maximumscore 3 uitkomst: v = 6,9 ms voorbeeld van een bepaling: 6 Voor de golflengte geldt: λ = 4 300 km =,0 0 m. 4 Voor de trillingstijd uit figuur geldt: T =,4 h = 4,46 0 s. 6 λ,0 0 Invullen van λ = vt levert: v = = = 6,9 ms. 4 T 4,46 0 aflezen van T (met een marge van 0, h) gebruik van λ = vt completeren van de bepaling Opmerking Als de kandidaat bij vraag 5 methode, de tijd T fout bepaald heeft en deze hier opnieuw gebruikt: niet aanrekenen. 9 maximumscore Voor een aan één kant gesloten systeem treedt de tweede resonantie op bij 3 L = 4 λ. De waarde van L bij het tweede maximum is dus drie keer zo groot als bij het eerste maximum. (Dus geldt: L = 3 300 = 900 km. ) 3 inzicht dat de tweede resonantie ligt bij L = 4 λ completeren van het antwoord www. - 0 -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I Opgave 5 LHC 0 maximumscore 3 uitkomst:, 5 0 keer voorbeeld van een berekening: qu = mv. Er geldt: ( ) 9 3 Invullen levert: 7 7 ( ) Dit geeft: x =,60 0 x 5,0 0 =,673 0, 0., 5 0. inzicht dat qu ( mv ) = opzoeken van q en m completeren van de berekening Opmerking Het antwoord 5 ook goed rekenen. maximumscore 3 uitkomst: 0,004(%) voorbeeld van een berekening: Voor de snelheid van een proton geldt: s 8 v = =π df =π 8485,8 45 =,99780 0 ms. t 8 8 4 Het verschil is,9979 0,99780 0 =, 0 ms. 4, 0 Dit is 00% = 0,004% van de lichtsnelheid. 8,9979 0 inzicht dat v = π df opzoeken van de lichtsnelheid in minstens 6 significante cijfers completeren van de berekening www. - -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I maximumscore Als v de lichtsnelheid nadert, wordt de massa van een proton heel groot. De benodigde energie om de lichtsnelheid te bereiken is dus oneindig groot. inzicht dat bij de lichtsnelheid de kinetische energie van een proton heel groot is completeren van de uitleg 3 maximumscore één pijl naar boven en één pijl naar beneden richting van beide pijlen juist 4 maximumscore 4 uitkomst: B = 5,5 T voorbeeld van een berekening: 9 E 7,0 0,60 0 0 Fmpz = = =,64 0 N. r 44,9 Er geldt: Fmpz = Bqv. 0 9 8 Invullen levert:,64 0 = B,60 0,998 0. Dit levert: B = 5,5 T. inzicht dat Fmpz = FL gebruik van FL = Bqv omrekenen van 7,0 TeV naar J completeren van de berekening www. - -

Eindexamen vwo natuurkunde pilot 0 - I 5 maximumscore 4 uitkomst: n =,5 0 voorbeeld van een berekening: Q Er geldt: I =. Omdat de protonen 45 maal per seconde een omloop t maken, geldt voor één omwenteling: t = s. Dit levert voor de lading 45 5 in één omloop: Q = It = 0,58. = 5,76 0 C. 45 9 Omdat één proton een lading heeft van q =,60 0 C, volgt hieruit 5 Q 5,76 0 4 voor het aantal protonen dat rondgaat: n = = = 3,3 0. 9 q,60 0 4 3,3 0 Dat is per groepje: =,5 0. 808 Q gebruik van I = t inzicht dat t = s 45 inzicht dat Q = nq met n = het aantal protonen in één buis completeren van de berekening 6 maximumscore Omdat er een (anti)neutrino vrijkomt, is er sprake van zwakke wisselwerking. inzicht dat vrijkomen van een (anti)neutrino een gevolg is van zwakke wisselwerking completeren van de uitleg 7 maximumscore 4 0 p+ p H+ + e+ν of: p+ p D+ e + +ν De wet van behoud van leptongetal geldt. Het positron heeft leptongetal. Het andere deeltje moet dus leptongetal + hebben. Het andere deeltje is dus een neutrino. deuterium en positron na de pijl noemen van de wet van behoud van leptongetal inzicht dat een positron leptongetal heeft completeren van het antwoord www. - 3 -