Bedrijven krijgen in toenemende mate te maken met wijzigingen in de wetgeving van Arbo en Milieu, maar ook met eisen van opdrachtgevers.



Vergelijkbare documenten
Certificatiecriteria VCA*/**/petrochemie versie 2008/5.1

Het grijze boekje. Richtlijn veilig, gezond en milieutechnisch verantwoord werken in de funderingsbranche. Concept

1.1 Hoe vrijblijvend is de Arbowet?

VCA Toelichting wijzigingen

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Zet de stap naar certificering!

Veiligheid 5.1 is pure winst

Certificatiecriteria VCU versie 2011/05

Themamiddag Arbo Hoofdsector S&A

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

Aantoonbaar leiderschap door opdrachtgevers

VCA 2017/6.0 WAT IS ER VERANDERD? Oktober 2018

Helger Siegert. Agenda

Nieuwe VCA (versie 2008/05) Toelichting

arboregelgeving Informatiebron Arbo-aspecten bij het gebruiken van biomassa voor energie-opwekking arbowet

1. Certificaten Product Persoon Proces 2. Procescertificatie 3. Wildgroei. Agenda

Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld?

NIEUWE VCA 2017/6.0 Vanaf 2 april 2018

1. Ontstaan en situering. 2. VCA VCU VCO certificatie. 3. BeSaCC-attestering. 4. VCA-opleidingen. 5. Europese samenwerking. Editie: april 2015

Uitvoerend Comité van Deskundigen VCA

Het zeker stellen van voldoende VGM-kennis en kunde bij uitzendkrachten

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

DEELNAME AAN INITIATIEVEN VERSIE: 01 21/05/2013

Veilig werken in de zonne-energie-sector

Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten Hoe is dat geregeld?

Algemene informatie VCU

Arbeidsomstandigheden. Congres Transport van Afval 5 februari 2015 Marjolein Gobes

OHSAS certificaat voor het waarborgen van veiligheid

ORGANISATIEBESCHRIJVING KWALITEITSZORGSYSTEEM

AANVULLING VIL-VCU (op VOL-VCA versie 4.3)

Pas op en doe voorzichtig

VEILIGHEIDS-CHECKLIST AANNEMERS: VOOR LEIDINGGEVENDEN

Gecombineerde Risico inventarisatie Arbo en milieu

BHK Langens Betonboringen bv

PRAKTISCHE INSTRUMENTEN VOOR ARBORISICO S IN DE GRAFIMEDIA. RI&E Risico-inventarisatie en -evaluatie is wettelijk verplicht

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

Arbeidsomstandighedenbeleid

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

VGM-deelplan Onderaannemers

Het echte VOL-VCA examen dat u na de opleiding gaat maken omvat 70 vragen en daarvoor heeft u maximaal 105 minuten de tijd.

Afvalstoffenverordening 2017 gemeente Aalten

Arbeidsomstandigheden en uitzendkrachten. Hoe is dat geregeld?

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Tabel B: Omzetting van de Richtlijnen "Veiligheid en gezondheid van de werknemers" (artikel 137)

De waarde van een TRA voor het laboratorium. Introductie + Onderwerpen

Introductie. Rik de Visser Manager Infrastructuur

Informatieblad Vergelijking ISO45001 en VCA N180522, 25 JUNI 2018 INFORMATIEBLAD VERGELIJKING ISO45001 EN VCA

Klaver Technisch Bedrijf B.V. CO2 Communicatieplan. CO2-Prestatieladder. Versie 1.1

Rutges vernieuwt onderhoud en renovatie

rapportage CO₂-footprint initiatieven 2013 Gebroeders van der Poel B.V.

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN en NEN pagina 2

Tevredenheid over ISO en OHSAS certificatie is hoog

Voorlichting, onderricht & Toezicht

ARBO INFORMATIE INHOUDSOPGAVE

Van Kerckhoven Groep. Aan alle bouw relaties van de Van Kerckhoven Groep. Geachte directie,

Verschillenanalyse tussen VCU 2007/04 en 2011/05

CO2 prestatieladder Managementverklaring

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen,

Van Bedrijfsrie naar V&G plan. Toon Westerburger

Vakjargon uit Arbowet en arbocatalogus. FNV Woordenlijst

: Ketenanalyse Tijdelijk uitplaatsen van verontreinigde grond

Workshop: Training preventiemedewerker. Door: Mark Smakman Arbeids- & Organisatieadviseur/Veiligheidskundige

Informatieblad. Opleiding preventiemedewerker

ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en

Risico-inventarisatie en -evaluatie

Boren zonder Zorgen Erkenningsregeling. RWS Leefomgeving / Bodem+ Jan Frank Mars

Herziening VCA-ETT. Peter van Dijk. 30 mei 2016

A3-1 (voorheen B-3-1) Antwoorden A3 Veilig werken. Het werk dat je tijdens schooldagen mag doen als je 14 jaar bent is oppassen en auto s wassen.

Bijlage 1. Protocol detachering en arbeidsomstandigheden van <naam SWorganisatie>

Webinar. Gevolgen wijzigingen Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) 11 april 2017

HOOFDSTUK 1 - VGM-BELEID EN -ORGANISATIE, BETROKKENHEID VAN DE DIRECTIE

Branchetoetsdocument: Milieuzorg 2

CO2 prestatieladder Actieve Deelname Initiatief 2015

Persoonlijke Beschermingsmiddelen

BRL 7700 regelgeving nu en in de toekomst. 15 mei 2017

Milieudoelen Jan Kuipers Nunspeet

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid BESLUIT:

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Bodem+, Kennis van bodemzaken

ERRATA VCA 2008/5.1 1 ERRATA VCA 2008/5.1

Opleidingscatalogus: Veiligheid

Welkom. Veiligheidsladder ProRail. Gestructureerde Creatieve Brainstorm Movares 3 okt Dieter van Delft 4 oktober 2011

Veiligheidscertificering voor leveranciers en personeel. Documentinformatie

Toelichting en gebruik V&G-deelplan.

Branchetoetsdocument: Arbo en veiligheid

Informatieblad. Opleiding basisveiligheid VCA

VGM- Huisregels voor inkoopdiensten uitzendorganisaties

Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden

Arbeidsomstandigheden

TECHNIEK IN EVOLUTIE VCA & AREI

Arbocatalogus Tuincentra

MVO-rapportage Stam Bouw BV 4 december :13. MVO-rapportage. Hoogeveenenweg 2 A LV Nieuwerkerk aan den IJssel

AVAN - Arbeidsveiligheid Advies Nederland

1. Profiel van het bedrijf Omvang van het bedrijf Vakbekwaamheid Beschikking materieel Veiligheidsmaatregelen.

Eendaagse opleiding preventiemedewerker

Preventiemedewerker NIBHV

juni 2013 Voorstelling BeSaCC-VCA

1. In te trekken de Afvalstoffenverordening 2016 Dronten 2. Vast te stellen de volgende verordening: Afvalstoffenverordening 2019 Dronten

Transcriptie:

Bedrijven krijgen in toenemende mate te maken met wijzigingen in de wetgeving van Arbo en Milieu, maar ook met eisen van opdrachtgevers. In de markt worden er heden ten dage zoveel eisen (certificaten) gesteld, dat het lastig is voor bedrijven om een hierin goede structuur te krijgen. MKB Infra heeft afspraken met (AKA van Anen Kwaliteit en Arbo Advisering) om hun leden voor te lichten c.q. te begeleiden bij dit soort zaken. AKA kan u bij alle beschreven onderwerpen adviseren c.q. begeleiden. Wij willen in de ledenvergadering peilen in hoeverre er behoefte is aan voorlichting/begeleiding met betrekking tot de beschreven onderwerpen. Als voorbeeld is een bijlage geschreven met korte uitleg van de wetgeving en alle zaken waarmee wij geconfronteerd worden. Pagina 1 van 9

De Arbowet Het is belangrijk om veilig en gezond te werken. De overheid heeft daarom wetten gemaakt over arbeidsomstandigheden: de Arbowet (voluit: de Arbeidsomstandighedenwet). Hierin staat aangegeven waar alle werkgevers en werknemers zich aan moeten houden en wat hun rechten en plichten zijn. De arbocatalogus De werkgevers hebben samen met de werknemersorganisaties de risico s in de bouw- en infrabranche samengevat en de Arbocatalogus Bouw en Infra opgesteld (zie : www.arbocatalogus-bouweninfra.nl). Deze is van toepassing op werkgevers en werknemers behorend tot onze branche. In deze catalogus staan de door hen gemaakte afspraken over de manier waarop binnen de branche het meest veilig en gezond kan worden gewerkt. Als een bedrijf gebruik maakt van de in deze catalogus aangeboden maatregelen, voldoet het bedrijf aan hetgeen de Arbeidsinspectie verlangt. In de catalogus komen de belangrijkste risico s in de branche aan bod. Verplichtingen van de werkgever Enkele plichten van de werkgever: opstellen van een Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E), een plan van aanpak met jaarlijkse evaluatie; Zorgen voor zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden; Registreren van ongevallen en beroepsziekten; Verzorgen van voorlichting en instructie; Zorgen voor veilige werkmethoden; Voorkomen van gevaren voor derden; Het beschikbaar stellen van arbeidsgezondheidskundig onderzoek (PAGO); Verstrekken van de juiste PBM (persoonlijke beschermingsmiddelen); Zorgen voor veilige arbeidsmiddelen; Gevaren bestrijden bij de bron; Zorgen voor de veiligheid van iedereen die op de werkplek aanwezig is. Voor al deze maatregelen geldt het redelijkerwijs principe, dat wil zeggen dat de maatregelen financieel, organisatorisch en technisch redelijkerwijs haalbaar moeten zijn. Verplichtingen van de werknemer Indien een werknemer zich niet houdt aan de Arbowet, is hij persoonlijk strafbaar. Verder loopt hij ook het risico om aansprakelijk gesteld te worden voor de financiële consequenties, indien hij grof nalatig blijkt te zijn. De belangrijkste plichten voor de werknemer zijn: Pagina 2 van 9

Het werk zo uitvoeren dat de eigen veiligheid en die van anderen niet in gevaar wordt gebracht; Bijwonen / meewerken aan voorlichting en instructie; Het gebruiken van de aanwezige beveiligingen en beschermingsmiddelen; Samenwerken met de werkgever in het zorgen voor de beste arbeidsomstandigheden; Gevaar voor veiligheid en gezondheid melden aan de leidinggevende; Meewerken aan onderzoek als er iets misgaat. ZZP-ers en bij het werk betrokken derden De werkgever moet ervoor zorgen dat ZZP-ers, uitzendkrachten, inleners e.d. op dezelfde manier beschermd worden als de eigen medewerkers. Het inlenende / inhurende bedrijf dient dus ook voor hen toelichting en instructie te verzorgen (in overleg met het uitlenende bedrijf). VGM Checklist Aannemers (VCA) In 2009 bestond het VCA-certificatiesysteem vijftien jaar. VCA betekent Veiligheid, gezondheid en milieu Checklist Aannemers. De doelstelling van het VCA-systeem is het voorkomen van ongevallen. Het VCA-systeem helpt je de veiligheidsprestaties te verbeteren. Een VCA-gecertificeerd bedrijf met een goede veiligheidsprestatie is voor opdrachtgevers vaak een eerste voorwaarde om uitgenodigd te worden voor het maken van een offerte of het gunnen van een opdracht. De VCA-vragenlijst bestaat uit twaalf rubrieken met vragen over veiligheid, gezondheid en milieu. Een aantal van die vragen zijn must vragen. Een bedrijf komt alleen voor het certificaat in aanmerking als ten minste alle must vragen positief worden beoordeeld. De beoordeling gebeurt door een certificerende instelling. Een certificaat is drie jaar geldig, mits het bedrijf aan de eisen blijft voldoen. De certificerende instelling beoordeelt dit minimaal éénmaal per jaar. Bij de certificering wordt onderscheid gemaakt tussen twee niveaus: 1. VCA* is gericht op de directe risicobeheersing van VGM tijdens uitvoeren van werkzaamheden op de werkvloer. VCA* is geschikt voor bedrijven die werkzaamheden uitvoeren met een laag veiligheidsrisico. 2. VCA** is gericht op bovenstaande alsmede op de VGM-structuur. VCA** is geschikt voor bedrijven die werkzaamheden uitvoeren met hoge veiligheidsrisico s. Vaak wordt VCA** ook toegepast bij bedrijven die vaak als hoofdaannemer optreden. Pagina 3 van 9

3. VCA Petrochemie is gericht op bovenstaande alsmede op specifieke aanvullende eisen voor de petrochemie. VCA p is geschikt voor bedrijven die veel in de chemie of petrochemie werken. In het kader van de VCA-certificering worden eisen gesteld aan kwalificatie van de medewerkers. Naast een vakopleiding en ervaring met de uit te voeren werkzaamheden, moet je ook een specifieke opleiding volgen: - Alle (operationele) medewerkers moeten in het bezit zijn van het diploma Basisveiligheid (VCA). - Leidinggevenden op de werkplek moeten in het bezit zijn van het diploma Veiligheid voor Operationeel leidinggevenden. De bedoeling van deze opleiding is dat je je bewust wordt van de noodzaak van Veilig, Gezond en Milieuhygiënisch verantwoord werken. Het diploma/certificaat is alleen geldig als het voorzien is van het VCA-logo. Daarnaast kunnen er vaak nog aanvullende opleidingen en trainingen nodig zijn om risicovolle werkzaamheden op de juiste wijze te kunnen uitvoeren. Deze opleidingen zijn voor verschillende bedrijfstakken, bijvoorbeeld de (petro)chemie, vastgelegd in de Gids Opleidingen Risicovol Werk. De werkzaamheden waarvoor een aanvullende opleiding vereist is, worden vastgesteld aan de hand van een risico-inventarisatie per bedrijfstak. Afhankelijk van het risico worden ook eisen gesteld aan de toetsing. VGM Checklist Uitzendbureaus (VCU) Soms doen bedrijven die werkzaamheden uitvoeren met een verhoogd risico of werken in een risicovolle omgeving, een beroep op uitzendkrachten. In dit geval wil het uitleenbedrijf er zeker van zijn dat er veilig, gezond en milieuhygiënisch verantwoord gewerkt wordt. Uitzend- en detacheringbureaus die in het bezit zijn van een VCU-certificaat geven die zekerheid. Zij kunnen zich laten certificeren op basis van een gerichte checklist. Voor de uitzendkrachten is er een veiligheidsopleiding die overeenkomt met de VCA opleidingen. In de VCU is ook de opleiding en het behalen van het diploma Veiligheid voor Intercedenten en Leidinggevenden als eis opgenomen. De VCA beschouwt de uitzendkrachten als eigen personeel en daarmee zijn zij je directe collega s. Maak deze collega s dus wegwijs in het VGM-verantwoord werken van je bedrijf. Milieuwetgeving Onze leefomgeving wordt mede beïnvloed door de bodem- en waterkwaliteit en mogelijke geluidsoverlast en luchtverontreiniging. Deze milieuzaken hebben (in)direct ook invloed op onze gezondheid. Het is logisch dat in de nabijheid van een drukke verkeersweg de luchtverontreiniging groter zal zijn dan op het platteland. Pagina 4 van 9

Ten behoeve van de kwaliteit van onze leefomgeving moeten bedrijven zich houden aan tal van milieuwetten, -regels, -besluiten en -eisen. De Wet milieubeheer (Wm) is de belangrijkste. In deze wet staan onder andere voorschriften die aangeven op welke manier een schoon milieu kan worden bereikt (milieukwaliteitseisen). Ook regelt de Wm de vergunningplichten van het bedrijf. Die vergunningen moeten zorgen voor de bescherming van onze leefomgeving, met name van de bodem, het (grond)water en de lucht. Ieder van ons heeft invloed op onze leefomgeving, thuis én op het werk. Thuis is het vanzelfsprekend dat we groente-, fruit- en tuinafval (GFT) gescheiden inzamelen. Glas, papier en klein chemisch afval (KCA) deponeren we in speciale afvalcontainers. Op het werk kan je ook je steentje bijdragen. Als werknemer hoef je heus niet op de hoogte te zijn van alle milieuvoorschriften, maar je moet wel die voorschriften kennen die voor je werk van belang zijn. Als je de volgende tips opvolgt, draag je zonder veel moeite bij aan een schoner milieu en aan een betere kwaliteit van onze leefomgeving: - Zorg dat er weinig of geen afvalstoffen ontstaan. - Verwijder de afvalstoffen op een milieuhygiënisch verantwoorde manier. Een leeg verfblik bijvoorbeeld is chemisch afval. Laat het dus niet zomaar achter. Maak met collega s en medewerkers van andere bedrijven afspraken over de gescheiden inzameling en afvoer van afvalstoffen. - Het is verplicht om chemische producten in een aparte ruimte in de werkplaats op te slaan. Op de werkvloer mag slechts een werkvoorraad staan. Ruim van tijd tot tijd op. - Ruim gemorste chemicaliën en olie direct en milieuverantwoord op. - De maatregelen om veilig, gezond en milieuhygiënisch met stoffen of producten te kunnen werken, zijn opgenomen in de VGM-informatiebladen, de bijsluiter of op het etiket. Lees deze en neem de voorgeschreven milieuhygiënische maatregelen. - Activiteiten waardoor bodem en (grond)water kunnen worden aangetast, zijn verboden. Bij het plaatsen van een opslag- en werkplaatscontainer moet de werkgever en leidinggevende rekening houden met het risico van verontreiniging. - Stoffen die gevaarlijk zijn voor de gezondheid (van jezelf of van je collega) en het milieu mogen niet in het leefmilieu terechtkomen. Giet deze daarom niet in het riool of een gootsteen. - Meld milieu-incidenten altijd! Ook als er bijvoorbeeld stoffen gemorst zijn. Europese richtlijnen Pagina 5 van 9

De oprichting van de Europese Economische Gemeenschap (EEG) in 1958 was de start van de Europese economische eenwording. In de beginjaren was de samenwerking binnen de EEG vooral gericht op douaneactiviteiten. Daarnaast werkten de lidstaten aan een gemeenschappelijk landbouwbeleid. Sinds het begin van de jaren tachtig spant de EEG, inmiddels de Europese Unie (EU), zich ook in voor verbetering van de arbeidsomstandigheden. De lidstaten streven naar een zelfde niveau van arbeidsbescherming. Dit houdt in dat alle EU-landen de Europese wetgeving moeten opnemen in hun eigen nationale wetgeving. Met betrekking tot arbeidsbescherming nam de Raad van de Europese Unie in 1989 de Kaderrichtlijn 89/391/EEG aan. Op grond van deze richtlijn heeft de Nederlandse regering de Arbowetgeving aangepast. De Europese Kaderrichtlijn bevat een aantal bijzondere richtlijnen, waaronder: - Arbeidsplaatsen: de richtlijn bestaat uit minimumvoorschriften inzake veiligheid en gezondheid voor arbeidsplaatsen. - Arbeidsmiddelen: de richtlijn gaat over veiligheid en gezondheid bij het gebruik van arbeidsmiddelen door werknemers op de arbeidsplaats. - Persoonlijke beschermingsmiddelen: de richtlijn behandelt het veilig en gezond gebruik van PBM s op het werk. - Beeldschermapparatuur: minimumvoorschriften met betrekking tot veilig en gezond werken met beeldschermapparatuur. - Tijdelijke en mobiele bouwplaatsen: een set veiligheids- en gezondheidsvoorschriften voor tijdelijke en mobiele bouwplaatsen. - Veiligheidssignalering en gezondheidssignalering. De Nederlandse wetgeving moet dus minimaal voldoen aan de Europese wetgeving. Ook mag de Nederlandse wetgeving niet in strijd zijn met de Europese wetgeving. Wel kan de Nederlandse regering aanvullende eisen stellen bovenop de Europese wetgeving als ze vindt dat de Europese regelgeving onvoldoende arbeidsbescherming biedt. Normen Normalisatie is het nauwkeurig omschrijven en vastleggen van de eisen waaraan producten en diensten moeten voldoen. Zo kun je erop vertrouwen dat een kilo overal en altijd precies een kilo weegt en een meter altijd exact een meter lang is. Normalisatie kan ook betrekking hebben op de kwaliteit. Door de eisen in een norm te vermelden, ligt voor alle betrokken partijen vast wat ze mogen verwachten. In Nederland zijn diverse organisaties betrokken bij het opstellen, beheren en distribueren van normen. Belangrijke organisaties zijn bijvoorbeeld het Nederlands Normalisatie-Instituut (NNI) en de Stichting Samenwerken Voor Veiligheid (SSVV). Pagina 6 van 9

Milieuzorg, NEN ISO-14001 en CO 2 -uitstoot Veel bedrijven zijn op een structurele manier met milieuzorg bezig. Ook opdrachtgevers verlangen van hun onderaannemers dat zij duurzaam werken. Milieuzorg is een belangrijk onderdeel hierin. In korte lijnen omvat milieuzorg de volgende activiteiten: - tegengaan van bodemverontreiniging; - op een juiste manier behandelen van afvalstoffen; - het terugdringen van het energie- en brandstofverbruik; - het verminderen van de CO 2 -uitstoot. Een eerste stap is het inventariseren van milieurisico s. Een tweede stap is het afspreken van concrete acties om milieurisico s te beheersen en te verminderen. Een milieuzorgsysteem is te certificeren volgens de NEN ISO-14001-norm. Vaak maakt een milieuzorgsysteem een geïntegreerd deel uit van het VGMbeheerssysteem en een kwaliteitszorgsysteem Eind 2009 is ProRail gestart met een gefaseerde invoering van de CO2- prestatieladder, welke inmiddels is afgerond. Ervaringen uit de praktijk zijn mede de bron voor een verdere ontwikkeling en verbetering van de ladder. In de loop van de jaren zullen de CO2-prestaties steeds zwaarder gaan meewegen in de gunning. Ook is het op termijn mogelijk dat we de CO2-prestatieladder gebruiken als selectiemiddel bij aanbestedingen: alleen wie een bepaald niveau heeft bereikt, kan deelnemen aan onze aanbesteding. Met de CO2-prestatieladder stimuleert men bedrijven om hun CO2-uitstoot te verminderen door zelf energiezuinig te produceren en in te kopen. Belangrijke voordelen Samen zorgen voor minder CO2 -uitstoot biedt belangrijke voordelen: voor ons en voor de bedrijven waarmee we samenwerken. Bedrijven geven met CO2-reductie mede invulling aan hun wijze van maatschappelijk ondernemen en vergroten natuurlijk hun gunningkansen en verminderen energieverbruik (en -kosten). Onderaannemers krijgen regelmatig het verzoek van hoofdaannemers om hun CO2 uitstoot aan te duiden. Vaak is een gewaarmerkte inventarisatie voldoende en behoeft men niet het CO2 certificaat te behalen. Door slim op deze vragen in te spelen kan men ook het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) uitdragen. BRL 7000 Pagina 7 van 9

Deze BRL is van toepassing als men werkzaamheden verricht in of met verontreinigde grond. Recent is een nieuwe concept norm verschenen die voor tijdelijke uitplaatsingen van toepassing is. Dit wordt dan de BRL 7004. De wijziging in kort bestek: - De consequenties van de Waterwet zijn verwerkt in BRL 7000 en protocol 7003. Waterbodemsaneringen worden ingrepen in de waterbodem ; - Onderscheid tussen saneringen en tijdelijke uitplaatsingen. Voor tijdelijke uitplaatsingen is een nieuw protocol 7004 opgesteld met op dergelijk werk afgestemde (dus lichtere) eisen. Tegelijk zijn de eisen aan saneringen meer op niveau gebracht door meer eisen te stellen aan de (relatie met) de werkvoorbereiding, de locatie-inrichting (voorkomen contaminatie), inhuur en competentie van de werkvoorbereider; - De aannemer die in het kader van in situ saneringen zelf mechanische boringen plaatst, kan zich ook via protocol 7002 certificeren voor de eisen aan het plaatsen van die boringen; - Diverse verduidelijkingen, o.a. van het toepassingsgebied. Ook de inhoud van het interpretatieblad is verwerkt in de nieuwe tekst, zodat het aparte interpretatieblad na het definitief worden van de herziening kan vervallen. FSC Steeds meer opdrachtgevers stellen als eis bij aanbestedingen dat gewerkt wordt met FSCgecertificeerde producten, maar ook dat bouwbedrijven en toeleveranciers FSCgecertificeerd zijn. Alleen dan heeft de opdrachtgever zekerheid dat daadwerkelijk wordt geleverd waar hij om heeft gevraagd. Alleen bedrijven die gecertificeerd zijn kunnen inschrijven op werken waarbij FSC-certificering als selectiecriterium wordt gesteld. FSC-bedrijfscertificering is relatief eenvoudig en kan tegen beperkte kosten gebeuren. Certificering kan (meestal) binnen enkele weken tot (soms) enkele maanden worden afgerond, afhankelijk van de complexiteit van het bedrijf. Een bedrijf dat FSC-gecertificeerd is, zorgt voor fysieke scheiding van het FSCgecertificeerde hout bij ontvangst, opslag en verwerking. Daarmee wordt voorkomen dat het FSC-gecertificeerde hout wordt verwisseld of vermengd met hout zonder FSC-keurmerk. Dit betekent dat FSC-producten als zodanig goed herkenbaar zijn in het magazijn, de werkplaats, op de bouwplaats én in de administratie (zie ook deel 3 van deze brochure). Wanneer een bedrijf een FSC-certificaat aanvraagt, wordt door een certificeerder beoordeeld of er een goed systeem is om de FSC-producten te volgen en onderscheiden. Mechanisch boren BRL 2100 Pagina 8 van 9

In Nederland worden dagelijks veel mechanische boringen uitgevoerd voor allerlei verschillende doeleinden. Tegelijkertijd moet de overheid de kwaliteit van ons grondwater beschermen. Het ongecontroleerd doorboren van scheidende lagen in onze bodem leidt op termijn onherroepelijk tot aantasting van de kwaliteit van het grondwater. Daarom stelt de overheid regels aan het uitvoeren van mechanische boringen. Centraal hierbij staat dat vanaf 1 januari 2011 bepaalde typen mechanische boringen alleen nog mogen worden uitgevoerd door daarvoor door de overheid erkende bedrijven. Voor die erkenning moet een bedrijf in de eerste plaats laten zien dat het die mechanische boringen uitvoert volgens daarvoor opgestelde eisen. Erkenningverplichting op basis van een certificaat Sinds 1 januari 2011 mogen alleen daarvoor erkende bedrijven nog bepaalde typen mechanische boringen uitvoeren. Om de verplichte erkenning te kunnen aanvragen, heeft een bedrijf een certificaat nodig voor mechanisch boren. De eisen volgens welke een bedrijf moet werken om het certificaat te halen staan in twee documenten: algemene kwaliteitseisen voor het bedrijf staan in BRL SIKB 2100, Mechanisch boren, versie 1.0 van 17 juni 2010 (deze BRL is ontwikkeld als onderdeel van BRL SIKB 2000); de technische uitvoeringseisen voor het mechanisch boren staan in protocol 2101, Mechanisch boren, versie 1.0 van 17 juni 2010 (voorheen protocol 2006). CROW-publicatie 282 De publicatie Mechanisch aanbrengen elementenverharding gaat in op de vraag of er een werkbare oplossing is voor de schijnbare tegenstrijdigheden tussen arbeidsomstandigheden en kwaliteit bij het aanleggen van elementenverhardingen. Vanuit de zorg voor de arbeidsomstandigheden wordt al enige tijd gewerkt aan vermindering van de fysieke belasting. Verdergaande mechanisatie is hierbij als eis nadrukkelijk op de agenda gezet. Langs wetgeving en handhaving stelt de overheid eisen aan de verwerking van elementenverhardingen. Onder invloed van de deregulering van de overheid is de invulling van deze regels bij de branche komen te liggen. CROW-publicatie 282 Mechanisch aanbrengen elementenverharding heeft de basis gelegd voor een eenduidig afwegingskader. In de praktijk moeten een aantal zaken aantoonbaar zijn zoals straatwerkplan en een logboek. Pagina 9 van 9