CONCEPT Wijzigingen voorbehouden na vergadering federatiebestuur d.d. dinsdagavond 18 december.



Vergelijkbare documenten
Standpunt KNMG over vrije artsenkeuze

Patiëntenrechten van ouders en kind. Vrouw - Moeder - Kind centrum

Richtlijn Reanimatie. Richtlijn Reanimatie, De Lichtenvoorde, verpleegkundig adviseur, oktober

Patiëntenrechten (WGBO)

De zwangere wenst andere zorg dan de zorgverlener adviseert. Hoe gaan we binnen het geboortecentrum IJsselland hiermee om?

Patiëntenrechten en -plichten

Als ouders niet meer samen zijn

Als ouders niet meer samen zijn Informatie over de rechten en plichten van gescheiden ouders bij hulpverlening aan kinderen

De WGBO is een dwingend recht. Dit betekent dat cliënten en zorgverleners onderling geen afspraken kunnen maken die van deze wet afwijken.

WGBO bij kinderen. Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst

Jehova s Getuigen en het ontvangen van bloed(producten) in het Slingeland ziekenhuis

Patiëntenrechten en -plichten

Als ouders niet meer samen zijn

Als ouders niet meer samen zijn

Rechten en plichten van patiënten

Kinderen, hun ouders en patiëntenrechten

Inschatting wilsbekwaamheid volgens KNMG richtlijn

Rechten en plichten. rondom de behandeling

Uw rechten en plichten als patiënt

Kinderen en patiëntenrechten

Als ouders niet meer samen zijn

Rechten en plichten. Als patiënt van MC Groep

Recht op informatie. Hoofdbehandelaar. Toestemming voor een behandeling of onderzoek

Patiëntenrecht. Patiëntenrecht. Patiëntenrecht. Patiëntenrecht. Geheimhouding. Informatie Inzage Toestemming

Reanimatie beleid. Visie van Cavent omtrent wel / niet reanimeren.

De rechten en plichten van de patiënt

WGBO/ INFORMED CONSENT BIJ KINDEREN ALS PATIËNT

Algemeen W.G.B.O (Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst)

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand)

Rechten en plichten. van patiënt en zorgverlener

Bundeling Zorginitiatieven Oostende Zeedijk Oostende - Tel. +32 (0) Fax. +32 (0)

Verslag Debat (moslim)vrouwen die een mannelijke arts weigeren

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand

Algemeen. Patiëntenrechten. Recht op informatie;toestemmingsvereiste

Rechten en plichten voor cliënten Cliëntinformatie over de WGBO

PATIËNTEN INFORMATIE. Rechten. van volwassen patiënten

Patiëntenrechten. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Stelling 1 De cliënt is eigenaar van zijn eigen ondersteuningsplan

Privacy. Informatie.

Privacyreglement Huisartsenpraktijk Kloosterpad

PRIVACY BELEID. Privacy Beleid Frits van der Werff Paramedisch

Voor de RBCZ Sectoren Medisch Sociaal Psychosociaal

Patiëntenrechten en kinderen

Rechten van kinderen, jongeren en hun ouders

Addendum Privacy Policy voor patiënten

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 oktober 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Recht op inzage Hoe vraag ik inzage in een patiëntendossier?

RECHTEN VAN KINDEREN EN JONGEREN TOT 18 JAAR EN HUN OUDERS BIJ EEN BEHANDELING DOOR GGZ WNB

Privacyreglement Huisartsenpraktijk Bender

24 de psycholoog / oktober 2012

: Gerard Spong : 4 juni Wijziging verzekeringswet

INFORMATIEPLICHT OUDERS

kno specialisten in keel-, neus- & oorheelkunde Rechten en plichten van de patiënt

PROFESSIONEEL STATUUT VOOR EEN HUISARTS IN DIENST BIJ EEN HUISARTS

Rechten en plichten van patiënten

Privacy Persoonsgegevens

Onderwerp: Verklaring vertegenwoordiger

Betreft: informatie over toestemmingsvereiste WGBO bij minderjarigen in relatie tot kindermishandeling

Afspraken met betrekking tot uw medische gegevens

Stappenplan voor artsen en gedragskundigen ter beoordeling van wils(on)bekwaamheid van cliënten IdB, versie 2.0

Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (WGBO) Informatie voor cliënten

Recht op inzage medisch en verpleegkundig dossier. Algemene informatie

Privacy policy: Uw persoonsgegevens en uw privacy in onze praktijk Bureau VIER-V

KLOKKENLUIDERREGLEMENT

2. Onder handelingen op het gebied van de geneeskunst worden verstaan:

Privacyverklaring en persoonsgegevens

Regeling Melden vermoeden van een misstand, onregelmatigheid of integriteitschending

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Niet reanimeren en andere behandelbeperkingen

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Titel: Klokkenluidersregeling

Rechten en plichten. Uw rechten

GEDRAGSCODE OUDERLIJK GEZAG EN OMGANG

Rode Kruis ziekenhuis. Patiënteninformatie. Behandelbeperkingen ja/nee. rkz.nl

Privacyreglement van onze praktijk Uw persoonsgegevens en uw privacy in onze huisartsenpraktijk

Rechten en plichten van kinderen

REGELING MELDEN VERMOEDEN MISSTAND

Uw rechten als patiënt (WGBO)

Burgerlijk Wetboek Boek 7, Afdeling 5

Klokkenluidersregeling. Volkshuisvesting Arnhem

Casus Seksuele handelingen als zorgvraag: directe aanpassing beroepscode?

Dit document geeft juridische informatie bij de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling om de beroepskracht te ondersteunen.

RECHTEN EN PLICHTEN RECHTEN PLICHTEN

Protocol Overdracht van medicatiegegevens

Binnen onze specialistische hulp, met onze professionele begeleiding verwerkt Vitaalpunt je gegevens ten behoeve goede zorg en hulpverlening.

INHOUDSOPGAVE BETALINGSVOORWAARDEN EN KLACHTENREGELING PRIVACYBELEID

BEHANDELOVEREENKOMST ALGEMENE VOORWAARDEN BEHANDELING

1. De krant 2. De realiteit? 3. Het (tucht)recht 4. Een oplossing?

Rechten en plichten. Als patiënt van MC Groep

Rechten en plichten. Rechten en plichten in de gezondheidszorg

Privacyreglement. Huisartenpraktijk MIR. Datum: J. Abdulraheam Dordrechtweg DM Arnhem Tel:

Uw rechten en plichten als patiënt.

Privacyverklaring van onze praktijk Uw persoonsgegevens en uw privacy in onze praktijk

Medische beslissingen aan het einde van het leven: een belangrijk gespreksonderwerp. Rozemarijn van Bruchem-Visser Internist ouderengeneeskunde

Klokkenluidersregeling Ziekenhuis Gelderse Vallei

Wijzigingen Algemene Voorwaarden Wet Langdurige Zorg (WLZ)

Rechten en plichten. Als patiënt van MC Groep. Patiënteninformatie PR/ Rechten en plichten patiënten MC Groep

Gebruiksvoorwaarden Digitale inzage cliëntdossier

Inzage of kopie van uw dossier

Kinderen, hun ouders en patiëntenrechten

Transcriptie:

CONCEPT Wijzigingen voorbehouden na vergadering federatiebestuur d.d. dinsdagavond 18 december. Standpunt KNMG over vrije artsenkeuze Samenvatting: Vrije artsenkeuze is een belangrijk goed. Patiënten moeten echter tijdig aangeven dat zij een specifieke hulpverlener wensen. Doen zij dit niet, dan heeft de instelling niet de plicht om op dat moment alsnog op het verzoek in te gaan. De patiënt kan dan op een later tijdstip terugkomen. Verwijzers dienen patiënten op hun verantwoordelijkheden te wijzen. Intimidatie door patiënten of hun begeleiders is te allen tijde onaanvaardbaar. De keuzevrijheid van de patiënt is omgekeerd evenredig met de spoedeisendheid van de situatie. Ook in spoedsituaties heeft de patiënt echter het recht de toegewezen behandelaar te weigeren, ook als dit consequenties heeft voor de eigen gezondheidstoestand. De arts heeft de plicht de patiënt te wijzen op deze consequenties. In het geval van een bevalling zullen de vrouw en haar begeleider met alle mogelijke middelen overtuigd moeten worden van de noodzaak tot het aangaan van een behandeling. In uiterste situaties kan dit betekenen dat de weigering van de patiënt genegeerd wordt, om ernstige schade of dood van het nog ongeboren kind te voorkomen. Een en ander laat onverlet dat de vrije artsenkeuze ook door andere factoren beperkt kan worden (beperkingen in verzekerde aanspraken, een zeer beperkt aantal artsen per gemeente of regio. Inleiding In de afgelopen periode heeft zich in de media een debat afgespeeld over de vraag in hoeverre zorginstellingen in zouden moeten gaan op de vraag van patiënten om een zorgverlener of onderzoeker met een specifieke eigenschap, zoals sekse. Met dit standpunt wil de KNMG instellingen, artsen, patiënten en belangenorganisaties handvatten geven over hoe zij in een dergelijke situatie moeten en mogen handelen. Daarbij is met name het onderscheid tussen spoedeisende en niet-spoedeisende situaties van belang. De vuistregel is: als de patiënt tijdig aangeeft dat een bepaalde zorgverlener gewenst is, dan probeert de instelling aan dat verzoek te voldoen. Dit kan alleen in nietspoedeisende situaties. In spoedsituaties zijn de keuzemogelijkheden van de patiënt veel beperkter, of zelfs niet bestaand. Voor patiënten geldt dus: heb je een wens, kom er dan tijdig mee. Vrije keus van zorgverlener In Nederland zijn patiënten vrij in de keuze voor een zorgverlener. Dit betekent dat patiënten het recht hebben te kiezen door wie zij behandeld of onderzocht willen worden. Dit recht is een waardevol goed. Patiënten komen immers terecht in voor hen intieme en kwetsbare situaties en het is daarom van belang dat zij zorgverleners hebben waar zij zich 1

vertrouwd bij voelen. Vertrouwen tussen behandelaar en patiënt komt de kwaliteit van de behandeling ook ten goede. Het recht op vrije keuze is echter niet altijd realiseerbaar. Soms hebben patiënten een voorkeur voor bijvoorbeeld een man of een vrouw als behandelaar of onderzoeker. Deze voorkeur kan voortkomen uit religieuze motieven, maar ook uit persoonlijke voorkeur, eerdere (negatieve of positieve) ervaringen of trauma s. Het is voor arts en instelling alleen in sommige situaties relevant om te weten waar deze voorkeur uit voortkomt, bijvoorbeeld bij slachtoffers van een verkrachting. Patiënten hebben het recht een zorgverlener naar hun voorkeur te kiezen, indien daartoe de gelegenheid bestaat. Deze keuzevrijheid van de patiënt is echter omgekeerd evenredig met de spoedeisendheid van de situatie. In spoedeisende situaties is er doorgaans dan ook niet of nauwelijks keuzevrijheid. Vrije artsenkeuze betekent ook niet dat patiënten een zorgverlener kunnen eisen die aan bepaalde eigenschappen (zoals sekse, seksuele geaardheid, huidskleur of levensovertuiging) voldoet. Met het recht op vrije artsenkeuze correspondeert de plicht van zorginstellingen patiënten vrij te laten kiezen uit de relevante groep artsen of andere zorgverleners. De instelling heeft echter niet de plicht om alle keuzes mogelijk te maken. Zorginstellingen hebben immers naar hun werknemers de plicht te zorgen voor een werkomgeving waarin zij niet gediscrimineerd worden. Het is dan ook geen plicht van een zorginstelling te allen tijde een zorgverlener met een bepaalde sekse beschikbaar te hebben, nog afgezien van het feit dat dit in verband met dienstroosters praktisch onmogelijk is. Wel dient de instelling desgevraagd openheid te betrachten. Dit kan bijvoorbeeld ook door op de website aan te geven welke artsen er werken. Vrije artsenkeuze is de verantwoordelijkheid van de patiënt Omdat vrije artsenkeuze primair een recht van de patiënt is, ligt de verantwoordelijkheid voor het kiezen vooral bij de patiënt. Dit betekent dat de patiënt zich tijdig dient te oriënteren op de beschikbare zorgverleners en de keuze voor een bepaalde zorgverlener ook tijdig bij het maken van een afspraak - kenbaar moet maken. De zorginstelling kan dan een tijdstip voorstellen waarop aan de wens van de patiënt kan worden voldaan, of eventueel een andere instelling voorstellen. Wacht de patiënt echter met het uiten van de wens tot het moment dat de behandeling of het onderzoek daadwerkelijk gaat plaatsvinden, dan zal de instelling daar niet altijd op in kunnen en hoeven gaan. Verantwoordelijkheid van verwijzers en belangenorganisaties Een belangrijke verantwoordelijkheid voor een goede gang van zaken rond vrije artsenkeuze ligt ook bij de verwijzers. Met name valt te denken aan verloskundigen en huisartsen. Zij dienen zich bewust te zijn van het feit dat bepaalde groepen patiënten een voorkeur zouden kunnen hebben voor een specifieke zorgverlener. Het is van belang dat zij hun patiënten erop wijzen dat die hun voorkeur tijdig, vóór het bezoek aan de instelling, kenbaar moeten maken. Met een proactieve houding kunnen latere problemen in de instelling worden voorkomen. Ook relevante categorale belangenorganisaties hebben in deze een belangrijke voorlichtende taak. Zij hebben de taak hun achterban bewust te maken van het feit dat artsen en andere hulpverleners professionals zijn, die in 2

het kader van hun beroepsuitoefening bepaalde handelingen moeten uitvoeren. Deze handelingen zijn van functionele aard en kunnen niet worden vergeleken met situaties in de privé-sfeer. Ook de KNMG heeft hierin een taak, door artsen meer instrumenten in handen te geven die hen beter in staat stellen om te gaan met de groeiende verscheidenheid in hun patiëntenpopulatie, en de gevolgen die dit kan hebben voor de zorgverlening. Niet-spoedeisende situaties Verantwoordelijkheid van de instelling Als een patiënt tijdig, d.w.z. bij het maken van een afspraak, verzoekt om een bepaalde hulpverlener, dan rust er op de instelling een inspanningsverplichting om dit, binnen de grenzen van redelijkheid, mogelijk te maken. Alleen voor sekse bestaat in dit kader enige ruimte, voor andere eigenschappen van zorgverleners (bijvoorbeeld huidskleur, seksuele geaardheid, etnische achtergrond, levensovertuiging) is deze ruimte er niet. Deze inspanningsverplichting betekent bijvoorbeeld dat instellingen desgevraagd informatie moeten verstrekken, en patiënten in staat moeten stellen daadwerkelijk een keus te maken. Het betekent niet dat de instelling de plicht heeft dienstroosters aan te passen, zorgverleners extra diensten te laten draaien of andere patiënten te verzetten. De instelling heeft immers niet alleen plichten naar de betreffende patiënt toe, maar ook naar de eigen werknemers en andere patiënten. Maakt de patiënt de wens voor een specifieke zorgverlener niet vooraf, maar pas tijdens het bezoek aan de instelling kenbaar, dan rust er geen plicht op de instelling alsnog op dit verzoek in te gaan. Uiteraard kan de instelling er bij wijze van service desondanks voor kiezen pogingen in het werk te stellen toch aan het verzoek te voldoen. Zo kan de instelling de patiënt bijvoorbeeld in de wachtkamer laten wachten tot het moment dat een gewenste hulpverlener eventueel beschikbaar is. De instelling dient er daarbij voor te waken dat de belangen van andere patiënten en het eigen personeel niet in het gedrang komen. Het zou bijvoorbeeld onjuist zijn zorgverleners bij andere patiënten weg te roepen, zorgverleners in hun pauze door te laten werken, of andere patiënten extra te laten wachten. Ook is het van belang dat de instelling zich er rekenschap van geeft dat zorgverleners zich gediscrimineerd kunnen voelen door het verzoek van de patiënt. Blijkt de gewenste zorgverlener niet binnen een redelijke termijn beschikbaar, dan heeft de patiënt het recht de door de instelling voorgestelde zorgverlener te weigeren. De instelling mag een dergelijke weigering beschouwen als een no show, en kan de kosten daarvoor, nadat de patiënt hier op gewezen is, in rekening brengen. De instelling kan daarnaast de patiënt eventueel ook aanbieden op een ander tijdstip terug te komen waarop wel aan het verzoek van de patiënt kan worden voldaan. Overigens biedt de Wgbo de hulpverlener ook de mogelijkheid hulp te weigeren. Het op intimiderende wijze eisen van een specifieke hulpverlener door patiënten of hun naasten is te allen tijde onaanvaardbaar. Indien zich dit voordoet, kan dit reden zijn duidelijke grenzen te stellen aan de aanwezigheid van familie in behandel- of onderzoekssituaties. 3

Spoedeisende situaties Veel problemen kunnen worden voorkomen als de patiënt de voorkeur voor een bepaalde zorgverlener tijdig kenbaar maakt. Heb je wensen, kom er dan op tijd mee. In spoedeisende situaties zal dit doorgaans niet mogelijk zijn. In deze situaties zijn de mogelijkheden van de zorginstelling om aan de wensen van de patiënt tegemoet te komen vrijwel nihil. Is in spoedeisende situaties de gewenste zorgverlener niet voorhanden, dan moet de patiënt en eventueel diens naasten duidelijk gemaakt worden dat aan de wens geen gehoor gegeven kan worden. In de praktijk gaan de meeste patiënten in deze situaties alsnog akkoord met de hen voorgestelde behandelaar. Weigering door patiënt of door begeleiders? Het kan echter voorkomen dat de patiënt of diens begeleiders desondanks de aangeboden zorgverlener weigert. Zeker in spoedeisende situaties kan dit de gezondheid van de patiënt in gevaar brengen. Complicerende factor hierbij is dat het niet altijd duidelijk is of het de patiënt zelf is die de behandelaar weigert, of de begeleider(s) van de patiënt. Als niet duidelijk is van wie de weigering afkomstig is, dan dient de zorgverlener de patiënt apart te nemen, zodat de arts kan onderzoeken of de weigering ook de wens van de patiënt zelf is. Weigert de begeleider zich afzijdig te houden, dan kan de beveiliging van de instelling verzocht worden medewerking te verlenen. Blijkt vervolgens dat de weigering niet van de patiënt afkomstig is, dan kan de behandeling alsnog plaatsvinden. Weigering door vertegenwoordiger van wilsonbekwame patiënt Is de patiënt wilsonbekwaam, dan beslist de wettelijk vertegenwoordiger over de behandeling. De vertegenwoordiger heeft het recht een behandeling, of een behandelaar te weigeren. De wettelijk vertegenwoordiger dient zich daarbij wel op te stellen als een goed vertegenwoordiger van de belangen van de patiënt. Als deze zich niet als zodanig opstelt, dan kan de weigering terzijde geschoven worden en de behandeling alsnog plaatsvinden. Dit is ter beoordeling van de hulpverlener. Deze kan daarbij de volgende aandachtspunten gebruiken: - De mate van spoedeisendheid van de behandeling; - De aard van de te treffen behandeling; (Is de behandeling een ernstige inbreuk op de integriteit van het lichaam?) - De ernst van de schade als gevolg van de weigering (Zal de patiënt kunnen overlijden of ernstige schade oplopen als de behandeling niet wordt ingezet?) - De mate waarin de weigering geacht kan worden de wil van de patiënt te vertegenwoordigen. Deze beslissing van de hulpverlener is mogelijk wel aan juridische toetsing achteraf onderhevig. Weigering door wilsbekwame patiënt De mogelijkheid bestaat ook dat de wilsbekwame patiënt zelf de zorgverlener weigert. Volgens de WGBO mogen wilsbekwame patiënten te allen tijde een behandeling weigeren, ook in acute situaties. In dergelijke gevallen prevaleert daarom, bij wilsbekwame patiënten, het zelfbeschikkingsrecht. De gronden voor de weigering zijn daarbij niet relevant. Een patiënt die een zorgverlener en daarmee de op dat moment 4

beschikbare behandeling weigert, moet in die weigering gerespecteerd worden. Daarbij moet wel duidelijk zijn dat het de patiënt zelf is die de behandelaar weigert en dat de patiënt in staat is een afgewogen beslissing te nemen. Verder is het van belang dat aan de patiënt duidelijk gemaakt is welke consequenties aan de weigering kunnen kleven. Ook moet de patiënt, c.q. de begeleider gewezen worden op het feit dat de instelling en hulpverleners niet aansprakelijk gesteld kunnen worden voor de schade die ontstaat ten gevolge van de behandelweigering, daarom moet de weigering schriftelijk in het dossier vast worden gelegd en door de patiënt of, bij wilsonbekwaamheid door diens vertegenwoordiger, zo mogelijk een verklaring te laten ondertekenen. Dergelijke weigeringen kunnen ook gemeld worden aan het MIP. Het belang van het ongeboren kind De hierboven beschreven richtlijnen gaan over die gevallen waarin alleen de belangen van de betreffende patiënt spelen. De situatie is anders wanneer de patiënt met spoed wordt opgenomen vanwege een bevalling. Als de vrouw in die situatie een behandeling weigert omdat de arts van keuze niet beschikbaar is, spelen niet alleen haar (medische) belangen een rol, maar ook die van haar ongeboren kind. Dat verandert de situatie. In dit geval is het niet wenselijk om de wens van de moeder zonder meer te respecteren. Dit zou immers betekenen dat zowel het leven van de moeder als dat van het kind in gevaar kunnen komen. Als de weigering om een behandelingsovereenkomst (en daaruit voortvloeiend een behandeling) aan te gaan gevolgen zal hebben voor het ongeboren kind, zal de verantwoordelijkheid van de instelling of de arts om tot een oplossing te komen zwaarder gaan wegen. De instelling of de individuele arts zullen in dat geval meer pressie mogen uitoefenen om de patiënt te bewegen akkoord te gaan met de behandeling. Hierbij hoort tenminste dat de moeder (en haar begeleider) wordt geïnformeerd over de mogelijke gevolgen voor haar en haar baby als zij zich niet, of niet tijdig laat helpen. Ook is van belang dat de arts ingaat op de argumenten van de vrouw en deze probeert te weerleggen. In dergelijke situaties is het ook opnieuw van belang om de wens van de patiënt zelf te vernemen. De arts heeft immers alleen een behandelovereenkomst met de vrouw, niet met de begeleider, en ook niet met het ongeboren kind. Dat kan door de patiënt apart te nemen, eventueel met behulp van de beveiliging van de instelling, en het verzoek met haar zelf te bespreken. Gaat de vrouw dan akkoord met de behandeling door de toegewezen zorgverlener, dan kan de behandeling plaatsvinden. Blijkt het verzoek van patiënt zelf afkomstig en staat onomstotelijk vast dat daar voldoende tijd voor is, dan kan de patiënt naar een ander ziekenhuis vervoerd worden om daar een dienstdoende arts te treffen die wel aan de wensen van de patiënt voldoet. De patiënt en diens begeleiders dienen daarbij gewezen te worden op de risico s en op het feit dat het ziekenhuis of de arts niet aansprakelijk zijn voor eventuele negatieve gevolgen van het uitstel. Doorgaans zal in spoedeisende situaties zoals een bevalling - voor dergelijk vervoer echter geen tijd zijn, aangezien de medische belangen van het ongeboren kind in de knel kunnen komen. 5

Het is niet goed denkbaar dat een vrouw in deze situatie er om deze reden voor kiest het ongeboren kind te laten overlijden in de baarmoeder. In de praktijk gaan in dergelijke gevallen dan ook alle vrouwen alsnog akkoord met de behandelaar. Hypothetisch is het echter mogelijk dat de vrouw niet akkoord gaat met de voorgestelde behandelaar. In dat geval, wanneer er geen alternatief beschikbaar is, komt het leven van haar en dat van haar kind in gevaar. De vrouw en haar begeleider moeten op dat moment met alle mogelijke middelen overtuigd worden van de noodzaak tot het aangaan van een behandelovereenkomst en een daaraan gekoppelde behandeling (i.c. de bevalling). Dit kan in uiterste situaties ook betekenen dat de weigering van de patiënt genegeerd wordt. De belangen van het ongeboren kind wegen op dat moment zwaarder dan de wens van de vrouw om niet behandeld te worden door de beschikbare hulpverlener. Als gevolg van die noodsituatie komt de zorgplicht van de arts in dit geval voorop te staan. Dit houdt in dat de op dat moment beschikbare arts zo nodig tegen de wil van de vrouw in maatregelen mag nemen om ernstige schade of de dood van het kind te voorkomen. De leidraad daarbij zijn de professionele standaard van de arts en de geldende wetgeving. Daarbij dient de arts de gegeven de omstandigheden- minst ingrijpende maatregel toe te passen. In het geval een begeleider aanwezig is die hiertegen bezwaar blijft houden, kan deze verwijderd worden, eventueel met hulp van de beveiliging van de instelling. 6