Bijlage 2: Milieukwaliteitsprofiel wonen buiten centrum Bijlage 3: Beoordeling verkennend bodemonderzoek



Vergelijkbare documenten
De Milieudienst heeft op 12 augustus 2010 een uitgebreid milieuadvies (UHR A143/10355) gegeven.

Wbb-locaties in het plangebied en de bijbehorende status

Verkennend bodemonderzoek plangebied t Spieghel, Grontmij, maart 2004

: NEN 5740 ONV (onverdacht), NEN 5707 VED-H (Verdachte locatie met diffuse bodembelasting heterogeen verdeeld)

ADVIES. aan Gemeente Zeist. t.a.v. P. Nieser. kopie aan. opsteller B. Wouda. telefoon datum 24 februari 2012

Hierbij doen wij u de resultaten toekomen van het nader bodemonderzoek op het sportpark De Koepel te Vught.


INHOUDSOPGAVE Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep in Nieuweroord Vastgesteld bij collegebesluit d.d. 17 juni 2008

VERKENNEND BODEMONDERZOEK BOUWPLAN AELSERHOF TE ELSLOO

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijzigingsplan Buitengebied Noord, deelplan Noorderhoofddiep 16 te Nieuweroord. Vastgesteld

/ DBI S001 Quick scan Waterweg De Bilt

Ruimtelijke onderbouwing

Verkennend bodemonderzoek Pakopseweg 1 en 1a te Didam (gemeente Montferland)

Onderzoek Ruimtelijke Onderbouwing

INDICATIEF BODEMONDERZOEK N857 NUISVEEN TE BORGER

Engelenweide - Cuneraweg te Rhenen

Onderzoek geurhinder veehouderijen (V-Stacks Gebied, V-Stacks Vergunning)

Vraagprijs) ) ,=)kosten)koper)

Martens Aannemingsbedrijf bv t.a.v. de heer M. Martens Postbus AB Lekkerkerk.

Vraagprijs) ) ,=)kosten)koper)

Het doel van het aanvullend onderzoek is het verkrijgen van aanvullende informatie over de verontreiniging.

Meesterjoostenlaan!27!! Haarlem!

Milieudienst West-Holland

Vervolg onderzoek locatie Bredeweg 69 te Randwijk; aanvulling verkennend bodemonderzoek.

omgevingsdienst HAAGLANDEN Beschikking Wet bodembesclierming - geval van bodemverontreiniging

Notitie. Referentienummer Datum Kenmerk ehv.344.N001rev1 24 mei 2011 cab. Betreft Historisch onderzoek perceel S 539 te Someren

Wilhelminapark!23!! Haarlem!

Bodeminformatie. Vaartweg 123A te Hilversum. Legenda. Wet milieubeheer bedrijven

OMGEVINGSONDERZOEK behorend bij het bestemmingsplan Boskoop Dorp DEEL B: ONTWIKKELINGSLOCATIES

GEMEENTE HOOGEVEEN. BESTEMMINGSPLAN Buitengebied Noord Herziening 2007, deelplan Schoolpad 16 in Noordscheschut ONTWERP

Nader asbestonderzoek in bodem Wolbertsdijk 13 te Wapenveld

Aan: de heer D.W. Cazant Gieltjesdorp EK Kockengen. Geachte heer Cazant,

Nader bodemonderzoek. Amazonedreef 110 te Utrecht

notitie Hindercontouren rondom het plangebied Amerongerwetering 2 te Amerongen

A. Locatie/onderzoeksgegevens. Locatie (adres) :Klein Oord Kadastraal nummer :

Morinnesteeg!12!! Haarlem!

2001, RAPPORT: Verkennend bodemonderzoek Dorshout (ong.) te Veghel (Plan Dorsveld) PROJECTNUMMER: B OPDRACHTGEVER: V.O.F.

BESCHIKKING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND

Gemeente Losser T.a.v. de heer H. Plegt Raadhuisplein AG Losser. Geachte heer Plegt,


Vraagprijs) ) ,=)kosten)koper)

Vraagprijs) ) ,=)kosten)koper)

adviseurs Brede school Waterhoef Inzicht in duurzaamheid W/E adviseurs Energie, Milieu, Bouwfysica Voor opdrachtgevers met ambitie:

Van!Oldenbarneveltlaan!3!! Haarlem!

Versie : 1.0 Datum : 6 oktober Onderzoek milieuaspecten milieuzonering en geur voor woningsplitsing Harreveldseweg 3 in Harreveld

Toelichting 'Wijzigingsplan Eerste Weg 4' te Nieuw- en Sint Joosland

Notitie. 1 Inleiding. Figuur 1 Weergave voornemen 1 / 7

TOELICHTING. op het wijzigingsplan Dwarsweg 17, behorende bij het bestemmingsplan Horstermeer van de gemeente Wijdemeren

Bodeminformatie. Gijsbrecht van Amstelstraat 92 te Hilversum. Legenda. Wet milieubeheer bedrijven

Aanvullend onderzoek demping Zahnstraat 19 te Angeren

Ruimtelijke Ontwikkeling en Beheer

Verkennend bodemonderzoek Jonasweg 6a/6 te Vaassen

Generaal!Bothastraat!40!! Haarlem!

- beschikking - niet ernstige bodemverontreiniging Baambrugse Zuwe 73 te Vinkeveen (gemeente De Ronde Venen) 1. Inleiding

DEELGEBIED 13 DICHTERSKWARTIER

VERKENNEND BODEMONDERZOEK. DE HOEF 2, FASE 2 en 3 TE HEESCH GEMEENTE BERNHEZE

Nota van beantwoording. overlegreacties. voorontwerpbestemmingsplan. Besselsesteeg 2 Maarssen

Verkennend bodemonderzoek asbest Wissinkbrink & Veldmaat te Haaksbergen

1 Inleiding. 2 Beschikking. KDK Project Vof T.a.v. de heer W.J.M. Visscher Postbus AA Volendam. Geachte heer Visscher,

Oranjekade!7!! Haarlem!

Overall advies milieu aspecten concept Bestemmingsplan Landlaan en Jabbingelaan te Onstwedde

Aan: GZ Beheer en exploitatiemaatschappij B.V. T.a.v. de heer H. Stok Postbus DB Oudewater. Geachte heer Stok,

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Nota van beantwoording zienswijzen bestemmingsplan Project O1 - Eerste Oosterparkstraat Gemeente Amsterdam

Aan: Gemeente Baarn T.a.v. de heer W. Stolp Postbus BA Baarn. Geachte heer Stolp,

de heer S.P. Schimmel Postbus HB Tiel Geachte heer Schimmel,

Onderzoek Bedrijven en Milieuhinder

MEMO. : Postbus milieuadvies t.a.v. Maurice Francken : W. Boom, SRE Milieudienst, RO/RO Datum : 30 augustus : Brouwhuis - Stationskwartier

Onderzoek geurhinder veehouderijen (V-Stacks Gebied, V-Stacks Vergunning)

Nieuwe!Gracht!34!+36+38!! Haarlem!

Verkennend bodemonderzoek Beulakerweg 54 Giethoorn

: M. Scheffers en mevr. G.P.M. Scheffers - de Jong Oliviersweg achter 9A 5061 PL Oisterwijk

omgevingsdienst HAAGLANDEN

- A 0 t (. (J )() 13a:t.w54f1.-&,j

UITGEBREIDE OMGEVINGSVERGUNNING

PM10 aantal overschrijdingen24- uur grenswaarde

Milieudienst West-Holland

Kwalibo Het bodemonderzoek voldoet zowel voor veldwerk als voor de analyses aan hoofdstuk 2 van het Besluit bodemkwaliteit.

De Marke III te Hengevelde

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 2 september S. Stoepper

omgevingsdienst HAAGLANDEN

datum 22 oktober 2015 uw kenmerk ons kenmerk onderwerp Briefrapport historisch vooronderzoek Laan van Romen 25 te Berkel en Rodenrijs

2001, RAPPORT: Verkennend bodemonderzoek, Kattestraat te Eindhoven PROJECTNUMMER: B

BEDRIJVEN EN MILIEUZONERING PRINSENSTICHTING KWADIJKERPARK TE PURMEREND

AANVULLEND BODEMONDERZOEK. Verlengde Utrechtseweg 83 en 85 te Utrecht

Gijsbrecht!van!Aemstelstraat!221!! Haarlem!

BODEMINSPECTIE OP ASBEST aan de Harskamperweg 84 te Harskamp

Ruimtelijke onderbouwing aanbouw woning Drachtster Heawei 27

VERKENNEND ASBESTONDERZOEK VERDACHTE LOCATIES REGIO IJMOND GEMEENTE HEEMSTEDE

BESLUIT VASTSTELLING ERNST EN SPOEDEISENDHEID VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

beschikking vaststelling ernst en spoed bodemverontreiniging Breudijk 42 Harmelen (gemeente Woerden) UT0632/ Inleiding

Ruimtelijke onderbouwing. Realisatie groepsaccommodatie voormalig ligboxstal Manjepetswei 19 Oudega

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

datum 10 augustus 2018 project Bestemmingsplan Herveld, Tuyn van Limes vestiging Arnhem betreft Onderzoek bedrijven en milieuzonering uw kenmerk -

PLAN VAN AANPAK VERONTREINIGING MET MINERALE OLIE EN ZINK OP HET PERCEEL HOGEWEG / PAGENLAAN TE LIMMEN

Vraagprijs) ) ,=)kosten)koper)

BEDRIJVEN EN MILIEUZONERING KERK ST. JOHANNES DE DOOPER MARKT, STANDDAARBUITEN

Nr Casenr Harderwijkerweg 138. Ruimtelijke onderbouwing. gemeente Ermelo Harderwijkerweg 138

MILIEUKUNDIG BODEMONDERZOEK LANGS DE PROVINCIALE WEG N618 BOXTEL - SCHIJNDEL 12 APRIL 2017

Bouwbedrijf Swart T.a.v. de heer T. Offringa Grote Hornstweg 19 D 9261 VW EASTERMAR

Transcriptie:

MILIEUADVIES aan Gemeente Utrechtse Heuvelrug t.a.v. Marjolijn Kuipers opsteller Dagmar Storm telefoon 030 75 40 304 datum 26 maart 2012 kenmerk UHR1210.A105/projectnummer doc.ref document1 onderwerp Milieuadvies met beoordeling voorontwerp bestemmingsplan Buurtweg 32 te Leersum aantal pag. 12 (inclusief deze pagina) bijlage Bijlage 1: Planlocatie Bijlage 2: Milieukwaliteitsprofiel wonen buiten centrum Bijlage 3: Beoordeling verkennend bodemonderzoek Korte inhoud De gemeente Utrechtse Heuvelrug heeft de Milieudienst Zuidoost-Utrecht gevraagd het voorontwerp bestemmingsplan Buurtweg 32 in Leersum (SR120013, 21 februari 2012) te beoordelen. De initiatiefnemer is voornemens om in ruil voor de beëindiging van de bedrijfsfunctie (met de mogelijkheid om 2.000 m 2 aan kassen op te richten), de sloop van bestaande bedrijfsgebouwen en het verwijderen van verharding (waaronder de parkeerplaatsen), twee nieuwe woningen te realiseren op het perceel aan de Buurtweg 32. In de toekomstige situatie worden daarmee de bedrijfsactiviteiten beëindigd en de aanwezige opstallen zullen worden gesloopt. In dit advies wordt het voorontwerp bestemmingsplan en het bijbehorend bodemonderzoek (Van Dijk geo-en milieutechniek, kenmerk: 151337, 15 december 2012) beoordeeld op de milieuthema s Bodem, Bedrijven- en milieuzonering, Geluid, Luchtkwaliteit, Externe veiligheid en Duurzaamheid. De Milieudienst heeft eerder een indicatief advies (juni 2011) gegeven met betrekking tot de ontwikkeling op de locatie aan de Buurtweg 32 in Leersum. De Milieudienst heeft voor de beoordeling van het voorontwerp bestemmingsplan het milieukwaliteitsprofiel wonen buiten centrum van het milieubeleidsplan Natuurlijk Duurzaam gebruikt. Samenvatting milieukwaliteitsprofiel: Gebiedstype Wonen buiten centrum Wettelijk Gemeentelijk kader beleid, ambitie Bodem Voldoet niet Voldoet niet Geluid Voldoet Voldoet Lucht Stikstofdioxide Fijn stof Voldoet Voldoet Voldoet Voldoet Externe Voldoet Voldoet Veiligheid Duurzaamheid Voldoet niet Voldoet niet Kwaliteitsdocument, versie 2.0, 26 januari 2011

Samenvatting tekst beoordeling per milieuthema: Algemeen De Milieudienst adviseert om het gegeven tekstvoorstel met betrekking tot het Milieubeleidsplan op te nemen in paragraaf 2.2 Gemeentelijk beleid. Bodem De paragraaf is niet akkoord. De Milieudienst heeft het verkennend bodemonderzoek beoordeeld en komt tot de conclusie dat er aanvullend bodemonderzoek moet worden uitgevoerd. Wanneer de resultaten van het aanvullend bodemonderzoek bekend zijn moeten deze resultaten worden verwerkt in de paragraaf Bodem. Bedrijven en milieuzonering De paragraaf is niet akkoord. De Milieudienst adviseert om de motivering dat een goed woon- en leefklimaat wordt gegarandeerd bij de toekomstige woningbouw op te nemen in de paragraaf. Geluid De paragraaf is akkoord. Lucht De paragraaf is akkoord. Externe Veiligheid De paragraaf is akkoord. Duurzaamheid De Milieudienst adviseert om met de ontwikkeling van het perceel aan de Buurtweg 32 aandacht te besteden aan duurzaamheid met aspecten zoals duurzaam bouwen en hierop een paragraaf Duurzaamheid op te nemen in paragraaf 5.1 Milieu van de toelichting bestemmingsplan. pagina 2

Algemeen De Milieudienst adviseert in de paragraaf Gemeentelijk beleid (2.2) van het voorontwerp bestemmingsplan ook het milieubeleidsplan op te nemen. Hiervoor wordt een tekstvoorstel gedaan: Gemeentelijk beleid: Milieubeleidsplan Natuurlijk Duurzaam 2009-2012 Het milieubeleidsplan Natuurlijk Duurzaam 2009-2012 is op 24 september 2009 vastgesteld door de Raad. Het beschrijft de duurzaamheidsambities van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. In het milieubeleidsplan staan vier pijlers centraal: 1. duurzaamheid 2. gemeentelijke interne duurzaamheidszorg 3. klimaat, energie en duurzaam bouwen 4. kwaliteit van de leefomgeving Het milieubeleidsplan stelt duurzaamheid voorop. Intern zet de gemeente in op duurzaamheid, maar ook buiten de gemeentelijke organisatie wordt dit gestimuleerd. In 2035 wil de gemeente klimaatneutraal zijn en in 2015 wil de gemeentelijke organisatie energieneutraal zijn. Daarnaast streeft de gemeente naar een gezonde, veilige en duurzame leefomgeving. Hiertoe wil de gemeente de bestaande milieukwaliteit behouden en waar mogelijk verbeteren. Dit betekent dat er ook eisen worden gesteld aan ruimtelijke ontwikkelingen, enerzijds op gebouwniveau en anderzijds op omgevingsniveau. Op gebouwniveau streeft de gemeente naar een 25% verscherpte EPC en het werken met het instrument GPR Gebouw. GPR Gebouw geeft per thema een rapportcijfer uiteenlopend van 7 (minimaal niveau) tot 10 (zeer goed) waarvoor geldt dat voor het thema energie voor woningbouw een GPR-score van 7 overeenkomt met het bouwbesluit. Bij ruimtelijke ontwikkelingen geldt een GPR score van gemiddeld minimaal 7, met minimaal een 7 voor het thema energie. Bij zogenaamde kansrijke projecten, waarbij bijvoorbeeld meer dan 50 woningen gebouwd worden of waar de gemeente een grondpositie heeft, geldt een GPR score van minimaal 8 en een 50% verscherpte EPC. Voor de ontwikkeling van het perceel aan de Buurtweg 32 te Leersum wordt uitgegaan van een GPR score van gemiddeld minimaal 7, met minimaal een 7 voor het thema energie. Op omgevingsniveau past de gemeente gebiedsgericht milieubeleid toe. Hiertoe zijn er voor de gemeente acht gebiedstypen met bijbehorende ambities (milieukwaliteitsprofielen) opgesteld. Bij ruimtelijke ontwikkelingen worden deze milieukwaliteitsprofielen toegepast. Voor de ontwikkeling aan de Buurtweg 32 te Leersum is het milieukwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum van toepassing. Een uitgebreide beschrijving van de bijbehorende de ambities is te vinden in het milieubeleidsplan. De milieuthema s worden voor de ontwikkeling Buurtweg 32 getoetst aan het milieukwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum. (in bijlage 2 van dit advies is het Milieukwaliteitsprofiel toegevoegd) Bodem De Milieudienst heeft het verkennend bodemonderzoek beoordeeld en komt tot de conclusie dat er aanvullend bodemonderzoek moet worden uitgevoerd. Wanneer de resultaten van het aanvullend bodemonderzoek bekend zijn moeten deze resultaten worden verwerkt in de paragraaf Bodem. Paragraaf 5.1.1 Bodem is door de Milieudienst beoordeeld. In deze paragraaf wordt vermeld dat in het kader van de herontwikkeling voor het plangebied een verkennend bodemonderzoek is uitgevoerd. Dit verkennend bodemonderzoek is door de Milieudienst beoordeeld (zie bijgevoegde Beoordeling bodemonderzoek ). pagina 3

Omdat de laag onder de halfverharding (puin) verdacht is op bodemverontreiniging met zware metalen en PAK, vanwege mogelijke uitspoeling vanuit de halfverharding, dient aanvullend bodemonderzoek te worden uitgevoerd. De laag onder de halfverharding, binnen het gehele plangebied, dient conform de NEN5740 te worden onderzocht. Tijdens de uitgevoerde asbestinventarisatie, type A, (gericht op te slopen bebouwing) blijkt dat de asbesthoudende dakbedekking van de stal/ schuur, ten westen van de woonboerderij, en het schuurtje, ten oosten van de woonboerderij, sterk verweerd is. Indien asbest op het maaiveld wordt aangetroffen, dient een bodemonderzoek conform de NEN5707 te worden uitgevoerd. Conclusie De Milieudienst heeft het verkennend bodemonderzoek beoordeeld en komt tot de conclusie dat er aanvullend bodemonderzoek moet worden uitgevoerd. De laag onder de halfverharding (puin) is verdacht op bodemverontreiniging met zware metalen en PAK, vanwege mogelijke uitspoeling vanuit de halfverharding. De laag onder de halfverharding, binnen het gehele plangebied, dient conform de NEN5740 te worden onderzocht. De resultaten van het aanvullend bodemonderzoek moeten worden verwerkt in de paragraaf Bodem van de toelichting bestemmingsplan. Bedrijven en milieuzonering De Milieudienst heeft een tweetal opmerkingen op paragraaf 5.1.4 Bedrijven en milieuzonering en adviseert deze te verwerken in de paragraaf. Een goede ruimtelijke ordening beoogt het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en milieugevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen en wordt het bedrijven mogelijk gemaakt zich binnen aanvaardbare voorwaarden te vestigen. Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt getoetst conform: VNG handreiking Bedrijven en milieuzonering (editie 2009); Wet milieubeheer. Paragraaf 5.1.4 Bedrijven en milieuzonering is beoordeeld. In deze paragraaf is aangegeven dat er geen bedrijven in de omgeving van het plangebied zijn die hinder zouden kunnen ondervinden van de toekomstige woningbouw. Naast het aantonen dat er geen hinder ontstaat voor bedrijven moet er in deze paragraaf ook worden gemotiveerd dat er een goed woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd bij de toekomstige woningbouw. De Milieudienst adviseert deze motivatie op te nemen in de paragraaf. Het plangebied is gelegen in het buitengebied. De Milieudienst adviseert om in de paragraaf milieuzonering de beoordeling van de geurhinder van veehouderijen op te nemen, als onderdeel van de beoordeling of sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Bij ruimtelijke ontwikkelingen in het buitengebied is de geurbelasting van veehouderijen een belangrijk beoordelingsaspect. Er zijn twee soorten geurbelasting waar rekening mee dient te worden gehouden: de voorgrondbelasting en de achtergrondbelasting. Onder voorgrondbelasting wordt verstaan de individuele geurbelasting van de betreffende veehouderij(en). Onder achtergrondbelasting wordt verstaan de cumulatieve geurbelasting op de locatie als gevolg van de aanwezige veehouderijen in de omgeving. In de beoordeling van de geurhinder moet worden gemotiveerd dat er een goed woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd. pagina 4

Conclusie De Milieudienst heeft paragraaf 5.1.4 Bedrijven en milieuzonering beoordeeld. De paragraaf is niet akkoord en de Milieudienst adviseert om de motivering dat een goed woon- en leefklimaat wordt gegarandeerd bij de toekomstige woningbouw op te nemen in de paragraaf. Geluid De tekst in paragraaf 5.1.3 Geluid is akkoord. Het aspect geluid (Wet geluidhinder) is opgenomen in paragraaf 5.1.3 van de toelichting bestemmingsplan. De bevindingen in paragraaf 5.1.3 zijn juist en de tekst geeft geen aanleiding tot opmerkingen. Op het plangebied is het kwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum van toepassing. Voor het aspect luchtkwaliteit wordt er in de plansituatie voldaan aan de ambitiekwaliteit. De Milieudienst adviseert om dit op te nemen in de paragraaf geluid. Luchtkwaliteit De tekst in paragraaf 5.1.2 Luchtkwaliteit is akkoord. Het aspect luchtkwaliteit is opgenomen in paragraaf 5.1.2 van de toelichting bestemmingsplan. De tekst geeft geen aanleiding tot opmerkingen. Op het plangebied is het kwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum van toepassing. Voor het aspect luchtkwaliteit wordt er in de geprojecteerde situatie voldaan aan de ambitiekwaliteit. De Milieudienst adviseert om dit op te nemen in de luchtkwaliteitparagraaf. Externe veiligheid De tekst in paragraaf 5.1.5 Externe veiligheid is akkoord. In paragraaf 5.1.5 van de toelichting bestemmingsplan is het aspect Externe veiligheid behandeld. De conclusie is juist. Er zijn geen belemmeringen op het gebied van Externe veiligheid. Plaatsgebonden en groepsrisico en/of de noodzaak om dat te berekenen is niet aan de orde. Op het plangebied is het kwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum van toepassing. Voor het aspect externe veiligheid wordt er in de plansituatie voldaan aan de ambitiekwaliteit. De Milieudienst adviseert om dit op te nemen in de paragraaf externe veiligheid. Duurzaamheid De Milieudienst adviseert om een paragraaf Duurzaamheid op te nemen in de toelichting van het bestemmingsplan. Voor nieuwbouw streeft de gemeente naar een 25% scherpere EPC dan wettelijk verplicht. pagina 5

De Gemeente Utrechtse Heuvelrug heeft haar duurzaam bouwen beleid verwoord in het milieubeleidsplan Natuurlijk Duurzaam. Voor nieuwbouw streeft de gemeente een 25% scherpere EPC na dan wettelijk verplicht is. Per 1 januari 2011 streeft zij voor woningen dus naar een EPC 0,45. Daarnaast wordt gestreefd naar een minimale gemiddelde GPR Gebouw score van 7. GPR Gebouw Het instrument GPR Gebouw vertaalt concrete maatregelen in een prestatiescore voor duurzaam bouwen. Het is een hulpmiddel om duurzaamheidsambities van tevoren te bepalen. Om een bepaalde GPR Gebouw score te bereiken zijn er veel verschillende mogelijkheden die in principe zelf te bepalen zijn door de bouwende partij. Scores variëren van 0 t/m 10, een score van 6 staat gelijk aan het Bouwbesluitniveau (uitgezonderd thema energie voor nieuwbouw woningen waarvoor een 7 gelijk is aan bouwbesluit). GPR Gebouw is opgebouwd uit vijf verschillende thema s: energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde (GPR Gebouw versie 4.1). Voor het gebruik van GPR Gebouw kan via de gemeente of de Milieudienst Zuidoost-Utrecht een gratis sublicentie worden aangevraagd. Advies Het gebruik van het computerprogramma GPR Gebouw wordt gratis door de gemeente beschikbaar gesteld. Voor een licentie kunt u contact opnemen met de heer Erwin Mikkers van de Milieudienst via email: e.mikkers@milieudienstzou.nl of 030 6999 577. Er wordt dan vrijblijvend een wachtwoord en gebruikersnaam toegestuurd. Met deze licentie kan u, uw architect of ontwikkelaar gebruik maken van GPR Gebouw (www.gprgebouw.nl) om zodoende te kijken welke duurzame maatregelen bij het te realiseren gebouw passen. De licentie kan zonder verplichtingen worden gebruikt. Mogelijke maatregelen Lang niet alle duurzaam bouwen maatregelen kosten geld, veel maatregelen vergen een investering die zich in de toekomst terugverdient door een besparing op energiekosten. Sommige maatregelen, zoals zongericht verkavelen kosten in principe niks extra. Door vroegtijdig na te denken over het ontwerp en mogelijke energiebesparende maatregelen, kunnen meer gratis maatregelen eenvoudig toegepast worden. Een aantal maatregelen waar bij nieuwbouw van woningen aan kan worden gedacht zijn: Energie - Beperken van de energievraag met isolatie van 4,0 m 2 K/W of hoger voor het dak, gevel en vloer. - Goede kierdichting en vermijden koudebruggen, zorg dat het een aandachtspunt is van de aannemer om onnodige energiekosten in de toekomst te vermijden. - Warmtepompen op lucht- of zonneboilers voor verwarming en warm tapwater. - Lage temperatuur verwarming, zoals vloerverwarming voor beter comfort en een hoger rendement van de ketel/warmtepomp. - Tijdgestuurd of CO2-gestuurd ventilatiesysteem - Douche warmte terugwinning - Zongericht verkavelen - Plaatsen van PV-panelen (elektriciteit opgewekt door de zon), de kosten hiervoor zijn de afgelopen jaren sterk gedaald. Voor veel woningen is de terugverdientijd ca. 11 jaar. Materiaalgebruik - Compact bouwen kost minder materiaal en geeft warmteverliesoppervlak. - Pas FSC hout toe in de kozijnen of inlands hout uit duurzaam beheerde bossen. pagina 6

- Een zinken goot loogt uit naar het water. Kijk naar alternatieven als een EPDM goot of een zinken goot met coating. Water - Denk aan waterbesparende voorzieningen (o.a. 4 liter reservoir, stroomvergroter en spoelonderbreker, thermosstatische mengkraan, waterbesparende douchekop) - Plaats een regenton voor buitentoepassingen. - Beperk het verharde oppervlak in de tuin en op parkeerplekken. Gezondheid & woonkwaliteit - Denk goed na over het ventilatiesysteem dat bijdraagt aan een goed afgesteld gezond binnenklimaat. - Neem een extra loze leiding op met aansluitpunt naar alle verblijfsruimten. Conclusie De Milieudienst adviseert om een paragraaf Duurzaamheid op te nemen in de toelichting van het bestemmingsplan. Vanaf 1 januari 2011 geldt een wettelijke verplichte wordt dit aangescherpt tot 0,6. De ambitie van de gemeente gaat verder en streeft naar een EPC = 0,45 voor nieuwbouw woningen. Gebruik het programma op www.gprgebouw.nl om te kijken welke aanvullende duurzaamheidmaatregelen genomen kunnen worden en voor de ontwikkeling van de nieuwe woningen interessant kunnen zijn. Streef hierbij naar een minimale GPR Gebouw score van minimaal gemiddeld 7. Vraag een gratis sublicentie voor GPR Gebouw aan via de heer Erwin Mikkers van de Milieudienst (030 6999 577 of e.mikkers@milieudienstzou.nl ). pagina 7

Bijlage 1: Planlocatie pagina 8

Bijlage 2: Milieukwaliteitsprofiel Wonen buiten centrum Wonen Buiten centrum Wettelijk niveau Huidige kwaliteit 1 Ambitiekwaliteit Bodem - Besluit Achtergrondwaarden*** Achtergrondwaarden Achtergrondwaarden Bodemkwaliteit Energie / Dubo - EPL 6,6 onbekend 25% verscherpte EPL - EPC 0,6 onbekend 50% verscherpte EPC - GPR Gebouw Externe Veiligheid - plaatsgebonden risico (PR) - groepsrisico (GR) Geluid - wegverkeer (db) - bedrijven (db(a)) - rail (db) 5 1 * 10-6 nvt, motivatieplicht 48* 50 55** onbekend 1 * 10-8 - 1 * 10-7 1 * 10-8 - 1 * 10-6 (Drieb) < 0,1 x OW 0,1 12 x OW (Drieb) <53 50 <55 <60 (Maarn) Gemiddeld 7, bij kansrijke projecten 8 1 * 10-8 < 0,1 x OW <48 45 <50 <55 (Maarn) Groen en Natuur - belevingswaarde n.v.t. Groen dat behaagt Groen dat leeft Licht - dag en avond (lux) 7.00-23.00 uur 10 onbekend 2 - nacht (lux) 23.00-7.00 uur 2 onbekend 1 Lucht - NO 2 [μg/m 3 ] - PM 10 [μg/m 3 ] Verkeer - Fietspaden - Fietsstallingen - Openbaar vervoer 40 31,3 n.v.t. 20-22 21-22 Ontsluiting op weg met gemengd verkeer en/of lage intensiteit Geen bijzondere voorzieningen Laag frequent, 1x p.u. 18-22 20-21 Ontsluiting op fietsnetwerk Voldoende stallingen Hoog frequent, 2-4x p.u. Water - belevingswaarde n.v.t. Basis Midden - afkoppelen (%) 10-20 60-100 * Met binnen de bebouwde kom een ontheffingsmogelijkheid tot 63 db en buiten de bebouwde kom tot 53 db ** Met een ontheffingsmogelijkheid tot 68 db ***Bouwplannen worden getoetst aan de geldende Circulaire Bodemsanering 1 Binnen gebiedstypen heerst niet overal dezelfde huidige kwaliteit, de weergegeven waarden zijn de gemiddelde kwaliteit. In praktijk zal voor elk project apart steeds de huidige kwaliteit worden bepaald. Deze bepaalde kwaliteit is leidend. pagina 9

BEOORDELING BODEMONDERZOEK betreft gemeente Utrechtse Heuvelrug adres bouwwerk Buurtweg 32, Leersum opsteller I. Balk-Pijper telefoon 030 69 99 530 datum 7 maart 2012 kenmerk UHR1210.A105 doc.ref. 10ipyBuurtweg32Leersum_bod aantal pag. 3 algemeen soort onderzoek Verkennend bodemonderzoek project Bestemmingsplan Buurtweg 32 Leersum oppervlakte 8.500 m 2 opdrachtverlener Hoveniersbedrijf De Groene Wereld uitgevoerd door Van Dijk geo- en milieutechiek b.v. rapportnummer 151337 datum rapportage 15 december 2011 methode Opzet voor bodemonderzoek voldoet aan de gestelde eisen van de Nederlandse Norm (NEN) 5740. Uitvoering bodemonderzoek voldoet niet geheel aan de gestelde eisen van de NEN 5740. Opmerking: - In mengmonster MM1.1 zijn twee niet humeuze monsters met sterk humeuze monsters opgemengd; - In MM1.2 zijn twee sterk humeuze monsters met niet humeuze monsters opgemengd; - In MM2.2 is één sterk humeus monster met niet humeuze monsters opgemengd; - De laag onder de puinverharding had als apart (meng)monster moeten worden onderzocht. Deze laag is namelijk verdacht op mogelijke uitspoeling van zware metalen en PAK vanuit de halfverharding (puin). Het veldwerk is uitgevoerd volgens de BRL SIKB 2000 door hiertoe erkende veldwerkers. De analyses zijn uitgevoerd volgens de voorgeschreven behandelmethode AS3000. resultaten Historisch onderzoek In het uitgevoerde historisch onderzoek wordt niet vermeld dat de locatie vroeger in gebruik was als gemengd agrarisch bedrijf. Zintuiglijke waarnemingen: Aan de noordzijde van het perceel is een halfverhardingslaag bestaande uit puin met een dikte van circa 0,2 meter aanwezig. Deze halfverhardingslaag maakt geen onderdeel uit van de bodem. pagina 10

Analyseresultaten: Bovengrond (0,0 0,7 m-mv; kavel 2): licht verontreinigd met PCB s*. Bovengrond (0,0 0,5 m-mv; kavel 3): geen verontreinigingen aangetroffen. Ondergrond (0,5 2,0 m-mv; kavel 2): licht verontreinigd met PCB s*. Ondergrond (0,5 2,0 m-mv; kavel 3): licht verontreinigd met PCB s*. Grondwater (1,2 m-mv; kavel 2): licht verontreinigd met barium, koper, xylenen* en 1,2- dichloorethenen*. Grondwater (1,2 m-mv; kavel 3): licht verontreinigd met barium, koper, xylenen*, naftaleen en 1,2- dichloorethenen*. * Na verrekening van de 0,7 factor conform AS3000. Let op: De Milieudienst is niet verantwoordelijk voor het gebruik van de in het rapport genoemde grondwaterstanden voor andere doeleinden dan de bepaling van de milieuhygiënische bodemkwaliteit ten behoeve van de bouwaanvraag (bijvoorbeeld grondwaterberekeningen bij de aanleg van een kelder). Toelichting: 1. De analyseresultaten zijn getoetst aan de toetsingswaarden uit de Wet bodembescherming. In voorliggende beoordeling wordt gesproken van: - een lichte verontreiniging bij een overschrijding van de Achtergrondwaarde (grond) of Streefwaarde (grondwater); - een matige verontreiniging bij een overschrijding van de Tussenwaarde (grond en grondwater); - een sterke verontreiniging bij een overschrijding van de Interventiewaarde (grond en grondwater). 2. Er is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging bij meer dan 25 m 3 sterk verontreinigde grond en/of 100 m 3 sterk verontreinigd grondwater. toetsing aan beleid Het uitgevoerde bodemonderzoek geeft aanleiding tot aanvullend bodemonderzoek. beoordeling Opvallend is dat het lutumgehalte van de bovengrond in MM1.1 (16 % vd DS), MM2.1 (2.4 % vd DS) en MM 3.1 (5.6 % vd DS) heel erg van elkaar verschilt, terwijl de bodemsoort hetzelfde is. Omdat de gemeten concentraties van de geanalyseerde parameters heel erg laag liggen (onder danwel net boven de achtergrondwaarde) en het onderzochte deel van de locatie onverdacht is voor bodemverontreiniging wordt geen aanvullend bodemonderzoek geëist voor het opmengen van niet humeuze met sterk humeuze monsters. Wel dient aanvullend onderzoek te worden uitgevoerd ter plaatse van de laag onder de halfverhardingslaag. Deze laag is verdacht op zware metalen en PAK. Opmerking: Op de situatietekening met boorpunten in bijlage 1.2 is asbestverdachte dakbedekking weergegeven. Uit de uitgevoerde asbestinventarisatie, type A, (gericht op de te slopen bebouwing) blijkt dat de dakbedekking op de meest zuidelijke schuur niet asbesthoudend is (Van Dijk geo- en milieutechniek b.v., opdrachtnummer: 750237, 15 december 2012). pagina 11

(aanvullende) voorwaarde(n) Aanvullend bodemonderzoek De laag onder de halfverharding (puin), ter plaatse van de planlocatie, dient aanvullend te worden onderzocht op zware metalen en PAK. Afvoer (puin)verharding De vrijkomende (puin-)verharding moet worden afgevoerd naar een erkende verwerker. De ontdoener van de (puin-)verharding dient op aanvraag de afleverbonnen van de verwerkingsinrichting te tonen. ir. N. Hanselaar MBM directeur Milieudienst Zuidoost-Utrecht c.c. intern c.c. pagina 12