Naam en telefoon. Portefeuillehouder



Vergelijkbare documenten
Pagina 1 van 9. Mogelijkheden Toepassing Tariefdifferentiatie Toeristenbelasting

Activiteiten collectief financieren: hoe pakt u dat aan?

Strekt ter vervanging

Toelichting op de Verordening Reclameheffing Valkenswaard Centrum

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING WASSENAAR 2019

Activiteiten collectief financieren: hoe pakt u dat aan?

Invoering toeristenbelasting en woonforensenbelasting

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING WASSENAAR 2017 (Verordening precariobelasting Wassenaar 2017)

Aan de Raad. No. : 7/11. Muntendam : 9 december Onderwerp : Vaststellen Verordening OZB

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 48 Datum: nr. 9

Colofon. Nota lokale heffingen Uitgave Gemeente Utrecht. Drukwerk RICOH Nederland. Fotografie Ramon Mosterd John Ploeg John Gundlach

CENTRUM. management Brabant HOE PAKT U DAT AAN?

Raadsbesluit. De raad van de gemeente Wijk bij Duurstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 13 november 2018 nr.

Raadsvoorstel 15 december 2011 AB RV

Betreft Voorstel gedifferentieerde rioolheffing op basis van WOZ-waarde en type object

Petitie MKB Hoorn met betrekking tot de ingevoerde reclamebelasting Hoorn ten behoeve van het Lokaal Ondernemersfonds

Hondenbelasting Verleden, heden en toekomst. Rosalie van Heijst 20 april 2016

O O * Nota lokale heffingen. Súdwest-Fryslân - Littenseradiel

Ervaringen uit het verleden, bouwstenen voor de toekomst

Precariobelasting. Meer dan alleen het genereren van belastingopbrengsten

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 9 juni 2004 / 100/2004. Onderwerp wijziging verordening toeristenbelasting

Tarieventabel behorende bij de 2016 Verordening precariobelasting Leeuwarden Mits vergunningplichtig, bedraagt het tarief voor:

4.1 funderingen, perrons, aanlegsteigers, vlonders en plankieren per m², per jaar 5,03 5,08 1,0%

Raadscommissievoorstel

HET GEMEENTELIJK BELASTINGGEBIED. Robbert Verkuijlen, coördinator belastingzaken VNG

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 21 augustus 2007, nr...; b e s l u i t :

Raadsvoorstel. 24 oktober Geachte raad,

besluit: vast te stellen de volgende verordening:

Toelichting op de Verordening op de heffing en invordering van de reclamebelasting 2005

Aan: de leden van klankbordgroep fusie Beemster-Purmerend. Beemster/Purmerend, 04 juni 2019

voor het instellen v a n e e n O n d e r n e m e r s f o n d s e n hebben e e n draagvlakmeting onder alle

Aan de gemeenteraad A-voorstel. Onderwerp: ONDERNEMERSFONDS Volgnr.: 8

Tarieventabel behorende bij de 2018 Verordening precariobelasting Leeuwarderadeel 2018

Onderwerp: Verordeningen gemeentelijke belastingen 2018

TARIEVENTABEL behorende bij de VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING EN RETRIBUTIES 2012

J.Maas / juni 2016

Gemeente Boxmeer. Nummer: 7k. AAN de Raad van de gemeente Boxmeer. Boxmeer, 16 oktober 2012

Raadsvoorstel 123. Gemeenteraad. Vergadering 4 december 2012

Beleid ondernemersfondsen

Onderwerp Actualisering belastingverordeningen + tarieventabel en aanpassing tarieven 2009

Gemeente Delft 13 JA» Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad

RAADSVOORSTEL (via commissie) BIJ ZAAKNUMMER: AGENDANUMMER: 08

Raadsvoorstel. Ten aanzien van de leges zullen separaat voorstellen ter besluitvorming worden aangeboden.

Herindeling? Hareners betalen twee miljoen méér volgens huidige Groningse tarieven

Gemeentelijke belastingen Aanslagbiljet 2015 met WOZ-beschikking

Gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders, nummer van..

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 28 november 2012 ALDUS VASTGESTELD 6 DECEMBER Belastingverordeningen 2013

PROGRAMMABEGROTING

Voorstel aan de raad. Beoogd effect

Tarieventabel (behorende bij de Verordening precariobelasting Breda 2015 ) Goederen, materialen, kiosken, wagens, kramen, enz.

Onderwerp: vaststellen van de Verordeningen watertoeristen- en toeristenbelasting 2013

4. Lokale Heffingen. Kader. Algemeen. Tarievenbeleid Onroerende zaakbelastingen

Ter opiniërende bespreking raadscommissie

Stichting Ondernemersfonds Enschede. Samen voor een bruisende binnenstad

Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting centrum Boxmeer (Verordening reclamebelasting centrum Boxmeer 2013).

Raadsbesluit 2013/.O.<?.6S.^é

vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en de invordering van precariobelasting 2017.

Onderzoek Toeristenbelasting Kollumerland c.a. Spreker: Kees van Eck, adviseur Tog Nederland

BIO Raad Collectieve Beveiliging. Schoon, heel en veilig Ondernemen

TARIEVENTABEL PRECARIOBELASTING 2015 behorende bij raadsbesluitnummer: : INT Documentnummer : INT

Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststelling belastingtarieven en verordeningen 2011

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Tarieventabel behorende bij de verordening Precariobelasting 2015, zoals deze luidt met ingang van 1 januari 2015.

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.6 november 2017, afdeling Financiën & Control, nr ;

2. Wij stellen uw raad voor om in te stemmen met de gewijzigde ramingen op het gebied van afval voor

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN PRECARIOBELASTING 2018

Voorgesteld besluit Wij stellen u voor akkoord te gaan met het wijzigen van de belastingverordeningen voor 2014.

Een ondernemersfonds is in feite een pot met. ondernemers. Besteding van. belastingen door. Gemeentelijke ondernemersfondsen

TARIEVENTABEL PRECARIOBELASTING 2019 behorende bij raadsbesluitnummer: INT , documentnummer : INT

Onderzoek invoering Toeristenbelasting

Verordening precariobelasting 2018.

Presentatie Harmonisatie Belastingverordeningen. Gemeente Krimpenerwaard

Voorgesteld besluit Wij stellen u voor akkoord te gaan met het wijzigen van de belastingverordeningen voor 2014.

RAADSVOORSTEL (via commissie)

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 20 november 2018; Verordening op de heffing en invordering van reclamebelasting 2019

Welke lokale heffingen In de onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van verwachte opbrengsten van de belangrijkste heffingssoorten in 2016.

Onderwerp : Voorstel tot vaststelling van de tarieven ozb 2005

PROGRAMMABEGROTING

RAADSVOORSTEL. TITEL Verordening reclamebelasting 2011

5.1.2 Woonlasten (lokale lastendruk)

Ondernemersfondsen. Soorten, maten, voors en tegens. Lichtenvoorde, 10 november 2016 Kjeld Vosjan

Ten aanzien van de leges zullen separaat voorstellen ter besluitvorming worden aangeboden.

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp Belastingverordeningen Aan de raad, Onderwerp Belastingverordeningen 2017

6 november n.v.t. wethouder A.G.J. Bosch

Classificatiecode. Casenummer

Raadsbesluit. GEMEENTE VELSEN gemeenteraad

Inleiding. Het Veldhovens model

waardering onroerende zaken; k. bedrijfsschip: een vaartuig, uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik als bedrijf en waardering onroerende zaken.

vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de heffing en de invordering van toeristenbelasting Bronckhorst 2019

Onderzoek forfaits van. vaste plaatsen. Rapportage. Gemeente Venray. KONDAR Overheid b.v. Postbus BB ARNHEM

4.1.2 Woonlasten (lokale lastendruk)

De raad van de gemeente Zeist; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van ;

Onderwerp : Onderzoek naar afschaffing toeristen- en hondenbelasting 2016

1 Paragraaf Lokale Tarieven en Belastingen

Verordening op de heffing en de invorderingvan precariorechten 2005

Toelichting op de Verordening Reclamebelasting Valkenburg aan de Geul 2013

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING HOOFDSTUK I

2.1 De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar 265,68

vast te stellen de: Verordening op de heffing en de invordering van reclamebelasting Berkelland 2018

Reclamebelasting & Ondernemersfonds Centrum Kollum

Transcriptie:

Onderwerp Veranderingen in lokaal belastingstelsel? Datum 11 april 2016 Naam en telefoon W. Burg Afdeling SC Portefeuillehouder F. den Brok Wat zijn de mogelijkheden? 1. De huidige genoemde kleine belastingen handhaven. 2. De genoemde kleine belastingen (gedeeltelijk) afschaffen en onderbrengen in de OZB 3. Een keuze maken om nader genoemde kleine belastingen te wijzigen in een andere heffingsgrondslag 4. Het geven van een opdracht voor een alternatieve uitwerking/oplossing Wat is de aanleiding? Ons lokale belastingdomein staat regelmatig ter discussie in de gemeenteraad. Deze discussie richt zich voor een groot deel op de kleinere belastingen. In de Adviescommissie Sociaal Bestuurlijk van 3 december 2015 is de toezegging gedaan dat er een opinienota komt over het lokale belastingstelsel, met name over de kleinere belastingen. Het verzoek van de commissie is om eens integraal naar deze belastingen te kijken. In deze opinienota leggen wij u een aantal keuzes voor op het terrein van de Reclamebelasting, Toeristenbelasting, Watertoeristenbelasting, de Hondenbelasting en de Precariorechten. Per kleine belasting werken we hierbij een aantal zaken uit: - Juridische grondslag; - Belastingplichtige; - Heffingsmaatstaf - Concrete cijfers Oss - Voor- en nadelen - Overwegingen - Keuzes Proces We bespreken de opinienota eerst in het college van B&W omdat er sprake is van een portefeuille overschrijdende werking. Qua proces hebben we bewust gekozen om vervolgens eerst de raad te informeren via een podiumbijeenkomst en vervolgens met een opiniërende notitie te komen om de ideeën van de gemeenteraad mee te nemen in de uitwerking. Bovendien betreft het een vrij complexe materie. En er is een heel palet aan keuzes mogelijk. Ook de diverse stakeholders zoals Centrummanagement, Recron, Maasmeanders etc. worden nauw bij het proces betrokken. Opinienota Pagina 1 van 20

Landelijke discussie over belastingdomein Naar aanleiding van het rapport van de commissie Rinnooy Kan buigt ook de landelijke overheid zich over het gemeentelijke belastingdomein. Het kabinet komt waarschijnlijk voor de zomer van 2016 met een voorstel voor een verschuiving van de inkomstenbelasting naar het gemeentelijk belastinggebied. Het betreft een bedrag van 4 miljard (vanaf 2019). Deze aanpassing zou zoveel mogelijk koopkracht neutraal moeten plaatsvinden. Dit rapport wordt in deze notitie buiten beschouwing gelaten. Het kan nog een geruime tijd duren voordat de aangekondigde wijzigingen daadwerkelijk worden geeffectueerd. Wel wordt in het rapport van de commissie Rinnooy Kan al de suggestie opgeworpen om bij een vergroting van het gemeentelijk belastingdomein, meteen eens kritisch te kijken naar een aantal kleine belastingen bij gemeenten. Wat is het vervolg? De uitkomst van de discussie over deze opinienota wordt vertaald in een adviesnota. Kosten neutraliteit Een belangrijk uitgangspunt in deze opinienota is kostenneutraliteit. Met andere woorden: de totale belastinginkomsten blijven gelijk en er vinden dus vooral herverdeeleffecten plaats. Het schrappen van een belastingsoort zonder hiervoor een andere belastingsoort (bijv. OZB) te verhogen is in principe mogelijk, maar ontstaat er wel een gat in de begroting. Er zal dan ook aangegeven moeten worden wat we anders (of niet meer) gaan doen om dit begrotingstekort te repareren. Opinienota Pagina 2 van 20

Reclamebelasting 1. Juridische grondslag In de Gemeentewet is in artikel 227 is de juridische basis opgenomen voor het instellen van een reclamebelasting. De belasting is ingevoerd op verzoek van het Centrum Management Oss. 2. Belastingplichtige Reclamebelasting wordt betaald door degene die een openbare aankondiging heeft geplaatst of door degene ten behoeve van wie een openbare aankondiging is geplaatst. Het gaat erom wie het grootste belang heeft bij de aankondiging. Veelal is dit de gebruiker van een pand. 3. Heffingsmaatstaf De huidige heffingsmaatstaf is de omvang in m 2 van de reclame uiting. omschrijving Centrumgebied: reclameobject met oppervlakte tot 0,1 m 2 reclameobject met oppervlakte van 0,1 m 2 tot 0,5 m 2 reclameobject met oppervlakte van 0,5 m 2 tot 10 m 2 reclameobject met oppervlakte gelijk of groter dan 10 m 2 tarief 0,00 495,60 660,48 936,36 Aanloopgebied: reclameobject met oppervlakte tot 0,1 m 2 reclameobject met oppervlakte van 0,1 m 2 tot 0,5 m 2 reclameobject met oppervlakte van 0,5 m 2 tot 10 m 2 reclameobject met oppervlakte gelijk of groter dan 10 m 2 0,00 371,52 495,60 697,56 4. Concrete cijfers Oss De cijfers van de reclamebelasting, belastingjaar 2015. begroot Bruto verminderd kwijtschelding Netto resultaat opgelegd 210.000 191.667 12.866 0,00 178.801 (bron: BSOB jaarrapportage 2015 d.d. 12-1-2016) De Reclamebelasting wordt in rekening gebracht bij gebruikers van niet-woningen in het centrumgebied, als zij een reclame uiting aan hun pand aangebracht hebben. In totaal worden jaarlijks 396 gebruikers aangeslagen. De controlekosten zijn jaarlijks 5.944,-. De heffings- en inningskosten van de BSOB bedragen 1.539,-. Opinienota Pagina 3 van 20

De opbrengst van de reclamebelasting gaat, na aftrek van de kosten, rechtstreeks naar het Centrummanagement Oss. Zij ontplooien hiermee allerlei activiteiten voor het centrum zoals de ondersteuning van winkeliers en het organiseren van evenementen. 5. Voor- en nadelen Voordelen 1. alle ondernemers betalen mee aan collectieve ondernemersactiviteiten die een groot draagvlak kennen onder de ondernemers die door de reclamebelasting worden aangeslagen. 2. Reclamebelasting biedt de mogelijkheid om binnen het gebied waarvoor de reclamebelasting in het leven wordt geroepen verschillende tarieven te hanteren. Hiervoor moet wel een objectieve rechtvaardigingsgrond aanwezig zijn. Nadelen 1. De reclamebelasting kan alleen worden geheven als er sprake is van een openbare aankondiging die zichtbaar is vanaf de openbare weg. Dat geldt weliswaar voor vrijwel ieder bedrijf, maar er moet toch rekening worden gehouden met een groep bedrijven die niet kan worden aangeslagen, omdat zij niet beschikken over een openbare aankondiging. 2. De reclamebelasting wordt opgelegd aan de eigenaar van een openbare aankondiging. Meestal is dit de ondernemer die in het betreffende pand zijn onderneming uitoefent. Reclamebelasting is dus niet geschikt als het ook de bedoeling is dat eigenaren van onroerende zaken meebetalen. Zij kunnen alleen worden aangeslagen als zij tevens eigenaar zijn van de genoemde openbare aankondiging. 3. Uitvoeringskosten: om reclamebelasting te kunnen heffen, is het nodig openbare aankondigingen te registreren in een bestand en dat bestand bij te houden. Hieraan zijn extra kosten verbonden. 4. De reclamebelasting kan alleen worden geheven als de openbare aankondiging zichtbaar is vanaf de openbare weg. Aan winkels in een winkelcentrum waarvan het binnenterrein geen openbaar gebied is en waarvan de reclame vanaf de openbare weg niet te zien is, kan geen aanslag worden opgelegd. 5. Onder de reclamebelasting vallen ook de openbare aankondigingen van bijvoorbeeld scholen, theaters, gemeentelijke instellingen, medische voorzieningen e.d. Dit kan tot onbedoelde effecten leiden. Het is mogelijk om in de verordening een bepaling op te nemen die dit soort openbare aankondigingen uitsluit. 6. Overwegingen Het Centrummanagement (CMO) is voorstander van een andere heffingsgrondslag van de reclamebelasting. Nu is dat de afmeting van de reclame. Het is de wens van het CMO om de WOZ- Opinienota Pagina 4 van 20

waarde als grondslag te gaan gebruiken, waarbij een gedeelte van de belasting gezien wordt als vast recht en het variabele gedeelte wordt gebaseerd op de WOZ-waarde. Bij het gebruiken van de WOZ-waarde als heffingsgrondslag ontstaan er een lastendrukverschuiving naar de panden met een hoge WOZ-waarde. Waarbij het nog altijd zo is, dat een gebruiker van een niet-woning in het centrumgebied, een reclame uiting aan zijn pand moet hebben. Bij het ontbreken van de reclame wordt geen reclamebelasting opgelegd. Bij het toepassen van de WOZ waarde als heffingsgrondslag treden er herverdeeleffecten op. Want de hoogte van de WOZ waarde is bepalend voor de hoogte van de aanslag en niet meer de afmeting van de reclame. De reclamebelasting wordt niet door iedereen toegejuicht. Het afschaffen van de reclamebelasting is een andere, verdergaande optie, waarbij deze operatie bij voorkeur budgettair neutraal moet verlopen. Het is mogelijk om de totale opbrengst van de reclamebelasting onder te brengen in de Onroerendezaak-belastingen (OZB). Het tarief in de OZB voor niet-woningen moet dan verhoogd worden met 3,2 %. Dit geldt dan dus voor alle ondernemers uit de gemeente Oss. Daarbij is vervolgens nog de keuze te maken of je dit ten laste brengt van eigenaren of huurders of beiden. Wanneer gebruikt gemaakt wordt van een algemene OZB opslag als middel om te komen tot een verplichte ondernemersbijdrage zitten hierin belangrijke nadelen. Een algemene OZB opslag kan namelijk niet gebiedsgericht ingezet worden. Zij geldt voor de gemeente als geheel. Ook kan alleen onderscheid gemaakt worden in woningen en niet woningen. Alle niet woningen betalen mee en het is niet mogelijk om bepaalde groepen uit te sluiten. Voordeel is wel dat de kosten voor het opleggen gering zijn. Het CMO kan dan vanuit de algemene middelen een subsidie worden toegekend ter hoogte van bijvoorbeeld de huidige inkomsten van de reclamebelasting. 7. De keuzes 1. De huidige vorm van de reclamebelasting handhaven 2. De heffingsgrondslag wijzigen in een gedeelte vast recht en een gedeelte WOZ waarde 3. De reclamebelasting afschaffen en onderbrengen in de OZB 4. Varianten onderzoeken zoals een BIZ (Bedrijven Investerings Zone), een variant die in steeds meer gemeenten wordt toegepast Het is belangrijk om op te merken dat de reclamebelasting op verzoek van de (centrum) ondernemers is ingevoerd. Een keuze tot wijziging van de huidige situatie zal dus pas na overleg met hen kunnen worden uitgevoerd. Opinienota Pagina 5 van 20

(Water)Toeristenbelasting 1. Juridische grondslag In de Gemeentewet is in artikel 2274 is de juridische basis opgenomen voor het instellen van een (water)toeristenbelasting. De gedachte achter toeristenbelasting is dat de gemeente kosten maakt voor voorzieningen die mede door niet-inwoners worden gebruikt, maar daarvoor geen vergoeding krijgt uit het gemeentefonds. In de wettekst wordt niet aangegeven dat de opbrengst moet dienen ter dekking van de kosten die worden gemaakt ten behoeve van het toerisme. De toeristenbelasting heeft in principe dus niet het karakter van een bestemmingsbelasting of profijtbelasting. De belasting is daarom te kwalificeren als een algemene heffing. De opbrengst komt dus ten goede aan de algemene middelen van de gemeente. Het is geen vorm van kostenverhaal, maar de gemeente kan er wel voor kiezen om de opbrengst te gebruiken voor het bekostigen van toeristische voorzieningen. 2. Belastingplichtige Toeristenbelasting is verschuldigd over zakelijke of privé overnachtingen van mensen buiten de gemeente die hiervoor een vergoeding betalen. De ondernemer die de overnachting mogelijk maakt betaalt de belasting. Dit betekent dat ook toeristenbelasting mag worden geheven voor het verblijf van arbeidsmigranten op vakantieparken of voor zakelijke overnachtingen in een conferentiehotel. Degene die overnacht, betaalt de belasting vrijwel altijd aan de ondernemer die de overnachting verzorgt. Deze ondernemer draagt de belasting daarna af aan de gemeente. 3. Heffingsmaatstaf De huidige heffingsmaatstaf is een vast bedrag per overnachting, de tarieven in Oss bedragen: omschrijving Tarief per overnachting Camping < 250 plaatsen Camping > 250 plaatsen Hotel/pension tarief 1,10 1,10 1,10 Watertoeristenbelasting 1,60 4. Concrete cijfers Oss In totaal worden jaarlijks 57 aanslagen verzonden met een totale begrote opbrengst van 333.034,-. De controlekosten bedragen jaarlijks 5.400,--. Door de BSOB worden heffings- en inningskosten in rekening gebracht, in totaal 1.282,50. Opinienota Pagina 6 van 20

De jaarlijkse opbrengsten zijn op dit moment opgenomen als algemene inkomsten binnen de begroting. Er ligt geen directe koppeling met de kosten die voor toerisme en recreatie worden gemaakt. In de bijlage is een overzicht gemaakt van kosten die we in de begroting voor 2015 hebben opgenomen voor toerisme en recreatie. 5. Voor- en nadelen Voordeel 1. Degene die niet als inwoner van Oss gekenmerkt wordt, betaalt via deze belasting toch mee aan de het voorzieningen niveau in de gemeente Nadelen 1. De hoogte van de aanslag wordt vastgesteld op basis van de door belastingplichtige gedane aangifte. Daarop is controle noodzakelijk. 2. Er wordt niet gedifferentieerd naar soort en aard van de overnachting. 6. Overwegingen A. Heffingsmaatstaf De tariefstructuur van de toeristenbelasting kan, al dan niet in combinatie met de heffingsmaatstaf, op verschillende wijzen worden geregeld. Hieronder een overzicht. Mogelijkheid 1: vast bedrag per overnachting Het merendeel van de gemeenten die toeristenbelasting heffen, hebben als tarief een vast bedrag per overnachting, ongeacht waar men overnacht. Het is vaak zeer moeilijk en arbeidsintensief het aantal overnachtingen exact vast te stellen. Denk dan bijvoorbeeld aan caravans op vaste staanplaatsen waarvan door een wisselend aantal personen regelmatig gebruik wordt gemaakt. Ter vermijding van dit soort moeilijkheden kiezen sommige gemeenten ervoor om een forfaitaire regeling te ontwerpen. Om een forfaitaire berekening te kunnen bepalen is echter terugkerend en kostbaar onderzoek noodzakelijk. Hierdoor worden de uitvoeringskosten hoog. Een ander nadeel is dat voor een goedkope kampeerovernachting hetzelfde bedrag aan toeristenbelasting moet worden betaald als voor een dure hotelovernachting. Met als risico dat de goedkope overnachtingen - gezien de geringe marges- zich hier buiten de markt prijzen. Mogelijkheid 2: differentiatie naar soort onderkomen In de verordening kan bij het bepalen van de heffingsmaatstaven een onderscheid gemaakt worden naar soort accommodatie. Hierbij worden tariefklassen ingevoerd (bijvoorbeeld voor hotels/ pensions en campings) op basis van objectieve en controleerbare criteria. In de klassenindeling kunnen onder meer het voorzieningenniveau en de wijze van huisvesting van de te onderscheiden soorten accommodaties als uitgangspunt worden genomen. Een grotere variëteit in het aanbod van nachtverblijven, zal het aanbrengen van een tariefdifferentiatie in juridische zin en in de uitvoeringspraktijk bemoeilijken. Elke keuze kan immers in een bepaalde mate arbitrair zijn, wat aanleiding kan geven tot bezwaar- en beroepsprocedures. Opinienota Pagina 7 van 20

Mogelijkheid 3: een percentage van de overnachtingsprijs (omzet) Een relatief klein gedeelte van de gemeenten die toeristenbelasting heffen, heft een vast percentage van de overnachtingsprijs (verder omzet genoemd) als maatstaf. Het tarief is dan eigenlijk al in de maatstaf verwerkt. Het voordeel bij deze wijze van heffing over de omzet is dat er als het ware automatisch gedifferentieerd wordt naar luxe van de accommodaties. Verder voordeel is dat er geen forfaitaire maatstaf nodig is, wat duur en terugkerend onderzoek uitspaart. Nadeel is echter dat de omzet van alleen de overnachtingen objectief vastgesteld kan worden (geen overige opbrengsten). B. Besteding van toeristenbelasting en ondernemersfonds Naast bovenstaande keuzes in de heffingsmaatstaf is er ook een keuze te maken over de besteding van de opbrengsten uit toeristenbelasting. Met afgevaardigden van Recron, Horca.nl en Maasmeanders wordt al langer gesproken over de tarieven in de Toeristenbelasting. Vanuit alle drie de partijen is de vraag gekomen of het mogelijk is de toeristenbelasting als afzonderlijke belasting af te schaffen. En gelijktijdig de OZB voor niet-woningen te verhogen, zodat de opbrengst in stand blijft. De extra opbrengst OZB zou gestort moeten kunnen in een op te richten ondernemersfonds. Om zodoende de opbrengst te goede te laten komen aan recreatie en toerisme. Aangezien de huidige opbrengst voor toerisme en recreatie opgenomen is in de begroting en er in de begroting al gelden worden besteed aan toerisme en recreatie zou het extra vormen van een ondernemersfonds betekenen dat er een jaarlijks tekort in de begroting ontstaat van ruim 0,3 miljoen. De opbrengst van de belasting is nu ingezet als algemeen dekkingsmiddel, als de gelden naar een ondernemersfonds zouden gaan, ontstaat er een begrotingstekort. Gemeenten waar een ondernemersfonds is ingericht en gevoed wordt via een opslag in de OZB zijn o.a. Leiden, Utrecht, Delft en Helmond. Als de opbrengst van de Toeristenbelasting en de Watertoeristenbelasting ( 333.035,-) in de OZB verrekend moet worden, betekent dit dat het tarief in de OZB voor niet-woningen verhoogd moet worden met 5,05 %. Nadeel van bovenstaande is dat niet toeristische bedrijven gaan meebetalen aan een ondernemersfonds voor toerisme en recreatie. Alternatief is om een breder algemeen ondernemersfonds op te richten voor alle bedrijven. Gezien de enorme diversiteit aan ondernemingen (multinationals in het stedelijk gebied, veel kleine toeristische ondernemers en agrariërs in het buitengebied), zal het niet eenvoudig zijn om dit op te tuigen. C. WOZ waarde als grondslag voor toeristenbelasting Door de VDG, GroenLinks, BeterOss is ten tijde van de behandeling van het belastingvoorstel 2016 de vraag gesteld of het mogelijk is om de WOZ-waarde te hanteren als grondslag voor de Toeristenbelasting. Navraag leert dat er geen gemeenten bekend zijn die de WOZ waarde als grondslag gebruiken voor de Toeristenbelasting. En dat is ook logisch omdat de Hoge Raad vindt dat de grondslag gerelateerd moet zijn aan het aantal personen en de duur van het verblijf. Een WOZ waarde grondslag voldoet Opinienota Pagina 8 van 20

daar niet aan. Om deze reden is de WOZ waarde als grondslag in de Toeristenbelasting geen bruikbare. 7. De keuzes 1. De huidige vorm van de (water)toeristenbelasting handhaven, al dan niet meet een aangepaste heffingsgrondslag 2. De (water)toeristenbelasting afschaffen en onderbrengen in de OZB 3. Idem als 2, en daarnaast instellen ondernemersfonds (betekent financieel tekort van jaarlijks 0,3 miljoen). Watertoeristenbelasting Er zijn twee soorten toeristenbelasting mogelijk, de belasting op het verblijf in hotels, pensions, campings. En daarnaast voor het verblijf op vaartuigen in het gemeentelijk watergebied. In Oss wordt ook de Watertoeristen in rekening gebracht. Deze belasting is geërfd uit de herindeling met de voormalige gemeente Lith. De opbrengst is opgenomen in de totale opbrengst van de Toeristenbelasting. De belasting wordt in rekening gebracht bij de gebruikers van vaartuigen die aanmeren in de haven in Lith. Over 2014 was de opbrengst 20.163,20 en werd geheven via 3 aanslagen, uitgevoerd door de BSOB. Opinienota Pagina 9 van 20

Hondenbelasting 1. Juridische grondslag In de Gemeentewet is in artikel 226 is de juridische basis opgenomen voor het instellen van de hondenbelasting. Gemeenten mogen hondenbelasting heffen maar zijn daartoe niet verplicht. 2. Belastingplichtige De houder van een hond moet de belasting betalen. De hond is overigens het enige huisdier waarover in Nederland belasting geheven wordt. Er is geen wettelijke basis voor andere dieren belastingen. 3. Heffingsmaatstaf Het tarief is vrij. In de meeste gemeenten is het tarief afhankelijk van het aantal honden. Naast een vast bedrag per hond kiezen veel gemeenten ook voor een oplopend tarief bij meerdere honden om zodoende het hondenbezit in te perken. Daarnaast voorzien de meeste verordeningen in een aparte tariefregeling voor kennelhonden. Zo ook in Oss. Het Osse tarief ligt precies op het landelijk gemiddelde van 56, -. De tarieven zijn: omschrijving voor de eerste hond voor de tweede hond iedere volgende hond voor honden gehouden in kennels tarief 55,80 69,72 86,88 281,40 4. Concrete cijfers Oss De cijfers van de hondenbelasting, belastingjaar 2015: begroot Bruto verminderd kwijtschelding Netto resultaat opgelegd 493.786 556.041 17.926 31.533 506.582 (bron: BSOB jaarrapportage 2015 d.d. 12-1-2016) Jaarlijks worden circa 7.863 aanslagen opgelegd. De heffings- en inningskosten die gemaakt worden door de BSOB bedragen 9.750,- (7.863 x 1,24), waarbij de controle kosten jaarlijks 10.000,-- bedragen. Tegenover de opbrengsten van de hondenbelasting staan de kosten van het project hondenwacht. In de begroting zijn deze kosten opgenomen voor in totaal 424.290,-.In het project Hondenwacht Opinienota Pagina 10 van 20

zitten activiteiten als, het aanleggen van honden uitlaatplaatsen, het schoonhouden en onderhoud daarvan, de kosten van de toezichthouders. 5. Voor- en nadelen Voordelen 1. De houders van een hond betalen mee aan het inrichten, schoonmaken van hondenuitlaat velden, zodat het zichtbaar is waar de belasting voor betaald wordt. 2. Dit past bij het principe de vervuiler/ gebruiker betaalt dat in de gemeente Oss binnen veel beleidsvelden wordt toegepast. Nadelen 1. Er is een jaarlijkse controle noodzakelijk om na te gaan wie de houder van een hond is. Deze controle is ook lastig uit te voeren. 2. De acceptatie onder de hondenbezitters voor het betalen van deze belasting neemt af. Steeds zijn er discussies over het feit waarom houders van andere dieren geen belasting behoeven te betalen; 3. De belasting heeft een ouderwets karakter en staat ook landelijk ter discussie, gezien het rapport van de commissie Rinnooy Kan en de uitlatingen van minister Plasterk van Binnenlandse Zaken. Aan de andere kant heeft het principe de vervuiler betaalt ook juist iets heel moderns in zich. 6. Overwegingen Het afschaffen van de Hondenbelasting moet budgettair neutraal verlopen. Onderbrengen van de opbrengst in de OZB, woningen, zou betekenen, dat de OZB voor woningen met 5,2 % verhoogd moet worden. In 128 van de 394 gemeenten in Nederland is de hondenbelasting inmiddels afgeschaft. Dit aantal groeit. Ook steden als Amsterdam, Arnhem en Zwolle. In Noord-Brabant, bijv. Bernheze, Landerd, Uden, Vught, Cuijk, Boxtel en Boekel. Overwegingen zijn daarbij dat de hondenbelasting wordt gezien als een achterhaalde ouderwetse belasting. Daarnaast is dit een door veel inwoners als irritant ervaren belasting. 7. De keuzes 1. De huidige vorm van de hondenbelasting handhaven 2. De hondenbelasting afschaffen en onderbrengen in de OZB Opinienota Pagina 11 van 20

Precariobelasting 1. Juridische grondslag In de Gemeentewet is in artikel 228 is de juridische basis opgenomen voor het instellen van de precariobelasting. 2. Belastingplichtige Degene die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, dan wel degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn. 3. Heffingsmaatstaf De Precariobelasting wordt in Oss geheven voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare grond. We kennen daarbij de volgende categorieën: Kiosken/ vitrines Uitstallingen van waren/ goederen Standplaatsen (permanent) Leidingen, buizen en kabels Terrassen, podia, tenten en reclameborden Motorbrandstof installaties Vetvangers Circussen In de bijlage is een overzicht weergegeven van de tarieven, zoals deze in 2014 zijn vastgesteld. 4. Concrete cijfers Oss De opbrengst van deze belasting is bestemd voor de algemene dienst, de begrote opbrengst van deze belasting is 50.948,-. Jaarlijks worden circa 100 aanslagen verzonden. De belasting drukt nu vooral op terrassen in het centrum van Oss en uitstallingen van goederen. 5. Voor- en nadelen Voordelen 1. Via precario wordt geld ontvangen voor gebruik van openbare ruimte. Dit op een objectieve manier. Je gebruikt een stuk openbare ruimte en daar betaal je een vergoeding voor. Nadelen 1. De belastingdruk van deze belasting ligt voornamelijk bij de ondernemers. De belasting geldt voor de gehele gemeente, dus ook de winkelcentra worden meegenomen in de belasting. Voorwaarde is dat de uitstallingen op de openbare grond staan. Opinienota Pagina 12 van 20

2. Bij de centrum ondernemers geldt dat zij bij een uitstalling een precariobelasting betalen en als zij een reclame uiting aan de gevel hebben, dat zij een aanslag reclamebelasting ontvangen. 3. Deze beide belasting wordt een dubbeling van belasting ervaren, hoewel het hier gaat om twee afzonderlijk belastingplichten. 6. De keuzes 1. De huidige vorm van de precariobelasting handhaven 2. De precariobelasting afschaffen 3. De precariobelasting uitbreiden en daardoor opbrengst maximaliseren Opinienota Pagina 13 van 20

Opbrengst in OZB onderbrengen Het verschuiven van de belastingopbrengst van deze kleinere lokale belastingen naar de OZB kan leiden tot het overschrijden van de toegestane macro-norm. Deze macro-norm wordt bepaald door het rijk. Een overschrijding van deze norm kan leiden tot een verlaging van de algemene uitkering. De discussie over het feit dat gemeenten de macro-norm jaarlijks overschrijden, leidt tot discussie op rijksniveau. Waarbij het ministerie nu kijkt welke maatregelen er mogelijk zijn, om te voorkomen dat gemeenten deze norm blijven overschrijden. Daarnaast is in de gemeente Oss al jaren het streven om de lastendruk (excl. genoemde kleine belastingen) meer dan 25,- onder het landelijk gemiddelde te laten zijn. Dit uitgangspunt komt bij het verschuiven van kleine belastingen richting OZB onder druk te staan. Onroerende-zaakbelastingen, niet woningen: Onroerende-zaakbelastingen, woningen: eigenaar: 3.798.953,- 9.495.922,- gebruiker: 2.788.492,- totaal: 6.587.445,- Lastendruk verschuiving De belastingdruk van de kleine belastingen ligt onderscheidenlijk bij; 1. Reclamebelasting: bij de ondernemers in het centrum 2. (water)toeristenbelasting: gebruikers van hotels, pensions, campings 3. Hondenbelasting: houders van een hond, meestal de gebruiker van een woning 4. Precariobelastingen: gebruikers van een niet-woning. Bij het onderbrengen van de belastingopbrengsten in de OZB, ligt het in de rede om te onderzoeken bij welke OZB-doelgroep de belastingdruk komt te liggen. De belastingopbrengsten van de Reclamebelasting, Toeristenbelasting, watertoeristenbelasting en Precariorechten zouden dan bij de categorie niet-woningen komen te liggen. Terwijl de opbrengst van de hondenbelasting bij de categorie woningen zou komen te liggen. In de bijlage zijn enkele voorbeelden opgenomen van lastendruk verschuivingen in zowel de categorie woningen als niet-woningen. Voor- en nadelen Voordelen: 1. De OZB biedt de mogelijkheid om zowel gebruikers als eigenaren van onroerende zaken te belasten. Is het de wens om beide in de heffing te betrekken dan biedt de OZB-opslag als enige van de beschikbare alternatieven deze mogelijkheid. 2. De dekkingsgraad is hoog. Alle eigenaren en gebruikers worden aangeslagen. Opinienota Pagina 14 van 20

3. Aan het opleggen van een OZB-opslag zijn voor de gemeente geringe extra kosten verbonden. 4. Er kan gebruik worden gemaakt van het WOZ-bestand en de extra aanslag loopt mee met de normale OZB-aanslag. Nadelen: 1. Het belangrijkste nadeel van de OZB-opslag is dat de OZB-opslag niet gebiedsgericht kan worden ingezet. De OZB-opslag kan dus niet worden toegepast voor één enkel winkelcentrum of één enkel bedrijventerrein. Zij geldt altijd voor de gemeente als geheel. Hiermee moet rekening worden gehouden bij de besluitvorming. 2. Er kan alleen onderscheid worden gemaakt tussen woningen en niet-woningen. Scholen, theaters, gemeentelijke instellingen, medische voorzieningen en alle andere nietwoningen en niet-bedrijven vallen allemaal onder de opslag. Binnen de categorie nietwoningen is het niet mogelijk bepaalde groepen uit te sluiten. 3. Bij de invoering van een OZB-opslag moet duidelijk zijn waar de niet-woningen gelegen zijn. Speciale aandacht vragen de niet-woningen buiten de winkelcentra en bedrijventerreinen. Zij profiteren veelal niet of minder van collectieve ondernemersactiviteiten gericht op een specifiek winkelcentrum of een specifiek bedrijventerrein. Is de groep verspreide niet-woningen in een gemeente groot, dan vormt de OZB-opslag een minder geschikt middel. 4. Tariefdifferentiatie is bij de OZB niet mogelijk; Het is dus niet mogelijk onderscheid te maken tussen bijvoorbeeld een A1 winkelgebied of een aanloopstraat of tussen een verouderd en een nieuw bedrijventerrein. Ook is het niet mogelijk een verschil te maken tussen kleine en grote panden. De verschillen tussen locaties en panden komen wel tot uitdrukking in de waarde van de onroerende zaken. Op die manier wordt in enige mate tegemoetgekomen aan de wens van een rechtvaardige verdeling van lasten. 5. De OZB biedt niet de mogelijkheid om andere groepen dan gebruikers of eigenaren van onroerende zaken (bijvoorbeeld de ambulante handel) te laten meebetalen. Wilt u dat deze groepen verplicht meebetalen dan is de OZB-opslag niet het juiste middel. 6. Het is de gemeente die uiteindelijk beslist over het instellen van de OZB, over het wel of niet toepassen van een opslag, over de hoogte daarvan en over de aanwending van de inkomsten daaruit. Zij bepaalt of ze wel of niet mee wil werken aan het verhogen van het OZB-tarief en de eventuele voorwaarden die zij daaraan stelt. Ondernemers zijn dus afhankelijk van de medewerking van de gemeente. Bijlagen 1. Lastendruk verschuivingen 2. Tarieventabellen 3. Vergelijking met anderen gemeenten 4. Begroting toerisme Opinienota Pagina 15 van 20

BIJLAGE-1 LASTENDRUKVERSCHUIVINGEN Lastendrukplaatje OZB niet-woningen Het afschaffen van de reclamebelasting en de Toeristenbelasting en inbouwen van de opbrengst in de OZB voor niet-woningen, geeft een volgend lastendrukbeeld. WOZ waarde OZB 2016 OZB + 8,25% effect eigenaar gebruik eigenaar gebruik eigenaar gebruik 0,2242% 0,1812% 0,2426% 0,1961% 50.000,- 112,- 90,- 121,- 98,- + 9,- + 8,- 150.000,- 336,- 271,- 363,- 294,- + 27,- + 23,- 300.000,- 672,- 543,- 727,- 588,- + 55,- + 45,- 750.000,- 1.681,- 1.359,- 1.819,- 1.470,- + 138,- + 112,- 1.000.000,- 2.242,- 1.812,- 2.426,- 1.961,- + 184,- + 149,- Lastendrukplaatje OZB woningen Het afschaffen van de hondenbelasting en inbouwen van de opbrengst in de OZB voor nietwoningen, geeft een volgend lastendrukbeeld. WOZ waarde OZB 2016 OZB + 5,2% effect eigenaar eigenaar eigenaar 0,1199% 0,1261% 50.000,- 59,- 63,- + 4,- 150.000,- 179,- 189,- + 10,- 300.000,- 359,- 378,- + 19,- 750.000,- 899,- 945,- + 46,- 1.000.000,- 1.199,- 1.261,- + 62,- Opinienota Pagina 16 van 20

BIJLAGE-2 TARIEVENTABEL. Behorende bij de Verordening Precariobelasting Oss 2015. Artikel 1 Kiosken, vitrines Voor het hebben van kiosken of vitrines wordt geheven per jaar per m2, 40,84. Artikel 2 Uitstalling van waren, goederen, e.d. Voor het uitstallen van waren, goederen en dergelijke, wordt per in te nemen uitstalling geheven: a. Indien dat geschiedt ten behoeve van de verkoop van waren of goederen: voor een dag voor de eerste 5 m2, 3,06, en vervolgens per m2, 0,55; voor een week voor de eerste 5 m2, 9,19; en vervolgens per m2, 2,04; voor een maand voor de eerste 5 m2, 25,53; en vervolgens per m2, 5,41; voor een jaar per m2, 51,05. b. Indien dat niet geschiedt ten behoeve van de verkoop van waren, goederen: voor een dag voor de eerste 5 m2, 2,04; en vervolgens per m2, 0,31; voor een week voor de eerste 5 m2, 6,43; en vervolgens per m2, 1,12; voor een maand voor de eerste 5 m2, 16,33; en vervolgens per m2, 3,27; voor een jaar per m2, 23,48. Artikel 3 Standplaatsen Voor het plaatsen van een verkoopwagen, kraam of anderszins op een permanente standplaats, wordt per standplaats per jaar voor iedere vierkante meter of gedeelte daarvan per dag 1,-- in rekening gebracht. Artikel 4 Leidingen, buizen, kabels Voor het hebben van leidingen, buizen of mantelbuizen, draden of kabels, voor zover niet reeds krachtens het bepaalde in artikel 3 belast, wordt geheven per 5 strekkende meters per jaar 2,30. Opinienota Pagina 17 van 20

Artikel 5 Terrassen, podia, tenten en reclameborden 1. Voor het plaatsen en hebben van banken, tafels en stoelen en tochtschermen (zgn caféterrassen) wordt geheven per m2: a. voor een dag, 3,06; b. voor een jaar, 12,25. 2. Voor het hebben van podia en tenten wordt geheven: a. voor een dag voor de eerste 5 m2, 2,04; b. en vervolgens per m2, 0,31; 3. Voor het aanbrengen of plaatsen van reclameborden bedraagt het recht per bord: a. voor een dag, 0,41 b. voor een week, 1,33; c. voor een maand, 5,41. Artikel 6 Motorbrandstofinstallaties c.a. Voor het hebben van een installatie voor de levering van benzine of andere motorbrandstoffen, olie, lucht of water wordt geheven, per jaar: a. Voor elk al of niet verplaatsbaar motorbrandstof aftappunt met inbegrip van de daarbij behorende leidingen 28,60. b. Voor elk aftappunt voor lucht of water met inbegrip van de daarbij behorende leidingen, 9,20. c. Voor een benzine-, olie of andere tank, per m3, 2,20. d. Voor een bedieningshuisje, pomptrottoir of perron, de oppervlakte van een eventueel aanwezige luifel, overkapping of ombouw meegerekend, per 5 m2 9,19, en vervolgens per m2, 2,04. e. Voor een lichtmast, niet tevens reclamemast zijnde 2,20. f. Voor een reclamemast, al of niet tevens lichtmast zijnde 9,20. g. Voor een vulput met inbegrip van de daarbij behorende leidingen, 9,20. h. Voor een olie-afscheider met inbegrip van de daarbij behorende leidingen, 25,50. Artikel 7 Vetvangers Voor het hebben van vetvangers met inbegrip van de daarbij behorende leidingen, wordt geheven per jaar, 25,50. verordening Artikel 8 Circussen Voor het in gebruik nemen van gemeentegrond ten behoeve van een circus, wordt geheven per dag 12,56. Opinienota Pagina 18 van 20

BIJLAGE-3 VERGELIJKING MET ANDER GEMEENTEN Toeristenbelasting Tarief per overnachting Camping < 250 plaatsen Camping > 250 plaatsen Hotel/pension Tarief Oss 1,10 1,10 1,10 Tarief Tarief Tarief Den Uden Veghel Bosch 0,00 1,54 3,05 Watertoeristenbelasting 1,60 Hondenbelasting Tarief Tarief Tarief Tarief Oss Uden Veghel Den Bosch voor de eerste hond 55,80 0,00 48,43 80,52 voor de tweede hond 69,72 71,36 120,96 iedere volgende hond 86,88 71,36 161,64 voor honden gehouden in kennels 281,40 211,85 242,40 Opinienota Pagina 19 van 20

BIJLAGE-4 SUBSIDIES EN KOSTEN RECREATIE EN TOERISME Onderstaande is een overzicht weergegeven van de subsidies die in 2015 zijn verstrekt in het kader van recreatie en toerisme. Naast deze subsidies worden er ook andere kosten gemaakt en subsidies verstrekt voor activiteiten die een aantrekkingskracht hebben voor onze gemeente. Hierbij valt te denken aan evenementen zoals Winterland, Ravenstein bij kaarslicht, Maasdijk marathon e.d. Subsidies Recreatie en toerisme Rekening 2015 R-1134 Bezoekerscentrum Slabroek 102 R-1067 De Beestenbergh 11 R-1261 Maasmeanders 16 R-1062 IVN 6 R-1250 lokale recreatie en toerisme 14 R-1068 Speeltuin Elckerlyc 53 R-1061 Stichting Landschapsbeheer 5 R-1198 ToerismeOss.nl 14 R-1133 Regio-VVV 90 Totaal Recreatie en toerisme 310 Opinienota Pagina 20 van 20