Verschillen in geloven Over geloofsopvoeding als je verschillend gelooft Verschillen in geloven is een themaboekje uit de serie Zijsprong. Deze serie hoort bij het bewaarmagazine Spring, opvoeden en geloven (zie blad 3 voor meer informatie). Het themaboekje is bedoeld voor opvoeders van kinderen tussen de 4 en 12 jaar die van hun partner verschillen in geloof, omdat de partner een andere geloofsovertuiging heeft of omdat de partner een andere invulling geeft aan het christelijk geloof. Het biedt informatie en ideeën hoe de verschillen in geloven in je gezin je kunnen verrijken. Het boekje is geschikt voor persoonlijk gebruik, maar ook voor een thema-avond met andere ouders. Kerkelijk betrokken, uit de eigen buurt of van school. Aan het slot van elk hoofdstuk staan vragen om over te denken en door te praten. Als je het boekje wilt gebruiken voor een thema-avond met ouders, vind je hieronder suggesties voor verschillende werkvormen. Graag horen we als jeugdwerk jullie ervaringen met dit themaboekje en de thema-avond. Succes! Hanny van der Stelt Protestantse Kerk in Nederland 030 8801547 (ma, di, do) of j.vander.stelt@pkn.nl. Mogelijkheden voor twee soorten bijeenkomsten Optie A: Een bijeenkomst voor opvoeders zonder de partner die anders gelooft Optie B: Een bijeenkomst voor bovengenoemde opvoeders mét de partner die anders gelooft Opzet van een avond Bied deelnemers van tevoren de Zijsprong Verschillen in geloven aan. Ze kunnen zich dan alvast inlezen en nadenken over het onderwerp. Zo heeft iedereen dezelfde voorinformatie. (Laat hen eventueel het artikel uit Spring Respect voor elkaar, pagina 4 lezen. Herkenbaar? Waar zitten de verschillen, waar de overeenkomsten? Wat is ervoor nodig om dit te laten werken?) Organiseer je een avond voor opvoeders zonder hun anders gelovende partners, dan kun je gewoon het programma volgen. Is de avond bedoeld voor deze opvoeders én hun partners, dan kun je bij punt 2 (werkvorm Belangrijk/niet belangrijk ) kiezen voor variant B. Een boekentafel kan een leuke aanvulling zijn. Er staan suggesties in de boekenlijst op pagina 19 in Verschillen in geloven. Je vindt de meeste boeken in een middelgrote bibliotheek. Zorg voor een gezellige aankleding van de ruimte. Plan voldoende informele napraattijd in. Om iedereen aan bod te laten komen, is het belangrijk dat de groepen niet te groot zijn, bij voorkeur maximaal 12 deelnemers. Vanaf 12 deelnemers (in optie A) of 16 deelnemers (in optie B) is het aan te bevelen de groep te splitsen. Verschillen in geloven, blad 1
Vooraf: In deze bijeenkomst: - onderzoeken de deelnemers wat voor hen van belang is bij geloofsopvoeding (inhoud en vorm) - bekijken zij de overeenkomsten en verschillen tussen hen en hun partners in hun ideeën over geloofsopvoeding - delen zij hun ervaringen met de andere deelnemers en kunnen elkaar zo op ideeën brengen. 1. Introductie Eventueel beginnen met een toepasselijke tekst of gedicht. Kennismaking: de deelnemers stellen zichzelf kort voor en vertellen daarbij: naam, leeftijd, namen en leeftijden kinderen. Vraag ieder kort (bijvoorbeeld in één minuut) iets te zeggen over de geloofsopvoeding die zij zelf van hun ouders hebben gekregen: wat waren de belangrijkste overeenkomsten en/of verschillen tussen hun ouders? 2. Werkvorm: Belangrijk/niet belangrijk We beginnen met een inventarisatie. Wat is voor de deelnemers belangrijk in het geloven? Wat willen zij overbrengen op hun kinderen (inhoud) en hoe (vorm)? VARIANT A: Geef de deelnemers een gekleurd potlood en een kopie van de vragenlijst op blad 4. Laat iedereen van ieder onderwerp aangeven hoe belangrijk het voor hem of haar is. En waar van toepassing hoe vaak. Een voorbeeld: Peter vindt het belangrijk om regelmatig naar de kerk te gaan (ROOD). De keuzelijn ziet er dan als volgt uit: Naar de kerk: Wel...X...Niet. Hoe vaak:...3x per maand... Geef de deelnemers nu een potlood in een andere kleur en laat hen bij dezelfde vragen aangeven hoe volgens hen hun partner erover denkt. Zoals in het bovengenoemde voorbeeld van Peter: hij denkt dat zijn vrouw kerkgang tamelijk onbelangrijk vindt (GROEN). De keuzelijn ziet er dan als volgt uit: Naar de kerk Wel...X...X...Niet. Hoe vaak:...3x per maand...4x per jaar... Door het vragenlijstje in te vullen, krijgen de deelnemers zicht op: - de belangrijkste verschillen tussen henzelf en hun partner. - onderwerpen waarvan zij wellicht niet precies weten hoe hun partner erover denkt. Dit kan een aanleiding zijn om elkaar op dit gebied beter te leren kennen. Vraag de deelnemers in tweetallen kort de ingevulde lijstjes te bespreken. Geef hier ongeveer 5 minuten de tijd voor. Vonden zij het moeilijk de antwoorden voor hun partner in te schatten? Wat zitten de belangrijkste verschillen tussen hen en hun partners? VARIANT B Als beide partners aan de bijeenkomst deelnemen: Iedere partner beantwoordt de vragen, zowel voor zichzelf als voor de ander. De paren bespreken de ingevulde lijsten eerst twee aan twee met elkaar. Hoe goed hebben zij de antwoorden van de partner kunnen inschatten? Zijn er antwoorden die de ander verrassen? Noot: Vraag de deelnemers zich tijdens de bijeenkomst te beperken tot het constateren van verschillen en overeenkomsten en raad ze aan er later thuis over door te praten. 3. Verdieping: Stellingen Kopieer blad 5 op stevig papier. Knip de kaartjes met uitspraken/stellingen los en leg ze op hun kop op een stapeltje. De deelnemers pakken om de beurt een kaartje, lezen de uitspraak/stelling voor en reageren erop. De andere deelnemers kunnen kort hun mening geven. Neem maximaal 20 minuten de tijd voor dit onderdeel. Verschillen in geloven, blad 2
4. Gesprek over verschillen en overeenkomsten Vraag de deelnemers: Terugkijkend naar de verwerkingen onder punt 2 en 3, wat zijn de belangrijkste verschillen in inhoud en uiting van geloof tussen jou en je partner? Waaruit komen deze verschillen voort: een andere geloofsovertuiging, een andere beleving van het geloof, verschillen in karakter? Hoe gaan jullie met de verschillen om? Welke overeenkomsten zijn er? Waarover denken jullie hetzelfde? Waarover hebben jullie afspraken gemaakt? Is er een rode draad, een thema, een motto te vinden, dat weergeeft wat voor jullie de kern vormt van de opvoeding van jullie kinderen? (Zie als voorbeeld het artikel op pagina 4 in Spring, waarin Respect, liefde en vertrouwen de kernwoorden in het gezin van de geïnterviewden zijn.) Welke aspecten horen daar volgens jullie allebei in jullie gezin bij? Uitgaand van een gezamenlijke rode draad, kun je dan aangeven op welke punten je veranderingen zou kunnen/willen aanbrengen in de geloofsopvoeding in jullie gezin? 5. Afsluiting Lees het stukje over Simone op pagina 6 in de Zijsprong Verschillen in geloven. Tot slot nog één stelling. Vraag de deelnemers te kiezen uit de onderstaande mogelijkheden: Kies uit de volgende stellingen: Twee geloven op één kussen, daar ligt de duivel tussen Twee geloven op één kussen, daar is de Geest aan t klussen Twee geloven op één kussen,... (maak het gezegde zelf af) Spring Spring is een bewaarmagazine voor geloofsopvoeding thuis voor opvoeders van kinderen van 4 tot 12 jaar met gezinsportretten, interviews, reportages en artikelen over o.a. bidden, kinderen en de kerk, liefde en begrenzing, invloed van tv en internet. Eenmalige uitgave van SGO Uitgeverij en de Protestantse Kerk in Nederland, fullcolour, 56 pagina s, 8,95. Bestellen: 030 8801724 of brochureverkoop@pkn.nl. Zijsprong Zijsprong is een serie van acht themaboekjes bij het bewaarmagazine Spring, opvoeden en geloven. In elk themaboekje vind je informatie, ervaringen van ouders en ideeën rond aspecten van geloofsopvoeding. Al verschenen: Stappen in geloofsopvoeding: over opvoeden en geloven in het dagelijks leven in zeven stappen: verzorgen, voorleven, verbinden, vragen onderweg, verhalenderwijs, vieren en verantwoordelijk maken. Verlies en verdriet: over het verwerken van verlies en verdriet met kinderen. Verschillen in geloven: voor opvoeders met een partner die niet kerkelijk betrokken is of een andere invulling aan het christelijk geloof geeft. Geloven vieren thuis: over het vieren van het geloof in het leven van alledag én op bijzondere momenten. Zijsprong is een uitgave van SGO Uitgeverij en de Protestantse Kerk in Nederland. Een geïllustreerd themaboekje, 20 pagina s, kost 3,95. Bestellen: 030 8801724 of brochureverkoop@pkn.nl. Verschillen in geloven, blad 3
Vragenlijstje Belangrijk/niet belangrijk (bijlage bij punt 2) Naar de kerk Hoe vaak:... Met zijn allen naar de kerk gaan Hoe vaak:... Deel uitmaken van een geloofsgemeenschap De christelijke feestdagen vieren Welke:... Bijbel lezen Hoe vaak:... Bidden Hoe vaak:... Dopen Naar een christelijke school Geld geven aan goede doelen De zondag als dag apart zetten Inspraak van de kinderen t.a.v. kerkgang, bidden e.d. De bijbel inspireert en bemoedigt mij Ik vind steun in de psalmen Het zingen in de kerk ontroert mij Ik ervaar dat God mij helpt als ik het moeilijk heb Ik zie Gods hand in de schepping Ik dank God omdat het ons goed gaat Het voorbeeld van Jezus inspireert mij De Heilige Geest helpt mij Verschillen in geloven, blad 4
Een kind moet iets van geloof ervaren. Maar ik ben bang mijn kinderen te overvoeren, zodat zij later niets meer van het geloof willen weten. Een christelijke opvoeding is goed voor de algemene ontwikkeling van ons kind. Geloofsopvoeding is manipulatie. Ik wil dat mijn kinderen zelf hun eigen geloofsvragen stellen. Zij moeten zelf beslissen of ze iets met geloven willen of niet. Wij praten met de kinderen over onze verschillende geloofsopvattingen, met respect voor die van de partner. Hierdoor leren onze kinderen dat er verschillende manieren zijn waarop ze in het leven kunnen staan. Zo kunnen ze op termijn hun eigen keuze maken en een echt eigen relatie met God krijgen. In geloofsopvoeding is iedere middenweg onacceptabel. Kinderen groeien vanzelf in de routine die je als partners binnen het gezin ontwikkelt. Zelfs als dat een wat gecompliceerde routine is, bijvoorbeeld een afwisselend bezoek aan verschillende geloofsgemeenschappen. We hebben van tevoren afspraken gemaakt over geloofsopvoeding, maar in de praktijk blijken dingen toch anders uit te pakken dan verwacht. Daarom moeten we onze oorspronkelijke afspraken aanpassen. Als we één lijn trekken in onze geloofsopvoeding, voorkomen we een hoop problemen en geven we de kinderen een duidelijke, vast-omlijnde geloofsbasis mee. Ik voel me er eenzaam onder, dat ik iets dat zo belangrijk voor mij is mijn geloofsovertuiging niet met mijn partner kan delen. De andere opvattingen van mijn partner helpen mij om nieuwe wegen in te slaan en verrijken mijn geloofsbeleving. Het is niet erg dat ik mijn partner soms helemaal niet begrijp. Als we het maar wel proberen en elkaar respecteren. Ik zou graag meer steun krijgen in de geloofsopvoeding van onze kinderen. Verschillen in geloven, blad 5