JANUARI/FEBRUARI 2014 ICT-SPECIAL



Vergelijkbare documenten
Minister Asscher: peuterspeelzaal onder de kinderopvang

KLEINE MENSEN GROTE WENSEN

Ouders over kindcentra

HET BELANGRIJKSTE OM TE WETEN OM MEER ZELFVERTROUWEN TE KRIJGEN

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

13 Acquisitietips. AngelCoaching. Coaching en training voor de creatieve sector

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Ben jij een kind van gescheiden ouders? Dit werkboekje is speciaal voor jou!

Veel gestelde vragen over peuterschool Nieuw Sloten

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Adinda Keizer - Copyright 2013 Niets uit deze uitgave mag zonder toestemming van Vindjeklant.nl worden gekopieerd of gebruikt in commerciële

Veel gestelde vragen over peuterschool t Koggeschip

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Thema Kinderen en school. Demet TV. Lesbrief 9. De kinderopvang

De Budget Ster: omgaan met je schulden

Theorieboek. leeftijd, dezelfde hobby, of ze houden van hetzelfde. Een vriend heeft iets voor je over,

Oplossingsgerichte vragen (Het Spel van Oplossingen IKB & TS)

Beleidsnotitie Aanbod voor peuters Gemeente Buren

jan-mrt 2011 Contactenkrant Samen boodschappen doen op de markt? Wie fietst er ook graag? Ik zoek een kaartmaatje

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Ideeën presenteren aan sceptische mensen. Inleiding. Enkele begrippen vooraf

Hoofdstuk 2. Contact maken, inlichtingen verstrekken en onderhandelen

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig

10 tips voor begrijpelijke AWBZ-formulieren

Kinderen profiteren van trainingen. Kinderen profiteren van training pm ers

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig

Voor en vroegschoolse educatie

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Kids. &Go. Informatieblad speciaal voor kinderen

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

3 Hoogbegaafdheid op school

Lesbrief 14. Naar personeelszaken.

Lorem Ipsum. NIEUWSBRIEF oktober Wist-u-dat. Beste ouders, en andere betrokkenen en geïnteresseerde lezers,

Iedereen heeft een verhaal

Alles onder de knie? 1 Herhalen. Intro. Met de docent. 1 Werk samen. Lees het begin van de gesprekjes. Maak samen de gesprekjes af.

Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)

Ten slotte wens ik je veel plezier bij het lezen. Hopelijk geeft het de kennis en de inspiratie om ook zelf met je kinderen aan de slag te gaan!

Veel gestelde vragen over DE Peuterschool in Amsterdam Zuidoost

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

Doe de Booest Check Zet de 1e stappen om jouw praktijk te laten groeien en er een echte onderneming van te maken.

Rapportage Competenties. Bea het Voorbeeld. Naam: Datum:

Het houden van een spreekbeurt

TRAININGEN NATUUR IS EEN FEEST NAJAAR 2015/ VOORJAAR 2016

1.Inleiding: De Plug & Play Business Formule

Meer succes met je website

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

5 manieren om je eigen pad te bewandelen

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Wij zijn Kai & Charis van de Super Student en wij geven studenten zin in de toekomst.

Zorg voor je carrière. Neem gerust contact op of maak een afspraak. Telefoon: (030) of

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande


Het Grote Interactiespel voor Kinderdagverblijven

Welkom bij Sociaal Succesvol Ondernemen. Week 2: je bedrijf op orde Les 2: een goed businessmodel

Y-choice. Luister naar De keuzes die je maakt van Van Dik Hout. Het nummer staat op de CD Het beste van De songtekst vind je in bijlage 1.

Timemanagement? Manage jezelf!

Het GROW-model. Deze onderdelen worden hieronder toegelicht. Per onderdeel worden er voorbeeldvragen aangegeven.

E-PAPER. Drie praktische tips om je werk als apothekersassistent(e) leuker te maken!

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Leren & Werken

MEE. Ondersteuning bij leven met een beperking. Algemene brochure. voor mensen met een beperking. MEE maakt meedoen mogelijk

Denk je te weten wat je wilt, blijkt het een idee van anderen te zijn. Wat doe je dan?

Copyright Marlou en Anja Alle rechten voorbehouden Opeenrijtje.com 3.0 [2]

10 Gouden Tips voor Professioneel Relatiebeheer

Wees duidelijk tegen je klanten

Aan de slag met de Werk Ster!

Wat is verantwoordelijkheid en waarom is het belangrijk?

Informatieboekje Kinderdagverblijf Hebe

Voel je vrij en liefdevol 7 oefeningen

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Zorgboerderij Sterrenland

BE HAPPY. 90-dagen Goed Gevoel conditionering programma

Feedback Project Ergonomisch Ontwerpen

eflectietool Reflectietool Reflectietool Reflectietool Test jezelf op professioneel ondersteunen

TuinHulp.com, Nieuwe Webservice voor Hoveniersbedrijven 2014

Les 1 Voorspellen Leestekst: De nieuwe computer. Introductiefase: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"

Les 1 Integratie Leestekst: Een bankrekening. Introductiefase

Personal branding op de arbeidsmarkt: vermarkt je carrière

Lesbrief 35. AOW aanvragen.

Met het hele gezin gezond het nieuwe jaar in

OpGroeieN. OpGroeieN. DaT doen We in Best SaMen! Beste Betsy geeft antwoord op al je vragen over opvoeden en opgroeien

Je gedachten gestructureerd op papier

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

T R A I N I N G B O O S T J O U W D R O O M B E D R I J F

Inhoudsopgave. Inleiding. Als je een peuter en tussen 3 en 5 jaar bent. Als je een kleuter en tussen 6 en 8 jaar bent

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Rapportage online marktonderzoek Wat maakt succes?

Creatief en flexibel toepassen van Triplep. Maarten Vos Doe, laat zien, lach, oefen en geef applaus

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

PE,PEPP en Samen Werken

Wil je gelijk of wil je geluk?

Van de 459 respondenten was het merendeel vrouwelijk (75 procent).

Het keukentafelgesprek

5. Overtuigingen. Gelijk of geluk? Carola van Bemmelen Food & Lifestylecoaching. Jouw leven op dit moment weerspiegelt exact jouw overtuigingen

Thema Op het werk. Lesbrief 16. Herhaling thema.

Boventallig? Pech. Of toch niet?

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Transcriptie:

INSPIREREND BETROUWBAAR PRAKTISCH Een betere basis voor peuters? MARKETING Klantgericht rondleiden GROENE KO Tussen de oren van pm ers ICT-SPECIAL Communiceren met ouders JANUARI/FEBRUARI 2014 1/2 WWW.KINDEROPVANGTOTAAL.NL

Inhoud 08 04 16 De visie van Asscher 4 Een betere basis voor peuters heet de langverwachte brief van minister Asscher over de toekomst van voorschoolse voorzieningen. Een grote stap in de goede richting of bron van lokale willekeur? Klantgericht rondleiden 8 Klantgericht rondleiden is een cruciaal onderdeel van de marketing geworden. Ouders baseren hun keuze voor een kindercentrum hier vaak op. De do s and don ts. Naar buiten 16 In het Jaar van de Groene Kinderopvang veel aandacht voor groene buitenruimtes en groene pedagogiek. In dit nummer: wat te doen als de pm ers geen zin hebben om met de kinderen naar buiten te gaan? ICT-katern 22 Een katern met informatieve artikelen over onder meer uurtje-factuurtje, oudercommunicatie, werken in de Cloud en een overzicht van leuke apps. Afbreken onderhandelingen 34 Wat zijn de juridische gevolgen als vanwege financiële problemen reeds gestarte onderhandelingen over bijvoorbeeld de bouw van een nieuwe locatie moeten worden afgebroken? 22 34 En verder Column Marjet Winsemius 10 Knellende zaken 11 Uit de media 13 Boeken/Gesignaleerd 14 Handhygiëne 18 Berichten van BOinK 20 Flexibel aanbod 32 Covermodel 33 Piklers Kindbeeld 36 Taalstimulering 38 Vraag & antwoord 41 Korte berichten 41 Column BK 43 Agenda 45 Ivoren toren 46 Column Rob Vergeer 47 2 MANAGEMENT

NIEUWE RONDE NIEUWE KANSEN Eindelijk, daar was ie dan! De langverwachte brief van minister Asscher met zijn visie op de toekomst van de sector. Na alle verhalen over kinderopvang als basisvoorziening en gratis dagdelen opvang voor peuters zal de uiteindelijke inhoud van de brief wat teleurstellend zijn geweest voor velen. Er is inmiddels uitvoerig gereageerd door de stakeholders in de sector. Lees daarover ook meer in het artikel dat Astrid van de Weijenberg hierover schreef voor dit nummer en in de bijdragen van onze columnisten. De reacties variëren van gematigd positief tot ronduit negatief. Wat alle partijen gemeen hebben is dat ze zich zorgen maken over de peuters die niet beschikken over werkende ouders en/of een taalachterstand. Zal er voor hen straks nog wel een (betaalbaar) aanbod zijn? Hopelijk komt de VNG met een goed voorstel! Positief is in ieder geval dat minister Asscher nu zwart op wit heeft gezet dat kinderopvang meer is dan een arbeidsmarktinstrument en ook dient om de ontwikkeling van kinderen te stimuleren. Dat hij met coalitiegenoot VVD, die kinderopvang uitsluitend als privilege voor werkende ouders bestempelt, niet nu al tot een basisvoorziening kan komen, is begrijpelijk. Politiek hangt aan elkaar van compromissen sluiten en daar heeft onze sector het nu helaas mee te doen. En de economische malaise werkt helaas ook niet echt mee. Ik denk wel dat het dieptepunt achter ons ligt. Er moet dit jaar toch weer enige stabiliteit in de sector optreden. Na de enorme vraaguitval van de afgelopen jaren, met vele treurige faillissementen en ontslagen als gevolg, hebben we in 2013 de bodem van de put bereikt. En ik denk dan altijd maar: er is licht aan het eind van de tunnel. Dit jaar, 2014, staat in het teken van herstel. We gaan ons focussen op een mooie toekomst. Wat wij, als vakbladen, daaraan bij kunnen dragen: u helpen met inspirerende artikelen en activiteiten. Zo wordt 2014 het Jaar van de Groene Kinderopvang. En van een toenemende samenwerking met onderwijs. Daarover zult u komend jaar nog veel horen! Ik wens u een prachtig, geïnspireerd, gezond en liefdevol 2014 toe Marike Vroom, hoofdredacteur Management Kinderopvang Marike.vroom@reedbusiness.nl Twitter: @marikevroom Colofon Management Kinderopvang is een uitgave van Reed Business Media. MK informeert over beleids relevante ont wikke lingen inzake de kinder opvang. MK verschijnt tienmaal per jaar. Twintigste jaargang, nummer 1/2, Januari/Februari 2014 Coverfoto Corine Zijerveld Uitgever Ben Konings Redactie-adres Postbus 152, 1000 AD Amsterdam. Telefoon (020) 515 9743 Email: managementkinderopvang@ reedbusiness.nl Hoofdredacteur Marike Vroom Eindredactie Ron Brassinga, Harriët Teijen Redactieraad Annegreet van Dijk (SKA), Geert de Wit (Kinderstad), Maria Jongsma (bureau Vyvoj), Yvette Vervoort (bureau 8020), Erik Verlinden (Kinderopvang Academie), Monique Bolder (Kanteel kinderopvang), Ruben Fukkink (UvA), Daniëlle Heesbeen, Sas van Zitteren, SKA. Marketing Sejla Dmitrovic, telefoon (020) 515 9787 e-mail: Sejla.dmitrovic@reedbusiness.nl Druk DeltaHage, Den Haag Advertenties Cross Advertising Telefoon (010) 742 10 23 Gezondheidszorg@crossadvertising.nl Klantenservice Postbus 808, 7000 AV Doetinchem Telefoon: (0314) 35 83 58 (op werkdagen tussen 8.30 en 17.00 uur). fax: (0314) 34 90 48, e-mail: klantenservice@reedbusiness.nl Abonnementen Reed Business Media, Klantenservice, Postbus 4, 7000 BA Doetinchem, telefoon: (0314) 35 83 58, fax: (0314) 34 90 48, e-mail: klantenservice@reedbusiness.nl Opzeggingen Abonnementen lopen automatisch door tenzij uiterlijk 30 dagen voor vervaldatum bij onze klantenservice wordt opgezegd via tel. 0314 358 358. De opzegging wordt schriftelijk bevestigd. Prijzen Jaarabonnement particulieren 176,13 / Studentenabonnement 87,45. Alle prijzen zijn incl. btw en verzendkosten. Prijswijzigingen voorbehouden. Voor informatie: afd. Klantenservice (0314) 35 83 58. Voor het betalen per acceptgiro wordt 2,50 (incl BTW) aan administratiekosten in rekening gebracht. Wet bescherming persoonsgegevens: uw opgegeven gegevens kunnen worden gebruikt voor het toezenden van informatie en/of speciale aanbiedingen door Reed Business Media en speciaal geselecteerde bedrijven. Indien u hiertegen bezwaar heeft, stuurt u dan een brief naar Reed Business Media., t.a.v. Adresregistratie, Postbus 808, 7000 AV Doetinchem. Management Kinderopvang 2014 issn 1382-4406 auteursrecht voorbehouden. Behoudens de door de wet ge stelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden ver veel voudigd en/ of openbaar gemaakt zonder vooraf gaande schriftelijke toestemming van de uitgever. MANAGEMENT 3

Een betere basis voor peuters heet de langverwachte brief van minister Asscher over de toekomst van voorschoolse voorzien ingen. Een grote stap in de goede richting of bron van lokale willekeur? De Asscher-brief doet in ieder geval veel stof opwaaien. Tekst Astrid van de Weijenberg Wisselende reacties op peuterbrief Asscher Een eerste stap richting basisvoorziening Is de brief die minister Lodewijk Asscher in december de wereld instuurde goed nieuws of geen goed nieuws voor de branche? De meningen verschillen, maar over de richting die de minister kiest is iedereen het eens: die is goed. Als je weet hoe de politieke verhoudingen liggen in Den Haag dan kun je niet anders dan positief zijn, vindt BOinK-voorzitter Gjalt Jellesma. Gematigd positief weliswaar. Jellesma: Op dit moment wil de VVD noch de meerderheid van de Kamer wat wij al zolang propageren: een basisvoorziening voor jonge kinderen. Daarom is dit een stap in de goede richting. De minister erkent dat kinderopvang meer is dan een instrument voor arbeidsparticipatie, dat er ook andere redenen zijn om kinderopvang te financieren. En dat is prachtig. Daar hebben we heel lang voor gevochten. En nu staat het in een officieel document. Dat is heel belangrijk. Jellesma is dan ook verontwaardigd over de negatieve reacties in de media van onder anderen wethouders uit de grote steden. Flink wat kinderen kunnen niet meer naar een voorschoolse voorziening, zegt de Rotterdamse wethouder Hugo de Jonge in het NOS Journaal van 2 december. Sommige kinderen hebben die voorschoolse voorziening nodig om zonder achterstand naar de basisschool te gaan. Meer kinderen gaan met een valse start naar de basisschool. Volgens Jellesma is dit baarlijke nonsens. De helft van de ouders die nu gebruikmaakt van de peuterspeelzaal komt in aanmerking voor kinderopvangtoeslag. Bovendien zijn in veel gemeenten de peuterspeelzalen allang wegbezuinigd. Daarnaast blijft voor de VVE-kinderen de uitkering aan het gemeentefonds bestaan. Alleen voor de groep kinderen van ouders die niet allebei werken, is nog niets geregeld. Daarvoor moet de gemeente zorgen. De pijn voor gemeenten zit erin dat ze minder geld krijgen, omdat de zogenoemde OKE-gelden niet meer uitgekeerd worden. Maar Asscher denkt dat dit verlies gecompenseerd wordt doordat de gemeente voor veel minder kinderen hoeft te betalen. Ontwikkelrecht Elly Dekker, beleidsadviseur Onderwijs en Jeugd bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), ziet als grootste bezwaar van de nieuwe plannen dat de voorziening voor peuters niet wordt geborgd. Wij hechten grote waarde aan publieke borging en dat regel je niet via de toeslag. Die is niet voor tien jaar vastgelegd. Je ziet wat er ermee gebeurt in tijden van bezuinigingen. De kinderopvang heeft niet voor niets te maken gehad met een grote teruggang. Wij vinden dat ouders de zekerheid moeten hebben dat hun kind met 2,5 naar een voorschoolse voorziening kan 4 MANAGEMENT

Veranderingen vanaf 2016 in het kort Foto: ANP/Valerie Kuypers - Peuterspeelzalen worden onder de Wet kinderopvang gebracht. - Op alle peuterspeelzaalgroepen moeten twee gekwali fi ceerde beroepskrachten werken. Twee op zestien (zoals nu in peuterspeelzalen) of twee op veertien (zoals in de kinderopvang) is nog niet duidelijk. Nadere afspraken tussen de branche en het ministerie volgen. - Werkende ouders krijgen kinderopvangtoeslag voor kinderdagverblijf en/of peuterspeelzaal. - Gemeenten blijven verantwoordelijk voor kinderen van alleenverdieners of niet-werkende ouders en voor VVE. - Gemeenten raken uitkering Wet OKE kwijt om de extra kosten voor het Rijk te dekken. De gemeenten vinden dat peuteropvang een recht moet worden. De plannen van Asscher zorgen voor onzekerheid bij werkende ouders. Bovendien worden ouders die niet beiden werken afhankelijk van wat er in hun gemeente gebeurt. Dekker: Door het onttrekken van 35 miljoen uit het gemeentefonds en de hogere kwaliteitseisen zal de peuteropvang voor veel gemeenten onbetaalbaar worden. Wij vinden dat ouders de zekerheid moeten hebben dat hun kind met 2,5 naar een voorschoolse voorziening kan. Net zoals ze weten dat hun kind met 4 jaar naar school kan. Alternatief scenario De VNG werkt met de G4 (vier grootste steden) en de G32 (32 steden) aan een alternatief scenario met een betere publieke borging. Dat scenario wordt nu doorgerekend. Vervolgens wordt het getoetst aan de meningen van de drie brancheorganisaties (kinderopvang, welzijn en onderwijs). Ergens in februari, schat Dekker, zal hierover een gesprek met het ministerie plaatsvinden. Kinderen moeten ontwikkelrecht krijgen, zegt Dekker. De eerste stap zal, volgens haar, zijn dat gemeenten zorgverantwoordelijk worden voor voldoende plaatsen voor twee dagdelen en meer dagdelen voor doelgroepkinderen. Gratis is niet haalbaar, dus ouders betalen daarvoor een kleine bijdrage. Wie meer nodig heeft, neemt een volledig dagarrangement af. Dat deel valt dan onder het huidige kinderopvangstelsel. Dat betekent ook dat het peuterwerk een wettelijke taak moet worden, vindt de VNG. Een deel van het kinderopvangtoeslagenbudget moet daarvoor naar de gemeente. Dat geld is dan niet vrij besteedbaar. Verder is er maatwerk nodig. Iedere gemeente, iedere wijk heeft andere behoeften en andere voorzieningen. Dekker ziet daarom niets in een blauwdruk voor het hele land. Natuurlijk is dit scenario ook niet helemaal ideaal. Daarom is het ook een eerste stap. De eerste stap naar een echte basisvoorziening. Ontwikkelingsstimulering Of ouders werken mag niet bepalend zijn of kinderen naar een voorschoolse voorziening kunnen, vindt ook Ton Biesta, voorzitter van het Landelijk Platform Peuterspeelzalen. Het peuterwerk mag niet afhankelijk zijn van lokaal beleid en gemeentelijke willekeur. Wat hij positief vindt in de brief van Asscher is dat de minister over ontwikkelingsstimulering spreekt. Maar voor een deel wordt dat vooral met de mond beleden, want het gaat toch weer over geldstromen. Zelf zou hij graag een systeem zien waarbij het onderwijs de regie krijgt over de peuterleeftijd, maar hij is De minister erkent dat kinderopvang meer is dan een instrument voor arbeidsparticipatie MANAGEMENT > 5

Jaarcongres van het vakblad Kinderopvang en Brede Scholen: Samen sterker! De druk vanuit de overheid neemt toe: kinderopvangorganisaties en scholen zullen meer (moeten) gaan samenwerken. Hoe kan de kennis over jonge kinderen zo optimaal mogelijk worden ingezet in een tijd waarin dagarrangementen, integrale kindcentra en een doorgaande leerlijn een must worden? Door krachten te bundelen staan onderwijs en kinderopvang samen sterker! In teambuildingsessies krijgt uw samenwerking een boost! Krijg antwoord op uw vragen over knelpunten in wet- en regelgeving Werk samen aan een doorgaande pedagogische lijn Vroegboekkorting! Schrijf u in vóór 14 maart 2014 Expertsprekers zoals Yvette Vervoort en Job van Velsen gaan u helpen samen te werken door middel van praktische informatie en best practices. Voor alle directies, managers, beleidsmedewerkers in de kinderopvang en Brede Scholen. Dit congres is een samenwerking tussen tijdschrift Management Kinderopvang en het Landelijk Steunpunt Brede Scholen. Kijk voor het programma en inschrijven op: www.reedbusinessevents.nl/mko

Ouders komen niet voor hun belangen op, want die denken: 2016? Dan zijn wij allang weg. daarover niet optimistisch. De VNG kan haar leden moeilijk verplichten. Ouders komen bovendien niet voor hun belangen op, want die denken: 2016? Dan zijn wij allang weg. En medewerkers worden al snel verdacht van eigenbelang. De politiek, tot slot, snapt amper wat een peuterspeelzaal is. Lex Staal, directeur van de Brancheorganisatie Kinderopvang, snapt de kritische geluiden. Zelf is hij veel positiever. Er staat weer een minister van kinderopvang. Hij durft zijn nek uit te steken. We bouwen aan een beter stelsel dan we nu hebben. Het is een keerpunt in het kabinetsbeleid. Meer kinderen gaan naar dezelfde voorziening, zegt Asscher. Dat is duidelijk. En duidelijkheid is goed voor kinderen, voor ouders en voor ondernemers. Ik was laatst in een krimpgemeente. Aan de ene kant van het gebouw zat een kleine kinderopvangorganisatie die amper rond kon komen. Aan de andere kant zat een peuterspeelzaal die nog twee ochtenden open was. Met vijf kinderen. Daar moeten we toch een einde aan maken voordat ze allebei verdwenen zijn. Bezorgdheid Natuurlijk is er ook bezorgdheid bij Staal. Er zijn nog zaken niet goed uitgewerkt. Zoals voor kinderen van wie niet beide ouders werken en die niet voor VVE in aanmerking komen. Wat doen we verder met de peuterscholen in Amsterdam die om 15.00 uur dichtgaan en dus een probleem zijn voor werkende ouders? Daarmee heb je weer een voorziening erbij. Staal is ervan overtuigd dat er plek en geld genoeg is om goede voorschoolse voorzieningen op te zetten. Alleen moet je die euro dan wel effectief uitgeven. Dat gebeurt nu niet nu peuterspeelzaal en kinderopvang naast elkaar bestaan. Uit de brief van Asscher Vroege ontwikkelingsstimulering maakt peuters kansrijker in hun latere schoolloopbaan en op de arbeidsmarkt. Voorschoolse voorzieningen van hoge kwaliteit kunnen daar een belangrijke bijdrage aan leveren. Binnen deze voorzieningen kunnen peuters doelbewust, maar op een speelse wijze, gestimuleerd worden in hun ontwikkeling. Voor een deel gebeurt dit al op een goede manier. Het kabinet wil dat dit in alle voorschoolse voorzieningen plaatsvindt, zodat voor peuters die naar een voorschoolse voorziening gaan het aanbod van goede kwaliteit is. Het lijkt Staal logisch om de financiering in één hand te brengen. Dat kan de gemeente zijn of het rijk, maar niet allebei. Hij ondersteunt het idee dat een kind recht heeft op een goede ontwikkeling en dat het daarbij niet afhankelijk mag zijn van de gemeente waarin hij woont. Peuterleeftijd Jellesma s grootste zorg is dat de focus nu wel erg op de peuterleeftijd, vanaf 2,5 jaar, ligt. Wat gebeurt er met de houdbaarheid van de opvang van de jongste groep? En dat terwijl iedereen weet dat je veel jonger moet beginnen. Jellesma: Er wordt altijd naar België gekeken, omdat daar de school zou beginnen met 2 jaar. Maar daar is bij de goede voorbeelden het kinderdagverblijf in een schoolgebouw gevestigd en vanaf gemiddeld 2 beginnen ze met een speelse manier van werken, zoals onze peuterspeelzalen en kinderopvang. En dat loopt door tot 6 jaar. In Nederland negeren we al deze buitenlandse ervaring en gaan we het weer heel anders doen. Zoals bijvoorbeeld in Amsterdam waar pilots lopen om kinderen met 2,5 naar school te laten gaan. En Rotterdam waar de kinderopvang zelfs helemaal niet mee doet. Ongelooflijk dat de expertise van de kinderopvang wordt genegeerd. 6 jaar Jellesma is ook geen voorstander van Biesta s idee om deze leeftijd bij het onderwijs onder te brengen. Hij ziet liever een scheiding bij 6 jaar. Een kleuter is geen schoolkind, een peuter ook niet. Om het in de handen van de gemeenten te leggen, zoals de VNG wil, lijkt hem ook geen goed idee. Iedereen weet dat peuterspeelzaalwerk per uur veel duurder is dan kinderopvang, door het geringe aantal openingsuren. Voor Jellesma is het volstrekt onduidelijk of het daadwerkelijk zo is dat gemeenten na aftrek van de OKE-gelden te weinig overhouden om voldoende peuterspeelzaalwerk aan te kunnen bieden. Overigens is hij niet tegen gemeentelijke regie, maar laat het over aan de kinderopvang en het peuterspeelzaalwerk om het werk uit te voeren. Het onderwijs kan namelijk nog veel leren van deze sector. En de puur commerciële kinderopvangorganisatie? Die is, als gevolg van deze maatschappelijke ontwikkelingen, binnen vijf jaar uitgestorven, voorspelt Jellesma. Al met al ziet hij met de brief van Asscher duidelijk kleine stapjes op weg naar een integrale voorziening. < MANAGEMENT 7

Klantgericht rondleiden Enthousiast kunnen vertellen is niet genoeg Vroeger gaf je ouders een rondleiding op de locatie als ze hun kind al hadden aangemeld. Nu baseren ze hun keuze voor een kinder dagverblijf of bso erop. Klantgericht rondleiden is daarom een cruciaal onderdeel van de marketing geworden. Maar weet de pm er dat al? Tekst Aggy Langedijk, directeur en trainer Parenticom Als ik voor een groep leergierige pm ers sta en vraag wat ze het leukste vinden aan het geven van rondleidingen, dan barsten ze los: Alles laten zien wat we hier doen, hoe leuk onze kinderopvang is, een enthousiast verhaal houden, ouders zoveel mogelijk informatie geven. Maar vraag ik ze om in één of twee zinnen op te schrijven waarom ouders voor hun bso of kinderdagverblijf moeten kiezen, dan kijken ze me glazig aan: Hoezo Zo doet u dat in de praktijk moet ik dat opschrijven, dat staat toch allemaal op onze website? En in het informatieboekje? Ouders hebben dat toch allang gelezen? En: Deze workshop ging toch over het geven van een rondleiding? Een hoogzwangere moeder vertelt dat ze veiligheid heel erg belangrijk vindt voor de opvang van haar nog niet geboren kindje. Het is dan zaak door te vragen: aan wélk soort veiligheid denkt zij vooral?. De rondleider kan dan bijvoorbeeld bij de entree laten zien dat er een vingerscanapparaat is, waardoor niet iedereen kan binnenkomen. Of aangeven dat er bij de slapende kinderen altijd een pm er zit (als dat zo is) of dat er matrasjes worden gebruikt die het veilig slapen optimaliseren. Vervolgens kan het woord veiligheid nog een paar keer vallen, ook bij items waar de ouder zelf nog niet aan had gedacht. Samenvattend kan de rondleider in de afsluitfase aangeven wat is besproken tijdens de rondleiding en een actieve slotvraag stellen als: Welke informatie heeft u nog van mij nodig om uw beslissing te kunnen nemen? Om vervolgens het kind samen in te schrijven of een andere afspraak te maken. Vraag u af: welke bagage hebben mijn rondleiders om van rondgeleide ouders definitieve klanten te maken? Rondleiden is ook werken Het beeld dat we hebben van een rondleiding op de locatie is vaak het oude beeld. Het beeld van de rondleiding die plaatsvond nádat de ouder zijn kind had aangemeld. De dienstverlening is al verkocht en nu wordt de ouder rondgeleid om te zien hoe het er in de praktijk aan toegaat. Kantoor plant de rondleiding en spreidt de taak, zodat niet één pm er elke keer de Sjaak is. Een pm er gaat van de groep en staat de ouder te woord. Tijd om even te gaan zitten met een kopje koffie is er niet. Het is, zoals de pm ers zelf zeggen, staande receptie, want Je kunt toch niet je collega heel lang alleen op de groep laten staan? We moeten dit wel onder werktijd doen! Maar: dit hoort ook bij je werk. Sterker nog: als je dit niet goed doet, heb je straks misschien helemaal geen werk meer. 8 MANAGEMENT

Foto: Nationale Beeldbank Dit doet Parenticom Parenticom helpt organisaties om de adviesgesprekken en rondleidingen te stroomlijnen en te professionaliseren. Neem contact op voor persoonlijk advies: Aggy Langedijk, 06-25063682, info@parenticom.nl. In samenwerking met Tevreden.nl organiseert Parenticom op 3 april 2014 de masterclass De klantgerichte rondleiding. Voor meer informatie en inschrijving kijk op www. parenticom.nl en www.tevreden.nl. De terugloop van aanmeldingen heeft het besef aangewakkerd dat er effectieve marketing moet worden bedreven. En dat er klantgericht gecommuniceerd moet worden met potentiële nieuwe klanten. Flexibeler ook dan ooit. Dit zorgt voor onduidelijkheid bij pm ers. Na jaren van instructie op het je houden aan regels, alleen doen in overleg met kantoor of leidinggevende en het belang van het kind centraal stellen, wordt nu ook van hen gevraagd alle zeilen bij te zetten om klanten te houden of te winnen. Niet elke organisatie heeft de noodzaak van effectieve marktbenadering doorvertaald naar een klantgerichte aanpak van de rondleiding. Dat is echter wel wenselijk, want hoe gaat het kiezen van kinderopvang in de praktijk? Een ouder verzamelt informatie via websites en platformen, legt zijn oor te luister bij buren en vrienden, belt eens naar een kinderopvangorganisatie en - iets wat steeds vaker voorkomt - loopt onverwacht ergens naar binnen! Over het algemeen bezoekt hij één of meer locaties. Baseert zijn keuze mede op de ontvangst en de manier waarop hij te woord wordt gestaan. Daarmee vormt de rondleiding dus een cruciaal onderdeel van het verkoopproces. Namelijk de fase waarin de ouder ervan overtuigd raakt dat hij bij u aan het juiste adres is voor de opvang van zijn kind. Ook wel de overtuigingsfase genoemd. Niet iets om aan het toeval over te laten Alleen gerichte informatie De overtuigingsfase kan alleen succesvol verlopen als daarvoor in een gesprekje de openingsfase en de informatiefase goed aan bod zijn gekomen. Toonoprechte belangstelling en stel vragen om erachter te komen wat de klant écht belangrijk vindt. Alleen dan kun je tijdens de rondleiding de juiste accenten leggen. Je pakt dan steeds terug op wat de ouder heeft aangegeven belangrijk te vinden en laat zien hoe dat matcht met de aanpak op het kdv of de bso. Het heeft geen zin om tijdens een rondleiding enthousiast een kruiwagen informatie over de ouder uit te storten waar hij niet op zit te wachten. Klantgerichter is het vooral in te gaan op wat de ouder belangrijk vindt. Als rondleider moet je dan ook goed weten wat jouw organisatie kan bieden en wat niet. En als je een ouder Het woord verkoopgesprek ligt niet echt lekker bij pm ers en locatiemanagers niet tegemoet kunt komen in een bepaalde wens, moet je deze tegenslag met de juiste gesprekstechnieken kunnen herkaderen. Dit laatste kan van doorslaggevende betekenis zijn. Verkopen = adviseren Het woord verkoopgesprek in combinatie met het product kinderopvang ligt niet echt lekker bij pm ers en locatiemanagers, die rondleidingen verzorgen. Ze vinden het lastig de leiding te nemen in het verkoopgesprek door het doel aan te geven, vragen te stellen en het gesprek actief af te sluiten. De vrees opdringerig over te komen is vaak groot. Terwijl interesse tonen door vragen te stellen juist cruciaal is om überhaupt een klantgerichte rondleiding te kunnen geven! Om die reden spreek ik vaak van een adviesgesprek in plaats van een verkoopgesprek. Ooit kozen pm ers voor het vak kinderopvang vanwege het begeleiden en verzorgen van kinderen. Het voelt voor mij niet altijd als eerlijk dat we, ingegeven door vraaguitval, steeds vaker overkoepelende taken bij pm ers neerleggen. Ik denk aan de andere kant wel dat pm ers kunnen leren hoe klantgerichte rondleidingen te verzorgen. Enthousiast kunnen vertellen is daarvoor niet genoeg. Dus vraag u af: welke bagage hebben de rondleiders in mijn organisatie om van rondgeleide ouders definitieve klanten te maken? < MANAGEMENT 9

COLUMN Waarom Er is een aantal dingen mis in deze branche. Als ik aan een leek moet uitleggen waarom het zo ingewikkeld is, kom ik tot het volgende rijtje: De financieringsstructuur klopt niet; Het onderwerp ligt bij verschillende ministeries met verschillende partijen aan het roer; Er is zoiets als marktwerking binnen een door de overheid gesubsidieerde branche; We praten over commerciële partijen, maatschappelijke organisaties en gastouders: drie verschillende bloedgroepen; De regelgeving is zo ver doorgetrokken dat zelfs de regels elkaar niet meer begrijpen; Er zijn te veel organisaties die een rol spelen. Bij punt 2 duizelt het de meeste mensen al en dan kom ik net op stoom. Bij punt 6 houd ik maar op omdat het risico dat ik mijn gesprekspartner verlies te groot wordt. De oplossing ligt eigenlijk voor de hand. Alles op één hoop: één ministerie, één verantwoordelijke, één plek voor school, zorg en kind, de zogenaamde integrale kindcentra. Ja, een vreselijke naam, net zoals kinderopvang. Moeten we dan ook gelijk vanaf. En dan komt meestal de grote waarom-vraag? Waarom doen we dat dan niet? Zo moeilijk klinkt het niet. Helaas is het antwoord ook weer simpel: omdat de belangen te groot zijn. De belangen van de politiek om voor eigen parochie te preken. Het belang van commerciële organisaties ten opzichte van hun investeringsmaatschappijen. Het belang van de individuele organisaties met personeel in dienst. Het belang voor ouders om te kunnen werken. En je voelt de volgende vraag al op je sloffen aankomen: En het belang van het kind dan? Tja, Dat antwoord is lastiger te geven Dat kind wil gewoon spelen en leren en zich ontwikkelen op een fi jne plek. Je zou zeggen dat wij ze dat gunnen Marjet Winsemius is initiatiefnemer van Voor Werkende Ouders en voert een politieke lobby om de balans tussen werk en gezin te verbeteren. Advertenties Organisatieadvies Interim Management Individuele Coaching Gespecialiseerd in de Kinderopvang Verkeert uw organisatie in zwaar weer of bent u op zoek naar goed advies of een ervaren interimmanager, directeur/bestuurder, algemeen manager? Actueel Staat uw organisatie het water aan de lippen? Zie onze website onder Actueel bij PickoBello hoe wij tussen de 3% en 6% kunnen besparen op de personeelskosten. Neem voor meer informatie of een quickscan, contact met ons op. Internet : www.pickobello.nl E-mail : info@pickobello.nl Telefoon : 0528 370 661 10 MANAGEMENT

Knellende zaken In deze rubriek neemt Reinoud Kroese (Pulito Advies) knellende zaken onder de loep op het gebied van wet- en regelgeving, toezicht, handhaving, personeel, bedrijfsvoering en accommodaties in de kinderopvang. Meer actuele informatie over de door hem behandelde onderwerpen vindt u in zijn weblog op www.kinderopvangtotaal.nl PAPIER IS GEDULDIG, SYSTEMEN OOK Vorig jaar maart bracht Actal advies uit aan het Ministerie van Sociale Zaken over de regeldruk in de kinderopvangsector. Een aantal van deze adviezen is welwillend ter harte genomen. Maar wat is er nou mee gebeurd en merken ondernemers daar iets van? De regels met betrekking tot het LRKP knellen nog steeds. Er is geen automatische koppeling van de gegevens van de KvK en het LRKP, en er is nog steeds een onnodig dubbele uitvraag van gegevens. Niet alleen bij nieuwe aanvragen, maar ook bij wijzigingen. Als een nieuwe aanvraag is gedaan, dan volgt bij een startende locatie een voor-inspectie. Daarbij worden ook de risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid getoetst. Die dienen volgens de GGD niet compleet te zijn dat kan ook niet, want er zijn nog geen kinderen en beroepskrachten, maar de praktijk is weerbarstiger. Het is niet duidelijk waar de risico-inventarisaties dan precies aan moeten voldoen. Dus komt het voor dat een negatief advies volgt op de aanvraag omdat ergens een risico niet goed is omschreven. Terwijl de toetsing door de toezichthouder zich nou juist moet beperken tot de vraag of een en ander redelijkerwijs kan leiden tot verantwoorde kinderopvang (art. 1.46 lid 2 Wko). Als de aanvraag is geweigerd, kan de ondernemer weer helemaal opnieuw beginnen: nieuwe aanvraag, opnieuw leges betalen, nieuw onderzoek plus oplopende huurkosten. Ook bij wijzigingen van gegevens in het LRKP lopen ondernemers tegen een muur op. Recent voorbeeld uit mijn praktijk: een vennootschap onder firma werd gewijzigd in een eenmanszaak. Eén van de vennoten zette het kindercentrum voort. Die wijziging werd doorgegeven aan de KvK en ook de gemeente werd hierover ingelicht, zij het niet met een formulier. Tien maanden later gaf de gemeente opeens aan dat het niet in orde was. Gevolg: nieuwe aanvraag, volledige inspectie, afwijzend advies, en uitschrijving uit het LRKP met alle gevolgen van dien. De gemeente baseerde zich op het Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk (Brkp). Art. 7 Brkp zegt daarover echter dat, na een verzoek tot aanpassing van gegevens, het College bepaalt in hoeverre een onderzoek in de zin van art 1.62 van de Wko noodzakelijk is, voordat besloten wordt tot aanpassing van die gegevens. In dit geval had het onderzoek zich kunnen beperken tot een controle van de antecenten van de nieuwe eigenaar. Ook moesten hier allerlei algemene gegevens, die allang bekend zijn bij zowel de KvK als het LRKP, opnieuw worden doorgegeven. Actal wees er al op dat ondernemers formulieren moeten invullen, uitprinten, per post moeten opsturen dan wel inscannen en mailen, en weer een uittreksel KvK moeten bijvoegen. Het advies om de dubbele uitvraag van indieningsvereisten te schrappen, ligt er al ruim tien maanden. De vraag is wanneer het ministerie hiervan gaat bevallen; de maximale draagtijd lijkt nu wel te zijn overschreden. De oplossing ligt al op de plank elders in Den Haag: in de sociale zekerheidssector is er de Wet eenmalige gegevensuitvraag werk en inkomen (WEU). Die is ingevoerd om het de burgers makkelijker te maken: die hoeven hun gegevens maar één keer aan te leveren en verschillende instanties kunnen deze dan steeds weer gebruiken. Kan die wet wellicht ook hier van toepassing worden verklaard? Dat is een beetje werk voor de overheid, maar die was er toch voor ons burgers en ondernemers? < MANAGEMENT 11

is de pedagogisch medewerker Met Kinderopvang TV zijn de pedagogisch medewerkers zelf aan het woord: met talloze korte video s en oefeningen verdiepen zij zich in het beroep en bekwamen zich in het pedagogisch gesprek. Individueel en in teamverband. En met het eigen Pedagogisch Journaal Meer info of scherpe aanbieding? Info@kinderopvangacademie.nl of (030) 233 1330

Getrouwtrek STEFANIE VERRIJP (@STEFVERRIJP) Kinderopvang in Nederland en Duitsland Dus even kort door de bocht. Minder werkdruk, hoger salaris, minder ontzag. Verklaart misschien ook iets #kinderopvang (17 december) ASTRID VERHOEVEN (@ ASVERHOEVEN) Vacature De eerste vacature ZZP-er pedagogisch medewerksters voorbij zien komen. Bittere noodzaak? #kinderopvang (17 december) JOZEF KOK (@METALENTUS) Onderzoek van Paul Leseman en Pauline Slot Onderzoek over kwaliteit van #peuterspeelzalen en #kinderopvang. Haaks op brief Asscher/Dekker. (17 december) MARCO P. HOUTHUIJZEN (@HOUTHUM) Helder beleid? #Kinderopvang: subsidies omlaag, kosten omhoog (4ogenprincipe) en 40.000 grootouders worden door overheid betaald voor oppas: helder beleid? (29 december) PAULINE SCHELLART (@PSCHELLART) Rendabel Er is geen leeftijd waarop het zo rendabel is om te investeren als in die voorschoolse jaren. Daarom #Kinderopvang decorrespondent.nl/548/waarom-onz (24 december) We willen samen werken aan voorschoolse voorzieningen: dat was de teneur van de brief die de Brancheorganisatie Kinderopvang, de MOgroep, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de PO-Raad naar minister Asscher stuurde. Dat was september vorig jaar. De minister liet weten dat hij heel verheugd was met dit initiatief. En misschien was hij ook wel een beetje verbaasd. Maar dat zei hij er niet bij. Wel leek hij goed te beseffen dat een dergelijke saamhorigheid uniek is. Hij prees de betrokken partijen daarom nadrukkelijk. In de nieuwe discussie naar aanleiding van de zogenoemde Peuterbrief van Asscher lijken de gemeenten en de kinderopvang hun eigen stellingen weer in te nemen. Over het basisidee is iedereen het nog steeds eens. Er moet één integrale voorziening komen voor opvang, ontwikkeling en onderwijs. Dat moet een gezamenlijke verantwoordelijkheid worden, schreven de voorzitters destijds in een opinieartikel in het Haarlems Dagblad (14 september 2013). Die basisvoorziening is er nog niet. Dat is een stapje te ver voor de minister in een kabinet waarin de VVD een zware stem heeft. Het blijft dus bij wat men tegenwoordig een stip op de horizon noemt. Ondertussen roeren wethouders van grote steden zich nadrukkelijk in de media. Zij zien hun budget slinken en daarmee hun eigen beleidsruimte. Terwijl ze zo leuk bezig waren met hun eigen ideeën voor een peuterschool of 0-groep. Hebben ze net de kinderopvang zo vakkundig buiten de deur weten te houden, komt die via de achterdeur weer binnen. Bovendien gaat het gemeentelijk budget voor peuterspeelzaalwerk omlaag. En gaan ouders straks niet massaal naar de kinderopvang als ze eenmaal die drempel hebben genomen om kinderopvangtoeslag aan te vragen? Dus ontstaat er getouwtrek tussen kinderopvang en peuterspeelzaal, tussen gemeenten en kinderopvangorganisatie. De VNG heeft gelijk dat kinderen het meest baat hebben bij wat zij noemt ontwikkelrecht : ieder kind moet een aantal dagdelen naar een voorschoolse voorziening kunnen. Maar dat krijgt Asscher er nu juist niet door in dit kabinet. Dus moet hij een tussenstap nemen. Bovendien krijgen gemeenten de komende jaren voldoende op hun bordje met de overheveling van een deel van de AWBZ, de jeugdzorg en de uitvoering van de Participatiewet. Nog bijna geen enkele gemeente is daar klaar voor. Een integrale voorziening voor jonge kinderen is het uiteindelijke doel, en misschien is die inderdaad het meest op zijn plek onder de hoede van de gemeente. Wie zal het zeggen? Maar Asscher heeft goed gezien dat gemeenten nog niet zo ver zijn. < MANAGEMENT 13

BOEKEN Betsy van de Grift Prikkels tot zelfrefl ectie Ben je een HK, een Hoeder van de Kudde? Of eerder een KC, een Krachtige Controleur? Het boek Je eigen managementcoach geeft je sterke beelden waarmee je, in de beslotenheid van je eigen veilige ruimte, jezelf eens kritisch kunt bevragen. Om meer voldoening uit je werk te halen en succesvoller te worden, is de belofte. Je eigen managementcoach; leid jezelf naar meer voldoening en succes Auteur Manu Busschots Uitgave Pearson Prijs 19,95 Managers kunnen last hebben van een sluimerende onrust en onvrede. Je doet je werk en het lijkt wel te gaan, maar je bent niet blij. Je werkt te hard, krijgt kritiek waar je jezelf niet in herkent of hebt last van medewerkers die je meer als een zorgzame moeder lijken te zien dan als een baas. Als je op dit moment zo over je werk denkt, dan is het goed om actief te zoeken naar verbetermogelijkheden. Met dit boek kan dat. Het is helder, fris en goed doordacht. Het laat je in je waarde, want het is gebaseerd op de visie dat jij prima in staat bent om jezelf aan te pakken. Het boek geeft niet de ideale richting aan, maar het plaatst spiegels langs de weg die je zelf gaat. Ongezond Het boek beschrijft beelden van leidinggeven, bijvoorbeeld de Harde Werker, de Hoeder van de Kudde of de Krachtige Controleur. Steeds wordt dan uitgelegd hoe je deze stijl in de praktijk uitvoert: op een gezonde of op een ongezonde manier. Bijvoorbeeld: als je op een ongezonde manier de Hoeder van de Kudde bent, dan kun je een misplaatst vertrouwen in je team krijgen. Of als gezonde Harde Werker weet je wanneer je nee moet zeggen of een middagje moet gaan lanterfanten. In hoofdstuk 2 worden vragen gesteld die met voldoening te maken hebben. De begrippen Interne en externe motivatie en vertrouwen en angst gebruikt Busschots om de gebruiker van het boek even wat dieper binnenin zichzelf te laten kijken. Doe jij dit werk omdat het je baan is, of doe je het uit vertrouwen, liefde en verbondenheid? Angst geeft je bijvoorbeeld een sterke focus op de dingen die misgaan en daardoor neemt je vertrouwen nog verder af. Door deze doortastende manier van aanspreken en door begrijpelijk taalgebruik is het niet makkelijk om de uitnodiging tot zelfrefl ectie die in die vragen zit, te negeren. Harde en zachte kant Hoofdstuk 3 is de realitycheck, het gaat in op de harde en de zachte kant van management. Een goede manager, stelt Busschots, weet dat die tegenpolen er altijd zijn, maar weet de kloof ook te overbruggen. Hij of zij kan drie soorten petten afwisselend opzetten, en zo effectief zijn en in balans blijven: de managerspet, de leiderspet en de coachpet. Het vierde en tevens laatste hoofdstuk gaat over jouw volgende stap. Bewustwording is slechts de eerste stap, leert het boek ons. Nu moeten we er iets mee gaan doen. Zoals? Vergroot je besluitvaardigheid en hak de knoop door: wat ga je verbeteren? Wil je doorgroeien en een hogere functie? Of ga je misschien zelfs stoppen met dit werk? In alle hoofdstukken zijn praktijkopdrachten opgenomen. Daarin richt de schrijver zich tot jou persoonlijk en vraagt je om bij een aspect in de tekst stil te staan, het te verdiepen en op jezelf te betrekken. Sommige opdrachten lijken op het eerste gezicht wel een beetje vergezocht en zijn misschien iets te complex voor jouw zelfcoachingsklusje. Mijn inschatting is dat je toch van deze opdrachten kunt profi teren, ook als je geen zin hebt om die te doen, want de clou is vaak ook al duidelijk door de uitleg die er bij gegeven wordt. Tussen de enorme hoeveelheid coachingsboeken die er is, is dit een witte raaf. Helder, doortastend en met een knappe balans tussen zakelijk en gevoelig. Veel functioneler dan deze krijg je geen managementboeken. Kopen en gebruiken dus! (Ook geschikt voor je baas.) < 14 MANAGEMENT

GESIGNALEERD Vertrouwenspersonen Door: JSO Expertisecentrum voor Jeugd, Samenleving en Ontwikkeling Informatie: www.vertrouwenspersonennederland.nl Prijs: tarief op basis van aantal fte s Kinderopvangorganisaties kunnen zich voor een vast jaarlijks bedrag aansluiten bij VertrouwenspersonenNederland. Daarmee kunnen alle medewerkers gebruikmaken van de diensten van vertrouwenspersonen. Zij helpen medewerkers wanneer ze zich verkeerd bejegend voelen en vangen klokkenluiders op. Loket voor werken in Duitsland Door: FCB Informatie: www.fcb.nl/kinderopvang/ Prijs: gratis Terwijl in Nederland locaties worden gesloten, staan ze in Duitsland te springen om pedagogisch opgeleid personeel. Het FCB heeft daarom een onlineloket geopend waar (pedagogisch) medewerkers zich kunnen oriënteren op een eventuele overstap naar een baan in Duitsland. Kiezen én delen Door: Bouwstenen voor Sociaal/netwerk Kinderopvang en No Label architecten, onder redactie van Ed Hoekstra en Yvette Vervoort Informatie: www.bouwstenenvoorsociaal.nl Prijs: downloaden (gratis) of hardcopy 18,50 Een boek met een aantal bijzondere uitgewerkte scenario s voor een samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs op het gebied van huisvesting. Hoe zijn andere organisaties te werk gegaan? Wat is hun visie? Voorbeelden van zowel stad als platteland komen aan bod. Adoptiekinderen Door: Stichting Adoptievoorzieningen Informatie: www.adoptie.nl Prijs: 4,95 Adoptiekinderen hebben meestal meer tijd en specifieke begeleiding nodig om zich op hun gemak te voelen op het kinderdagverblijf. Nieuw is de brochure Adoptiekind op het kinderdagverblijf. Deze brochure biedt o.a. veel praktische tips. Trainingen voor oudercommissies Door: BOinK Informatie: www.boink.info Prijs: vanaf 110 bij 2 deelnemers Vanaf februari begint de nieuwe reeks Regionale Basistrainingen voor Oudercommissies. Om hun taak goed uit te kunnen oefenen moeten oudercommissies kennis hebben van algemene wet- en regelgeving en hun rechten en plichten op het gebied van medezeggenschap. MANAGEMENT 15

Groen Cement en het vakblad Kinderopvang hebben 2014 uitgeroepen tot het Jaar van de Groene Kinderopvang. Reden om dit jaar vaker stil te staan bij groene buitenruimtes en groene pedagogiek. In dit artikel: wat te doen als de pm ers geen zin hebben om met de kinderen naar buiten te gaan? Tekst Annette Wiesman Groene pedagogiek tussen de oren Kom mee naar buiten, allemaal Soms valt het niet mee om pm ers te enthousiasmeren voor het buitenleven. Onwennigheid is voor sommigen van hen een belemmering om met aarde, planten, bomen en insecten aan de slag te gaan. Dat merkt ook Marc Veekamp, die voor Veldwerk Nederland sinds 2011 het programma Groen gescoord! organiseert. Momenteel doorlopen zes kinderopvangorganisaties het vergroeningstraject. Ik kom wel eens bij kinderopvangorganisaties waar ze mooie groene tuinen hebben aangelegd, maar waar na een tijdje bijna niemand meer buitenkomt. Vaak zijn het individuele werknemers die in hun eentje de kar trekken, omdat zij het leuk vinden om de tuin te Informatie onderhouden en activiteiten te bedenken. Maar dat is kwetsbaar: als diegene vertrekt, stort het in. Daarom is het belangrijk om het groene denken in de hele organisatie in te bedden, zegt Veekamp. De groene voornemens moeten vertaald worden in pedagogisch beleid. En er moet draagvlak komen. Je wilt niet dat een klein groepje zich aangesproken voelt en de rest denkt: o, wéér iets dat moet. Soms is het nodig om per locatie een brainstorm te organiseren voor álle medewerkers. Toegankelijk aanbieden Trias Kinderopvang (7 bso, 3 kdv) maakte in 2012 een omslag van een antroposofische organisatie naar eentje Meer over alle activiteiten in 2014: www.jaarvandegroenekinderopvang.nl Spelen met buitenruimte van Bureau Niche is een handboek met veel suggesties voor activiteiten die pm ers kunnen ondernemen in de eigen buitenruimte. Van inventarisatie naar inspiratie, plan en uitvoering. Aanbieding voor lezers van MK: van 17,50 voor 10,-. www.bureauniche.nl Rupsen horen poepen van Jeanette Boogmans laat zien hoe je kinderen natuur kunt laten beleven aan de hand van zes zintuigen. De werkvormen zijn niet alledaags. Te bestellen bij www.veldwerkwinkel.nl voor 29,95. waar de natuur centraal staat. De organisatie doorliep het traject Groen gescoord! en trainde alle medewerkers in het nieuwe denken. Op alle locaties werd gevraagd welke pm ers zin hadden om als lid van de natuurwerkgroep tweemaal per jaar een natuurproject te organiseren en daarmee natuurambassadeur te worden. Er volgden een vlinderproject, een boomproject en een afvalproject. Pm ers uit de werkgroep kwamen met ideeën en droegen de plannen op hun locatie uit, vertelt projectleider Edith Alkemade. Ter ondersteuning op de groepen werden themakisten met natuurmaterialen en mappen uitgedeeld met gedetailleerde achtergrondinfomatie, knutselactiviteiten en tips voor uitstapjes in de buurt. Samen met de directeur ging Alkemade alle locaties af om ter plekke te kijken hoe de projecten liepen en wat er zoal beter kon. Komend jaar willen de twee nog meer als coach ondersteuning bieden bij het uitvoeren van natuuractiviteiten. Pm ers kunnen bij vernieuwingen vaak sceptisch zijn, maar als ze zien hoe kinderen reageren op de natuur en hoe dat in hun voordeel werkt, verandert dat snel, zegt Alkemade. Ouders en kinderen vinden het leuk; het is voor iedereen meteen duidelijk dat werken met de natuur een 16 MANAGEMENT

Foto: Kinderopvang ZON! verrijking is. Daarbij scheelt het enorm dat de activiteiten in een leuke, toegankelijke vorm aan de pm ers worden aangeboden, denkt de projectleider. Dat wij het in die mappen heel precies voorkauwen, scheelt ze veel tijd. Door steeds iets nieuws toe te voegen en de bestaande projecten te herhalen, proberen we hun kennis te vergroten. Je kunt ook niet van ze verwachten dat ze meteen alles weten van kriebelbeestjes. Voor pm ers is uiteindelijk niets inspirerender dan ze mee naar buiten te nemen en ze zelf dingen te laten ondernemen, heeft Veekamp gemerkt. Bijvoorbeeld met een blinddoek voor door de tuin lopen en je andere zintuigen gebruiken. Voor sommigen gaat er een wereld open, omdat ze zien hoe simpel het kan zijn. Zeker pm ers zijn doorgaans erg creatief. Aan de hand van de pedagogische werkplannen kunnen ze concreet aan de slag: wat maken we voor tuinregels? Wat vinden we van boompje klimmen? Ook wordt vaak vastgelegd hoelang kinderen dagelijks minimaal buiten spelen. Veekamp: Bij discussies over het minimaal aantal uren buiten zeg ik vaak: waarom draaien we het niet om, hoe lang verblijven ze maximaal binnen? Laten we naar buiten gaan vanzelfsprekender maken met een integraal aanbod van binnen en buiten, zodat het niet meer een kwestie is van even de kinderen uitlaten. Eén geheel Jan Kersten van Bureau Niche, die alweer tien jaar geleden Spelen in de buitenruimte ontwikkelde voor pm ers en managers, sluit zich daarbij aan. Het valt hem op dat er nog steeds vaak een knip gemaakt wordt tussen binnen- en buitenruimte. Beschouw het als één geheel, zegt hij net als Veekamp. Zijn advies: maak een buitenruimte die niet alleen aantrekkelijk is voor kinderen, maar ook voor volwassenen. Pm ers staan maar ergens terwijl de kinderen buiten spelen. Zij mogen ook zitplekken hebben. Je kunt de buitenruimte beschouwen als een extra huiskamer, een plek waar het prettig toeven is voor iedereen. Dan wordt het voor pm ers ook leuker. Het spel van de kinderen ontwikkelt zich vanzelf en dan doen pm ers ook mee. Voor sommigen gaat er een wereld open, omdat ze zien hoe simpel het kan zijn. Zeker pm ers zijn doorgaans erg creatief Daarnaast zijn de praktische voorwaarden natuurlijk belangrijk: de babygroep vlakbij de deur, het toilet in de buurt, niet eerst tien deuren door moeten om buiten te komen. Over dat soort zaken wordt bij nieuwbouw vaak slecht nagedacht, merkt Kersten. Ook de omvang van de buitenruimte kan vaak groter. Maar een aparte visie op buiten spelen is niet eens nodig, vindt hij. Aandacht voor buiten spelen volgt vanzelf uit de pedagogische visie. Het welbevinden van het kind hangt samen met de fysieke ruimte. Frisse lucht, het gebruik van de zintuigen, gevarieerd spelen; iedereen weet dat kinderen in het bos prettiger spelen dan op een kale vlakte. En dat er minder conflicten zijn dan op plein. Je moet pedagogische visie simpelweg vertalen naar binnen én naar buiten. Groene competenties Moeten pm ers van een groen kindercentrum voortaan geselecteerd worden op groene competenties? Dat is niet nodig, vinden Veekamp, Kersten en Alkemade. Als medewerkers zeggen dat ze niets met de natuur hebben, benader ik ze als een team, zegt Kersten. Iedereen heeft wel iets waar hij goed in is. Als je goed bent in organiseren, regel je een avond voor ouders over buiten spelen. Een ander doet de inrichting van de tuin, enzovoorts. Zo kun je dat als team oppakken en voorkomen dat één groene collega helemaal losgaat, terwijl de rest niks doet. Bij Trias is het niet zo n groot punt als nieuwe medewerkers niet zoveel met natuur hebben. Alkemade: De leidster-kindrelatie staat voorop, je kunt ook goed zijn in sport. Maar iemand die zich echt afzijdig houdt, zal erop aangesproken worden. Buiten spelen en je verdiepen in de natuur maken tenslotte deel uit van ons pedagogisch beleid. Veekamp ziet dat tijdens trainingen de overgrote meerderheid graag meedoet, gelukkig. Die cursisten laat hij aan het woord. Zij doen het verhaal tegenover degenen die op de rem staan. Dat werkt beter dan als ik daar als een soort groene goeroe voor de groep sta. < MANAGEMENT 17

Verspreiding infecties tegengaan Betere handhygiëne Onderzoek laat zien dat pedagogisch medewerkers slechts in minder dan de helft van de momenten waarop de handen gewassen moeten worden, daadwerkelijk hun handen wassen. Zo komt er nooit een eind aan diarree en snotneuzen bij de kinderen. Het programma Heel gewoon, Handen schoon verbetert de handhygiëne. Tekst Tizza Zomer, Vicki Erasmus en Hélène Voeten In 2009 is de GGD Rotterdam-Rijnmond samen met het Erasmus MC gestart met onderzoek naar handhygiëne in kinderdagverblijven. Er is een handhygiënerichtlijn ontwikkeld voor kinderdagverblijven door het Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid (LCHV). Daarin staan de momenten waarop pedagogisch medewerkers hun handen moeten wassen: vóór het aanraken en bereiden van voedsel, vóór het eten of helpen bij eten, vóór wondverzorging, na toiletgebruik/billen afvegen, na hoesten/niezen/snuiten, na het verschonen van een kind, en na contact met lichaamsvocht (zoals speeksel, snot of braaksel). Tijdens het onderzoek zijn in totaal 350 pedagogisch medewerkers geobserveerd in 122 kinderdagverblijven, gedurende ruim 2000 momenten waarop de handen gewassen moesten worden. Daarbij bleek dat gemiddeld in 42% van de handhygiënemomenten de handen ook daadwerkelijk werden gewassen. Alle 350 pedagogisch medewerkers die zijn geobserveerd hebben ook een vragenlijst ingevuld. Daarin werd gevraagd wat voor cijfer ze zichzelf gaven voor handhygiëne. Op een schaal van 0 (nooit) tot 10 (altijd), gaven pedagogisch medewerkers zichzelf gemiddeld een 8,7. Dit komt niet overeen met de geobserveerde handhygiëne van slechts 42%. Medewerkers overschatten dus hun eigen handhygiëne. Meedoen Alle kinderdagverblijven kunnen meedoen met het programma Heel gewoon, Handen schoon. Als extra ondersteuning worden in maart 2014 speciale trainingssessies georganiseerd, waarin deelnemers worden getraind om zelf nog beter met de kennis- en teamtrainingen aan de slag te gaan. Kinderdagverblijven kunnen hieraan kosteloos deelnemen, maar het aantal plaatsen is beperkt. Kijk op www.heelgewoonhandenschoon.nl voor meer informatie, of stuur een email naar heelgewoonhandenschoon@erasmusmc.nl om u aan te melden. Kennis hebben Er is ook gekeken naar de factoren die van invloed zijn op handhygiëne in kinderdagverblijven. De resultaten laten zien dat pedagogisch medewerkers de handhygiënerichtlijn het beste naleven als er alleen papieren handdoekjes aanwezig zijn op een groep. Minder goed gaat het met alleen stoffen handdoeken of een combinatie van stoffen en papieren handdoeken. Daarnaast is gekeken naar de invloed van verschillende sociaal-cognitieve factoren. Het blijkt dat medewerkers hun handen vaker wassen als ze op de hoogte zijn van de handhygiënerichtlijn, kennis hebben over de inhoud ervan en als ze het belang inzien van een goede handhygiëne. En als ze het gevoel hebben altijd de handen te kunnen wassen, ook als de werkdruk hoog is of als ze worden afgeleid, en als handhygiëne voor hen een gewoonte is. Gebaseerd op deze resultaten is het programma Heel gewoon, Handen schoon ontwikkeld. Inzicht Het programma bestaat uit vier onderdelen. Als eerste worden kinderdagverblijven gestimuleerd om alle materialen aan te schaffen die nodig zijn voor een goede handhygiëne. Het gaat dan om een dispenser met papieren handdoekjes, vloeibare zeep, handalcohol en handcrème. Vervolgens is er voor pedagogisch medewerkers een handhygiëne-kennistraining. Tijdens deze training komen de volgende onderwerpen aan bod: de verspreiding van infectieziekten, het belang van een goede handhygiëne, de handhygiënemomenten die in de richtlijn staan en de juiste techniek (met gebruik van een UV-lamp). De kennistraining kan door leidinggevenden of senior pedagogisch medewerkers zelf gegeven worden met behulp van een powerpointpresentatie met instructie. Deze training duurt één uur en er is een informatieboekje als naslagwerk gemaakt. Medewerkers overschatten hun eigen handhygiëne 18 MANAGEMENT

Als derde onderdeel van het programma is er een teamtraining ontwikkeld, die een locatiemanager of senior pm er zelf met behulp van een instructie kan geven. Het doel van deze training is om als team tot concrete oplossingen te komen om de handhygiëne te verbeteren. Door middel van een groepsopdracht wordt inzicht gegeven in hoe het team functioneert als het gaat om de handhygiëne. De opdracht duurt ongeveer één uur waarin wordt gesproken over de huidige handhygiëne in de locatie, de doelen voor in de toekomst, de barrières en bevorderende factoren, en de sterke punten van het team. Het vierde onderdeel van het programma bestaat uit posters en stickers voor zowel pedagogisch medewerkers als kinderen. Zo is er voor beide een poster met de techniek van het handen wassen en een poster met de momenten waarop de handen gewassen moeten worden. Ook zijn stickers ontwikkeld om pedagogisch medewerkers en kinderen eraan te herinneren dat zij hun handen moeten wassen. Alle programmaonderdelen, inclusief posters en stickers, zijn gratis te downloaden vanaf www.heelgewoonhandenschoon.nl. Evaluatie Het programma Heel gewoon, Handen schoon is uitgevoerd en geëvalueerd op 71 kinderdagverblijven. 36 kinderdagverblijven die het programma hebben gevolgd, zijn vergeleken met 35 controle-kinderdagverblijven zonder programma. De handhygiëne van pedagogisch medewerkers is geobserveerd vóór de start van het programma en één, drie en zes maanden na de start van het programma. Daarnaast is gekeken of door het programma minder maagdarm- en luchtweginfecties voorkwamen bij de kinderen. Hiervoor hebben ouders gedurende zes maanden een infectiekalender bijgehouden waarop ze konden aangeven of hun kind diarree had en/of verkouden was. Het onderzoek vond plaats van september 2011 tot april 2012. In deze periode werd het programma gefaseerd ingevoerd. Na de observaties voor de start van het programma, ontvingen de deelnemende kinderdagverblijven gratis handhygiëneproducten en posters/stickers. Kort daarop volgde de kennistraining over de richtlijn (gegeven door onderzoeksmedewerkers), waarna de handhygiëne opnieuw werd geobserveerd. Vervolgens waren er twee teamtrainingen (ook gegeven door onderzoeksmedewerkers) waarbij na elke teamtraining opnieuw observaties plaatsvonden. Tijdens deze hele periode hielden de ouders de infectiekalender bij, die ze eens per twee weken opstuurden. Resultaten Het onderzoek laat zien dat door het programma Heel gewoon, Handen schoon de handhygiëne van pedagogisch medewerkers sterk is verbeterd. Eén maand na de start van het programma was de handhygiëne in kinderdagverblijven met het programma met de helft toegenomen. Zes maanden na de start van het programma was de toename één derde. Er is geen significant effect van het programma aangetoond op het voorkomen van maag-darm- en luchtweginfecties bij de kinderen. Het kan zijn dat de studie niet groot genoeg was om dit effect goed te kunnen aantonen. Maar het kan ook zijn dat andere factoren meer van invloed zijn bij de verspreiding van infectieziekten, zoals schoonmaakwerkzaamheden of de activiteiten van de kinderen buiten het kinderdagverblijf. Een goede handhygiëne blijft echter belangrijk om verspreiding van een groot scala aan infectieziekten tegen te gaan. Met dit effectieve pakket kunnen kinderdagverblijven zelf hiermee aan de slag gaan. < Over de auteurs: Tizza Zomer, Vicki Erasmus en Hélène Voeten zijn onderzoekers bij GGD Rotterdam-Rijnmond/Erasmus MC. MANAGEMENT 19

Berichten van BESTE @ROBVERGEER, In je column in het decembernummer van dit blad concludeer je dat, op een schaarse uitzondering na, de sector zich niet heeft gekeerd tegen de bezuinigingen op de kinderopvang. Je tweede conclusie is dat de sector het belang van Twitter onderschat en je roept op om met hulp van een inspirerende spreker een nieuwe mediastrategie te ontwikkelen. Laat ik beginnen met een kleine terugblik. Het is volstrekte onzin te beweren dat de sector oorverdovend stil is gebleven. Medio 2011 tot en met januari 2013 is er in tientallen televisie- en radio-uitzendingen aandacht geweest voor de bezuinigingen en de gevolgen daarvan. Daarna waren de bezuinigingen oud nieuws. Zelfs de 47% uitval in 2013 bij de hoge inkomens haalde het nieuws niet. Alternatieve kinderopvang De uitnodigingen om op tv, de radio en in kranten mee te jubelen over de alternatieven voor kinderopvang heeft BOinK naast zich neergelegd. Er zijn geen serieuze alternatieven. Wij zien de zeven ouderparticipatiecrèches niet de ruim 7000 locaties kinderopvang vervangen. En om nog maar enkele jaren na t Hofnarretje de opvang via het internet te regelen, lijkt ons ook geen goed plan. Met de recente aandacht voor het zogenaamd duurder worden voor werkende ouders, als gevolg van de brief van Asscher, moet je al helemaal niet blij zijn. Het is bepaald niet in het belang van de kinderopvang om je voor het karretje te laten spannen van politici met een anti-kinderopvanghouding, daarmee het beeld van te dure kinderopvang bevestigend. Rutte I De huidige bezuinigingen waren bij het aantreden van kabinet Rutte I (CDA, VVD en PVV ) al aangekondigd. Henk Kamp, onze minister in Rutte I, was klip en klaar. Er viel met hem te praten, maar de bezuinigingen ging hij één op één doorvoeren. In het zogenaamde Kunduz- of Voorjaarsakkoord werden de bezuinigingen nog eens onderschreven door onder andere D66 en GroenLinks. Daarmee is de SP de enige partij die niet voor de bezuinigingen heeft getekend. De reden dat de sector niet al in 2009 bezuinigingen kreeg opgelegd, kwam doordat staatssecretaris Dijksma de 750 miljoen die zij in haar budget had voor de harmonisatie van peuterspeelzalen en kinderopvang, inzette om de overschrijdingen van het kinderopvangbudget te financieren. Veel krediet heeft ze daarvoor nooit gehad. Verloren slag De slag om de bezuinigingen is verloren omdat de sector niet heeft kunnen aantonen dat kinderopvang meer is dan een arbeidsparticipatie-instrument. En, beste Rob, als de doelgroep zelf niet in opstand komt, kunnen politici achterover blijven leunen. Ouders vinden betaalbare kinderopvang schijnbaar geen recht. Ik weet niet of Twitter het tij kan keren. Mensen onder de dertig zeggen al dat je inhoudelijke discussies niet over Twitter kunt voeren en het gebruik van Twitter is in 2013 met 20% afgenomen. Halsema had als politica veruit de meeste volgers, maar verloor vervolgens op dramatische wijze de verkiezingen. Twitter werkt alleen als het door andere media wordt opgepikt. Mediastrategie Het broze imago van de kinderopvang is niet gediend met sensatieachtige tweets. Tweets over de bezuinigingen zijn oud nieuws en worden, in tegenstelling tot de tweets van de minister, simpelweg niet opgepikt. Recent onderzoek heeft aangetoond dat 95% van de Kamervragen zijn gebaseerd op krantenartikelen, niet op tweets. Natuurlijk ben ik ervoor om de media-innovatiestrateeg uit te nodigen. Dat helpt vast meer dan een nieuwe mediastrategie te baseren op een jip-en-janneke-analyse. Gjalt Jellesma 20 MANAGEMENT