Objectieve onderhoudsbijdragen voor kinderen berekenen: Praktische gids ter voorbereiding Vorming Pareto Services ism Gezinsbond (cijfers mei 2015) Yves Coemans Attaché studiedienst Gezinsbond vzw Enkele cijfers (NIS) jaar echtscheidingen huwelijken 1970 6.403 73.261 2007 30.081 45.561 voorlopige piek 2008 35.366 45.613 2012 26.145 42.198 2013 24.872 37.854 evolutie 1970-2013 + 288,49 % - 48,33 % Echtscheidingskans huwelijken uit 2009 = 2 op 3 vóór 50 ste huwelijksverjaardag (ADSEI) Toenemend belang echtscheiding met onderlinge toestemming 75 % in België (2000-2002) tot 81 % in Vlaanderen Nieuwe trend: scheiding van wettelijke samenwoners periode 2000-2013: 620.124 wettelijke samenwoners (79.323 in 2013) maar: 1 op 3 al opnieuw uit elkaar (onderschatting): 205.211 Kinderen en echtscheiding in driekwart van scheidingen zijn kinderen betrokken méér bilocatie kwart Vlaamse kinderen heeft gescheiden ouders (SVR) 250 à 300.000 kinderen 87 % jonger dan 12 jaar Studie Joris Ghysels Kim Vercammen: kwart Vlaamse gezinnen heeft potentieel recht op onderhoudsbijdrage bijna 16 % van gezinnen met kinderen < 16 jaar = alleenstaande ouder 7 % van de (nieuw samengestelde) gezinnen telt stiefkinderen onderhoudsbijdrage voor kinderen gemiddeld bedrag = 241 euro per maand (2005) enorme verschillen: van 0 tot 2.000 euro per kind per maand soms één globaal bedrag voor alle kinderen samen 1
Onderhoudsbijdrage voor kinderen = vaak belangrijk discussiepunt onderhoudsplichtige ouder ouder die kinderen hoofdzakelijk opvoedt te hoog te laag gevolgen: wat je niet begrijpt, aanvaard je niet discussies = oorzaak van wanbetaling 24.000 partners weigeren te betalen (cijfers Platform Alimentatiefonds) 150.000 partners betalen slecht of niet (schatting) 1 op 5 onderhoudsplichtigen betalen niet aantal dossiers ingediend bij DAVO (juli 2004 t.e.m februari 2014) +/-47.000 dossiers +/- 57.000 onderhoudsgerechtigden waarvan 54.700 kinderen Kinderen moeten na de scheiding van hun ouders dezelfde welvaart en levenstandaard genieten als tijdens de relatie van hun ouders. Relaties kunnen dan wel breken, ouder blijf je voor het leven! Wettelijk kader voor onderhoudsbijdrage Burgerlijk Wetboek: artikel 203, 1: De ouders dienen naar evenredigheid van hun middelente zorgen voor huisvesting, levensonderhoud, toezicht, opvoeding en opleiding van hun kinderen. Indien opleiding niet voltooid is, loopt verplichting door na meerderjarigheid kind. wetgeving veel te vaag over bedrag onderhoudsbijdrage al te vaak nattevingerwerk in rechtswereld te weinig objectief/onvoldoende gemotiveerd veelvuldige discussies tussen ouders onderhoudsbijdrage onregelmatig of niet betaald kinderen vaak gebruikt als pasmunt tot 2005: methode Renard enige houvast sporadisch toegepast in Wallonië vrij onbekend in Vlaanderen belangrijke nadelen/tekortkomingen 2
Kritiek op methode Renard beperkt zich inkomen ouders tot beroepsinkomen houdt geen rekening met deel van inkomen dat elke ouder voor zichzelf moet behouden om een kwaliteitsvol leven te leiden houdt geen rekening met fiscale aftrek van onderhoudsbijdrage berekent alle kosten op basis van het inkomen ook specifieke kosten zoals studiekosten berekent geen meerkost als gevolg van opvoeding in twee gezinnen verdeelt alle kosten volgens de verblijfsregeling en niet volgens onderlinge afspraken baseert zich op uitgavenpatroon van eind jaren 70 overschat onderhoudsbijdragen voor hoge inkomens verdeelt kinderbijslag gelijk onder alle kinderen houdt geen rekening met andere overheidstegemoetkomingen zoals schoolen studietoelagen en fiscaal voordeel aftrek kinderopvang Artikel 203 BW (Wet 19-03-2010) bestaand artikel vervangen door 1 De ouders dienen naar evenredigheid van hun middelen te zorgen voor de huisvesting, het levensonderhoud, de gezondheid, het toezicht, de opvoeding, de opleiding en de ontplooiing van hun kinderen. Indien de opleiding niet voltooid is, loopt de verplichting door na de meerderjarigheid van het kind. 2 (Nieuw) Met middelen wordt onder andere bedoeld alle beroepsinkomsten, roerende en onroerende inkomsten van de ouders, alsook alle voordelen en andere middelen die hun levensstandaard en deze van de kinderen waarborgen. 3 (vroeger 2) De langstlevende echtgenoot is gehouden tot de verplichting gesteld in paragraaf 1 ten aanzien van de kinderen van de vooroverleden echtgenoot van wie hij niet de vader of moeder is, binnen de grenzen van hetgeen hij heeft verkregen uit de nalatenschap van de vooroverledene en van de voor-delen die deze hem mocht hebben verleend bij huwelijks-contract, door schenking of bij testament. Aangepast artikel 203bis BW (Wet 19-03-2010) 1 Elke ouder draagt bij in de kosten die voortvloeien uit de bij artikel 203, 1, bepaalde verplichting, in verhouding tot zijn respectievelijke aandeel in de samengevoegde middelen. 2 (oude art. 203bis) Onverminderd de rechten van het kind, kan elk van de ouders van de andere ouder diens bijdrage vorderen in de kosten voortvloeiende uit artikel 203, 1. 3 De kosten omvatten de: gewone kosten= alle gebruikelijke kosten m.b.t. het dagelijkse onderhoud van het kind buitengewone kosten= uitzonderlijke, noodzakelijke of onvoorziene uitgaven, die: voortvloeien uit toevallige of ongewone gebeurtenissen het gebruikelijke budget voor het dagelijkse onderhoud van het kind, dat desgevallend als basis diende voor de vaststelling van de onderhoudsbijdragen overschrijden 3
Rechterlijke beslissing (Wet 19-03-2010: art. 14 1) Behoudens akkoord van de partijen over het bedrag van de onderhoudsbijdrage in het belang van het kind vermeldt elke rechterlijke beslissing: 1. aarden bedragvan de middelenvan elke ouder 2. gewone kosten waaruit budget van het kind is samengesteld, alsook manier waarop die begroot zijn 3. aard van buitengewone kosten+ deelvan deze kosten dat elke ouderdraagt + modaliteitenvoor de aanwending 4. verblijfsregeling+ bijdrage in naturavan elke ouder in het levensonderhoud van het kind volgens deze regeling 5. bedrag van de kinderbijslag, socialeen fiscale voordelenvan alle aard die elke ouder voor het kind ontvangt 6. inkomstenvan elke ouder uitgenot van goederen van kind 7. aandeelvan elke ouderin kosten van kinden onderhoudsbijdrage én modaliteiten voor aanpassing 8. bijzondere omstandighedenvan de zaak rechter verduidelijkt op welke manier hij alle elementen in acht nam maar hoe? (ECHT)SCHEIDINGEN onderhoudsbijdragen voor kinderen berekenen Onderhoudsgeldcalculator Calculateur de contributions alimentaires Unterhaltsgeldrechner vraag van leden bij sociaal juridische dienst Gezinsbond ontwikkelt methode voor onderhoudsbijdragen 1994: eenvoudig model in Kinderen: een dure aangelegenheid? = methode Renard 2005: uitgebreid/complex model in Mijn kind, duur kind! 2006: onderhoudsgeldcalculator: gebruiksvriendelijke - snelle cd-rom 2008: uitbreiding met Fiscaal luik aftrek onderhoudsbijdragen 2009: calculateur de contributions alimentaires - Unterhaltsgeldrechner 2010: wet 19 maart 2010: objectivering onderhoudsbijdragen 2015: grondige update doelstelling: objectieve methode gesteund op wetenschappelijk verantwoorde cijfers rekening houdend met:. specifieke gezinssituatie/verblijfsregeling. alle inkomens/alle kosten. alle overheidsondersteuning. volledige fiscaliteit 4
Bestaande rekenmodellen voor onderhoudsbijdragen voor kinderen Budgetmethode Methode Renard Truyen rekenwerk (http://calc.oletr.net/renard.htm) Rekenblad ALIM van ere-notaris Christian De Vos) VOB-PCA Larcier (online Renard) = 275 euro/jaar Methode Tremmery = 40,50 euro www.alimentatie-online.be = 69,95 euro per berekening Pareto Simulator = 181,50 euro/jaar (20% korting leden Gezinsbond!) Onderhoudsbijdrage = compensatie voor: inkomensongelijkheid tussen ouders ontoereikende bijdrage in verblijfsgebonden kosten i.f.v.verblijfsregeling niet verblijfsgebonden kosten specifieke kosten: kinderopvang en onderwijs Noodzakelijke input onderhoudsgeldcalculator gegevens kind(eren) geboortedatum studiejaar onderwijs inkomen beide ouders loonbrief voorcalculatie aanslagbiljet/simulatie belastingprogramma nacalculatie overheidsondersteuning bedrag kinderbijslag (per kind) fiscaal voordeel aftrek kinderopvang school- en studietoelage (per kind) kosten van kinderen verdelen tussen ouders verblijfsregeling afspraken i.v.m. niet verblijfsgebonden kosten bedrag/afspraken i.v.m. specifieke kosten 5
Voorbereidend huiswerk Netto inkomen van elke ouder correct bepalen 1. Beroepsinkomsten Inkomen uit arbeid Netto maandbedrag van loonbrief Vakantiegeld, 13 de (en 14 de) maand = netto maandbedrag x 13,92 (voor bedienden) Jaaroverzicht herberekenen op jaarbasis Correctie tussen ouders gezinskorting op bedrijfsvoorheffing 34 euro voor 1 kind 452 euro voor 4 kinderen 92 euro voor 2 kinderen 667 euro voor 5 kinderen 247 euro voor 3 kinderen 883 euro voor 6 kinderen Correctie voor verlies huwelijksquotiënt: tot 393 euro / maand Extra voordeel alleenstaande ouder = 34 euro / maand Sociale uitkeringen: tijdelijk of permanent? Fiscaal voordeel kinderlast jaarlijks per kind (AJ2016/INK15) Gehuwde ouder Rang v/h kind Extra BVS Fiscaal voordeel Alleenstaande ouder Extra BVS Fiscaal voordeel 1 ste 1.510 405,13 3.020 885,39 2 de 2.370 757,14 2.370 771,63 3 de 4.820 1.915,66 4.820 2.069,13 4 de en hoger 5.360 2.327,23 5.360 2.408,26 BVS = Belastingvrije som bovenop individuele (7.090 of 7.380 euro) Kind met zware handicap (> 66 %) telt dubbel Fiscaal voordeel berekend aan APB van 7,32% (gemiddelde Vl + B) Aantal kinderen Fiscaal co-ouderschap meestal nadelig Vergelijking op jaarbasis (AJ2016/INK15) t.a.v. alleenstaande ouder 1 ouder alleenstaand 2 ouders alleenstaand t.a.v. gehuwd koppel 2 ouders gehuwd 1-40,51 399,23 0,00 2-95,51 390,64-86,93 3-553,77-8,59-450,74 4-764,12-115,91-683,09 Let op: Bijkomend fiscaal nadeel door verlies aftrek onderhoudsbijdrage Berekend op basis van bedragen AJ2016/INK2015 en gemiddelde APB = 7,32 % 6
2. Voordelen alle aard Voorbereidend huiswerk Netto inkomen van elke ouder correct bepalen Bedrijfswagen Eigen bijdrage verlaagt nettoloon op loonbrief Fiscale impact verrekend in bedrijfsvoorheffing op loonbrief Effectieve voordeel zelf berekenen KM-prijs via tabel Gezinsbond (jaarlijkse indexatie) KM-forfait per jaar overeenkomen Maaltijdcheques: Netto bedrag per gewerkte dag na eigen bijdrage Gsm: forfaitair bepalen.. 3. Onroerende inkomsten: automatische aftrek 40% forfaitaire kosten 4. Roerende inkomsten: na aftrek van inning- en bewaarkosten Voorbereidend huiswerk Correcte overheidstegemoetkomingen na (echt)scheiding 5. Kinderbijslag kinderbijslag per kind i.p.v. gemiddeld bedrag per kind schoolpremie eenoudertoeslag sociale toeslag op basis van sociaal statuut verhoogde kinderbijslag kind met handicap 6. School- en studietoelagen: toegankelijker voor eenoudergezin 7. Fiscale aftrek onderhoudsbijdragen = betaald bedrag voor 80 % fiscaal aftrekbaar Kinderbijslag basisprincipes Rechthebbende: opent recht op kinderbijslag Basis= tewerkstelling: werknemer-ambtenaar-zelfstandige Gewaarborgd kinderbijslagstelsel = geen band met arbeidsmarkt Voorrangrecht 1. Vader 2. Moeder 3. Stiefvader 4. Stiefmoeder 7
Kinderbijslag Basisprincipes Bijslagtrekkende: ontvangt de kinderbijslag In 1 ste instantie: de moeder Uitzonderlijk: de vader Op zijn vraag Voorwaarde: kind = gedomicilieerd bij vader Op gemeenschappelijke kindrekening Op verzoek van beide ouders Voorwaarde: beide ouders hebben toegang tot rekening Op geblokkeerde rekening op naam van kind Tot meerderjarigheid van kind Ouders onderling niet akkoord Familierechtbank bevoegd Kinderbijslag Bij echtscheiding Ouders wonen niet meer samen Kind < 18 jaar Juridische fictie - ontbrekende ouder vervoegt fictief gezin Kind 18 jaar Feitelijke situatie telt: wettelijke verblijfplaats van kind Behalve bij co-ouderschap: afwisselend én even lang bij elke ouder behoud bijslagtrekkende (< 18 jr) mits gemeenschappelijke verklaring Kinderbijslag Afstand voorrangsrecht Rechthebbende kan voorrangsrecht afstaan Alleenin het belang van het kind Optimalisatie bedrag kinderbijslag volgens beroepsstatuut Werknemersstelsel i.p.v. zelfstandigen Sociale toeslagen genieten via beroepsstatuut ex-partner 8
Kinderbijslag Groepering = eigen kinderen en kinderen van partner samenvoegen Kinderen krijgen hogere rang Niet tweemaal 1 ste en 2 de rang Uitsluitend mogelijk rond bijslagtrekkende Kinderbijslag (werknemers) = basisbijslag + leeftijdstoeslag (bedragen vanaf 01/12/12) Rang kind 1ste rang 2de rang 3de rang 0 t.e.m. 5 jaar 90,28 167,05 249,41 6 t.e.m. 11 jaar 106,01 198,41 280,77 12 t.e.m. 17 jaar 114,23 214,97 297,33 18 t.e.m. 24 jaar 117,88 227,98 310,34 Rekenmodules: Famifed: http://vlaanderen.famifed.be/nl/calculator Kinderbijslag Schoolpremie jaarbedragen 2014 Geboortedatum Zonder toeslag Met toeslag 0 t/m 5 jaar 20,00 27,60 6 t/m 11 jaar 43,00 58,59 12 t/m 17 jaar 60,00 82,02 18 t/m 24 jaar 80,00 110,42 Schoolpremie in augustus betaald samen met kinderbijslag van juli 9
Kinderbijslag Sociale toeslagen maandbedragen vanaf 01/12/12 Eenoudergezin (1 ste kind volledige leeftijdstoeslag) Langdurig (> 6 m) werkloze of gepensioneerde Langdurig (> 6 m) zieke of invalide Rang van het kind 1ste 2de 3de 45,96 28,49 22,97 45,96 28,49 5,00 98,88 28,49 5,00 Voorwaarde 1/12 de belastbaar maandinkomen (excl. onderhoudsbijdragen): 2.309,58 euro (alleenstaande) of 2.385,65 euro (samenwoners) Belastingvoordeel: aftrek onderhoudsbijdragen netto belastbaar inkomen van tot (AJ2016/INK2015) aanslagvoet aanslagvoet verhoogd met 7,32 % APB fiscaal voordeel op betaalde onderhoudsbijdragen 0,00 8.710,00 25 % 26,83 % 21,46 % 8.710,01 12.400,00 30 % 32,20 % 25,76 % 12.400,01 20.660,00 40 % 42,93 % 34,34 % 20.660,01 37.870,00 45 % 48,29 % 38,64 % 37.870,01 50 % 53,66 % 42,93 % fiscaal voordeel verhoogt netto beschikbaar inkomen van onderhoudsplichtige verrekenen in te betalen onderhoudsbijdragen Onderhoudsbijdrage voor kinderen stapsgewijs berekenen I netto inkomen van elke ouder bepalen II overheidsondersteuning tussen ouders verdelen III inkomensverhouding tussen beide ouders bepalen IV werkelijke kost van kinderen berekenen V hoeveel betaalt iedere ouder nu? VI hoeveel moet iedere ouder betalen (inkomensverdeling)? VII verrekening: RESULTAAT = onderhoudsbijdrage of bijpassing kindrekening 10
Voorafgaandelijke keuzes (1 ste scherm) Voorkennis: basiskennis fiscaliteit (personenbelasting) fiscaal voordeel kind ten laste fiscaal voordeel aftrek onderhoudsbijdragen fiscaal voordeel aftrek kinderopvang basiskennis overheidsondersteuningen kinderbijslagregeling school- en studietoelagen Type calculatie: voorcalculatie OF nacalculatie Berekeningsdatum: vandaag, in verleden, in toekomst Aantal kinderen: maximum 30 Scharnierleeftijd van kind: nee: huidige leeftijd onderhoudsbijdrage 1 jaar geldig ja: tot scharnierleeftijd bv. 6, 12 en 18 jaar berekening volgens gemiddelde leeftijd onderhoudsbijdrage geldig tot scharnierleeftijd Voorafgaandelijke keuzes Percentage meerkost (1 ste scherm): kinderen opvoeden in twee gezinnen meerkost beide ouders voldoende infrastructuur dubbele spullen aankopen: geen wekelijkse landverhuis extra verplaatsingen standaard = 30% maar aanpasbaar van 0 % tot 100 % Meerkost automatisch toegepast (tenzij op 0 gezet): stapsgewijze: afhankelijk van verblijfsregeling verblijfsregeling < 24,5 %: pro rata tussen 0 en gekozen % verblijfsregeling 24,5 %: 100 % gekozen % opm.: 24,5 % = 1 weekend op 2 en helft schoolvakanties Meerkost zelf bepalen (verder in programma): Mijn kind, duur kind?! meerkost op alle uitgaven (onlogisch) Standaard: meerkost op huisvesting, kleding, vervoer & communicatie Zelf uitbreiden naar andere kostenrubrieken Voorafgaandelijke keuzes % verdeling kostenrubriek (verder in programma): standaard = % verdeling volgens methode Renard zelf aanpassen: huishoudbudgetenquête 2004/2012 of vrije keuze Overheidstegemoetkoming per kind (kinderbijslag + studietoelage) Aanbevolen: bedragen per kind ingeven (volgens rang van kind) Of: zelf gelijk verdelen per kind (niet aanbevolen!) 11
Hulp in programmaschermen Variabele cijfers via tabtoets help/variabele cijfers indexcijfers gewone consumptie sinds september 2004 bedragen leefloon voorbeelden voordelen alle aard codes aanslagbiljet kostenverdeling: enkele uitgavenpatronen Hulp bij invullen via tabtoets help/hulp bij invullen handleiding via? knoppen: bijkomende toelichtingen Helpdesk: Gezinsbond: tel. 02 507 88 62 Ligue des Familles: tel. 02 507 72 11 I Beschikbaar gezinsinkomen Mogelijkheid inkomen van ouder af te toppen Via vrijgesteld gedeelte inkomen Reserve ouders: armoederisicodrempel (1.074 euro) of 50% inkomen Extra huisvestingskosten Onderhoudsbijdragen kind(eren) vorige relatie Leningslasten Ander vrijgesteld inkomen: zelf te bepalen Via spaarquote methode Renard: kinderkost stijgt mee met inkomen (onbeperkt) deel inkomen vrijstellen in kinderkostberekening procentueel of absoluut spaarbedrag Belangrijk aftopping inkomen via vrijgesteld gedeelte of via spaarquote beïnvloedt: wel werkelijke kost van het kind en dus ook onderhoudsbijdragen niet inkomensverdeling risico op misbruik/manipulatie om onderhoudsbijdragen te beperken II Overheidsondersteuning voor iedere ouder Welke ouder krijgt hoeveel? kinderbijslagen (90,28 tot 333,31 euro/maand) tot 861,11 euro/maand voor kind met zware handicap fiscaal voordeel kind ten laste (31,45 tot 243,89 euro/maand) kinderopvang inkomensgerelateerde ouderbijdrage Belastingvermindering 45 % opvangfactuur (tot 100,72 euro/maand) school- en studietoelage (tot 430,75 euro/maand) fiscaal voordeel aftrek onderhoudsbijdrage (tot 43,60 % van betaalde onderhoudsbijdragen) (bij maximale gemeentebelasting van 9 %) 12
III Inkomensverhouding tussen beide ouders methode Gezinsbond: onderhoudsgeldcalculator netto-inkomen van elke ouder bij elke ouder: leefloon aftrekken van inkomen: (leefloon alleenstaande, cat. 2) iedere ouder heeft recht op menswaardig bestaan geen invloed op berekening kosten van kinderen wel invloed op inkomensverdeling werkt in het voordeel van minstverdienende ouder optie: leefloon invullen als sparen ouders verlaagt kinderkost III Inkomensverhouding tussen beide ouders KEUZE (bedragen 01-09-2013): 1.074,00 euro = Europese armoederisicodrempel EU-SILC 2013 817,36 euro = leefloon alleenstaande zonder gezinslast standaard 1.089,82 euro = leefloon alleenstaande met gezinslast rekening houden met andere kinderen nieuw samengesteld gezin 544,91 euro = leefloon samenwonende rekening houden met schaalvoordeel werkende nieuwe partner 0,00 euro= geen verrekening leefloon omdat verrekening (nog) niet wettelijk voorzien is leefloon vrijgesteld tot eind 2014 bij invordering door OCMW/DAVO % aandeel van elke ouder in totaal inkomen na aftrek 2 x leefloon x % ouder 1 én (100 -x) % ouder 2 IV Werkelijke basiskost van een kind afhankelijk van: leeftijd van het kind aantal kinderen in gezin gezinsinkomen leeftijd van andere kinderen in het gezin berekend met: formule Renard equivalentieschaal Gezinsbond 13
IV Werkelijke basiskost van een kind basiskost (BKx) berekenen volgens formule Renard BK x = TNG x [CF x /(1 + Σ CF i )] x TNG CF x Σ CF i kind x totaal netto gezinsinkomen coëfficiënt kind x som van de coëfficiënten van alle kinderen coëfficiënten volgens equivalentieschaal Gezinsbond 0-25 jaar (i.p.v. 0-18 jaar, Renard) exclusief kinderopvang/onderwijs Equivalentieschaal Gezinsbond (excl. kinderopvang en onderwijs) leeftijd coëfficiënt leeftijd coëfficiënt leeftijd coëfficiënt 0-1 j. 0,1303 9-10 j. 0,1954 18-19 j. 0,2605 1-2 j. 0,1375 10-11 j. 0,2026 19-20 j. 0,2678 2-3 j. 0,1447 11-12 j. 0,2099 20-21 j. 0,2750 3-4 j. 0,1520 12-13 j. 0,2171 21-22 j. 0,2822 4-5 j. 0,1592 13-14 j. 0,2243 22-23 j. 0,2895 5-6 j. 0,1665 14-15 j. 0,2316 23-24 j. 0,2967 6-7 j. 0,1737 15-16 j. 0,2388 24-25 j. 0,3040 7-8 j. 0,1809 16-17 j. 0,2461 gemiddeld 0-25 jaar 8-9 j. 0,1882 17-18 j. 0,2533 0,21711 leeftijd in onderhoudsgeldcalculator = pro rata (dagbasis) netto maandinkomen leeftijdsklasse Wat kost een kind? basiskosten 2.133,03 (01-05-2015) minimumkost (gemiddeld) 1.500 2.133,03 2.400 3.500 werkelijke kost van een enig kind (gemiddeld per leeftijdsklasse) 0 t.e.m 5 jaar 316,54 193,83 275,63 310,14 452,27 6 t.e.m 11 jaar 409,12 241,40 343,28 386,24 563,27 12 t.e.m 17 jaar 501,69 285,62 406,16 456,99 666,45 18 t.e.m 24 jaar 601,94 330,14 469,47 528,22 770,33 gemiddeld 463,10 267,57 380,49 428,12 624,33 14
IV Werkelijke basiskost van kind Kostenrubrieken en onderlinge verdeling volgens Renard = alle basiskosten om kinderen groot te brengen = standaardinstelling in onderhoudsgeldcalculator 22,681 % wonen (eigen woning/woonkrediet of huishuur) 8,262 % energie 20,796 % voeding en lichaamsverzorging 10,448 % kleding en schoeisel 3,617 % gezondheidszorgen 15,773 % vervoer en communicatie 8,376 % cultuur en ontspanning 10,047 % sparen IV Werkelijke totale kost van kind basiskosten verhogen met specifieke kosten kinderopvang dagprijs = belastbaar jaarinkomen x tarief studiekosten studies HIVA en RUG (2000-2001-2007-2008) en CEBUD (2011) extra (medische) kosten optie om gemiddelde kost bij te sturen Studiekosten basisonderwijs (01-05-2015) kleuteronderwijs lager onderwijs basisindekoskost studie- index studie- okt/ 05 in euro april 15 in euro (schooljaar 2005-2006) 103,50 123,26 1 ste jaar 238,75 284,33 2 de jaar 247,24 294,44 3 de jaar 271,19 322,97 (schooljaar 2005-2006) 103,50 123,26 1 ste jaar 335,70 399,79 2 de jaar 283,88 338,08 3 de jaar 314,91 375,03 4 de jaar 312,78 372,50 5 de jaar 302,15 359,84 6 de jaar 415,79 495,17 Bron: HIVA, 2007 (indexatie studiedienst Gezinsbond) 15
secundair onderwijs Studiekosten secundair onderwijs (01-05-2015) index okt/ 06 in euro april 15 in euro (studiejaar 2006-2007) 104,75 123,26 1 ste graad 1 ste graad 870,21 1.023,98 2 de graad ASO 958,36 1.127,71 TSO 1.050,79 1.236,47 BSO 941,26 1.107,59 KSO 1.150,47 1.353,77 Bron: HIVA, 2008 (indexatie studiedienst Gezinsbond) Studiekosten secundair onderwijs (01-05-2015) secundair onderwijs index okt/ 06 in euro april 15 in euro (studiejaar 2006-2007) 104,75 123,26 3 de graad ASO 1.092,83 1.285,94 TSO 1.150,83 1.354,19 BSO 1.039,95 1.223,72 KSO 1.351,83 1.590,71 Bron: HIVA, 2008 (indexatie studiedienst Gezinsbond) Studiekosten hoger onderwijs(01-05-2015) basisindex studiekost studiekost basisindex studiekost studiekost basisindex studiekost index studiekost sept/ 98 in euro april 15 in euro hoger onderwijs thuiswonende student (academiejaar 1998-1999) 89,36 123,26 hogeschool 1 cyclus 1.928,36 2.659,91 hogeschool 2 cycli 2.328,51 3.211,86 universiteit 1.681,39 2.319,25 Bron: HIVA/RUG 2000 en Cebud 2011 (indexatie studiedienst Gezinsbond) 16
Studiekosten hoger onderwijs (01-05-2015) hoger onderwijs kotstudent basisindex studiekost index studiekost sept/ 98 in euro april 15 in euro (academiejaar 1998-1999) 89,36 123,26 hogeschool 1 cyclus 4.831,66 6.664,62 hogeschool 2 cycli 5.231,81 7.216,57 universiteit 4.584,67 6.323,93 Bron: HIVA/RUG 2000 en Cebud 2011 (indexatie studiedienst Gezinsbond) IV Totale kost van een kind (% kostenverdeling volgens huishoudbudgetonderzoeken 2004 en 2012) Rubriek Renard Huishoudbudgetonderzoek 2004 2012 Vlaanderen België Brussel Wallonië Wonen 22,681 25,172 28,593 28,899 31,859 28,443 Energie 8,262 4,432 6,555 7,048 7,504 7,743 Voeding & lichaamsverzorging 20,796 16,188 18,070 17,851 18,010 17,427 Kleding & schoeisel 10,448 4,286 8,333 7,388 6,157 6,173 Gezondheidszorg 3,617 5,051 5,106 5,093 6,029 4,772 Vervoer 12,632 14,542 14,250 17,887 15,773 16,341 Communicatie 2,852 2,919 3,190 2,948 Cultuur & ontspanning 8,376 14,374 17,860 16,270 13,002 14,608 Sparen 10,047 14,156 0,000 0,000 0,000 0,000 V Hoeveel betaalt iedere ouder? 1. verblijfsgebonden kosten huisvesting/wonen energie voeding principe: volgens verblijfsregeling ouder 1: x % ouder 2: (100% -x %) optie: huisvesting verdelen los van verblijfsregeling: 50 % - 50 % beide ouders extra inspanning 17
V Hoeveel betaalt iedere ouder? 2. niet verblijfsgebonden kosten kleding gezondheidszorgen vervoer en communicatie cultuur en ontspanning sparen 3. specifieke kosten studiekosten kinderopvang extra medische kosten: zware ziekte of handicap extra kosten (dure hobby, topsport ) volgens onderlinge afspraken tussen ouders VI Hoeveel moet iedere ouder betalen? naar evenredigheid van zijn/haar middelen (art 203 BW) d.w.z. volgens inkomen (beroepsinkomen, roerend en onroerend inkomen) alsook alle voordelen en andere middelen die hun levensstandaard en die van hun kinderen waarborgen volgens inkomensverdeling bv.: inkomensverdeling = 70 % - 30 % ouder 1 moet 70 % van de kinderkost betalen ouder 2 moet 30 % van de kinderkost betalen 3 mogelijkheden: in natura (verblijfsgebonden kosten) via niet-verblijfsgebonden kosten via onderhoudsbijdrage/extra storting kindrekening VII Verrekening = resultaat (cijfervoorbeeld) A: kostprijs alle kinderen samen = 2 272,26 euro B: totaal overheidstegemoetkomingen = 518,55 euro C: netto kostprijs alle kinderen samen = 1 753,72 euro (A-B) ouder 1 ouder 2 samen D: hoeveel betaalt iedere ouder? 1 318,38 953,88 2 272,26 B: overheidstegemoetkoming 518,55 0,00 518,55 E: eigen bijdrage per ouder D - B 799,83 953,88 1 753,71 F: inkomensverdeling 26,55 % 73,45 % 100 % G: hoeveel moet iedere ouder betalen? C x F 465,61 1 288,10 1 753,71 H: hoeveel betaalt iedere ouder te veel (+) of te weinig (-)? D - G 334,22-334,22 0,00 of ouder 2 betaalt 334,22 euro onderhoudsbijdrage aan ouder 1 ouder 2 stort 334,22 euro extra op de kindrekening 18
Aangepast cijfervoorbeeld (na verrekening fiscaal voordeel onderhoudsbijdrage) ouder 1 ouder 2 beroepsinkomen 1.250,00 2.000,00 marginale aanslagvoet 40 % 45 % gemeentebelasting (APB) 7,32 % 7,32 % berekend onderhoudsbijdrage + 334,22-334,22 fiscaal voordeel 0,00 129,13 verhoogd beroepsinkomen 1.250,00 2.129,13 aangepaste onderhoudsbijdrage + 389,69-389,69 Simulatie 1 kinderen: Cédric: 18 jaar, universiteit (kot) (kinderbijslag = 197,17 euro) Valérie: 11 jaar, 5 de lager (kinderbijslag = 226,90 euro) inkomen: 3.000 euro (vader) 1.500 euro (moeder) verblijfsverdeling: 50 % vader - 50 % moeder optie: verdeling niet verblijfgebonden/specifieke kosten: 1A: 50 % vader -50 % moeder onderhoudsbijdrage: vader betaalt 217,27 euro aan moeder 197,67 euro voor Cédric én 19,60 euro voor Valérie 1B: 0 % vader -100 % moeder onderhoudsbijdrage: vader betaalt 1.059,44 euro aan moeder 779,46 euro voor Cédric én 279,98 euro voor Valérie Simulatie 2 kind: Thibaut: 15 jaar, 2 de graad ASO (kinderbijslag =114,23 euro) inkomen: 2.000 euro (vader: samenwonend zonder kinderen) 2.000 euro (moeder: nieuw samengesteld gezin met kinderen) verblijfsverdeling: 24,5 % vader - 75,5 % moeder verdeling niet verblijfgebonden/specifieke kosten = verblijfsregeling Onderhoudsbijdrage: vader betaalt 297,74 euro aan moeder 19
Simulatie 3 kinderen: Sam: 7 jaar, 1 ste jaar lager onderwijs (kinderbijslag = 198,41 euro) Marie: 9 jaar, 3 de jaar lager onderwijs (kinderbijslag = 106,01 euro) inkomen: 3.000 euro (vader) 2.000 euro (moeder) + kinderbijslag voor 2 kinderen + 2 kinderen fiscaal ten laste verblijfsverdeling:sam 100 % bij vader - Marie 100 % bij moeder onderhoudsbijdrage Sam: moeder betaalt 441,38 euro aan vader onderhoudsbijdrage Marie: vader betaalt 426,38 euro aan moeder Simulatie 4 kinderen: Arthur: 22 jaar, universiteit (kot)(kinderbijslag = 117,88 euro) Julie: 21 jaar, hoger onderwijs 2 cycli (kot) (kinderbijslag = 227,98 euro) Emma: 17 jaar, derde graad ASO(kinderbijslag = 297,33 euro) Simon: 15 jaar, tweede graad ASO(kinderbijslag = 297,33 euro) inkomen: 90.000 euro belastbaar/jaar (vader) 60.000 euro belastbaar/jaar (moeder) verblijfsverdeling:100 % moeder verdeling niet verblijfgebonden/specifieke kosten: vader spaart 50% onderhoudsbijdrage:vader betaalt 2.977,52 euro aan moeder: 1.057,12 euro voor Arthur tot 25 jaar 982,04 euro voor Julie tot 25 jaar 477,72 euro voor Emma tot 18 jaar 460,64 euro voor Simon tot 18 jaar nauwkeurig en gebruiksvriendelijk Troeven onderhoudsgeldcalculator permanente actualisatie en update a.h.v. praktijksituaties studiedienst: inhoudelijk sociaal juridische dienst: praktijksituaties aanbevelingen/suggesties van gebruikers meerdere simulaties mogelijk berekeningen op PC bewaren: opslaan als xml-bestand eindrapport (Acrobat) opslaan/printen: opslaan als pdf democratische prijs: 15 euro lid Gezinsbond (niet lid 30 euro) helpdesk bij problemen: tel. 02 507 88 47 (installatie) -tel. 02 507 88 62 (vragen bij berekening) voorbehouden voor leden en professionele gebruikers ruim verspreid: al méér dan 6.700 cd-roms positieve reacties: ouders + rechtswereld 20
Onderhoudsgeldcalculator biedt oplossing aan kritieken op methode Renard baseert zich op alle inkomsten: bedrijfsinkomen, voordelen alle aard, onroerende en roerende inkomsten houdt rekening met deel van inkomen dat elke ouder voor zichzelf moet behouden om een kwaliteitsvol leven te leiden houdt rekening met fiscale aftrek van onderhoudsbijdrage: hogere draagkracht berekent niet alle kosten op basis van het inkomen, zoals studiekosten berekent een meerkost als gevolg van opvoeding in twee gezinnen verdeelt niet-verblijfsgebonden en specifieke kosten volgens onderlinge afspraken en niet automatisch volgens de verblijfsregeling laat toe om actuelere uitgavenpatronen op maat van gezin te gebruiken overschat onderhoudsbijdragen niet langer voor hoge inkomens door plafonnering inkomen via spaarquote baseert zich op effectieve kinderbijslag per kind: volgens zijn rang en leeftijd houdt rekening met andere overheidstegemoetkomingen zoals schoolen studietoelagen en fiscaal voordeel aftrek kinderopvang Bestellen? Tel.: 02 507 88 47 E-mail: studiedienst@gezinsbond.be 21