OUDERDESKUNDIG VERSLAG



Vergelijkbare documenten
ERVARINGSDESKUNDIG VERSLAG - DIENSTVERLENERS

Patiëntnummer: Geboortedatum: (dd/mm/jj) Initialen patiënt:... Datum afname test: T...

aanvullende info bij akabe

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Hulpmiddelen. Voor het invulschema is gebruik gemaakt van de 11 domeinen uit de zelfredzaamheidmatrix.

Wanneer zijn de kinderen klaar voor een zindelijkheidstraining? Kinderen zijn mogelijk klaar voor een zindelijkheidstraining wanneer ze:

Inhoud Verkorte matrix ontwikkelingsmijlpalen -

toont enthousiasme (lacht, kirt, trappelt met de beentjes)

Naam leerling. Zijn er bijzonderheden te vermelden over de zwangerschap en/of babytijd? Zo ja, welke?

Suc6 Cursussen voor mensen. Suc6 Cursusboek 2014/2015

Functioneringsinstrument NAH (FINAH)

Checklist Praktische Vaardigheden Wonen Voorbeeld: Arno

10 tips om je partner zo goed mogelijk te ondersteunen.

Persoonlijk communicatieboek van

CHECKLIST Praktische vaardigheden om op kot te gaan.

Wie-ik-ben-document. Extra informatie bij het referentiekader voor kwaliteit van leven, wonen en zorg voor personen met dementie

Checklist Praktische Vaardigheden Wonen *

(B.Vl.Reg. 19.I.1994) (B.S. 30.IV.1991)1. Art. 1.

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

SERVICE RESIDENTIE VOGELZANG TERVUURSESTEENWEG HEVERLEE Tel. 016/ BEWONERSPROFIEL

Sociale/pedagogische vragenlijst

AMIGA4LIFE. Hooggevoelig, wat is dat? T VLAARDINGEN

Ik hoop dat U veel plezier beleeft in het samen praten met uw kind.

U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.

PERSOONLIJKE GEGEVENS. Naam. Voornaam. Geboortedatum. Geslacht Man Vrouw. Telefoon (van de hotelgast) GSM (van de hotelgast) Adres (van de hotelgast)

AANMELDINGSFICHE SPEELPLEIN *...

Activiteitenboek SOM-J. Stip Observatie Methodiek-Jongeren

Beste ouders/verzorgers,

Verzorging Begeleiding Speciale Zorg Dagbesteding Hulp bij het huishouden

Tussendoelen sociaal - emotionele ontwikkeling: Omgaan met zichzelf

Naam kind: Adres: Postcode: Woonplaats: Telefoonnummer: Geboortedatum Verzekering: Nummer:

Inlichtingenfiche voor vormingen met overnachting

Repetitive Behavior Questionnaire 1. Bedankt dat u de tijd neemt om deze vragenlijst in te vullen

Het zindelijkheidstraining beleid is van toepassing op alle medewerkers in loondienst.

#Naam? Persoonlijke gegevens naam #Naam? voornaam: #Naam? geslacht: #Na. #Naam? geboortedatum. telefoon #Naam? tel werk: #Naam? gsm: #Naam? #Naam?

Info. Aanraken, knuffelen en meer... Informatie voor cliënten. Expertisecentrum voor epilepsie en slaapgeneeskunde

Gastouderbureau MijnGastouderopvang

Nieuwe wetten voor zorg en ondersteuning bij wonen en werken

Functioneringsinstrument NAH (FINAH)

Medische Fiche Zonnebloemkamp en Weekend

General information of the questionnaire

Vier op de tien slaapt slecht Bijlage

MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.

Epilepsie Groei-wijzer jaar: Goed bezig (voor ouders) Enkele tips: Naam:

Ontluikend leren. Een brochure voor ouders van kleuters

Geweld in huis raakt kinderen. Informatie en advies voor ouders. huiselijkgeweldwb.nl cent per minuut

Informatie voor ouders

De meeste kinderen worden vanzelf droog zonder dat je er als ouder een inspanning voor moet leveren. Plots komen ze zeggen ik moet pipi.

2 Ik en autisme VOORBEELDPAGINA S

Woordenkennis In Huis. Kaartenparen om het oefenen en het versterken van de woordenschat zowel receptief alsook productief. Bestelnummer

Slaapwel baby. Hoeveel slaapt een baby?

Aanmeldingsformulier vierjarigen

Vragenlijst intakegesprek

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan

Pakket 7 Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op begeleiding

Huisregels. voor. kinderen

Subject ID : Visit : Date : ST. GEORGE S RESPIRATORY QUESTIONNAIRE DUTCH FOR NETHERLANDS

VRAGENLIJST. Mantelzorger

HEB JE HUISWERK VANDAAG?

Assistentierooster 1

Cliëntondersteuner (naam, organisatie):

Stappen naar zelfstandigheid (uitkomsten workshop 22 april 2008)

Joop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop. De Zakdoekknoop.

Lesbrief. Voetstappen Kader Abdolah

ZELFEVALUATIEFORMULIER VOOR PALS

Persoonsgegevens. Adresgegevens. Post. Pagina 1 / 7. Gelieve deze fiche ingevuld terug te sturen naar: ROeTSJ, Tiensesteenweg 63, 3000 Leuven

mantelzorg boek In geval van nood Belangrijke informatie voor de vervangende (mantel)zorger

Tevredenheid deelnemers woon-zorgboerderijen

Afspraken met het Zorgkantoor Wij hebben met het zorgkantoor de volgende ZZP-en afgesproken en met deze ZZP-en kunt u bij ons terecht:

Wie/Waar GSM / Telefoonnummer adres. Heeft het kind de toestemming om het speelplein alleen te verlaten? Ja/neen (schrappen wat niet past)

Begeleidingsdoelen voor het zelfstandig wonen bij: Huisnummer:. Kamernummer:

Informatie en advies voor ouders

Checklist Zorgoverdracht bij Respijtzorg

boek mantelzorg In geval van nood Belangrijke informatie voor de vervangende (mantel)zorger

Algemene informatie Naam van uw kind:... jongen / meisje Geboortedatum:... Zorgverzekeraar:... Adresgegevens:... BSN nr:... Relatienr:...

AANMELDINGSFICHE. Aanmeldingsfiche Naam kind:

Epilepsie Groei-wijzer 7-11 jaar: Klaar voor de start

Inschrijfformulier Wilt u dit formulier zo spoedig mogelijk terugzenden aan: Mevr. H. de Jong, Windmolen 101, 2986 TL Ridderkerk,

Checklist Zorgoverdracht bij Respijtzorg

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

QuickScan Zelfredzaamheid Wonen bij langdurige zorg QuickScan: een instrument dat de zelfredzaamheid van de cliënt inzichtelijk maakt

Waar gaan we het over hebben?

Slaapproblemen. GGD Regio Nijmegen

Weekprogramma: 1 jaar Zichzelf in de spiegel bekijken en gezichtsuitdrukkingen nadoen

Vragenlijst voor ouders / verzorgers

Hooggevoelige kinderen. Joke Klein Ikkink 27 maart 2014

Vragenlijst Prettig Schoolgaan versie voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs

Partner. Werk en opleiding. Ik wil graag: Ik wil graag:

Onzichtbare koffer WERKBLAD 1. De onzichtbare koffer van. Overtuigingen over zichzelf: Overtuigingen over anderen: Overtuigingen over de wereld:

Vraag-sleutel. Vraag-sleutel

Checklist bij het tijdelijk overdragen van zorg

Thema's per klas die aangeboden worden in de methode:

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

Waar gaan we het over hebben?

Visietekst de Boomgaard Op het potje!

Informatie over afasie. Afdeling logopedie

Thema Op het werk. Lesbrief 13. Hoe werkt de machine?

Beste reiziger/ouder(s)/voogd,

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Transcriptie:

OUDERDESKUNDIG VERSLAG Naam van onze zoon/dochter met autisme: Geboortedatum: Leeftijd: Huidige datum: Naam ouder(s): Adres: Telefoon: 1

INHOUD 1. COMMUNICATIE 1.1. Hoe wij onze zoon/dochter thuis iets duidelijk maken 1.2. Wat onze zoon/dochter begrijpt 1.3. Welke tijdsbegrippen onze zoon/dochter begrijpt 1.4. In welke situaties onze zoon/dochter (lichaams)taal begrijpt 1.5. Welke hulpmiddelen wij thuis gebruiken om onze zoon/dochter iets duidelijk te maken 1.6. Hoe wij thuis gebeurtenissen en activiteiten aan onze zoon/dochter aankondigen 1.7. Hoe onze zoon/dochter ons iets duidelijk maakt 1.8. Wat onze zoon/dochter ons duidelijk maakt 1.9. Aan welke woorden/zinnen onze zoon/dochter een eigen betekenis geeft 1.10. Welke hulpmiddelen onze zoon/dochter thuis gebruikt om ons iets duidelijk te maken 2. ZELFSTANDIGHEID 2.1. Eten en drinken 2.2. Aankleden 2.3. Uitkleden 2.4. Lichaamsverzorging 2.5. Toiletgebruik 2.6. Huishoudelijke vaardigheden 3. VRIJE TIJD: Hoe onze zoon/dochter zijn/haar vrije tijd thuis invult 4. SOCIAAL GEDRAG 4.1. Gedrag: algemeen 4.2. Welk gedrag onze zoon/dochter vertoont als hij/zij angstig is of in paniek raakt en hoe wij daar thuis mee omgaan 4.3. In welke omstandigheden onze zoon/dochter zijn/haar angst op zichzelf of anderen afreageert en hoe wij daar mee omgaan 5. MAATSCHAPPELIJK FUNCTIONEREN 5.1. Veiligheid in het verkeer 5.2. Veiligheid thuis 5.3. Op stap gaan 5.4. Omgaan met geld 5.5. Ontspanning en recreatie 2

6. SEKSUALITEIT EN RELATIES 6.1. Seksuele voorlichting 6.2. Seksuele relaties 6.3. Zelfbevrediging 6.4. Afspraken i.v.m. seksualiteitsbeleving 7. MEDICATIE 8. ETEN EN DRINKEN 9. SLAPEN 10. AANVULLENDE INFORMATIE Meer informatie bij: ISBN 90-804280-3-5 Vlaamse Vereniging Autisme (ouder-en familievereniging) Vlaamse Dienst Autisme Groot Begijnhof 14, 9040 GENT Groot Begijnhof 14, 9040 GENT Autismetelefoon: 078/152.252 vva@autismevlaanderen.be 09/238.18.18 3

1. COMMUNICATIE 1.1. Wij maken onze zoon/dochter THUIS iets duidelijk door: ja neen opmerkingen uitgebreid taalgebruik en meervoudige opdrachten b.v. ga je eerst wassen, dan je pyjama aandoen en dan naar bed praten in telegramstijl b.v. nu gaan slapen één- of tweewoord zinnen b.v. slapen demonstraties b.v. iets voordoen... gebaren b.v. wijzen, aantikken, iets voordoen... 1.2. Onze zoon/dochter begrijpt: niet alleen wat mensen letterlijk zeggen, maar ook wat ze bedoelen b.v. Het is tijd waarmee bedoeld wordt: Ga je wassen, tanden poetsen en naar bed. b.v. Stop daar nu mee, waarmee bedoeld wordt: Stop met het stellen van steeds diezelfde vraag. taal ook in een drukke omgeving (als er veel prikkels zijn) b.v. woorden met verschillende betekenissen b.v. oor, blad, kopje 4

figuurlijk taalgebruik b.v. ik val op u, speel niet met mijn voeten taal die gevoelens uitdrukt b.v. nu ben ik boos, een verdrietige gelaatsuitdrukking 1.3. Onze zoon/dochter begrijpt volgende tijdsbegrippen: wachten een bepaalde tijdsaanduiding b.v. om 5 uur onze zoon/dochter kan een analoge klok (met wijzers) lezen en begrijpen onze zoon/dochter kan een digitale klok (met cijfers) lezen en begrijpen straks vanmiddag morgen, overmorgen gisteren, eergisteren volgende of vorige week volgende of vorige maand volgend of vorig jaar 1.4. Onze zoon/dochter begrijpt (lichaams)taal ook in de volgende situaties: de (lichaams)taal van vreemde personen b.v. een oppas, een stagiair, een nieuwe opvoedster, een familielid dat niet zo vaak langs komt in een vreemde omgeving b.v. op uitstap, in de bus, bij familie, op restaurant 5

als de routine verandert b.v. begrijpt de opdracht Eerst naar bad en dan eten ook terwijl het gewoonlijk andersom is als er geen visuele, zichtbare informatie aanwezig is b.v. hij/zij begrijpt de opdracht "poets je tanden, ook als er geen tandenborstel te zien is als er andere woorden of een andere zinsbouw gebruikt wordt b.v. hij/zij begrijpt Wil je de tafel dekken? ook, terwijl er gewoonlijk gezegd wordt: Jan, dek de tafel a.u.b. als er een andere intonatie gebruikt wordt b.v. begrijpt dat iemand boos is, ook al spreekt die persoon niet op een boze manier andere 1.5. Om onze zoon/dochter thuis iets duidelijk te maken, gebruiken wij volgende hulpmiddelen om onze taal te ondersteunen: voorwerpen werkwijze b.v. pyjama we tonen hem/haar de pyjama om aan te kondigen dat het bedtijd is b.v. wc-rol we geven hem/haar de wc-rol in zijn/haar handen om hem/haar naar het toilet te laten gaan 6

tekeningen en foto s b.v. tekening van een bed b.v. foto van een toilet werkwijze we geven hem/haar de tekening om aan te kondigen dat het bedtijd is de foto hangt op een dagschema in de keuken en hij/zij neemt die eraf en stopt die in een doosje onder aan het schema We kondigen met tekeningen of foto s... (aantal) activiteiten tegelijkertijd aan. Opmerkingen: De foto s en tekeningen zijn in bijlage te vinden: ja / neen We gebruiken foto s en tekeningen voor een (kruis aan): half dagschema volledig dagschema weekschema maandschema 7

geschreven taal We maken onze zoon/dochter iets duidelijk met behulp van geschreven taal: werkwijze B.v. een agenda waar wij het verloop van een dag invullen We kondigen met geschreven taal... (aantal) activiteiten tegelijkertijd aan. Opmerkingen: Methode: 1.6. Om onze zoon/dochter thuis iets duidelijk te maken, kondigen wij het volgende aan: wat er gaat gebeuren (de activiteit zelf) wanneer dat zal gebeuren (het tijdstip) hoelang het zal duren wanneer het gedaan zal zijn met wie de activiteit zal doorgaan, wie er allemaal zal bij zijn waar de activiteit zal doorgaan wat er daarna zal gebeuren waarom het zal gebeuren Opmerkingen: Hoe lang op voorhand kondigen wij activiteiten aan? Net ervoor, een uurtje op voorhand, een dag op voorhand, een week... 8

1.7. Onze zoon/dochter maakt ons iets duidelijk door: ja neen opmerkingen vlot te spreken in volzinnen in telegramstijl te spreken, b.v. Jan wil eten! met één woord zinnen te spreken b.v. eten! gebaren te gebruiken b.v. wijzen, reiken naar, tonen ons bij de hand te nemen en ons naar de plaats te brengen waar hij/zij iets wil hebben een voorwerp vast te nemen (of er tegen te tikken) en het ons te brengen geluiden te maken driftbuien te kijken naar de persoon naar voorwerpen gericht en gedurende enige tijd kijken ongericht en vluchtig kijken gedrag met het eigen lichaam b.v. knarsetanden, wegkijken, grimassen, ademhalingsritme, op en neer springen 9

1.8. Onze zoon/dochter kan het volgende duidelijk maken: ja neen hoe doet hij/zij dat? wat er gebeurd is (b.v. op school) hoe hij/zij zich voelt (blij, verdrietig...) dat hij/zij ziek is en waar hij/zij pijn heeft wanneer hij/zij iets niet wil andere 10

1.9. Persoonlijk woordenboek van onze zoon/dochter: Onze zoon/dochter geeft aan woorden/zinnen/voorwerpen/gebaren een eigen betekenis. B.v. zegt: kraan als zij wil drinken, gaat voor het raam staan als hij wil wandelen, zegt altijd buikpijn als zij zich ziek voelt... Voorbeelden bij onze zoon/dochter: Zin / woord / gebaar / voorwerp / gedrag betekenis 1.10. Onze zoon/dochter gebruikt THUIS volgende hulpmiddelen om iets duidelijk te maken: Voorwerpen b.v. als ons kind een boterham wil, geeft het ons de confituur 11

foto s/tekeningen b.v. op tafel liggen een aantal foto s; zij geeft ons telkens dié foto waarop staat wat zij wil geschreven taal b.v. op tafel ligt een lijstje waarop alle soorten broodbeleg zijn geschreven; zo weet hij tussen welke soorten hij kan kiezen en kan hij er spontaan om vragen andere Aanvullingen in verband met communicatie: 12

2. ZELFSTANDIGHEID 1 = onze zoon/dochter kan deze activiteiten volledig zelfstandig uitvoeren 2 = ik blijf in de directe omgeving en geef regelmatig aanwijzingen 3 = ik voer de volledige activiteit samen met onze zoon/dochter uit (aankruisen wat van toepassing is) 2.1. Eten en drinken 1 2 3 opmerkingen eten met een lepel eten met een vork eten met mes en vork snijden met een mes boterham smeren met kleine hoeveelheden eten uit beker/glas drinken glas vullen aan de kraan glas vullen uit een fles aan tafel blijven zitten servet gebruiken zichzelf bedienen andere 13

2.2. Aankleden 1 2 3 opmerkingen slip aantrekken onderhemd aantrekken b.h. aantrekken trui of T- shirt aantrekken rits sluiten knopen dichtdoen drukknopen sluiten broek aantrekken jas uitdoen sokken aantrekken schoenen aantrekken veters strikken gesp sluiten velcro sluiten andere 14

2.3. Uitkleden 1 2 3 opmerkingen slip uittrekken onderhemd uittrekken b.h. losmaken trui of T- shirt uittrekken rits openen knopen losknopen drukknopen openen broek uittrekken jas uittrekken sokken uittrekken schoenen uittrekken veters losmaken gesp openen velcro losmaken andere 15

2.4. Lichaamsverzorging 1 2 3 opmerkingen handen wassen gezicht wassen bad nemen douchen tanden poetsen haren kammen/borstelen haren wassen haren drogen oren reinigen nagels schoon maken nagels knippen neus snuiten scheren zorg bij menstruatie andere 16

2.5. Toiletgebruik 1 2 3 opmerkingen overdag naar het toilet gaan zindelijk overdag: ja / neen draagt pampers: ja / neen verzorging: s nachts naar het toilet gaan zindelijk s nachts: ja / neen draagt pampers: ja / neen verzorging: vragen om naar het toilet te gaan broek naar beneden en weer aantrekken rechtstaand plassen (jongens) toiletpapier gebruiken toilet doorspoelen 17

handen wassen en afdrogen andere 2.6. Huishoudelijke vaardigheden tafel dekken 1 2 3 opmerkingen tafel afruimen tafel afvegen afwassen afdrogen vaatwasmachine inladen vaatwasmachine uitladen bestek/borden enz. in de kasten stoffen stofzuigen vloer vegen dweilen ramen wassen 18

bedden aftrekken bedden opmaken schoenen poetsen was ophangen was afhalen was sorteren was vouwen strijken kleding in kasten leggen meehelpen eten maken menu opmaken planten verzorgen dieren verzorgen boodschappen doen betalen in de winkel andere Aanvullingen in verband met zelfstandigheid: 19

3. VRIJE TIJD a = onze zoon/dochter doet deze activiteit zéér graag b = onze zoon/dochter doet deze activiteit graag c = onze zoon/dochter doet deze activiteit minder graag 1 = onze zoon/dochter doet deze activiteit alleen 2 = onze zoon/dochter doet deze activiteit met begeleiding 3 = onze zoon/dochter doet deze activiteit niet a b c activiteit opmerkingen hoelang 1 2 3 fietsen zwemmen wandelen trampoline springen lezen welk soort lectuur (boeken, strips, magazines,...): t.v./ video kijken welke programma s: muziek beluisteren welke: b.v. weigert koptelefoon te gebruiken 20

a b c activiteit opmerkingen hoelang 1 2 3 computerspelletjes welke: naar de speeltuin gaan op welke speeltuigen speelt uw kind: sporten welke: hobby s welke: puzzelen welke: lotto: welke: lego b.v. maakt steeds hetzelfde andere Aanvullingen in verband met vrije tijd 5b.v. bepaalde rituelen in verband met vrije tijd / 21

4. SOCIAAL GEDRAG 4.1. Gedrag: algemeen ja neen hoe? onze zoon/dochter reageert op zijn/haar naam onze zoon/dochter verdraagt kinderen in dezelfde ruimte onze zoon/dochter verdraagt volwassenen in dezelfde ruimte onze zoon/dochter verdraagt fysieke hulp onze zoon/dochter verdraagt aanrakingen onze zoon/dochter laat zich troosten onze zoon/dochter kan in groep eten zo neen, thuis lossen we dat zo op: onze zoon/dochter kan zichzelf verdedigen onze zoon/dochter vindt het leuk samen met anderen allerlei activiteiten te doen indien ja, welke activiteiten: onze zoon/dochter spreekt andere mensen aan indien ja, waarover: 22

onze zoon/dochter kan het aan zijn/haar beurt af te wachten onze zoon/dochter houdt rekening met andere mensen onze zoon/dochter signaleert als hij/zij last heeft van dingen die andere mensen zeggen of doen onze zoon/dochter begrijpt beloningen en straffen 4.2. Onze zoon/dochter kan angstig zijn en/of in paniek raken en vertoont dan volgend gedrag: b.v. is bang voor blaffende honden en loopt dan weg zonder iemand te verwittigen opmerkingen: wat doe ik dan als ouder b.v. walk-man tijdens het wandelen; indien toch nog in paniek: bij de hand nemen en stevig doorstappen - vooral niet praten! 23

4.3. In volgende omstandigheden kan onze zoon/dochter zijn/haar angst op zichzelf of anderen afreageren: (b.v. slaan/bijten, met voorwerpen gooien...) opmerkingen: wat doe ik dan als ouder Aanvullingen in verband met sociaal gedrag: b.v. bepaalde sociale rituelen, ruikt aan nieuwe mensen enz. 24

5. MAATSCHAPPELIJK FUNCTIONEREN 1 = onze zoon/dochter kan deze activiteiten volledig zelfstandig uitvoeren 2 = ik blijf in de directe omgeving en geef regelmatig aanwijzingen 3 = ik voer de volledige activiteit samen met onze zoon/dochter uit (aankruisen wat van toepassing is) 5.1. Veiligheid: verkeer 1 2 3 opmerkingen op het voetpad blijven bij begeleider blijven veilig oversteken zebrapad gebruiken veilig in en uit autobus veiligheidsgordel dragen andere 5.2. Veiligheid: thuis 1 2 3 opmerkingen kan zonder toezicht thuis zijn kent gevaren in huis andere 25

5.3. Op stap gaan 1 2 3 opmerkingen vindt de weg in de onmiddellijke omgeving van thuis vindt de weg in een vreemde omgeving maakt gebruik van het openbaar vervoer (trein, tram, bus) komt op tijd op school of het werk komt op tijd terug naar huis houdt de tijd in het oog als hij/zij op stap is houdt zich aan de gemaakte afspraken b.v. omtrent uur van thuiskomst vraagt informatie aan andere mensen b.v. de weg, het uur kent eigen voornaam, naam, adres en telefoonnummer kan noodinformatie verstrekken aan anderen, zoals naam en adres, als hij/zij b.v. verloren gelopen is maakt gebruik van de telefoon, indien nodig andere 26

5.4. Omgaan met geld 1 2 3 opmerkingen kan kleine aankopen doen in een winkel in de buurt (bakker, slager,...) beheert eigen zakgeld spaart om dingen aan te kopen die hij/zij graag zou willen beheert een eigen zichtrekening heeft een eigen bankkaart en gebruikt die zoals het hoort beheert volledig eigen financiën 27

5.5. Ontspanning en recreatie 1 2 3 opmerkingen neemt deel aan de activiteiten van een club of vereniging gaat alleen op stap (bioscoop, sportwedstrijden, café...) gaat samen met leeftijdsgenoten op stap (bioscoop, sportwedstrijden, café...) andere Aanvullingen in verband met maatschappelijk functioneren: 28

6. SEKSUALITEIT EN RELATIES Ouders van een (rand)normaal begaafde zoon of dochter maken best zelf uit of en in welke mate ze hun zoon of dochter betrekken bij het invullen van dit luik. Hetzelfde geldt voor de beslissing of hun zoon of dochter op de hoogte is van het feit dat deze informatie wordt doorgegeven. 6.1. Seksuele voorlichting onze zoon/dochter is ingelicht omtrent: verschillende soorten relaties zoals vriendschappelijke relatie, seksuele relatie, al dan niet samenwonen, huwelijk, samen kinderen hebben... betekenis van seksualiteit binnen een relatie ja neen weet ik niet nog niet van toepassing opmerkingen lichamelijke ontwikkeling van jongens lichamelijke ontwikkeling van meisjes kennis van geslachtsorganen en hun funktie menstruatiecyclus persoonlijke seksuele hygiëne gynaecologisch onderzoek zelfbevrediging ejaculatie seksualiteit met een partner homoseksualiteit voorbehoedsmiddel zwangerschap, geboorte (ouder zijn en alle verantwoordelijkheden hierbij?) sterilisatie 29

seksueel misbruik seksueel overdraagbare aandoeningen (soa) voorkomen van soa andere Eventuele bijkomende informatie bij uw antwoorden over seksuele voorlichting: 6.2. Seksuele relatie onze zoon/dochter: praat over verliefd worden (en met wie) ja neen weet ik niet nog niet van toepassing opmerkingen is (geregeld) verliefd gaat uit met een vriend(in) kan op een sociale manier met zijn/haar verliefdheid omgaan vertoont probleemgedrag t.o.v. de persoon waarop hij/zij verliefd is wordt eerder verliefd op details (haarkleur, geur, oorbellen...) dan op de persoon zelf wenst een vaste relatie met een vrouw wenst een vaste relatie met een man 30

wenst seksueel contact met een vrouw wenst seksueel contact met een man heeft een vriendschappelijke (vaste) relatie heeft seksuele relatie(s) kan op een gepaste manier met seksuele opwinding omgaan (zo neen, beschrijf het probleemgedrag) vertoont rituelen op seksueel vlak (zo ja, beschrijf de rituelen) Eventuele bijkomende informatie bij uw antwoorden over seksuele relatie: 31

6.3. Zelfbevrediging. Onze zoon/dochter: is geïnteresseerd in het eigen lichaam maar niet direct gericht op zelfbevrediging ja neen weet ik niet nog niet van toepassing opmerkingen vertoont geen interesse voor zelfbevrediging doet pogingen maar komt niet tot zelfbevrediging heeft hulp nodig gebruikt voorwerpen om tot zelfbevrediging te komen (welke?) geraakt gefrustreerd bij seksuele opwinding wordt agressief wanneer het hem/haar verboden wordt bevredigt zichzelf in het openbaar bevredigt zichzelf in het bijzijn van andere mensen bevredigt zichzelf op ongepaste tijdstippen bevredigt zichzelf op ongepaste plaatsen bevredigt zichzelf en vraagt onbekenden om hulp heeft specifieke rituelen om zichzelf te bevredigen (indien ja, beschrijf de rituelen) Eventuele bijkomende informatie bij uw antwoorden over zelfbevrediging: 32

6.4. Afspraken in verband met seksualiteitsbeleving en relaties Hieronder staan de afspraken die wij met onze zoon/dochter reeds gemaakt hebben / zouden willen maken (kruis aan wat past). zelfbevrediging (waar, wanneer, hoe vaak, hoe, hygiëne...) Afspraak reeds gemaakt Afspraak nog niet gemaakt maar wenselijk uitgaan (wanneer, hoe vaak, hoe lang, met wie, waar naartoe...) relatie (wat kan/mag of niet, welke vormen van seksueel contact worden toegelaten, blijven slapen...) andere: 33

7. MEDICATIE s morgens uur welke medicatie dosis hoe toedienen nevenwerkingen s middags s avonds slapen gaan Naam + tel. behandelende arts:... 34

8. ETEN EN DRINKEN soort vindt onze zoon/ dochter lekker eet dit zonder problemen vindt onze zoon/dochter niet lekker Eetrituelen: B.v. drinkt glas altijd in één keer leeg, eet alleen als het voedsel in 3 hoopjes verdeeld ligt (aardappelen, groenten, vlees),... 35

9. SLAPEN Onze zoon/dochter gaat gewoonlijk slapen rond... uur. slaapt thuis alleen op een kamer ja neen opmerkingen kan met andere kinderen op dezelfde kamer slapen zijn/haar kamerdeur mag open blijven zijn/haar kamer is verduisterd volgt een slaapritueel als volgt: heeft bepaalde slaapgewoontes als volgt: komt s nachts uit zijn/haar kamer we gaan daar als volgt mee om: wordt s nachts wakker we gaan daar als volgt mee om: gaat s nachts naar het toilet als volgt: 36

10. AANVULLENDE INFORMATIE 37