Speech Patrick Brandt Symposium Nederlands Polair Programma 1 november 2013 Ik zou u iets vertellen over de Arctische Raad. Laat ik even teruggaan naar de Koude Oorlog toen actieve samenwerking tussen de acht Arctische Staten onmogelijk was totdat Gorbatsjov in 1987 opriep tot pan- Arctische samenwerking. Daarna ging het snel, in 1991 werd de Arctic Environmental Protection Strategy geformuleerd, die al in 1996 leidde tot de oprichting van de Arctische Raad. Nederland was al waarnemer bij de Arctic Protection Strategy en werd daarmee meteen de eerste waarnemer bij de Raad. Deze Raad had en heeft 8 leden. Ik noem ze even op CAN, VS, DK (vanwege GRO), IJSL, NOR, ZWE, FIN en RF. Het aantal waarnemers heeft zich ondertussen wel uitgebreid: NL gevolgd door DUI, POL, VK, FR en SPA terwijl daar in mei jl. bij gekomen zijn IT, CHIN, Z-KOR, JAP, SIN en IND. Deze toename reflecteert de toegenomen dynamiek rond de Noordpool als gevolg van de klimaatverandering. In de tijd van de oprichting van de AR was de Noordpool te vergelijken met de bekende sleeping beauty. Er veranderde nog praktisch niets. Niettemin beschikte de AR vanaf het begin over een strategie die een belangrijke rol zouden spelen in de afgelopen jaren en nog steeds doet. In de kern komt het neer op samenwerking en coördinatie tussen de Arctische Staten, tezamen met hun inheemse bevolking, en vooral gericht is op duurzame ontwikkeling en milieubescherming. Tevens werd toen al de verspreiding van informatie en de bevordering van onderwijs en van publieke belangstelling voor de Noordpool gelanceerd.. Terugkijkend valt een aantal zaken op: - Militaire veiligheid valt nog steeds buiten het mandaat van de raad en dat zal wel zo blijven. - Terwijl de focus in eerste instantie vooral op bescherming van het milieu was gericht, is er a.g.v. klimaatverandering steeds meer oog voor economische mogelijkheden en activiteiten - De belangenbehartiging van de Arctische inheemse bevolking krijgt nog altijd veel aandacht maar verschilt per land en staat onder druk door alle veranderingen. - Er is de laatste jaren veel meer nadruk op een goede externe communicatie i.v.m. de wereldwijd toegenomen belangstelling voor de Noordpool. De AR is inmiddels uitgegroeid tot het belangrijkste intergouvernementele circumpolaire forum op de Noordpool. Dat bleek maar weer op 15 mei jl. in Kiruna (ZWE) tijdens de 2-jaarlijkse ministeriële in aanwezigheid van o.a. State Secretary Kerry en de Russische Minister van Buitenlandse Zaken Lavrov. Om de Noordpool te besturen zijn de Arctische Staten veroordeeld tot elkaar en biedt constructieve samenwerking binnen de R de beste garantie tegen inmenging door andere landen. De AR beschikt daartoe over een zestal werkgroepen die zich bezig houden met: - duurzame ontwikkeling (Sustainable Development WG) - Arctische monitoring en beoordeling van b.v. kwik en radioactiviteit in voedsel en het milieu (Arctic Monitoring and assessment Programme) - Behoud van flora en fauna (Conservation of Arctic Flora and Fauna) - Bescherming van het Arctische marine milieu (Protection of the Arctic Marine Environment) - Het opruimen van riskante vervuiling zoals PCB S(Arctic Contaminants Action Programme), en - Preventie en bestrijding van olievervuiling op zee (Emergency Prevention Preparedness and Response) De veranderingen op de Noordpool gaan vooral de laatste vier jaar steeds sneller wat de behoefte verklaart aan steeds meer onderzoek als basis voor besluitvorming. Ten behoeve daarvan komen de werkgroepen goed van pas en worden de waarnemers met hun wetenschappers en financiering verwelkomd. Tweemaal per jaar worden de resultaten van al het onderzoek beoordeeld, allereerst in de werkgroepen en vervolgens op de zgn. Senior Arctic Officials bijeenkomsten waar het advies van de experts getoetst wordt aan de beleidsprioriteiten van de Arctische Staten. Tenslotte worden de aanbevelingen in het 1 e jaar van elk voorzitterschap voor afzegening voorgelegd aan de deputy ministers, of indien heel belangrijk, tegen het 1
einde van het voorzitterschap aan de ministers. Zo werden in 2011 en 2013 resp. overeenkomsten aangenomen over Search and Rescue en over Marine Oil Pollution Preparedness and Response. Aan dit laatste onderwerp, dat nu ter ratificatie in de nationale parlementen voorligt, heeft o.a. Shell meegewerkt. Met de mogelijkheden op termijn van olie- en delfstofwinning op zee (rare earths), transport om de Noord en visserij is er de laatste jaren dus een verschuiving gekomen in de aandacht, maar tegelijkertijd wordt beseft dat de instandhouding van het milieu in dit gebied van levensbelang is en niet alleen voor de inheemse bevolking. Het is in dit spanningsveld dat de Raad opereert om een veilige en goed bestuurde regio te bevorderen. De Nederlandse betrokkenheid bij de Raad sluit daar nauw op aan: als zeevarende natie en met een belangrijke olie en gas sector profileert ons land zich tegelijkertijd door wetenschappelijke ondersteuning van genoemde werkgroepen en die vooral gericht zijn op de milieu en gezondheid kant. Voor wat betreft de niet-arctische Staten is het begrijpelijk dat de nieuwe waarnemers zo dicht mogelijk tegen de AR willen aanschurken en de Arctische Staten voor zich proberen te winnen. Immers de veranderingen die zich op de Noordpool voordoen zijn van belang voor een groot deel van de wereld. Die wereld heeft overigens ook bijgedragen aan de vervuiling van de Noordpool met kwik en roet. Zo is China al op bezoek geweest in GRO waar het veel belangstelling heeft getoond voor de mijnbouw. Met IJsland heeft het in april 2013 een vrijhandelsverdrag gesloten, evenals een samenwerkingsovereenkomst voor de Noordpool. China is natuurlijk ook geïnteresseerd in energiebronnen en onderzoeksfaciliteiten. China s ijsbreker Xue Long (vrij vertaald het sneeuwdraakje) heeft de Noordpool al enkele malen bezocht en een nieuwe ijsbreker komt in 2014 in de vaart. Het land verwacht immers grote besparingen bij de scheepvaart om de Noord. Japan, met zijn ambassadeur voor Arctische aangelegenheden, is eveneens geïnteresseerd in navigatie door het Polaire gebied en in delfstoffen, terwijl Singapore s belangstelling gestoeld is op diens offshore en mariene industrie. Zelfs het verre India kijkt naar de ervaringen die op de Noordpool worden opgedaan met het smelten van het ijs, om daar lessen uit te trekken voor vergelijkbare ontwikkelingen in het Himalaya gebergte, ook wel genoemd de 3 e pool. Daarnaast laat de toekomstige olie- en gaswinning op de Noordpool India toch ook niet onberoerd. Terug naar de AR, er wordt sinds enige jaren hard gewerkt aan de professionalisering van de administratieve organisatie. De Raad heeft b.v. sinds begin dit jaar een permanent secretariaat in Tromsoe. De Raad beschikt momenteel over een heuse communicatiestrategie, mede om disinformatie in de pers voor te zijn. Besluitvorming vindt plaats bij consensus, maar er is nog weinig controle op naleving van de besluiten. Het voorzitterschap rouleert elke 2 jaar, dus in mei jl. is elke Arctische Staat een keer voorzitter geweest. Momenteel is CAN opnieuw aan de beurt. Op de afgelopen SAO vergadering in Whitehorse, midden in het Canadese Arctische gebied, kwam een aantal onderwerpen aan de orde uit het Canadese Voorzitters programma. Veel daarvan is een voortzetting van het Zweedse programma, zoals de realisering van de Polar Code en een actieplan ter voorkoming van marine olievervuiling. Nieuw accenten betreffen de oprichting van een circumpolair zaken forum, m.n. van belang voor het midden en kleinbedrijf en aanbevelingen voor de integratie van traditionele kennis. Opvallend is de context waarin het Voorzitterschap opereert. Elke voorzitter moet in meerdere of mindere mate rekening houden met de invloed van de inheemse bevolking in eigen land. In CAN is die heel groot, in RUS veel kleiner. Het voorzitterschap zal als procesbewaker de verschillende partijen proberen aan te sturen zodat studies en aanbevelingen tijdig gereed zijn en ondersteund worden door alle Arctische Staten. Er komt geen informatie naar buiten over gevoelige onderwerpen, zolang daarover geen besluit is genomen. Dit hangt samen met de onvoorspelbare uitkomst van besluitvorming bij consensus. Zo was het in Kiruna een verrassing dat de EU in de wachtkamer werd gezet door CAN vanwege het EU-importverbod op zeehondenhuiden in 2010. Rest mij nog iets te zeggen over de Nederlandse rol. Afgezien van de Nederlandse steun aan de 3 werkgroepen CAFF, AMAP en SDWG heeft NL bovendien bijgedragen aan haalbaarheidsstudies over de opruiming van PCB vervuiling in RUS in 1998. In 2005 hadden verscheidende Nederlandse onderzoekers een aandeel in het onder auspiciën van de Raad in samenwerking met IASC verschenen Arctic Climate Impact Assesment rapport. Tevens vindt sinds 1995 Nederlands polair onderzoek plaats op het onderzoekstation Ny Alesund op Spitsbergen. Het huidige onderzoekprogramma t.b.v. de Noordpool bedraagt ruim 8 mln euro en met al deze inzet creëert NL veel goodwill bij de Arctische Staten en in de Raad. Samenvattend, de interesse in en betrokkenheid van NL bij de Noordpool en de AR is in lijn met ons buitenlands beleid en zal in de toekomst hopelijk toenemen. Wij zijn van mening dat geen beter forum dan de AR is om de gezamenlijke belangen van de Arctische en niet-arctische staten in de Noordpool kan coördineren. 2