Toelichting bij het tijdvakdossier



Vergelijkbare documenten
Verslag Geschiedenis Tijdvakkendossier tijdvak 2: tijd van Grieken en Romeinen

2 Er begint een nieuwe periode in de geschiedenis als er veel verandert

Geschiedenis hoofdstuk 3

De klassieke tijdlijn

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 3 Toetsvragen

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 De Romeinen

Tijdwijzer. Het begin. Voor en na Christus

Project Prehistorie, Grieken en Romeinen ABC

Toetsvragen Geschiedenis Toelatingstoets Pabo. Tijdvak 1 Toetsvragen

2 juni 2019 [STUDIEPLANNER GESCHIEDENIS VWO TOT KERST] overig. Lesweek. activiteiten. / verrijken/ verdiepen *

Inhoud. Thema 5.1 Jagers en boeren 3. Thema 5.2 Grieken en Romeinen 6. Thema 5.3 Monniken en ridders 9. Thema 5.4 Steden en staten 12.

Romeinen. Romeinen. Germanen

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1

Naam: VAN WILLIBRORD tot Statenbijbel

Verspreiding christendom vmbo12

1 Belangrijk in deze periode

De VOGGP Wat is eigenlijk een VOGGP? De V staat voor een verschijnsel. Wat zijn verschijnselen?

Samenvatting Geschiedenis Tijd van Grieken en Romeinen: kern, perspectief en kenmerkende aspecten

De renaissance!! Waarschijnlijk heb je al eens van deze term gehoord bij het bezoeken van museums of tijdens lessen geschiedenis.!

Tijd van monniken en ridders ( ) 3.1 Leenheren en leenmannen ( ) ( ) Plundering Rome door Alarik in 410, tekening uit de 20 e eeuw

1. Zet de onderstaande gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde. Noteer alleen de letters.

Verspreiding christendom vmbo12

De VOGGP Wat is eigenlijk een VOGGP? De V staat voor een verschijnsel. Wat zijn verschijnselen?

5,1. Samenvatting door Anoniem 686 woorden 2 maart keer beoordeeld. Geschiedenis. Hoofdstuk 3 De tijd van monniken en ridders.

3. Door de kruistochten werden de wegen naar het Oosten weer bekend en werd

Tijd van monniken en ridders ( ) 3.1 Leenheren en leenmannen ( ) ( ) Plundering Rome door Alarik in 410, tekening uit de 20 e eeuw

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1-4

G E S C H I E D E N I S - A A N T E K E N I N G E N H 1 / 2 / 3

Nu'ge bouwwerken Realis5sche beeldhouwkunst Schilderkunst met perspec5ef Veel mozaïek Vereren van de keizer Afname geloof in goden Toename geloof in

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

3000 v. Chr v. Chr v. Chr v. Chr.

5,8. Samenvatting door een scholier 933 woorden 28 november keer beoordeeld. Geschiedenis. Begrippen:

De opkomst van het christendom

Jagers & boeren Waarvan leefden de jagers-verzamelaars? Jagers & boeren Waarvan leefden de boeren? Van de jacht en van vruchten en planten

Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie. Kenmerkende aspecten. Begrippen

Tijd van Grieken en Romeinen. 2.4 De late oudheid. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

Tijd van monniken en ridders ( n. Chr.) 3.3 Christendom in Europa. De verspreiding van het christendom in geheel Europa.

Verslag Geschiedenis De Grieken

Thors eik, die naam kennen we hier in de omgeving. Thors eik, dat werd zo n 1400 jaar geleden iets anders geschreven. Thornspiic oftewel Doornspijk

Naam: DE BEELDENSTORM Ketters Luther en Calvijn

De steentijd Jagers en verzamelaars

Inleiding geschiedenis Griekenland

Samenvatting Geschiedenis Jagers en Boeren

Samenvatting Geschiedenis Tijdvak 2

1. Zet de onderstaande gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde. Noteer alleen de letters.

Samenvatting Geschiedenis De Romeinen

Welke les moesten de Egyptenaren leren?

Dit verslag is van Ylaine en Ryanne Mulder '03. Verslag van het oude Egypte Ylaine en Ryanne Mulder

Maak hier de gaatjes voor in je multomap. Leerlingenboekje WELKOM BIJ DE ROMEINEN. Dit boekje is van

Werkstuk Geschiedenis Frankrijk in de tijd van het absolutisme

De gelijkenis van de twee zonen. Eerst lezen Daarna volgen er vragen en opdrachten

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 tijd van grieken en romeinen, paragraaf 3 Imperium Romanum

Het christendom. : *nog een hoofdstad *de christenen werden belangrijker in Europa *het kloosterleven *begrippen

Frederik Smekens Vak:Godsdienst Opdracht: de 7 deugden in het Christendom

Inleiding geschiedenis Griekenland

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Over land en over zee. Veroveraars

Verspreiding Christendom - HV 1. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Karel de Grote en het feodale stelsel. Rilana Kuiters. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

3000 v. Chr v. Chr v. Chr v. Chr.

Gymnasium. Op het Hondsrug College. Het Hondsrug College, een slimme start voor je toekomst!

Tijdvakken en kenmerkende aspecten.

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

een zee Sparta Sparta is een stad in Griekenland. Rond 600 voor Christus waren de steden in

Tijd van Grieken en Romeinen (3000 v.c. 500 na C.) / Oudheid * ontwikkeling van wetenschappelijk denken en denken over burgerschap en politiek in de

Karel de Grote Koning van het Frankische Rijk

Tijd van Grieken en Romeinen. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

Dagboek Sebastiaan Matte

Brandaan. Geschiedenis WERKBOEK

Begrippen. mammoet Een dier uit de prehistorie. Een mammoet leek op een grote harige olifant. jagers

Tijd van Grieken en Romeinen. Romeinen. Romeinen. 1. Invallen door Germaanse stammen

Antwoordkernen zijn vrijwel nooit volledige zinnen. Antwoordkernen geven alleen aan, wat er beslist in het antwoord moet staan.

Spreekbeurt en werkstuk over. Ridders. Door: Oscar Zuethoff

IK OVERLEEFDE AUSCHWITZ

een zee Volksverhuizingen Het Romeinse Rijk is heel rijk. Veel volkeren willen een deel van die rijkdom.

In het oude Rome De stad Rome

Geschiedenis Tijdvak CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Antwoorden bij Hoofdstuk 1 Tijd van jagers en boeren. Oriëntatie op het tijdvak

In Gods plan was het, het moment voor Saul om het Evangelie te prediken en nieuwe kerken rond het Romeinse Rijk te vestigen.

Welke les wilde God aan Jozef leren?

Soorten bronnen hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Onderzoeksvraag; welke motieven leidden in de middeleeuwen tot de kruistochten?

Het Christendom in Rome

Voorwoord. Rome en de Romeinen

De Tien Tijdvakken. Tijd van de jagers en boeren, tot 3000 v.c.

Geschiedenisproefwerk groep 7 Hoofdstuk 5 Een nieuwe wereld: Amerika

Maria, de moeder van Jezus

Ze gebruikten bijna alleen maar streepjes omdat ze het snel en makkelijk in stenen wilden krassen. Rondjes waren erg moeilijk!

1.3. Boekverslag door F woorden 2 november keer beoordeeld. Geschiedenis. Kenmerkend aspect #1: Levenswijze van jagers-verzamelaars.

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje

Samenvatting Geschiedenis 3.3 het christendom in Europa de islam in Europa + antwoorden Leerdoelen

Kastelen in Nederland

HET VERHAAL VAN CHANOEKA

Limburg tussen staf en troon 1000 jaar graafschap Loon. les 1: Wie waren de graven van Loon

WERKBOEK VOOR DE DALTON-VERSIE. Dit werkboek is van:. Ik zit in groep:.

Naam: KASTELEN. Vraag 1a. Waarvoor moeten we onze huizen tegenwoordig beschermen? ... pagina 1 van 6

Het Frankische rijk. Bedreigd door de islam. Monniken en Ridders

V4 cp3 Romaans Gotiek

Bijbel voor Kinderen. presenteert JONA EN DE GROTE VIS

Opwindende ontdekkingen in oud-oosterhout! Wo uter is

Transcriptie:

Tijdvakdossier

Toelichting bij het tijdvakdossier Bij geschiedenis leer je de geschiedenis van de westerse wereld verdeeld over 10 tijdvakken. Elk tijdvak heeft een aantal kenmerken. Om beter te kunnen begrijpen wat er in de geschiedenis is gebeurd, is het handig om een dossier bij te houden waarin je de belangrijkste kenmerken van elk tijdvak hebt verwerkt. Dit dossier stop je samen met een print van de vaardigheidskaarten in een snelhechter en neem je bij elke les mee. De docent(e) kan altijd naar het dossier vragen om in te zien of de opdracht geven er tijdens de les mee te oefenen. In de brugklas starten we met de eerste 4 tijdvakken. Elk tijdvak heeft een schutblad. Daarop staan de tekst en de kenmerkende aspecten van dat tijdvak die ook in Eureka staan. Daaronder staan opdrachten die je in het dossier gaat stoppen. De meeste opdrachten heb je al eens gemaakt, tijdens de les of als huiswerk. Dat neem je over of kopieer je en stop je in het dossier. Als je een mooie tekening hebt gemaakt die aansluit bij het tijdvak, dan mag je die natuurlijk ook kopiëren en in het dossier stoppen. Op de website vind je extra informatie over de tijdvakken in de vorm van een powerpoint. Die vind je onder het kopje Algemeen.

Prehistorie Tijd van Jagers en Boeren Het tijdicoon laat twee dingen zien. Op de achtergrond staan grotschilderingen die zijn gemaakt door mensen die nog leefden van de jacht en het verzamelen van noten, vruchten en wilde granen. Zij maakten die tekeningen op de wand van een grot om tijdens de jacht veel dieren te kunnen schieten. Onder leiding van een tovenaar kwamen de jagers en hun vrouwen en kinderen in die grot samen. De tovenaar kleedde zich om. Hij droeg op zijn hoofd het gewei van een hert en droeg de vacht van een beer om het jachtritueel te starten. Voor hem stond een nagemaakte beer. De tovenaar begon te dansen en te zingen. Dit namen de mannen over. De spanning liep op en de jagers konden zich niet meer inhouden en wierpen hun speren naar de nagemaakte beer. Nu was het de beurt van de jongens. Ook zij wierpen hun speren. De tovenaar trad opnieuw naar voren en wees op de dieren aan de wand. Daarna maakte hij een gebaar. Hij deed zijn vinger voor zijn mond. Iedereen begreep wat hij hiermee bedoelde. Er mocht niet meer gesproken worden over wat er net gebeurd was. De jagers wisten nu dat de jacht van de volgende dag met succes zou verlopen. De pot van aardewerk slaat op de tijd van de eerste landbouwers in Europa. De potten werden gebruikt om zaaigoed of voorraden in te bewaren. Zij versierden hun potten met een sierrand. Deze mensen waren halfnomaden. Dat wil zeggen dat zij een paar jaar op één stukje grond hun tarwe verbouwden. Als de grond niet meer vruchtbaar was trokken zij verder. Een eind verderop brandden zij een stukje bos plat. Hierdoor werd de grond bemest en konden zij weer een paar jaar op deze plek blijven wonen. De jagers en boeren zijn de mensen waar wij het in de Prehistorie over gaan hebben. Kenmerkend aspect: Overgang van pre-agrarisch naar agrarisch Opdracht: Verwerk opdracht 1 van hoofdstuk 2: Leg uit hoe de landbouw is ontstaan. (Opmerking: deze opdracht is door de docent in de les uitgelegd en verteld. Dit wordt nu door jou in je tijdvakdossier geplaatst. Dit doe je met behulp van de aantekeningen. Deze aantekeningen en eventuele tekeningen worden door jou in eigen woorden uitgeschreven.)

Oudheid Tijd van Grieken en Romeinen Het tijdvak van Grieken en Romeinen begint ongeveer rond 3000 v. Chr. Het tijdicoon laat een Griekse tempel zien met op de achtergrond een tekst in het Latijn, de taal van de Romeinen. Rond 3000 v. Chr. kwamen er in het Midden-Oosten, zoals Egypte, hoge beschavingen tot bloei. Nog steeds kun je in Egypte de piramides bewonderen. De eerste piramide is rond 2.700 v. Chr. gebouwd als graftombe voor de farao, de koning van Egypte. In het oude Egypte is de kunst van het schrijven ontwikkeld en dat betekent dat de geschiedenis van het oude Egypte niet meer in de prehistorie past. Met de komst van geschreven bronnen begint de historie. De geschiedenis van de oude Grieken en Romeinen begint eeuwen later, maar samen met de geschiedenis van oude beschavingen in het Midden- Oosten hoort zij toch tot hetzelfde tijdvak. De periode van dit tijdvak wordt ook wel Oudheid genoemd. De kennis van het oude Egyptische schrift, de hiërogliefen, is door de eeuwen heen verloren gegaan. Pas toen Napoleon, een Franse generaal, in 1798 met een veldtocht begon in Egypte, kon het oude Egyptische schrift worden ontcijferd. Soldaten van Napoleon, die een fort aan het bouwen waren, ontdekten bij de plaats Rosette een bijzondere steen in het woestijnzand. Op de steen stond drie keer dezelfde tekst in telkens een ander schrift geschreven. In Frankrijk kreeg een jonge geleerde, Jean-François Champollion, de kans van zijn leven. Al heel jong leerde hij vreemde talen en was hij geïnteresseerd in Egypte. Het hiërogliefenschrift bleef ook voor hem nog lang een raadsel, maar na 13 jaar wist hij door de hiërogliefen te vergelijken met de Griekse tekst de tekens te ontcijferen. Het bleek te gaan om een tekst waarin een farao wordt vereerd. Hieronder staat een vertaling van een deel van de tekst: Farao Ptolemaeus, de eeuwig levende, is een weldoener geweest voor de tempels en de priesters. Hij heeft ook de schulden van het rijk teruggebracht, terwijl hij veel mensen minder belasting heeft laten betalen, zodat het goed ging met het volk tijdens zijn regering. Dankzij de vertaling van de hiërogliefen konden wetenschappers, zoals archeologen en historici, onderzoek gaan doen naar de geschiedenis van het oude Egypte. Kenmerkend aspect: Het ontstaan van de eerste stedelijke nederzettingen Opdracht: Waardoor kon er in het Oude Egypte een eenheidsstaat ontstaan?

Tijd van Grieken en Romeinen Het tijdicoon laat een Romeinse inscriptie zien; op de voorgrond zie je een Griekse tempel. De beschaving van het oude Griekenland heeft grote invloed gehad. Die invloed is via de Romeinen verspreid over het Romeinse Rijk. Het oude Griekenland wordt wel gezien als de bakermat (geboortegrond) van de westerse wereld. De ideeën van het oude Griekenland over bestuur, wetenschap en kunst spelen vandaag de dag nog steeds een belangrijke rol. De Grieken, vooral de Atheners, waren de eersten die vonden dat de burgers moesten beslissen over het bestuur en niet een kleine groep mensen. In het oude Athene ontstond voor het eerst democratie. De invloed is ook in de kunst en wetenschap nog dagelijks merkbaar. Griekse architectuur is nog steeds voor voorbeeld voor de bouwkunst van tegenwoordig. Griekse wetenschappers gingen de natuur onderzoeken en gaven niet langer een godsdienstige verklaring voor natuurverschijnselen. Wetenschappers zoals de natuurkundige Archimedes en de wiskundige Pythagoras probeerden hun onderzoeken vast te leggen in wetten. De stelling van Pythagoras die je bij wiskunde leert is al 25 eeuwen oud. Archimedes deed een belangrijke ontdekking terwijl hij in bad zat. Hij merkte dat het water hem omhoog drukte. Hij dacht hier diep over na en riep plotseling: EUREKA!, of te wel: ik heb het gevonden!. Naakt en druipend van het water rende hij naar huis en daar schreef hij een nieuwe natuurkundige wet op: een lichaam, ondergedompeld in vloeistof, ondervindt een opwaartse druk die gelijk is aan het gewicht van de verplaatste hoeveelheid vloeistof. Deze wet is één van de oudst bekende wetten in de natuurkunde en de kreet eureka wordt vaker gebruikt voor een bijzonder goed idee! De oude Grieken vonden de individuele mens erg belangrijk. Dit zie je terug in de beeldhouwkunst en de schilderkunst. Mensen werden zo natuurgetrouw mogelijk weergegeven. Zo bepalen zij tot op de dag van vandaag nog wat wij mooi vinden en bewonderen. Kenmerkend aspect: De ontwikkeling van het bestuur en de wetenschap in de Griekse stadstaat Opdracht: Maak een schematische tekening van een polis (stadstaat). Opdracht: Op welke wijze ontwikkelde zich het wetenschappelijk onderzoek. Doe het zo: Vastleggen in wetten natuurverschijnselen vragen stellen Kenmerkend aspect: de klassieke vormentaal. Opdracht: Teken een Griekse tempel en plaats de namen van de verschillende onderdelen bij je tekening

Tijd van Grieken en Romeinen Rome groeide van een boerendorp uit tot een wereldmacht. Eerst veroverde Rome Italië en daarna de landen rond de Middellandse Zee. Ook een groot deel van West- en Noord-Europa werd veroverd. De Romeinse generaals konden door de veroveringen erg machtig worden. Julius Caesar wilde in 49 voor Chr. zelfs de alleenheerser worden. De macht was echter in handen van de Senaat, een vergadering van rijke mannen. Caesar had het tegenwoordige Frankrijk en België veroverd. Dit werden bloeiende provincies van het Romeinse Rijk. Tijdens de veroveringen had Caesar een hechte band met zijn soldaten opgebouwd. Zij steunden hem door dik en dun. Toen Caesar in 49 v. Chr. wilde terugkeren naar Rome, kreeg hij de opdracht zijn soldaten naar huis te sturen voordat hij de grens van Italië bereikte. In Rome waren de mensen die de macht hadden bang dat Caesar zijn troepen wilde gebruiken om alleenheerser te worden. Bij de grensrivier, de Rubicon, stond Caesar lang te twijfelen of hij zou gehoorzamen. Uiteindelijk zei hij : de dobbelsteen is geworpen en legioen, voorwaarts, mars! Het was een gok, maar na drie maanden had Caesar Italië veroverd. Daarna volgden de andere provincies, zoals Spanje, Noord-Afrika, Azië en Egypte. Caesar berichtte daarover: veni, vidi, vici, ik kwam, ik zag, ik overwon. Daarna had Caesar alle macht in handen. De Senaat moest doen wat hij beval. Caesar zorgde voor de verfraaiing van de stad Rome. Hij liet veel werk doen door werkloze Romeinen, die hem erg dankbaar waren. Caesar werd door het volk bewonderd, maar veel Senatoren waren ontevreden en zij beraamden een complot. Op 15 maart in 44 v. Chr. werd Caesar vermoord. Hij werd met drieëntwintig dolksteken om het leven gebracht. De daders werden vervolgd en de macht werd overgenomen door een andere generaal, Augustus, die zich als eerste keizer liet noemen. Onder keizer Augustus begon een periode van vrede en welvaart, maar na hem kwamen veel keizers die minder succesvol waren. Kenmerkend aspect: groei van het Romeins imperium (wereldrijk) Opdracht: Kopieer een kaart van het Romeinse Imperium rond 117 n. Chr. Opdracht: Plaats de uitwerking van de lessen over hoofdstuk 12 in dit dossier. De vraag die je moet beantwoorden is: welke gevolgen hebben de Romeinse veroveringen gehad voor de gelaagde samenleving in het Oude Rome. Opdracht: Plaats opdracht 5 van hoofdstuk 12 in je dossier. Kenmerkend aspect: de eerste monotheïstische godsdiensten Opdracht: Plaats het vergelijkingsschema tussen jodendom en christendom in je dossier (hoofdstuk 13.2 opdracht 7).

Vroege Middeleeuwen Tijd van ridders en monniken Het tijdicoon van het tijdvak van ridders en monniken laat een vroegmiddeleeuwse ridderhelm zien. Op de achtergrond zie je een zuil van een klooster. De zuil laat zien dat de Grieks-Romeinse invloed nog steeds aanwezig is. De bouwstijl van een bouwwerk, dat deze invloed duidelijk laat zien, noem je de Romaanse bouwstijl. Na de val van de Romeinse Rijk in West-Europa heerste er grote onveiligheid en chaos. Buiten Italië werd de invloed van de katholieke kerk minder. De meeste Germanen die Europa binnenvielen hadden nog niet van het christendom gehoord en vereerden hun eigen goden. De Frankische stam probeerde al snel andere stammen onder haar gezag te brengen. De Frankische koningen waren christen en zij dwongen hun onderdanen zich te bekeren. De katholieke kerk hielp daarbij en zorgde ervoor dat de onderdanen naar de koning luisterden. Vooral Karel de Grote ( koning en keizer van het Frankische Rijk, 768-814) hield zich bezig met bekeren. In opdracht van de koning en kerk probeerden monniken de Germaanse stammen te overtuigen van het christendom. Dit was niet makkelijk. Vooral de Friezen en de Saksen in Duitsland hielden liever vast aan hun eigen goden en natuurlijk ook aan hun zelfstandigheid. Aan het begin van de 8 ste eeuw trok de monnik Bonifatius door Duitse streken en bezocht boerderij na boerderij. Daar vertelde hij steeds opnieuw het verhaal van Jezus, zijn leven en dood. Germanen geloofden in het Walhalla, een soort hemel voor moedige strijders. Het leven en de dood van de vredelievende Jezus sprak ze niet aan. Daarom bedacht Bonifatius een plan. Hij wilde bewijzen dat de christelijke god veel machtiger was dan alle Germaanse goden bij elkaar. Bij een heilige eik werd al eeuwen de god Donar, de dondergod, met offers vereerd. Bonifatius wilde deze eik omhakken en zo laten zien dat de heidense goden daar niets tegen konden doen. De Germanen waren overtuigd dat de machtige hamer van Donar hem de grond zou instampen. De eik hing vol schedels van geofferde dieren, wapens en schilden. Met het kruis in de hand daagde Bonifatius de heidense goden uit en toen greep hij zijn bijl. Geholpen door andere monniken hakte hij uren op de dikke stam van de oude eik en uiteindelijk viel hij om. De toeschouwers waren diep geschokt en de meesten bekeerden zich tot het christendom. Het liep niet altijd goed af met de missionarissen. In 754 werd Bonifatius bij Dokkum in Friesland vermoord. Kenmerkend aspect: Het verval van een stedelijk-agrarische samenleving en het ontstaan van een agrarische (autarkisch / zelfvoorzienend) samenleving Opdracht: Neem opdracht 1 van H. 15.1 over in je tijdvakdossier. Kenmerkend aspect: De feodale verhoudingen die in het bestuur ontstaan. Opdracht: Verwerk in je tijdvakdossier opdracht 8 van H. 15.2 Opdracht: Neem de afbeelding van opdracht 19.2 van H.15.3 over in je dossier en leg deze afbeelding in je eigen woorden uit. Kenmerkend aspect: Het ontstaan van de Islam Opdracht: Neem opdracht 9 van H.16.2 over in je dossier en vergeet niet ook de antwoorden op te schrijven!

Late Middeleeuwen Tijd van steden en staten In het icoon zie je op de achtergrond de binnenkant van een kathedraal. Op de voorgrond zie je een stadspoort. Deze staat symbool voor de zelfstandigheid van de steden. In de Late Middeleeuwen werd de rust in West-Europa hersteld en kon de handel weer tot bloei komen. Dit zorgde voor de groei van steden. De stad Amersfoort is daarvan een voorbeeld. De stad Amersfoort is ontstaan bij een doorwaadbare plaats in de Amer (tegenwoordig de Eem). Hier gingen ambachtslieden en kooplieden zich vestigen en zo ontstond er een nederzetting. De bewoners beschermden hun bezit door een aarden wal aan te leggen met een gracht er omheen. In 1259 kreeg Amersfoort stadsrechten en een eigen bestuur. De stad werd welvarend en rond 1300 konden de bewoners een stenen muur bouwen met land- en waterpoorten. Amersfoort werd meer en meer welvarend. Er werd gehandeld in bier, textiel, turf en tabak. Ook werd de stad druk bezocht door pelgrims. In 1444 was een Mariabeeldje gevonden en men geloofde dat een bezoek aan dit beeldje genezing van allerlei ziektes zou brengen. Volgens de legende had een dienstmeid, Margriet Alberts, van Maria in een visioen gehoord dat zij een beeldje uit de gracht moest halen. Een andere jonge vrouw had het daar ingegooid, omdat zij het niet mooi genoeg vond. Margriet wist met veel moeite het Mariabeeldje uit de gracht te vissen en nam het mee naar huis. Het beeldje bleek wonderen te kunnen verrichten. De brandende kaarsen bij het beeldje raakten bijvoorbeeld nooit op. Al snel kwam het beeldje in de kerk terecht, waar het voorwerp werd van aanbidding. De pelgrims brachten zoveel geld mee dat daar de Vrouwetoren van is gebouwd. Zo gingen geloof en geld verdienen hand in hand. Kenmerkend aspect: De uitbreiding van de christelijke wereld buiten Europa (de kruistochten) Opdracht: Neem het schema over van opdr. 16.2 van H. 16.3 Kenmerkend aspect: Opkomst van handel en ambachten Opdracht: Verwerk in je dossier de antwoorden op opdr. 2 en 3 van H. 17.1 Kenmerkend aspect: Opkomst van de steden Opdracht: Verwerk in dit dossier opdr. 7 van H. 17.2 Opdracht: Teken de gelaagdheid van de Middeleeuwse stedelijke samenleving. Opdracht: plaats het schema Licht op het Overzicht (p.163) in je dossier.