Aan: de leden van de Commissie Sociaal Domein en Wonen Betreft: Onderzoeksopzet volkshuisvestingsbeleid gemeente Delft Delft, 24 mei 2019 Geachte leden, Graag stel ik u op de hoogte van het actuele onderzoek voornemen van de Delftse Rekenkamer m.b.t. volkshuisvestingsbeleid in de gemeente Delft, ter bespreking voorafgaand aan de commissievergadering van 6 juni. De Delftse Rekenkamer heeft een voorstudie laten uitvoeren naar dit beleid. Deze voorstudie is begin mei afgerond. Op basis daarvan heeft de DRK een onderzoeksplan opgesteld. Dit plan treft u in de bijlage aan. Het plan is tevens toegestuurd aan de leden van de Commissie R&A en staat daar 5 juni op de agenda. Wij zijn benieuwd naar uw reactie op en eventuele suggesties voor verdere aandachtspunten. Het is ons voornemen om na kennisname van zowel uw reactie als die van de leden van de Commissie R&A in de loop van deze maand de opzet definitief vast te stellen en een start te maken met het onderzoek. Met deze planning is het onze ambitie om het onderzoek nog in 2019 af te ronden. Met vriendelijke groet, Dr. P. Castenmiller Voorzitter Delftse Rekenkamer Bijlage 1: Onderzoeksopzet Volkhuisvesting
Offerteverzoek Delftse Rekenkamer onderzoek woningmarkt Delft Als Delft echt 15.000 extra woningen wil realiseren, (hoe) kan dat dan ook? Mei 2019
1. Inleiding De Delftse Rekenkamer (DRK) ondersteunt de Delftse gemeenteraad met onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid en beheer van de gemeente Delft. In dit kader wil de DRK onderzoek doen naar de stand van zaken rond de woningmarkt in Delft. De gemeente Delft heeft in diverse documenten en beleidsstukken ambities geformuleerd over het aantal te realiseren woningen (met bijbehorende kwaliteiten). Daarover zijn zaken vastgelegd in de Woonvisie 2016, in Delft 2040, Ruimte voor keuzes, Impactanalyse verstedelijksopgave Delft, de Ruimtelijk Economische visie Delft 2030 en in de diverse woningbouwmonitoren. Ten aanzien van de ambities voor het aantal te realiseren woningen is de rode lijn in deze documenten: Langetermijnplanning: 15.000 woningen tot 2040. Dus 650 per jaar. Huidige planvoorraad: 9.000 woningen (samenvatting in de Monitor 2017). De Delftse Rekenkamer vraag zich af of gezien de ervaringen uit het recente verleden ten aanzien van de realisatie van woningen de raad en de inwoners met een gerust hart de toekomstige opgave tegemoet kunnen treden. Of is er extra inspanning nodig om die opgave te kunnen invullen? Of dienen de ambities zelfs te worden bijgesteld? De DRK is op zoek naar een onderzoeksbureau met ervaring in dit werkveld. DRK vraagt uw bureau een voorstel uit te werken voor ons onderzoek, waarbij u blijk geeft van uw inhoudelijke visie. Het aanscherpen van onderstaande onderzoeksvragen kan daar onderdeel van uitmaken. 2
2. Aanleiding De volgende tabel toont de geplande en de feitelijke realisatie van woningen in de afgelopen jaren. Jaar Geplande nieuwbouw; graf.7 Geplande nieuwbouw; graf. 3 Geplande nieuwbouw; graf. 2 Geplande nieuwbouw; fig. 6 FEITELIJKE REALISATIE AANTAL Verschil Laatste planning realisatie Monitor 2012 Monitor 2016 Monitor 2017 Monitor 2018 WONINGEN 2009 404 2010 332 1) 2011 885 1) 2012 400 148 2) -252 2013 480 89,, -311 2014 540 654,, +114 2015 640 267,, -373 2016 760 336 270 250,, -20 2017 530 896 779 720 261,, 3) -495 2018 428 522 1777 1100 336,, -764 2019 220 626 330 1200 2020 220 380 288 1200 2021 150 190 206 1300 2022 150 129 1300 1) Cijfers gemeente Delft; Monitor 2012; blz. 9 2) Cijfers CBS https://opendata.cbs.nl/statline/#/cbs/nl/dataset/82213ned/table?ts=1558107098431 3) Inclusief adm. toevoeging (BAG-definitie) is dit aantal 763 Uit bovenstaande tabel blijkt dat het geplande aantal woningen doorgaans niet is gerealiseerd. Met uitzondering van het jaar 2014, zijn sinds 2012 de gerealiseerde aantallen lager dan gepland. De DRK wil onderzoeken wat daaraan ten grondslag lag en nagaan of en hoe dat in de toekomst valt te voorkomen. Daar waar de crisis een van de factoren was waardoor de gewenste aantallen woningen niet konden worden gebouwd, zal de gemeente Delft dat ook in de toekomst maar heel beperkt kunnen beïnvloeden. Het is mogelijk dat er wel degelijk - beïnvloedbare -sturingsmogelijkheden zijn om de gewenste ambities te realiseren. Maar misschien zijn de ambities, ondanks alle inzet, niet geheel te realiseren. 3
De gemeente wil zoals vermeld tot 2040 15.000 woningen realiseren. Ofwel: circa 650 woningen per jaar vanaf 2017. Uit bovenstaande tabel blijkt dat in het recente verleden slechts in twee jaren (2011 en 2014) meer woningen zijn gerealiseerd dan het gewenste gemiddelde jaaraantal dat voor de komende periode nodig is. Afgezet tegen de feitelijke productie van de laatste vier jaar (gemiddeld minder dan 300 woningen per jaar) dient dus komende jaren een zeer grote sprong te worden gemaakt. Het is niet aannemelijk dat dat vanzelf zal gaan. Daarvoor zullen waarschijnlijk bewuste keuzen moeten worden gemaakt. Hetzij in de inzet van mensen, middelen en methoden. Hetzij in de fasering of de ambities. Dat geldt temeer omdat de nieuwbouw van Delft nog maar een heel korte periode kan profiteren van verhoudingsgewijs gemakkelijke bouw van woningen in het uitleggebied Harnaschpolder. 1 Binnenkort is dat afgebouwd en zal Delft vooralsnog alleen kunnen bouwen in binnenstedelijke locaties. Daarvan is bekend dat ze meestal meer inpassingsproblemen kennen en daardoor meer overleg en langere voorbereidingstijd kennen. Ook is het aantal woningen per locatie (de korrelgrootte ) vaak veel kleiner dan bij uitleggebieden. In Delft zijn vooralsnog zo n 35 binnenstedelijke locaties op het oog. En hoewel het per locatie een klein aantal woningen betreft zijn de procedures zeker niet korter en vergen (ook) die locaties aanzienlijke ambtelijke capaciteit. 3. Onderzoeksdoel De Delftse Rekenkamer wil onderzoeken: 1. door welke factoren de geplande aantallen woningen in Delft de afgelopen jaren niet zijn gerealiseerd en wat voor gevolgen deze factoren hebben voor de ambitie in de toekomst; 2. of en hóe de komende jaren de ambitie (gemiddeld 650 woningen per jaar) kan worden gerealiseerd; en 3. of het eventueel nodig of verstandig is om de ambitie bij te stellen. Hierbij gelden de volgende aandachtspunten: - het onderzoek naar het (recente) verleden is geen doel op zich, maar dient met name om te leren hoe de gemeente in de toekomst effectiever en efficiënter kan opereren; - hoe kan de raad vanuit haar kader stellende en controlerende rol invloed uitoefenen c.q. bijsturen; - bij het in kaart brengen van helpende en hinderende factoren dient onderscheid te worden gemaakt naar factoren die de gemeente wel en niet kan beïnvloeden; 1 Uitleggebieden zijn gebieden (meestal) aan de rand van een stad, die bedoeld zijn voor toekomstige woningbouw of voor toekomstige bedrijventerreinen. Het zijn dus gebieden voor stadsuitbreiding. 4
- ten aanzien van (geplande en gerealiseerde) woningen wordt in het onderzoek onderscheid gemaakt naar doelgroepen en/of woningcategorieën. Een mogelijke aanpak: 1. Stap 1 is Oriëntatie: het in kaart brengen van de kwantitatieve en kwalitatieve ambities van de gemeente ten aanzien van Woningbouw en vervolgens inventariseren welke factoren in Delft een rol hebben gespeeld bij het niet halen van de ambities. Dit kan op basis van de relevante documenten (waarin een deel van deze factoren is benoemd) en interviews met directbetrokkenen uit de gemeentelijke organisatie (ambtenaren en (ex-)wethouders). Zo nodig kan ook met marktpartijen (ontwikkelaars, corporaties, bouwers) worden gesproken. 2. Stap 2 is Analyse: welke conclusies kunnen op basis van de onderzochte stukken en de interviews worden getrokken over factoren die een helpende of juist hinderende rol hebben gespeeld in de realisatie van woningen in de onderzochte periode? 3. Stap 3 is Advies: welke mogelijkheden zijn er om de planning te realiseren (wat vraagt dat aan inzet van mensen, middelen en methoden), en/of is het eventueel nodig om de ambities bij te stellen (en zo ja: hoe?). Het is aan de onderzoeksbureaus te komen met een voorstel om de genoemde vragen te beantwoorden, waarbij de DRK openstaat voor een creatieve (maar passende) aanpak. 4. Onderzoeksrichtlijnen van de Delftse Rekenkamer De DRK hanteert een richtlijn voor het doen van onderzoek, zodat de kwaliteit maximaal gewaarborgd wordt. Deze richtlijn is ook op dit onderzoek van toepassing. Dat betekent het volgende: - De begeleiding vanuit DRK wordt verzorgd door een begeleidingsteam van twee leden. Offertegesprekken, gesprekken over voortgang, planning en conceptrapporten worden met deze twee vertegenwoordigers namens de voltallige DRK gevoerd. Het is goed gebruik om de onderzoekers bij de startbespreking, de vergadering over de concepteindrapport en/of bij de bespreking van de concept conclusies en aanbevelingen in de voltallige DRK uit te nodigen. - Bij de start van het onderzoek worden de onderzoekers in de gelegenheid gesteld kennis te maken met de gemeentesecretaris en met de ambtelijk contactpersoon die daarvoor is aangewezen. Ook andere bij het onderzoek betrokken ambtenaren kunnen bij dit gesprek aansluiten. In dit gesprek wordt met de begeleiders uit de DRK kennis gemaakt en inzicht gegeven in de aard en strekking van het onderzoek. De ambtelijke organisatie kan de 5
onderzoekers dan beter van dienst zijn. Het is in dit gesprek niet de bedoeling dat de onderzoeksvraag wordt bijgesteld. De DRK is leidend bij het bepalen van de inhoud en doel van het rekenkameronderzoek. - Het onderzoeksbureau levert het conceptrapport voor het ambtelijk wederhoor. Bespreking kan leiden tot bijstellingen / meerdere versies. Dit concept bevat nog geen conclusies en aanbevelingen. Eventuele aanpassingen naar aanleiding van het ambtelijk wederhoor worden uitgevoerd door het onderzoeksbureau. - Het onderzoeksbureau levert het conceptrapport voor het bestuurlijk wederhoor met de conclusies en aanbevelingen. De DRK heeft de vrijheid conclusies en aanbevelingen aan te passen c.q. aan te vullen. - Het onderzoeksbureau neemt de bestuurlijke reactie op in het rapport (coördinatie DRK) en ondersteunt desgewenst bij het opstellen van een nawoord. - De DRK verzorgt de (formele) correspondentie ten aanzien van startgesprek, hoor- en wederhoor, aanbieding eindrapport e.d. - De huisstijl van het rapport is die van de DRK. Het onderzoeksbureau zal uiteraard vermeld worden, maar in de uitstraling is het eindproduct een DRK-rapport. - Bij de beantwoording van vragen gesteld door de raad ter voorbereiding op de behandeling in de commissies en raad wordt het voortouw genomen door DRK. Onderzoekers moeten beschikbaar zijn om hierbij te ondersteunen. - Richtlijn voor de omvang van het eindrapport is 50 pagina s (inclusief bijlagen). De DRK hecht grote waarde aan een afzonderlijk leesbare managementsamenvatting, bij voorkeur in de vorm van een infograhic, waarin onderzoeksvragen, belangrijkste bevindingen en conclusies en aanbevelingen terug te vinden zijn. - De onderzoeksresultaten van dit onderzoek zijn eigendom van de DRK en kunnen gebruikt worden ten gunste van andere (vervolg)onderzoeken. - De Delftse Rekenkamer streeft ernaar rapporten te maken met een heldere, overzichtelijke structuur, in eenvoudige taalgebruik, met zo weinig mogelijk jargon. Wij verwijzen hiervoor naar onze website, waar verschillende rapporten zijn opgenomen. 6
- Het onderzoek wordt uitgevoerd onder algemene voorwaarden van de Gemeente Delft. Deze worden meegezonden met de opdracht. 5. Planning van het onderzoek De DRK hoopt de gunning van het onderzoek in haar vergadering van XXXXXXX a.s. te kunnen afronden. We rekenen erop het resultaat van het onderzoek in periode XXXXXXXX in de vakcommissie te kunnen laten behandelen. Op basis van deze twee mijlpalen rond start en einde van het traject, nodigen wij u uit ons een planning voor te stellen. Verzenden offerteverzoek (per mail) Ontvangst offertes (per mail) juni 2019 Offertegesprek, op uitnodiging (Evt.) bijgestelde offerte aanleveren Verstrekken van opdracht, evt. na gesprekken en/of verzoek juli 2019 tot aanscherpen van de offerte Startgesprek onderzoekers, gemeentesecretaris / september 2019 ambtelijk contactpersoon en begeleiders DRK) Eerste concept eindrapport (te bespreken met begeleiders DRK) Bespreken eindrapport en conclusies en aanbevelingen in december 2019 DRK vergadering Definitief concept bevindingen Ambtelijk hoor en wederhoor Verwerken ambtelijk hoor en wederhoor Eventueel nawoord op bestuurlijk hoor en wederhoor Presentatie in vakcommissie 6. Offertetraject Graag ontvangt de DRK uw offerte uiterlijk XXXX 2019, 12.00 uur (per mail, nazending per post). U kunt uw offerte sturen aan: Delftse Rekenkamer t.a.v. mw. M.F. Schoeman-Visser, ambtelijk secretaris Postbus 78 2600 ME DELFT 7
mschoeman@delft.nl De offerte wordt in ieder geval beoordeeld op de volgende aspecten: - Visie op de te onderzoeken materie; - De wijze waarop de onderzoeksvragen zijn uitgewerkt in een plan van aanpak; - Originaliteit en creativiteit van de aanpak van het plan van aanpak; - Vertrouwen in (de kwaliteit van) het bureau/de onderzoeker/het onderzoeksteam; - De verhouding tussen prijs (zowel totaalprijs als uurtarief (per onderzoeker)) tot de verwachte kwaliteit. Indien gewenst nodigt de DRK een of meerdere van de offrerende bureaus uit om hun offerte nader te bespreken. Een datum hiervoor moet nog worden vastgesteld. Gelieve daar in uw planning rekening mee te houden. De DRK wil dit gesprek uitsluitend aangaan met de onderzoeker(s) die het onderzoek bij gunning daadwerkelijk zullen uitvoeren. Voor vragen is de ambtelijk secretaris van de DRK bereikbaar via 06-53574246 of per mail mschoeman@delft.nl 8