CO 2 Voortgangsrapportage 2016 eerste helft

Vergelijkbare documenten
Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2016

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2017

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017-H1

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2018 H1

Voortgangsrapportage CO 2 Prestatieladder 2018

Energiemanagement actieplan

CO 2 Voortgangsrapportage 2016

CO 2 Voortgangsrapportage 2017

De voortgangsrapportage van CO 2 -reductie Visscher Oldebroek Eerste half jaar 2016

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2016-H1. Periode: 1 januari t/m 30 juni 2016

De voortgangsrapportage van CO 2 reductie Visscher Oldebroek Jaar 2015

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2018

CO 2 -Voortgangsrapportage 2018 H1

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017 H1

CO 2 -Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

CO 2 -Voortgangsrapportage 2018

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 Prins Bouw B.V.

3.C.1 Communicatie over de voortgang van CO 2 bij Prins Bouw.

3.C.1 Voortgangrapportage CO Ter Riele

3.C.1 Voortgangrapportage CO H1 Ter Riele

3.C.1 Voortgangrapportage CO (1) Ter Riele

Energie(management) actieplan

CO2-reductieplan 2015

Voortgangsrapportage

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

Energie management actieplan (3.B.2.)

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage 2013 (1 e halfjaar) Periode: 1 januari t/m 30 juni 2013

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 31 december 2014

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

Holstein BV. Energie(management) actieplan Conform NEN april Holstein BV. Verantwoordelijke voor dit verslag is Holstein BV

CO 2 Voortgangsrapportage H1. Multiline Markeringen B.V. versie definitief

CARBON FOOTPRINT RAPPORTAGE 2017 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS 3.A A B.2.

Energie Management Actieplan

Voortgangsrapportage. Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V (tm juni) Copyright 2016 Genap B.V.

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2010, 2011 en 2012

Voortgangsrapportage Voortgang van CO2 reductieplan van Genap B.V (tm juni)

38,6. CO 2 (ton/jr) 2014

Energie(management) actieplan

Energie Management Actieplan

Voortgangsrapportage. Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V (tm juni) Copyright 2017 Genap B.V.

3.B.2 Energie management actieplan Ter Riele B.V.

CO2-reductieplan 2015

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage eerste helft Periode: 1 januari t/m 30 juni 2015

CO2-reductiedoelstellingen

CO2 Reductiedoelstellingen & Energiemanagement actieplan

3.B.2 Energie management actieplan Ter Riele B.V.

CO2 footprint rapportage e half jaar

Derde voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

Energie beoordelingsverslag februari 2017

Energie Audit verslag 2019 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021

De CO2-footprint is weer bekend!

14 april 2013 (JF) Energie Management Actieplan

Doelstelling scope 2: IDDS wil in 2020 ten opzichte van %

Voortgangsrapportage

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 31 december 2013

Periodieke rapportage 1 e helft 2015

3.C.1 Voortgangrapportage CO (2) CO 2 gunningsvoordeel project Provincie Gelderland Ter Riele

Periodieke Rapportage 2 e helft 2016

Energie beoordelingsverslag 2016

Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2018 Takke Groep

Energie Audit verslag 2017 Energie Management Actieplan 2016 t/m 2021

3.C.1 Voortgangrapportage CO (1) CO 2 gunningsvoordeel project Provincie Gelderland Ter Riele

Inhoudsopgave: 1. Inleiding Reductiedoelstellingen Algemeen 2.2 Per scope

Hoogwaardig en veelzijdig

Voortgangsrapportage. Voortgang van CO 2 reductieplan van Genap B.V (jan tm jun) Copyright 2018 Genap B.V.

Rapportage 2015 S1 Swietelsky Rail Benelux B.V.

CARBON FOOTPRINT HALFJAARLIJKSE RAPPORTAGE 2017 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS 3.A A B.2.

Energiemanagement actieplan

Half jaarlijkse voortgangsrapportage CO₂ Prestatieladder

Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste helft 2016 Takke Groep

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Energie Beoordeling Co2 reductie

Management review Coolmark B.V. Mei 2014

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

5.B.1 CO2-reductieplan

Ç Kreefl; mitir. Energie management actieplan (3.B.2.) Will2Sustain. Opgesteld door: Datum: Versie:

Halfjaarlijkse rapportage footprint, doelstellingen en maatregelen

Energiemanagement actieplan 2017

CO 2 Prestatieladder Voortgangsrapportage Periode: 1 januari t/m 30 juni 2014

Energie Audit verslag 2016 Energie Management Actieplan 2016 t/m oktober 2016

Energiemanagement actieplan 2016

CARBON FOOTPRINT HALFJAARLIJKSE RAPPORTAGE 2018-H1 CO 2 -EMISSIE INVENTARIS 3.A A B C.3.

Figuur 1: Uitstoot CO

Energie Management Actieplan 2014 tot Extern

CO 2 Reductie doelstellingen

3.C.1 Voortgangsrapportage CO2 over het jaar 2018

Scope 1 en 2 doelstellingen KZ Aanneming en Groenvoorziening

3.B.2 Energiemanagement actieplan :

PERIODIEKE RAPPORTAGE 1E HELFT 2015

Energie beoordelingsverslag januari 2016 (definitief)

5.B.1 CO2-reductieplan

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2013

Directiebeoordeling CO2 prestaties 2015

Carbon footprint rapportage 2017

Voortgangsrapportage. Inhoud

Periodieke rapportage eerste helft 2018

Periodieke Voortgangsrapportage 2017

Transcriptie:

CO 2 Voortgangsrapportage 2016 eerste helft Datum: 24-01-2017 Versie: definitief In samenwerking met: Will2Sustain: Adviesbureau in Duurzaam Ondernemen

1. Inleiding Dit is de eerste voortgangsrapportage van Bagger en Waterwerken Oosterwolde BV (BWO) over haar energieprestaties. BWO communiceert halfjaarlijks over haar energiebeleid, de reductiedoelstellingen, de reductiemaatregelen, mogelijkheden voor individuele bijdragen, het huidige energiegebruik en trends binnen het bedrijf of de projecten. Dit staat allemaal verwoordt in deze voortgangsrapportage. 2. Energiebeleid 1. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar wagenpark reduceren gerelateerd aan verreden kilometers t.o.v. het basisjaar 2015. 2. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar vaartuigen reduceren gerelateerd aan omzet schepen t.o.v. het basisjaar 2015. 3. BWO wilt eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar materieel reduceren gerelateerd aan productie omzet t.o.v. het basisjaar 2015. 4. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar gasverbruik reduceren gerelateerd aan graaddagen t.o.v. het basisjaar 2015. 5. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar elektriciteitverbruik reduceren t.o.v. het basisjaar 2015. 6. Wij gaan per 1-1-2018 over op groene stroom. 1

3. Huidig energiegebruik en trends 3.1 CO2 Footprint 2016 H1 De totale uitstoot in de eerste helft van 2016 bedroeg 332 ton CO 2. In het onderstaande diagram is de CO2-footprint van 2016 H1 weergegeven, met in het diagram eronder de verdeling tussen de scope 1- en scope 2-emissies. Figuur 1: CO2-footprint 2016 -H1 Figuur 2: verdeling scope 1 en 2 emissies 3.1.1 Onzekerheden De uitstoot vanuit het elektriciteitsverbruik is een schatting op basis van de meterstanden van 30-9- 2015 tot 1-7-2016. Aangezien deze periode meer 'koude dagen' omvatte, kan verwacht worden dat het weergegeven verbruik hoger is dan het werkelijk verbruik in 2016 door het langer aanhouden van verlichting. Hetzelfde geldt voor de uitstoot van het aardgas. De uitstoot als gevolg van het dieselverbruik voor de verschillende energiestromen is een schatting vanuit de verdeling van de verschillende bronnen waaruit het verbruik gemeten wordt. De uitstoot voor het wagenpark heeft naar schatting 90 procent van het verbruik van de dieseltank op locatie Oosterwolde als herkomst, en naar schatting 10% van het verbruik van de tank in Meppel. Ook zijn de gedeclareerde zakelijke kilometers hierin meegenomen. De uitstoot voor machines neemt naar schatting 90 procent van het dieselverbruik van de tank in Meppel in beslag. Daar wordt het verbruik op projecten bij opgeteld. De schattingen zijn gedaan op basis van de energiebeoordeling. 3.2 Vergelijking 2016 H1 met 2015 Dit hoofdstuk geeft een vergelijking van zowel de absolute uitstoot als de uitstoot gerelateerd aan indicatoren. 3.2.1 Absoluut Onderstaande tabel geeft de verandering in uitstoot weer in 2016 H1 ten opzichte van de uitstoot in 2015. Hierbij is de uitstoot in 2016 H1 verdubbeld. 2

Onderstaande grafiek geeft de totale uitstoot van BWO weer in het basisjaar 2015, de eerste helft van 2016, en de verwachte totale uitstoot van 2016. De kolom fictief 2016 is een verdubbeling van de 2016 H1. Figuur 1: trend van CO2-uitstoot van BWO Uit de grafiek blijkt dat de uitstoot in 2016 naar verwachting zal stijgen. Dit is met name te herleiden aan een verhoogde uitstoot van de machines. Deze energiestroom zal naar verwachting 10 procent toenemen met 40,3 ton meer uitstoot dan in 2015. Er is veel werk met machines geweest in de eerste helft van 2016, onder andere tijdens een project bij het Ketelmeer. Hiertegenover staat een daling in de uitstoot van de schepen met 23,5 ton, dit is een daling van 15 procent ten opzichte van 2015. Dit kan verklaard worden doordat er in 2015 veel inzet was van de schepen, en minder in 2016. Ook werd een nieuw schip ingezet (zie pagina 4). 3.2.2 Gerelateerde cijfers Om de jaarlijkse veranderingen met betrekking tot de activiteiten en weersinvloeden te compenseren zijn voor de energiestromen waarvoor dit mogelijk is indicatoren ontwikkeld. Deze zijn genoemd in hoofdstuk 2. De gerelateerde uitstoot over 2015 en 2016 H1 is in onderstaande tabel weergegeven. In de eerste kolom staan de energiestromen waaraan een indicator gekoppeld is, welke in de tweede kolom staat beschreven. De laatste kolom beschrijft het verschil per energiestroom. Tabel 1: gerelateerde uitstoot Eenheid 2015 2016-H1 Fictief 2016 2016 t.o.v. 2015 2016 t.o.v. 2015 Elektriciteit - 4,64 3,42 6,85 2,2 47% Aardgas Wagenpark Machines Ton CO2/ graaddag Ton CO2/ verreden kilometer Ton CO2/ omzet 1,71 1,16 1,16-0,6-32% 0,44 0,41 0,41 0,0-7% 2,86 2,53 2,53-0,3-11% 3

Schepen Ton CO2/ omzet schepen 2,42 1,43 1,43-1,0-41% Het elektriciteitsverbruik zou in 2016 op basis van de metingen met bijna 50% stijgen. Naar verwachting valt deze stijging lager uit door het extra aantal koude dagen zoals beschreven in paragraaf 3.1.1. Het gasverbruik zou naar verwachting dalen gerelateerd aan het aantal graaddagen, ondanks de extra 'koude dagen'. Hier komt bij dat er op locatie Meppel in 2015 een andere huisvestingssituatie was dan in 2016. In het basisjaar bevond het kantoor zich in een tijdelijk gebouw (keet), en in 2016 werd overgegaan naar het naastgelegen kantoorgebouw. Hierdoor is de uitstoot lager. De uitstoot van het wagenpark laat relatief aan het aantal verreden kilometers een daling zien. Dit komt naar verwachting doordat er in 2016 meer ritten over lange afstanden zijn geweest. Dit is zuiniger dan korte afstanden in de stad. De uitstoot van machines is in de eerste helft van 2016 gedaald, gerelateerd aan de omzet van die periode. Er is dus minder brandstof verbruikt per euro omzet. Dit kan nog niet verklaard worden. Een onzekerheidsfactor hierin is dat de schatting voor welk deel van het verbruik in de tank voor Meppel, Oosterwolde en op projecten afwijkt van de werkelijke verdeling. Daarnaast is het mogelijk dat er in het begin van de periode meer brandstof in de tank zat, dan aan het einde van de periode. Dit verschil wordt dan niet meegenomen. Ten slotte is de daling van de uitstoot van de schepen t.o.v. hun omzet groot. Mogelijk was in de eerste helft voor enkele schepen de brandstof niet geheel aangevuld terwijl de omzet wel geboekt was. Dit kan verklaard worden door het in gebruik nemen van een nieuwe motordekschuit, de "Willem". Dit schip heeft een relatief laag verbruik per draaiuur ten opzichte van andere schepen, de uren worden wel gefactureerd. Dit zorgt in totaal voor een lager verbruik per draaiuur. Figuur 2: motordekschuit "Willem" 4

4. Genomen en geplande maatregelen 4.1 Maatregelen afgelopen periode Maatregelen omtrent de CO 2-Prestatieladder hebben zich in 2016 met name toegespitst op het verkrijgen van inzicht in de eigen CO 2 footprint. Het inzetten van de nieuwe zuinige motordekschuit "Willem" heeft naar verwachting voor een besparing gezorgd. Tijdens het uitvoeren van reguliere werkzaamheden werd daarnaast aandacht besteed aan het zo efficiënt mogelijk inplannen van transportbewegingen. 4.2 Maatregelen komende periode Aangezien deze rapportage uitgebracht wordt in januari 2017, zal hier ingegaan worden op de geplande maatregelen in de komende periode 2017. Vanuit het energiemanagement actieplan zijn de volgende maatregelen ingepland voor de periode 2017 H1. Offertes opvragen bij leveranciers van groene stroom en deze vergelijken. Energiemeter kopen en steekproefsgewijs energieverbruikers meten op hun verbruik (denk aan PC, koffiezetautomaat, koelkast, apparatuur in de werkplaats). Maandelijks de meterstanden noteren en evalueren met aanwezig op kantoor om zo bewust te worden ven het elektraverbruik en indien mogelijk door bewustwording te verminderen. 4x in het jaar het elektraverbruik in de weekenden meten, om het elektraverbruik in de weekenden (verspillingen) te verminderen. Maandelijks (in de winter) de meterstanden noteren en evalueren met aanwezig op kantoor om zo bewust te worden ven het gasverbruik en indien mogelijk door bewustwording te verminderen. Verbruik inzichtelijk maken voor chauffeurs bijv. door maandelijkse terugkoppeling van het verbruik (in combinatie met vorige maatregel). Efficiënt plannen van vaartuigen en rekening houden met gunstige omstandigheden bij verplaatsingen Verbruik inzichtelijk maken voor schippers en communiceren. Aantal getankte liters per vaartuig inzichtelijk maken (energie-beoordeling verder uitwerken). Efficiënt plannen woon-werkverkeer van bedrijfswagens en carpoolen. Wagenpark vervangen naar zuinigere of kleinere bussen bij vervanging (geleidelijk vervangen). Bron www.werkelijkverbruik.nl Daarnaast heeft de volgende geplande maatregel betrekking tot CO 2-reductie: Vervanging gaskachel werkplaats. 5. Mogelijkheden voor individuele bijdragen BWO verwacht in eerste instantie dat er bij de medewerkers bewustwording ontstaat. Het besef dat het beter is voor mens en milieu als men zuinig(er) met energie en brandstoffen omgaat moet vervolgens in de praktijk worden gebracht. Daarnaast wordt er verwacht dat de medewerkers in kleine stapjes steeds meer bezuinigen, zodat het geen takenlijst wordt waar men tegenop ziet. Om te beginnen bijvoorbeeld voor de chauffeurs: vertrek op tijd, zodat je niet onnodig hard hoeft te rijden; rijd niet te hoog in toerental; en neem niet onnodig veel gewicht mee in de auto. Daarnaast wordt er verwacht dat medewerkers ook met eigen ideeën komen om met zijn allen te kunnen reduceren. Suggesties kunnen gericht worden aan Derko van der Molen. 5

6. Conclusie Hieronder wordt, alles in beschouwing genomen, een korte vergelijking gemaakt van de resultaten en de doelstellingen uit periode 2016 H1. 1. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar wagenpark reduceren gerelateerd aan verreden kilometers t.o.v. het basisjaar 2015. Met 7% reductie lijkt deze reductie al behaald. Het is op basis van deze korte periode echter nog niet vast te stellen of de reductie zich zal voortzetten. De reductie lijkt het gevolg te zijn van periodieke verandering in type werkzaamheden, en niet als gevolg van reductiemaatregelen. Daarnaast is er nog meetonzekerheid aanwezig. 2. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar vaartuigen reduceren gerelateerd aan omzet schepen t.o.v. het basisjaar 2015. In 2016 H1 is een reductie van 41% behaald. Dit kan het gevolg zijn van de aankoop het nieuw aangekochte schip dat per gefactureerd draaiuur minder brandstof verbruikt. De gekozen indicator lijkt daarom niet geheel toereikend. 3. BWO wilt eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar materieel reduceren gerelateerd aan productie omzet t.o.v. het basisjaar 2015. Het machinepark heeft in de periode 2016 H1 een reductie van 11% laten zien. Hiervoor geldt hetzelfde als voor het wagenpark. Preciezere meting van brandstofverbruik moet leiden tot beter inzicht in hoe besparing bereikt en vastgehouden kan worden. 4. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar gasverbruik reduceren gerelateerd aan graaddagen t.o.v. het basisjaar 2015. Het aardgasgebruik is in de eerste helft van 2016 met 32% gedaald. Mogelijk is dit het gevolg van het verhuizen naar het kantoor. 5. BWO wil eind 2018 5% CO 2 uitstoot van haar elektriciteitverbruik reduceren t.o.v. het basisjaar 2015. Het elektriciteitsverbruik is in 2016 H1 gestegen met bijna 50% ten opzichte van het basisjaar. Mocht deze stijging zich doorzetten, dan zal onderzocht moeten worden wat deze stijging heeft veroorzaakt. 6. Wij gaan per 1-1-2018 over op groene stroom. Naar verwachting wordt dit doel sneller gehaald, in de eerste helft van 2017. 6