Boekverslag Nederlands Dus ik ben door Rob Wijnberg & Stine Jensen Boekverslag door een scholier 2327 woorden 6 april 2011 4,6 20 keer beoordeeld Auteur Genre Rob Wijnberg & Stine Jensen Non-fictie Eerste uitgave 2010 Vak Nederlands 1.In dit boek wordt er eerst verteld wat verteld over de geschiedenis van identiteit daarna worden er in verschillende hoofdstukken verder uitgelegd wat er met identiteit wordt bedoeld. Ik ga per hoofdstuk vertellen hoe er wordt uitgelegd wat identiteit is. Ik denk, dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin ik denk, dus ik ben uit te leggen. Als je twijfelt over iets heb je geen sterke persoonlijkheid daar wordt het voorbeeld genoemd dat balkende wouter bos op die manier afgetroefd heeft in de verkiezingen omdat wouter Bosch veranderd was van mening en de mensen vonden hem dan gelijk niet meer betrouwbaar. Er wordt ook verteld hoe verschillende filosofen hier over denken. Zoals kant en Descartes Ik voel, dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik voel dus ik ben uit te leggen. Veel mensen die in de politieke top zitten worstelen met de houding tussen vrouwelijkheid en mannelijkheid. Een te kort aan vrouwelijkheid of een teveel aan mannelijkheid betekend al gauw dat je hard, gevoelloos en dergelijke bent. En als je weer een teveel aan vrouwelijkheid hebt of een te kort aan mannelijkheid dan ben je al snel zwak. De hedendaagse opvatting van emotie is: actieve stofjes in de hersenen. Beslissingen die we op de grond van onze onmiddellijke emoties nemen, zijn effecten van het evolutionaire proces. Emoties zijn gespeeld of chemisch van aard en toch blijven we graag vasthouden aan de echtheid ervan. De emotie als de basis van onze identiteit. Er wordt ook door Freud gekeken naar deze opvatting van identiteit. Ik werk, dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik werk dus ik ben uit te leggen. Als mensen zich voorstellen zeggen ze vaak eerst hun naam en daarna vertellen ze wat over het werk wat ze doen. Daaruit is op te merken dat het werk wat we doen bepalend is voor onze identiteit. Daarom geld Pagina 1 van 5
ook voor velen: wat ik doe, is wie ik ben. Aristoteles zag werk als een primair belemmering voor datgene waar het in het leven echt om draaide, namelijk ontplooiing. Werk wordt gezien als een van de meest wezenlijke aspecten van ons leven: het bepaald onze maatschappelijk positie en dergelijke. En het vormt ook grotendeels onze identiteit. Mensen die denken dat wie is wat hij doet, beschouwt stilstand in zijn carrière als stilstand in zijn persoonlijke ontwikkeling. Ik heet, dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik heet dus ik ben uit te leggen. Uit iemands achternaam is vaak al een aantal zaken af te leiden zoals de afkomst of in sommige gevallen de religie. Je zou denken dat je naam geen invloed heeft op je identiteit maar dat is echter niet helemaal waar toch worden namen niet helemaal willekeurig gegeven. Er wordt goed over nagedacht door je ouders. Je naam is van jou, en je kunt hem haten of ervan houden. Maar je kan niet zonder je naam. Je naam onderscheidt je van anderen of verbind je juist met hen. Een gezin hoeft tegenwoordig niet meer op grond van gelijke namen bij elkaar worden gezet. De naam vormt de wortel van je identiteit. Ik heb een naam, dus ik ben. Ik hoor, erbij dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik hoor erbij dus ik ben uit te leggen. Sport maakt, net als oorlog en religie, bij uitstek duidelijk dat mensen naast individuen ook groepswezens zijn. Mensen verenigen zich niet alleen om hun overlevingskans te vergoten maar ook om identiteit te scheppen. Vereenzelviging met gelijksoortige of gelijkgestemde mensen bepaalt voor een groot deel wie we zijn en hoe we over onszelf denken. We hebben niet alleen een persoonlijke identiteit maar ook een sociale identiteit. We verenigen ons op microniveau(familie en dergelijke) op iets hoger niveau(vakbonden en dergelijke) en op het meest abstracte niveau (geslacht en dergelijke). Hieruit blijkt dat uit enorme verschillende aanleidingen zijn om groepen te maken. Dus bij wie ik hoor, is wie ik ben. Er wordt ook nog wat verteld over hoe kant hierover denkt. Ik lijd, dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik lijd dus ik ben uit te leggen. Bepaalde groepen hebben een gemeenschappelijke identiteit. Wij erkennen bepaalde groepen of landen voor zover ze lijden. Hun lijden geeft hun bestaansrecht. Zij lijden, dus ze zijn. Als afrikanen niet lijden, bestaan ze voor ons ook niet. We zien zelden hoe gelukkig afrikanen zijn. De door iedereen begrepen indeling van de wereld is gebaseerd op niets anders dan een rangorde van lijden. Ook de mate van leed is bepalend voor identiteit die wij aan mensen toekennen. Aan anderen maar ook aan ons zelf. Bij sommige mensen wordt hun (vroegere) lijden dan een integraal onderdeel van hun persoonlijkheid. Wie lijdt, kan gemakkelijker verantwoordelijkheden vermijden en kan doorgaans ook sneller rekenen en op hulp en medelijden van anderen. In die zin is lijden ook op persoonlijk niveau een manier op erkenning te vragen( dus een manier om de eigen identiteit te vormen). Alle monotheïstisch religies geven een duidelijk antwoord op der vraag waarom wij lijden: lijden is een les in nederigheid en een straf van god. Of een proef om te kijken hoe standvastig de mens is. Lijden heeft zin omdat het ons uiteindelijk een betere dan wel sterkere mens zal maken en ons dichter bij god zal brengen, zo is de gedachte. Voor niet- gelovigen levert leed een probleem op: alleen als hij gelooft in iets hogers, kan hij lijden op een religieuze manier Pagina 2 van 5
betekenis geven. Het lijden heeft geen zin en we moeten alles in werk dienen om het te verkomen. Lijden hoort bij het ven en het is volstrekt zinloos, dus: ik ben, dus ik lijd. Schopenhauer wijst erop dar het lijden ons in ieder geval van bewust maken dat we zijn. De popsterren zijn misschien wel de zin van het lijden in deze tijd om het lijden levendig te houden. Ik heb een verleden dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik heb een verleden dus ik ben uit te leggen. Onze identiteit is niet slecht een momentopname in het hier en nu, maar een complexe optelsom van ervaringen en herinneringen die we over een periode van jaren hebben opgedaan. Voor ieder mens geldt, kortom, dat hij niet slecht s een verzameling opvattingen, gevoelens en projecten in het heden is, maar ook een product van de aan hem voorbijtrekkende tijd. Ik heb een verleden, dus ik ben. Identiteit is een aanhoudend proces in de tijd. Er moet sprake zijn van een voortdurend bewustzijn, aldus Locke. Dus een mens is dezelfde persoon voor zover hij hetzelfde bewustzijn heeft als in het verleden. Een mens zonder geheugen zou zonder Locke dan ook geen identiteiten ontwikkelen, omdat hij geen herinneringen heeft aan hoe hij vroeger was. Wie de essentie van de jeugd doorgrondt, begrijpt opeens waar we vandaan komen, waar we zijn en waar we heen gaan. Begrijpt kortom, zichzelf. Jongeren krijgen niets dan afschuw en bewondering. Want in hen weerspiegelt zich de geschiedenis, maar ook wat er nog komen gaat. Ik heb een toekomst, dus ik ben. Ik heb lief dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik heb lief dus ik ben uit te leggen. We sloven ons flink uit om de liefde te vinden met ons uiterlijk, onze status, onze humor of intelligentie. Een partner vinden is een opdracht in het leven, en een lastige, want niet zomaar iedereen volstaat. De zoektocht hiernaar kan ons dan ook op het obsessieve af bezighouden. Want we vinden dat het leven zonder liefde geen zin heeft of zelfs mislukt is. Zonder liefde ben je niemand. Ik heb lief, dus ik ben. Liefde is cruciaal voor onze identiteit omdat kenmerkende van de liefde is dat er een anders is die je bestaan erkent. Jij hebt mij lief, dus ik ben. Volgens Friedrich Nietzsche is het zo dat liefde altijd om woeste hebzucht en egoïsme draait. De liefde is de toestand waarin de mensen de dingen het meest ziet zoals ze niet zijn. Ik word erkend dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik wordt erkend dus ik ben uit te leggen. De term ik onderscheidt ons van alle andere diersoorten op aarde. Dieren hebben namelijk el een bewustzijn, maar alleen de mens is zelfbewust genoeg om daadwerkelijk te kunnen spreken van een ik. De mens is zich niet alleen bewust van de wereld om hem heen, maar ook van zijn eigen plaats daarin. Als een mens in totale afzondering opgroeide, zou hij waarschijnlijk geen of slechts een zeerzwak gevoel van ontwikkelen. Zelfbewustzijn is pas mogelijk in relatie tot anderen. Pas dan weet je dat je ík bent dat niet een ander is. Dus ik wordt erkend, dus ik ben. Hoe meer zelferkenning we krijgen, hoe zelfbewuster we worden. Complimenten en aandacht geven ons, een gevoel van zelf, een gevoel van bevestiging en eigenwaarde. Ik consumeer dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik consumeer dus ik ben uit te leggen. Door Pagina 3 van 5
bezittingen kun je je onderscheiden van anderen. Wil je weten wie iemand is dan kijk je eerst naar de materiële bezittingen. Mensen schaffen goederen aan om zich zo te onderscheiden en zo status, macht en rijkdom uit te drukken. De interesse voor merken en producten is niet verwonderlijk. In de hedendaagse samenleving staan we de hele dag door aan verleidingen bloot. In veel reclames wordt status en gelukkig gekoppeld aan consumptie. De maakbaarheid van identiteit komt zo voorop te staan: als je koopt maakt wie je bent, kan je kopen wie je bent. Critici stellen echter dat deze maakbare identiteit via consumptie slechts een illusie is, niemand via consumptiegoederen zijn unieke ik. Ik heb een lichaam dus ik ben In dit hoofdstuk word er verteld over de identiteit door de zin Ik heb een lichaam dus ik ben uit te leggen. Het uiterlijk bepaalt de mate van succes op het werk en in de liefde. Het uiterlijk bepaald in hoge waarde wie erkenning vindt: mooie mensen aanzienlijk meer en sneller aandacht dan een persoon met een minder aantrekkelijk voorkomen. Het uiterlijk is dus bepalend voor de kansen in de maatschappij. Er is voor de meeste mensen niets wat zo direct op hun gemoed inwerkt als uiterlijk. Het uiterlijk is ook het meest zichtbare van onszelf en is daardoor in de meeste directe zin bepalend voor je zelfbeeld. Vrouwen worden meestal met het lichaam verbonden en mannen met de geest. Het ouder worden van het lichaam hoeft niet als een devaluatie van het leven te zien. Maar mijn lichaam verandert, dus ik ben. 2.Stine Jensen en rob wijnberg zijn de schrijvers van het boek. Stine jensen is filosoof en literatuurwetenschapper. Rob wijnberg is filosoof ook al noemt hij zichzelf niet zo. Hij is vooral columnist en hij heeft nog niet zijn eigen gedachtegoed. Uit het boek kun je niet goed het gedachtegoed van deze 2 filosofen halen. Ze laten vooral doormiddel van andere filosofen zien hoe ze erover denken. 3.Ze schrijven gemakkelijk en ze noemen veel voorbeelden van wat nu belangrijk is. Ze zetten zich niet echt tegen iets af maar ze laten doormiddel van andere filosofen zien hoe ze erover denken. 4.In het boek wordt veel verteld over identiteit en in welke manieren je hier na kunt kijken. Het belangrijkste wat ze willen overbrengen is dat wat je allemaal onder identiteit kunt noemen. Wat voor de een identiteit is voor de ander weer iets heel anders. 5.Het nadeel van het boek is dat ze niet duidelijk laten merken hoe ze er zelf over nadenken ze laten vooral zien hoe andere filosofen erover denken. Het positieve van het boek is dat ze veel voorbeelden noemen van nu. Je begrijpt hierdoor het boek gemakkelijker. 6.Ik vind het een erg leuk boek. In het begin was het saai maar zodra je het proloog hebt gelezen wordt het boek makkelijker te begrijpen en erg interessant. Wat mij is bijgebleven is op hoe veel verschillende manieren je kunt kijken naar identiteit en je herkent je zelf er in terug en dat maak het een mooi boek vind ik. Enigst nadeel vind ik wel ze gebruiken te veel voorbeelden uit te politiek hierdoor wordt het wat saaier om te lezen. 7.Wat ze denken dat de echte identiteit is want dat komt niet helemaal duidelijk naar voren, dat vind ik Pagina 4 van 5
wel erg jammer. 8.Het nut van de manier van denken van deze personen is dat je ziet dat tegenwoordig veel mensen niet meer weten wat hun echte identiteit is. En dat er al snel een vooroordeel is over mensen. Voorbeelden hiervan zijn: wordt ons zelfbeeld bepaald door beelden om ons heen? En zijn we ons innerlijk of ons uiterlijk. 9.Ik vind het boek echt een aanrader de schrijvers verbinden oude en nieuwe denkwijzers over identiteit met elkaar waardoor het erg boeiend is om te lezen ook is het makkelijk geschreven zodat je er snel doorheen komt. Ik denk dat dit komt doordat het is geschreven door 2 jonge filosofen.als je wat meer wilt richten op je identiteit, en hoe het allemaal in elkaar steekt raad ik dit boek erg aan. Het is theorie, maar op zo een manier geschreven dat het niet zo over komt. Pagina 5 van 5