Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen

Transcriptie

1 Doelenlijst Relationele Vorming in de Basisschool in combinatie met de IK-zinnen RV 1 Kinderen hebben vertrouwen in zichzelf. RV1.1 RV1.2 RV1.3 RV1.4 Ontdekken dat iedereen uniek is. Ik heb door dat iedereen anders is. Zich bewust worden van hun eigen kwetsbaarheid en ermee kunnen omgaan Ik weet wat ik niet zo goed kan en ik vind daar oplossingen voor. Eigen mogelijkheden, kenmerken, wensen, gevoelens, beperkingen, voorkeuren, ontdekken. Ik ken mezelf. Ontdekken dat eigenschappen en vaardigheden niet vastliggen, maar ontwikkeld kunnen worden. Wat ik nog niet kan, kan ik leren. RV1.5 ET1.1 Een zelfbewuste en assertieve houding ontwikkelen. Ik geloof in mezelf en kan mijn mannetje staan. RV2 Kinderen kunnen omgaan met de eigen gevoelens RV2.1 RV2.2 RV2.3 RV2.4 RV2.5 Duidelijk geuite, eenvoudige gevoelens (blij, boos, verdrietig, bang, ) bij zichzelf waarnemen en benoemen. Ik kan het zeggen wanneer ik blij, bang, boos of verdrietig ben. Nuances van gevoelens (verlegen, onzeker, flink, stoer, tevreden, jaloers, afkerig, faalangst ) bij zichzelf waarnemen en benoemen. Ik kan mijn gevoelens benoemen wanneer ik verlegen, onzeker, flink, stoer, tevreden, jaloers, ben. Gevoelens erkennen en aanvaarden. Ik vind: Voelen mag, voelen moet, voelen doet goed! Inzien dat gevoelens vaak het gevolg zijn van een bepaalde situatie en zich daarover Ik weet dat gevoelens het gevolg zijn van bepaalde situaties en ik kan me daarover Bewust omgaan met de eigen gevoelens en deze voor anderen begrijpelijk uiten. Ik ben me bewust van mijn gevoelens en kan deze zo uiten dat anderen me begrijpen. RV3 Kinderen kunnen zich inleven in anderen RV3.1 RV3.2 RV3.3 RV3.4 RV3.5 RV3.6 Duidelijk geuite, eenvoudige gevoelens(blij, boos, verdrietig, bang, ) bij anderen waarnemen en benoemen. Ik zie wanneer anderen bang, blij, droevig of boos zijn en ik kan die gevoelens benoemen. Nuances van gevoelens (verlegen, onzeker, flink, stoer, jaloers, afkerig, faalangst ) bij anderen waarnemen en benoemen. Ik kan de gevoelens van anderen waarnemen en benoemen. Eenvoudige gevoelens bij anderen zien als het gevolg van een bepaalde situatie en zich daarover Ik kan inschatten hoe het komt dat iemand zich voelt en ik kan me daarover Weten dat een bepaalde situatie gevoelens oproept, maar dat die gevoelens niet bij iedereen gelijk zijn en ook niet op dezelfde wijze geuit worden. Ik begrijp dat niet iedereen hetzelfde voelt en dat mensen hun gevoelens verschillend uiten. De emotionele aanleiding voor iemands gedrag kunnen achterhalen. Ik kan de emotionele reden van iemands gedrag achterhalen. Zich kunnen verplaatsen in de situatie van een ander om diens gevoelens beter te begrijpen. Door in iemands schoenen te staan, begrijp ik zijn gevoelens beter.

2 RV3.7 RV3.8 RV3.9 RV3.10 RV3.11 RV3.12 RV3.13 RV3.14 In hun eigen gedrag rekening houden met de gevoelens van anderen. Ik houd in mijn gedrag rekening met de gevoelens van anderen.. Ervaren dat vanuit verschillende standpunten niet hetzelfde waargenomen wordt. Ik weet dat iedereen een situatie vanuit zijn eigen standpunt bekijkt. Zich kunnen voorstellen en kunnen uitdrukken wat een ander waarneemt vanuit een andere positie. Ik kan me voorstellen wat een ander vanuit zijn standpunt ervaart en ik kan me daarover Uit het handelen van anderen hun bedoeling kunnen afleiden en zich daarover Ik kan aan iemands handelingen zien wat hij van plan is en ik kan me daarover Hun eigen gedrag afstemmen op de bedoelingen van anderen. Ik kan mij gedrag afstemmen op de bedoelingen van anderen.. Ervaren hoe mensen in hun expressie (verhalen, kunst, ) hun eigen gedachten en gevoelens verwerken. Ik weet dat mensen hun eigen ervaringen en gevoelens verwerken in hun expressie. Zich kunnen verplaatsen in de gedachtegang van anderen en op die gedachten inspelen. Ik kan me verplaatsen in de gedachten van anderen en ik kan op die gedachten inspelen. Interesse en respect tonen voor het gevoelsleven van anderen. Ik heb interesse voor wat anderen voelen en ik respecteer hun gevoelens.. RV4 Kinderen kunnen met de andere(n) in relatie treden. RV4.1 ET1.3 Een ander kunnen helpen door zich dienstbaar op te stellen. Ik kan me dienstbaar opstellen en ik help graag waar het kan. RV4.2 ET1.5 Leiding kunnen volgen en kunnen meewerken met anderen. Ik kan leiding volgen en ik kan met anderen samenwerken.. RV4.3 ET1.4 Hulp kunnen vragen en zorg aanvaarden. Ik kan hulp vragen en aanvaard zorg van anderen.. RV4.4 ET1.6 Constructief kritisch kunnen zijn en met positief geformuleerde kritiek van anderen kunnen omgaan. Ik kan positief kritisch zijn en kan om met goed bedoelde kritiek van anderen. RV4.5 ET1.7 Zich weerbaar opstellen naar leeftijdsgenoten en volwassenen toe door signalen te geven die voor anderen begrijpelijk en aanvaardbaar zijn. Ik kan me op een duidelijke manier weerbaar opstellen naar anderen toe. RV4.6 ET1.8 Zich discreet kunnen opstellen.. Ik kan me discreet opstellen. RV4.7 ET1.9 Kritiek beluisteren en eruit leren en ongelijk of onmacht kunnen toegeven Ik ben bereid te leren uit kritiek en kan ongelijk en onmacht toegeven. RV4.8 ET3 Kunnen samenwerken met anderen zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of etnische afkomst. Ik kan samenwerken met anderen. RV4.9 ET2 Afspraken en regels betreffende de omgang met anderen kunnen naleven. Ik kan afspraken en regels naleven!. RV4.10 Ontdekken hoe conflictsituaties in de eigen omgeving ontstaan en er oplossingen voor zoeken. Ik onderzoek de oorzaak van conflicten en ik zoek naar oplossingen. RV4.11 ET3 Zich openstellen voor anderen met de bedoeling ze beter te leren kennen of ermee samen te werken. Ik stel me open voor anderen zodat ik ze beter kan leren kennen! RV4.12 Zien waar hulp nodig is en daar passend op inspelen.

3 Wanneer ik zie dat er hulp nodig is, probeer ik daar passend op in te spelen.. RV4.13 ET1.5 Leiding kunnen geven.. Ik kan leiding geven. RV5 Kinderen ervaren hoe waarden en normen aan relaties inhoud en richting geven. RV5.0 Op basis van relationeel waardevolle waarden persoonlijke keuzes kunnen maken. Ik kan waardevolle en persoonlijke keuzes maken. RV5.1 Ervaren dat thuis, op school en op straat verschillende regels, afspraken en conventies met betrekking tot het samenleven nodig zijn. Ik ervaar dat goede regels en afspraken het samenleven gemakkelijker maken. RV5.2 Beseffen dat regels en afspraken betreffende de omgang met elkaar door mensen zijn bepaald en ook kunnen worden veranderd. Ik besef dat regels en afspraken door mensen worden gemaakt en dat ze dus ook door hen kunnen worden veranderd. RV5.3 Op een zelfbewuste wijze kunnen kiezen om de mening van de groep te volgen of op te komen voor de eigen mening. Ik kom op voor de eigen mening, ook als die ingaat tegen de mening van de groep. RV5.4 Zich een eigen mening vormen op basis van waardevolle elementen zoals de eigen overtuiging, persoonlijke waarden, Ik vorm mij een persoonlijke mening op basis van mijn overtuiging en waarden. RV5.5 ET1.2 Respect en waardering opbrengen voor de waarden en normen van anderen. Ik respecteer dat anderen eigen waarden en normen hebben. RV5.6 RV5.7 RV5.8 RV5.9 Zich bewust voor anderen inzetten. Ik zet me bewust voor anderen in. Aanvoelen hoe mensen zich op basis van gemeenschappelijke waarden verbonden weten met anderen en die verbondenheid beleven. Ik voel me verbonden met gelijkgezinde mensen en beleef die verbondenheid. Stilstaan bij de eigen waarden en normen en er zich naar anderen toe over Ik denk na over mijn eigen waarden en normen en druk er me ook over uit. Inzien hoe waarden en normen mee worden bepaald door aspecten als sociale achtergrond, etnische afkomst en de persoonlijke geschiedenis van mensen. Ik weet dat de afkomst en de persoonlijke geschiedenis van mensen mee bepalen wat zij belangrijk vinden in hun leven. RV6 Kinderen ervaren hoe mensen met de vele mogelijkheden van hun lichaam uitdrukking geven aan zichzelf en aan hun relatie met de andere(n). RV6.1 Ontdekken en voelen dat iedereen uniek is. Ik besef en ik ervaar dat iedereen anders is.. RV6.2 Ervaren dat er verschillende gewoonten en opvattingen bestaan over intimiteit en bloot. Ik houd er rekening mee dat niet iedereen op dezelfde manier over bloot denkt. RV6.3 Beseffen dat mensen die van elkaar houden dat ook uiten door allerlei vormen van fysiek contact: hand in hand wandelen, strelen, kussen, Ik besef dat mensen die elkaar graag zien, dat ook tonen door allerlei vormen van lichamelijke contact. RV6.4 Ervaren dat hoe verscheiden vriendschappen en verliefdheid ook kunnen zijn, ze altijd vertrouwen en respect als basis hebben. Ik weet dat vertrouwen en respect een belangrijke basis vormen voor echte vriendschappen.

4 RV6.5 RV6.6 RV6.7 RV6.8 RV6.9 RV6.10 RV6.11 RV6.12 RV6.13 RV6.14 RV6.15 RV6.16 RV6.17 RV6.18 RV6.19 RV6.20 RV6.21 Weten dat de wijze waarop mensen samenleven heel verscheiden kan zijn en door allerlei oorzaken kan veranderen. Ik weet dat de manier waarop mensen samenleven met anderen heel verscheiden kan zijn en dat dat door allerlei redenen kan veranderen. Zich in het spreken over seksualiteit op een respectvolle manier uitdrukken, o.a. door de dingen die ermee te maken hebben correct te benoemen. Wanneer ik spreek over seksualiteit doe ik dat respectvol en gebruik ik de juiste woorden. Inzien dat veel mensen de komst van een kind zien als de bevestiging van hun liefde voor elkaar. Ik weet dat heel wat koppels de komst van een kind zien als de bevestiging van hun liefde voor elkaar. Ervaren dat gezond lichamelijk contact een primaire behoefte is van alle mensen en er zelf van kunnen genieten. Ik kan genieten van gezond lichamelijk contact. Ervaren dat iemand verliefd kan worden op een man, een vrouw of beide en dat respecteren. Ik weet dat iemand verliefd kan worden op een man, een vrouw of beide en ik respecteer dat. Ervaren dat mensen zich op een heel verschillende manier over seksualiteit kunnen Ik weet dat mensen zich heel verschillend kunnen uitdrukken over seksualiteit. Weten wat seksueel misbruik inhoudt en op welke manier ze eventueel hulp kunnen vragen. Ik weet wat seksueel misbruik inhoudt en kan, wanneer dat nodig is, hulp vragen. Beseffen dat elkaar leren kennen tijd vraagt en op een respectvolle manier dient te gebeuren. Ik besef dat elkaar leren kennen tijd vraagt en dat je dat doet op een respectvolle manier. Ervaren hoe sekserollen en rolpatronen ontstaan en worden doorgegeven. Ik weet wat rolpatronen en sekserollen zijn en hoe die ontstaan en worden doorgegeven. Ervaren dat mensen verschillend denken over wat een goede relatie is en op basis daarvan ook eigen keuzes maken: samenwonen, trouwen, single blijven, Ik weet dat mensen verschillend denken over wat een goede relatie is en daaruit eigen keuzes maken. Zich op seksueel vlak weerbaar kunnen opstellen. Ik kan me op seksueel vlak weerbaar opstellen. Kritisch staan tegenover de media die vaak een onrealistisch en vertekend beeld geven van mannen en vrouwen, van relaties, van seksualiteit, Ik stel me kritisch op tegenover de media die een onrealistisch beeld schetsen van mannen, vrouwen, van relaties en seksualiteit. Inzien dat er middelen bestaan voor een veilige seksuele omgang en middelen die toelaten om bewust zwangerschap te vermijden. Ik weet dat er middelen bestaan voor een veilige seksuele omgang en voor het voorkomen van zwangerschap. Ervaren hoe veranderingen die eigen zijn aan de puberteit effect hebben op het eigen leven. Ik ervaar de effecten van het puber zijn op mijn leven. Beseffen dat een menswaardige seksualiteitsbeleving een plaats heeft binnen een liefdesrelatie. Ik besef dat menswaardige seksualiteit een plaats heeft binnen een liefdesrelatie. De seksuele beleving van de liefde tussen twee mensen zien als een geschenk. Ik vind de tedere, seksuele beleving van de liefde tussen twee mensen iets moois. Respectvol omgaan met het eigen lichaam en dat van anderen.

5 RV6.22 RV6.23 RV6.24 Ik ga respectvol om met mijn eigen lichaam en met dat van de Weten dat bepaald seksueel gedrag risico s inhoudt. Ik weet dat bepaald seksueels gedrag risico s inhoudt. Zich over seksualiteit durven uiten. Ik kan me zonder schaamte en spontaan uitdrukken over seksualiteit. Kunnen genieten van verschillende vormen van tederheid. Ik kan genieten van verschillende vormen van tederheid.