PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE (POLS) module SCP LEEFSITUATIE / EUROPEAN WELFARE SURVEY SLI/EWS

Vergelijkbare documenten
PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module SCP - LEEFSITUATIE SLI

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Gezondheid en Arbeid

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE PARTICIPATIE

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE MILIEU EN INKOMENSWAARDERING

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE PARTICIPATIE

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE MILIEU

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Jongeren JONG

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. RECHT Slachtofferschap van criminaliteit, Rechtshulp DOCUMENTATIE

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Jongeren

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. RECHT Slachtofferschap van criminaliteit, Rechtshulp

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Gezondheid

Weging Gezondheidsenquête, vanaf 2010

Documentatierapport POLSmodPAR 2004V1 (Participatie en vrijwilligerswerk 2004) POLSmodPARV 2004V1 (Participatie: doorvragen

Bijlage A Gebruikte databestanden

Bijlagen hoofdstuk 2 Demografie en ruimtegebruik Carola Simon

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018

Aanvullende module Leefstijlmonitor Bewegen en Ongevallen 2015

Rapport Responsverantwoording Culturele veranderingen en SCP Leefsituatie Index 2017/2018

Memo. 6 januari aan Lotte Vermey cc van Vincent de Heij. onderwerp Steekproef voor het onderzoek Sociaal Vitaal Platteland 2014.

SAMENVATTING RAPPORT VAN HET KWALITEITSONDERZOEK NAAR MATE VAN KLANTTEVREDENHEID OVER DIENSTVERLENING VAN ADVOCATEN

Woningmarktmodule 2015 The making of.. CBS 7 April 2016

Documentatierapport POLSmodTBO 1999V1

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE. module Gezondheid

Centraal Bureau voor de Statistiek

Vrijwillige inzet 2008

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies

Onderzoektechnische verantwoording. Opinieonderzoek Solidariteit

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN ONDERZOEK VRIJWILLIGERSWERK EN CIVIL SOCIETY. Onderzoeksverantwoording

Persbericht. Werkloosheid in alle provincies gedaald

Enquête Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Financiering in het MKB

Bijlagen hoofdstuk 8 Mobiliteit Lucas Harms

Migratieachtergrond van werknemers in Nederland naar beroep en regio, pilot Barometer culturele diversiteit

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot

Opvoeden in Nederland 2010 Onderzoeksverantwoording. Sociaal en Cultureel Planbureau

Woningen Provincie/Gemeenten Marktgegevens en prognoses Prijzen en transacties. Prijs per m² GBO in mediaan 2017

Het arbeidsaanbod van laagopgeleide vrouwen vanuit een economisch en sociologisch perspectief. A Gebruikte databestanden... 2

Omnibusenquête deelrapport. Ter Zake Het Ondernemershuis

IMC WEEKENDSCHOOL - POLL

Omnibusenquête deelrapport. Studentenhuisvesting

Rapportage installed base van kachels en (open) haarden en hun gebruikersintensiteit in Nederland 2018

WATERSCHAPSVERKIEZINGEN

Emancipatie Opinies 2016 (EMOP) Onderzoeksverantwoording

Bijlage 1 Spreiding en fluctuaties leerplichtige asielzoekers

Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân

Bekendheid Overijsselse regio s. Rapportage meting 4 (december 2012)

De HuisartsenOmnibus van oktober 2013

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs

Monitor Nieuwe Woningen tot en met het derde kwartaal 2011

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

MARKTFLITSEN SPECIAL: Leeftijd intermediaire bedrijven. Bedrijfsleeftijd is een goede indicatie voor financiële soliditeit en omvang

Dongen, april 2004 Ond.nr.: 7166.fdg/mv

VERTROUWELIJK ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN

Omnibusenquête deelrapport. Werk, zorg en inkomen

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering december 2010 VELDWERK OPTIMAAL

Ontsluitingskwaliteit openbaar vervoer voor woningen,

Enquête 'De Nieuwe Wildernis' van de Oostvaardersplassen. Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

Centraal Bureau voor de Statistiek

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2008

Landelijke peiling Nijmegen Resultaten eindmeting, januari 2006

Locatiebereik Boomerang Media Inclusief bereik Toiletreclame

Weging Woningmarktmodule Erwin Vondenhoff 28 januari 2016

Woningtransacties per maand, Nederland

Centraal Bureau voor de Statistiek

Participatie en gezondheid. Resultaten uit de Gezondheidsenquête 2016

Sterkste groei vacatures in Zeeland

Bezuinigingen openbaar groen Branche vereniging VHG Uitvoering augustus 2013 VELDWERK OPTIMAAL

4 BEPALEN VAN GEWICHTEN

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Kleine daling werkloosheid. Vooral toename jonge werkzoekenden. Forse stijging nieuwe WW-uitkeringen

Actualisatie verdeelmodel jeugdzorg 2009

Burgerpeiling Discriminatie

Factsheet persbericht. Studenten: stagebegeleiding scholen schiet tekort

Woningtransacties per kwartaal Nederland

Eenzaamheid in relatie tot digitale communicatie

Resultaten Kwaliteitsmonitor Dienstverlening Archieven Instelling: (17) Regionaal Archief Leiden

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Februari 2008

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid verder toegenomen. Stijging 9 duizend per maand in afgelopen halfjaar

Gezondheidsenquête, Leefstijlmonitor en Gezondheidsmonitor. 12 april 2018 Christianne Hupkens

Bijlage bij hoofdstuk 11 Wonen

Documentatierapport POLSmodERVI 2004V1 (Rechtshulp instanties 2004) POLSmodERVA 2004V1 (Rechtshulp problemen 2004)

De aanvullende tandzorgverzekering Samenvatting Bijna iedereen heeft een aanvullende verzekering Aanvullend verzekerd voor:

Voorpublicatie Diversiteit in cijfers 2005

Centraal Bureau voor de Statistiek!" ##

Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

Armoede en gezondheid. Resultaten uit de Gezondheidsenquête 2016

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid daalt voor de zesde maand op rij. Lichte daling aantal werkzoekenden

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Opnieuw minder werklozen

Rapportage, Intomart GfK onderzoek, inzake: Bereik, waardering en doelgroepkenmerken van toiletreclame. Uitgevoerd door: Intomart GfK Hilversum

Verslag opinieonderzoek validatiestelsel

Persbericht. Werkloosheid licht gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Factsheet persbericht. Aanbod stageplaatsen groeit

Begrippenlijst Anders Dit is onderzoek

BIJLAGEN. Ouderenmishandeling in Nederland

4 Onderzoeksverantwoording

Transcriptie:

PERMANENT ONDERZOEK LEEFSITUATIE (POLS) module SCP LEEFSITUATIE / EUROPEAN WELFARE SURVEY SLI/EWS 2002 DOCUMENTATIE pagina 1

pagina 2

Inhoudsopgave Inleiding 1. Doelstellingen onderzoek 1.1 Doel onderzoek 1.2 Onderzoeksopzet 1.3 Opdrachtgever 1.4 Historie 2. Steekproef 2.1 Doelpopulatie 2.2 Steekproefkader 2.3 Steekproeftrekking 2.4 Steekproefomvang 3. Veldwerk 3.1 Screening en uitzet van de steekproef 3.2 Instructie 3.3 Respons 3.4 Evaluatie 4. Verwerking 4.1 Dataprocessing 4.2 Afgeleide variabelen 5. Ophoging 5.1 Methodiek 5.2 Hulpvariabelen en weegschema s 5.2.1 Basis 5.2.2 SCP Leefsituatie-EWS 6. Kwaliteit 6.1 Soorten fouten 6.2 Nauwkeurigheid 6.3 Betrouwbaarheid 6. Beveiliging Bijlage 1 Questionnaire Laboratory Test of European Welfare Survey Questions Bijlage 2 Euromodule Towards a European Welfare Survey: An introduction to the Euromodule. Bijlage 3 POLS Module SLI-EWS: SCP Leefsituatie-onderzoek 2002 pagina 3

pagina 4

Inleiding De informatie in deze documentatie gaat specifiek in op de bijzonderheden die gelden voor de betreffende module SCP Leefsituatie Index European Welfare Survey (SLI-EWS) 2002 en dient daarom beschouwd te worden als een aanvulling op de algemene documentatie van POLS. Waar er voor de onderwerp-specifieke modules geen sprake is van afwijkingen van procedures of activiteiten ten opzichte van het algemene onderzoek POLS wordt dan ook verwezen naar de algemene documentatie. Voor de duidelijkheid wordt ook in deze SLI-EWS documentatie de structuur van de algemene documentatie aangehouden zodat gebruikers eenvoudig kunnen zien waar er sprake is van bijzonderheden. 1. Doelstellingen onderzoek 1.1 Doel onderzoek Het doel van de module SCP Leefsituatie (SLI) is het waarnemen van die populatiegegevens op basis waarvan de zogeheten "SCP Leefsituatie Index" (SLI) wordt samengesteld. Om vergelijking van sociale rapportages op het terrein van welzijn en kwaliteit van leven in Europa mogelijk te maken, wil het SCP met ingang van 2002 komen tot een integratie van het leefsituatie-onderzoek met een Euromodule, een European Welfare Survey (EWS). Dit survey is ontwikkeld door het Social Science Research Center Berlin (Delhey e.a., 2001, zie bijlage 2). Op deze wijze wil het SCP informatie verzamelen over sociale condities, objectief en subjectief welzijn, de kwaliteit van de samenleving, etc. 1.2 Onderzoeksopzet Zie algemene documentatie POLS 2002. 1.3 Opdrachtgever De module SCP-Leefsituatie (voorheen DLO-Trend ) is in 1997 op verzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau aan POLS toegevoegd. In 2002 is aan deze module, eveneens op verzoek van het SCP, het blok EWS toegevoegd. De module bestaat derhalve vanaf 2002 uit twee afzonderlijke vragenblokken: SLI en EWS. Opdrachtgever is het hoofd van de sector Statistische Analyse Heerlen (SAH) van het CBS. pagina 5

1.4 Historie De SCP Leefsituatie Index (SLI) kent een relatief lange geschiedenis. In 1974 heeft het CBS op verzoek van en in nauwe samenwerking met het SCP het eerste Leefsituatieonderzoek gehouden. Tot en met 1986 vond dit onderzoek op driejaarlijkse basis plaats en vanaf 1989 tot en met 1993 was dit onderzoek op doorlopende basis in het veld. Het SCP gebruikte de resultaten van deze onderzoeken onder andere voor het berekenen van de Welzijnsindex. In genoemde onderzoeksperiode zijn de vragen waarop de Welzijnindex was gebaseerd min of meer gelijkgebleven. Sedert 1997 zijn echter twee vrij grote veranderingen in het onderzoeksdesign opgetreden: een methodologische (SLI is nu een module in POLS; zie daarvoor verder de basisdocumentatie) en een inhoudelijke. De vraagstellingen zijn nu tamelijk drastisch aangepast aan de inzichten die in de loop der tijd zijn verkregen. Bedoelde aanpassingen liggen met name op het veldwerktechnisch terrein: de respondenten hebben minder moeite met de vragen, zij zijn duidelijker en sneller te beantwoorden. Het resultaat is een goed lopende vragenlijst, die naar verwachting een aantal jaren ongewijzigd zal blijven. Het is de bedoeling dat de SLI-module vanaf 1997 om de twee jaar plaatsvindt. Ook in 1999 is de SLI als afzonderlijke module van POLS operationeel geweest. Vanwege onder meer milleniumproblemen is de SLI-module van 2001 echter door moeten schuiven naar 2002. Na een aanloopfase in januari is het SLI-blok uiteindelijk in juli 2002 aan POLS toegevoegd. In september van dat zelfde jaar werd vervolgens het EWS-blok aan POLS gekoppeld. 2. Steekproef 2.1 Doelpopulatie De doelpopulatie voor de module SLI-EWS zijn alle personen in particuliere huishoudens van 18 jaar of ouder. 2.2 Steekproefkader Zie algemene documentatie POLS 2002. 2.3 Steekproeftrekking Zie algemene documentatie POLS 2002. 2.4 Steekproefomvang De totale steekproefomvang van POLS 2002 bedraagt 44.787 personen; de steekproefgrootte van de module SLI-EWS bedraagt 7.147 personen. De steekproeven zijn uitgezet in maandporties. Een maandportie POLS omvat gemiddeld ca. 3.500 personen; voor SLI-EWS gaat het om ca 650 personen in januari en vanaf juli om gemiddeld ca.1.100 personen per maand. pagina 6

Tabel 1. Steekproef, uitzet en respons van module SLI-EWS en POLS totaal 2002 Onderzoek Gewenste Steekproef Uitzet Respons respons absoluut % van uitzet SLI 4.000 7.147 6.729 3.587 53,3 BASIS 24.000 44.787 38.508 22.227 57,7 3. Veldwerk 3.1 Screening en uitzet van de steekproef In tabel 2 zijn de steekproefaantallen vermeld die in de periode januari 2002 tot en met december 2002 voor POLS totaal en voor de SLI-EWS module zijn uitgezet. Zoals in de tabel te zien, is POLS-SLI in januari voor het eerst dat jaar in het veld geweest. In de periode februari-juni is de module niet in het veld geweest en zijn er vanaf juli wel weer POLS-SLI interviews afgenomen. In september 2002 is het EWS-vragenblok aan de SLI-module toegevoegd. Tabel 2. Steekproefaantallen module SLI-EWS en POLS totaal, jan-dec 2002 Maand Module Gescreende steekproef Uitgezette (netto) steekproef 0201 POLS SLI 3.962 661 3.892 649 0202 POLS 3.301 3.294 0203 POLS 3.305 3.299 0204 POLS 3.305 3.299 0205 POLS 2.811 2.798 0206 POLS 2.811 2.799 0207 POLS SLI 0208 POLS SLI 0209 POLS SLI-EWS 0210 POLS SLI-EWS 0211 POLS SLI-EWS 0212 POLS SLI-EWS 3.2 Instructie 3.680 1.209 3.692 1.212 4.517 1.212 4.517 1.212 4.517 1.212 4.517 1.212 3.504 1.145 3.504 1.145 3.687 1.210 3.792 1.015 3.914 1.048 3.468 935 pagina 7

Zie algemene documentatie POLS 1997. 3.3 Respons POLS kent een respons op de basisvragenlijst van 57,7%. Dit komt overeen met in totaal 22.227 respondenten (zie tabel 3). De uiteindelijke responsgroep van de SLI-module bedraagt 3.587 personen, dit is een respons van 53,3% van het aantal uitgezette steekproefpersonen voor SLI. De POLS-basisvragenlijst kent dus een iets hogere respons dan de SLI-module. Het aantal personen waarvan EWS-data is verkregen bedraagt 2.089 (zie tabel 3). De groep non-respondenten van de SLI-EWS module (3.142 personen) bestond voor het grootste deel uit personen die weigerden aan het interview mee te werken (1.726 personen), met 581 personen kon geen contact tot stand worden gebracht en de overige 835 personen werkten om andere redenen niet mee aan het onderzoek. Tabel 3. Respons module SLI-EWS en POLS totaal, jan- dec 2002 Maand Module Netto steekproef Respons (aantal) Respons (percentage) 0201 POLS 3.627 2.104 58,0 SLI 605 335 55,4 0202 POLS 2.978 1.729 58,1 0203 POLS 3.100 1.830 59,0 0204 POLS 2.975 1.812 60,9 0205 POLS 2.587 1.611 62,3 0206 POLS 2.574 1.498 58,2 0207 POLS SLI 0208 POLS SLI 0209 POLS SLI-EWS 0210 POLS SLI-EWS 0211 POLS SLI-EWS 0212 POLS SLI-EWS 3.332 1.083 3.332 1.092 3.470 1.133 3.543 953 3.722 991 3.268 872 1.902 598 1.815 565 1.970 605 2.017 514 2.142 520 1.772 450 57,1 55,2 54,5 51,7 56,8 53,4 56,9 53,9 57,5 52,5 54,2 51,6 pagina 8

3.4 Evaluatie De vragenlijst van het EWS is medio 2002 door het Vragenlab van het CBS tamelijk uitgebreid getest. Een verslag van deze test is in bijlage 1 Questionnaire Laboratory Test of European Welfare Survey Questions te vinden. Enkele samenvattende conclusies van deze test luiden: 1. Onduidelijkheid van gehanteerde begrippen c.q. vragen: In het blok Sociale verbanden wordt de term conflicten door respondenten over het algemeen begrepen als verschillen. (Het is de vraag of dat in andere landen ook zo is.) Bij veel respondenten roept dit conflictblok aanvullende vragen aan de interviewer op. Bij de vervolgvraag is dat om financiële redenen? ( blok Levensstandaard ) interpreteren de respondenten de vraag in absolute termen en antwoorden nee terwijl zij bij de toelichting op hun antwoord zeggen ik heb het geld er niet voor over wat in relatieve termen natuurlijk wel een financiële reden is. Begrip sociale klasse is geen eenduidig begrip. Een beroep wordt lang niet altijd door alle respondenten tot dezelfde klasse gerekend. Er is sprake van een forse spreiding. Het begrip wordt vooral in termen van geld uitgelegd. 2. Relevantie van vragen Bij het blok Levensstandaard zijn voor de Nederlandse situatie een aantal items voor de respondenten weinig relevant en voor de onderzoeker weinig informatief. Denk aan telefoonbezit met een penetratiegraad van rond de 98%. 3. Helderheid en duidelijkheid van de onderscheiden antwoordcategorieën In het blok Levensstandaard is het onderscheid tussen de antwoordcategorieën wenselijk maar niet absoluut noodzakelijk en niet noodzakelijk voor respondenten vaag en onduidelijk. Het lijkt daarom bij de analyse voor de hand te liggen deze twee samen te voegen Bij Sociale Klasse gebruiken respondenten zelden alle vijf onderscheiden klassen, maar meestal vier of nog minder. Met name de term lagere klasse wordt zelden gebruikt. 4. Verstoringen in het interviewproces De vervolgvraag 'om financiële redenen' ( blok Levensstandaard ) verstoort het (interview)gesprek, de respondent geeft bij een neeantwoord al meteen de reden ervan aan. 5. Gevoeligheid van vragen met kans op sociaal wenselijke antwoorden Respondenten hebben geen moeite met vragen over hun gezondheid zolang zij niets mankeren. Vragenlijstduur pagina 9

De POLS-SLI module overschrijdt door het uitgebreide EWS vragenblok de algemeen aanvaarde maximale interviewtijd van één uur. Naar verwachting heeft dit consequenties voor de kwaliteit van het interview en de interviewdata. 4. Verwerking 4.1 Dataprocessing Zie algemene documentatie POLS 2002. 4.2 Afgeleide variabelen Zie algemene documentatie POLS 2002. 5. Ophoging 5.1 Methodiek Zie algemene documentatie POLS 2002. 5.2 Hulpvariabelen en weegschema s 5.2.1 Basis Wat de notatie van de weegschema s betreft betekent een plusteken + dat de verdeling van de betrokken variabele(n) in de ophoging wordt meegenomen maar dat - in tegenstelling tot bij een vermenigvuldigingsteken x - deze aansluiting met de populatietotalen alleen geldt voor deze variabele(n) en niet voor de kruising van deze variabele(n) met andere variabelen. Voor de jaarophoging van de basissteekproef in 2002 is het volgende weegmodel gehanteerd: (geslacht leeftijd_2) + burgerlijke staat_2 + stedelijkheidsgraad + provincieplus + huishoudgrootte + (geslacht x leeftijd_1 x burgerlijke staat_1) + (landsdeel x leeftijd_1) + enqmnd. waarbij de volgende indeling van variabelen geldt: geslacht (twee categorieën) man vrouw pagina 10

Leeftijd_1 (drie categorieën) 0 34 jaar 35 54 jaar 55 jaar en ouder Leeftijd_2 (zeventien categorieën) 0-3 jaar 20 24 jaar 45 49 jaar 4-11 jaar 25 29 jaar 50 54 jaar 12-14 jaar 30 34 jaar 55 59 jaar 15-17 jaar 35 39 jaar 60 64 jaar 18-19 jaar 40-44 jaar 65 69 jaar 70 74 jaar 75 jaar e.o. Burgerlijke staat-1 (twee categorieën) gehuwd ongehuwd Burgerlijke staat-2 ( vier categorieën ) gehuwd gescheiden verweduwd nooit gehuwd geweest stedelijkheidsgraad (vijf categorieën) zeer sterk stedelijk sterk stedelijk matig stedelijk weinig stedelijk niet stedelijk Provincie-plus (zestien categorieën) pagina 11

Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Utrecht, exclusief de stad Utrecht Noord-Holland, exclusief Amsterdam Zuid-Holland, exclusief Rotterdam en Den Haag Zeeland Noord-Brabant Limburg Flevoland Amsterdam Rotterdam Den Haag Utrecht huishoudgrootte (vijf categorieën) éénpersoonshuishouden tweepersoonshuishouden huishouden bestaande uit drie personen huishouden bestaande uit vier personen huishouden bestaande uit vijf of meer personen Enqmnd (enquetemaand in twaalf categorieën) 5.2.2. Trend-onderzoek Leefsituatie (SLI) Voor de vervolgenquête SLI is het volgende weegmodel ontwikkeld: (geslacht leeftijd9) + burgerlijkestaat_1 + stedelijkheidsgraad + provincie-plus + + (gezondheid-1 x leeftijd-10) + gelukkig +bezoek museum + enqmnd pagina 12

met de hulpvariabelen: geslacht (twee categorieën) Leeftijd_9 (twaalf categorieën) 18 19 jaar 20 24 jaar 25 29 jaar 30 34 jaar 35 39 jaar 40-44 jaar 45 49 jaar 50 54 jaar 55 59 jaar 60 64 jaar 65 69 jaar 70 jaar e.o. burgerlijke staat-1 (twee categorieën) stedelijkheidsgraad (vijf categorieën) provincie-plus (zestien categorieën) gezondheid-1 (twee categorieën) zeer goed, goed gaat wel, soms goed/soms slecht, slecht Leeftijd_10 (drie categorieën) 18 29 jaar 30 54 jaar 55 jaar en ouder gelukkig (twee categorieën) erg gelukkig/gelukkig niet gelukkig/niet ongelukkig, niet zo gelukkig, ongelukkig Bezoek museum (twee categorieën ) Bezocht minstens 1 x dit jaar museum bezoekt dit jaar geen museum 6. Kwaliteit 6.1 Soorten fouten Zie algemene documentatie POLS 2002 pagina 13

6.2 Nauwkeurigheid Zie algemene documentatie POLS 2002. 6.3 Betrouwbaarheid De betrouwbaarheidsmarges naar aantallen respondenten en percentages voor de gegevens uit SLI zijn in tabel 4 weergegeven. 7. Beveiliging Er is geen additionele beveiliging toegepast. Het opnemen van bepaalde variabelen uit de basisvragenlijst in het WSA-bestand voor SLI is bedoeld om direct samenhangen met variabelen uit SLI te kunnen bestuderen. De desbetreffende variabelen mogen echter niet worden gebruikt om vanuit de weegfactoren in SLI populatieschatters voor deze kenmerken afzonderlijk weer te geven. Hiervoor zijn andere bronnen, zoals de basis of het recht-bestand, meer geschikt. pagina 14

Tabel 4. 95%-Betrouwbaarheidsmarges naar aantallen respondenten en percentages n: 50 100 200 400 800 marges: linker rechter linker rechter linker rechter linker rechter linker rechter 0% 0,0 7,1 0,0 3,6 0,0 1,8 0,0 0,9 0,0 0,5 1% 1,0 8,0 1,0 4,4 0,9 2,8 0,7 1,5 0,5 1,0 2% 2,0 8,6 1,8 5,0 1,5 3,0 1,1 1,9 0,8 1,2 3% 2,8 9,2 2,4 5,5 1,9 3,4 1,4 2,2 1,0 1,4 4% 3,5 9,7 2,9 5,9 2,3 3,7 1,7 2,4 1,2 1,6 5% 4,2 10,2 3,4 6,3 2,6 4,0 1,9 2,6 1,3 1,7 6% 4,8 10,6 3,8 6,6 2,9 4,2 2,1 2,8 1,4 1,9 7% 5,3 10,9 4,1 6,9 3,1 4,5 2,3 3,0 1,6 2,0 8% 5,8 11,2 4,5 7,2 3,3 4,7 2,5 3,1 1,7 2,1 9% 6,2 11,5 4,8 7,4 3,6 4,8 2,6 3,2 1,8 2,2 10% 6,7 11,8 5,1 7,6 3,8 5,0 2,8 3,4 1,9 2,3 15% 8,5 12,9 6,4 8,5 4,6 5,7 3,4 3,9 2,3 2,6 20% 10,0 13,8 7,3 9,2 5,3 6,2 3,8 4,3 2,6 2,9 25% 11,2 14,3 8,1 9,7 5,8 6,6 4,2 4,6 2,9 3,1 30% 12,1 14,7 8,8 10,0 6,3 6,9 4,5 4,8 3,1 3,3 35% 13,0 14,9 9,3 10,2 6,6 7,1 4,7 4,9 3,2 3,4 40% 13,6 15,0 9,7 10,4 6,9 7,2 4,9 5,0 3,3 3,4 45% 14,1 14,8 10,0 10,4 7,1 7,2 5,0 5,1 3,4 3,5 50% 14,5 14,5 10,2 10,2 7,2 7,2 5,1 5,1 3,5 3,5 n: 1 000 3 000 5 000 10 000 30 000 marges: linker rechter linker rechter linker rechter linker rechter linker rechter 0% 0,0 0,4 0,0 0,1 0,0 0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 1% 0,5 0,8 0,3 0,4 0,2 0,3 0,2 0,2 0,1 0,1 2% 0,7 1,1 0,5 0,6 0,4 0,4 0,3 0,3 0,2 0,2 3% 0,9 1,3 0,6 0,7 0,4 0,5 0,3 0,4 0,2 0,2 4% 1,0 1,4 0,7 0,8 0,5 0,6 0,4 0,4 0,2 0,2 5% 1,2 1,5 0,8 0,8 0,6 0,6 0,4 0,5 0,3 0,3 6% 1,3 1,6 0,8 0,9 0,6 0,7 0,5 0,5 0,3 0,3 7% 1,4 1,8 0,9 1,0 0,7 0,7 0,5 0,5 0,3 0,3 8% 1,5 1,8 1,0 1,0 0,7 0,8 0,5 0,6 0,3 0,3 9% 1,6 1,9 1,0 1,1 0,8 0,8 0,6 0,6 0,3 0,3 10% 1,7 2,0 1,0 1,1 0,8 0,9 0,6 0,6 0,4 0,4 15% 2,1 2,3 1,3 1,3 1,0 1,0 0,7 0,7 0,4 0,4 20% 2,4 2,6 1,4 1,5 1,1 1,1 0,8 0,8 0,5 0,5 25% 2,6 2,8 1,5 1,6 1,2 1,2 0,9 0,9 0,5 0,5 30% 2,8 2,9 1,6 1,7 1,3 1,3 0,9 0,9 0,5 0,5 35% 2,9 3,0 1,7 1,7 1,3 1,3 0,9 1,0 0,5 0,5 40% 3,0 3,1 1,7 1,8 1,3 1,4 1,0 1,0 0,6 0,6 45% 3,1 3,1 1,8 1,8 1,4 1,4 1,0 1,0 0,6 0,6 50% 3,1 3,1 1,8 1,8 1,4 1,4 1,0 1,0 0,6 0,6 pagina 15

Literatuur Beukenhorst, D, D Giesen & H van Kerkoerle. 2003. Questionnaire Laboratory test of European Welfare Survey Questions. Interne CBS nota. Delhey, J, P. Böhnke, R. Habich en Wolfgang Zapf, 2001, The Euromodule, A new instrument for Comparative Welfare Research ( Social Science Research Center Berlin). Kantebeen, POLS-Weegmodellen van de Jaarophogingen 2002. Interne CBS-nota. pagina 16