Sociaaleconomische Toekomstscenario s Geschikt voor zoet en zout? door Gert Jan van den Born 1
Toekomstverkenningen Scenario s zijn gekoppeld aan onzekerheden in de toekomst Binnen domein van ruimtelijke planvorming, het waterbeheer en de economie worden al decennia toekomstverkenningen toegepast Voor het eerst begin jaren 70 als reactie op de oliecrisis (o.a. Shell) en de milieucrisis Sindsdien veel toegepast: Nederland Nu (1987), Nederland 2030 (1996), Klimaat in de 21 e eeuw (2006) Welvaart en Leefomgeving (2006, 2015), Waterplanverkenning (2008) en de Deltascenario s (2013)
Typen van toekomstverkenning Er zijn drie typen te onderscheiden Prognose (doortrekken van een trend, verrassingsvrij, geen discontinuïteiten) Scenario (verschillende richtingen over hoe toekomst zou kunnen verlopen, naast incrementele veranderingen ook het karakter van een transities) Speculaties (radicaal verschillende richtingen, vooral geschikt als onzekerheden erg groot zijn) De keuze: Moet recht doet aan de complexiteit Moet de onzekerheid van de omgeving aan kunnen Passend bij de vraagstelling en gebruik Voorbeelden Deltascenario s (2013): toegepast in het Deltaprogramma Welvaart en leefomgeving (2015): o.a. voor MKBA s
Deltascenario s door: Deltares, KNMI, PBL, CPB & LEI (2013)
Deltascenario s (2013) Deltaprogramma Focus op waterveiligheid en de zoetwater. Onzekerheden over klimaat en sociaaleconomische ontwikkelingen. Brede verkenning van mogelijke opgaven t.b.v. deltabeslissingen Kenmerken van de Deltascenario s: Vier verhaallijnen (klimaat KNMI-06, sociaal-economie WLO-2006) Regionalisering: o.a. landgebruik, wonen-werken, transport, energie Input voor regionale of thematische deelprogramma s Input voor delta-instrumentarium Eisen aan scenario s vanuit het project: plausibel, intern consistent, transparant en onderscheidend
Ruimtelijke Beelden Deltascenario Zichtjaar 2050
Welvaart en Leefomgeving door: CPB & PBL (2015)
Welvaart en Leefomgeving (2015) twee scenario s: WLO Hoog en WLO Laag, zichtjaar 2050 WLO Hoog: bescheiden economische groei, groei van de bevolking. WLO Laag : geringe economische groei, bevolking neemt eerst toe daarna krimp. Scenario s zijn modulair opgebouwd: drijvende krachten de demografie en macro-economie sturend op regionale ontwikkelingen, mobiliteit, klimaat en energie en landbouw Beleidsarm, echter in WLO Hoog sprake van meer duurzaamheid per thema twee verdiepende onzekerheidsverkenning
Enkele resultaten WLO2015
Welvaart en leefomgeving: hoofdboodschappen Bevolkingsgroei: Groei is onzeker, krimp is mogelijk, migratiesaldo onzeker, maar erg belangrijk Mensen leven langer en gezonder: vergrijzing zet door Economie: Groeit langzamer dan afgelopen decennia, hoeveel hangt af van technologie Groei vergelijkbaar West-Europa en VS, hoge groei opkomende economieën Regionaal: Bevolkings- en banengroei zijn in veel gebieden niet meer zeker Krimp (mogelijk fors) in sommige regio s. Groei elders kan opgave worden Huishoudensverdunning doet ertoe, o.a. voor woningvraag Mobiliteit: Internationaal vrachtvervoer groeit hard Klimaat en energie: Hernieuwbaar neemt snel toe, nog land fossiel, afvang CO2, hoge kosten bij streng klimaat beleid Landbouw/landgebruik: Daling areaal landbouw, maar hogere productie, milieudruk daalt
Geschikt voor Zoet en Zout?. Macro-verhaal over onzekerheden is het kader Beantwoordt vragen als: waar wordt gewoond en hoe? Hoe productief? Hoe arm of rijk? Hoeveel mensen? Welke energievoorziening? Grotere of kleinere voetprint? Waar verbouwen we voedsel? Hoeveel ruimte voor natuur? Vertaald naar Zoet en Zout : Waar is groei, waar is krimp: gevolgen voor drinkwatervoorziening? Waar krimpt het areaal veenweiden a.g.v. Randstedelijke uitbreiding? Wordt er compact gebouwd? Komt er meer natuur? Leidt mitigatie- en adaptatiebeleid tot minder veenbodemdaling? Welke maatregelen worden er genomen? Leidt dat tot een hogere watervraag? Hoe verandert de landbouw: precisielandbouw, verticaal, circulair, meer of minder beregening, acceptatie minder doorspoelen, ontzilting Aandachtspunten: Verhaallijnen moeten bruikbaar zijn voor doorvertaling en interpretatie Ruimtelijke informatie erg belangrijk
Geschikt voor Zoet en Zout?. Betekenis sociaaleconomische scenario s: Systeemomgeving (klimaat, sociaaleconomisch) schetst de twee belangrijkste onzekerheden, andere thema s worden ervan afgeleid. Het macrobeeld vormt een goed kader voor de ruimtelijke vertaling naar regio s en thema s, maar kent ook beperkingen Kantekening De ruimtelijke vertaling is vooral eenrichting verkeer, abstract en onvoldoende ruimtelijk en sectoraal specifiek In de werkelijkheid is er in de relatie tussen omgeving en systeem altijd wel sprake van wederzijdse beïnvloeding. Voorbeeld: interventies zoals Deltawerken hebben regionaal invloed op ontwikkeling steden, haven, natuur maar ook op de economische, demografische en stedelijke ontwikkeling van heel Nederland. De vraag is dan ook: moeten de grote regionale verschillen niet beter regionaal en sectorspecifiek worden uitgewerkt met meer oog voor wederzijdse beïnvloeding Bron: studie naar een verstedelijkte delta als complex adaptief systeem: Nieuwe perspectieven voor een verstedelijkte delta (TU Delft, 2015)